DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Teresa

Gebreid vest met kantpatroon en raglan. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid in DROPS Paris.

DROPS 188-33
DROPS Design: Patroon nr. w-687
Garengroep C
-----------------------------------------------------------
Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van garnstudio (behoort tot garengroep C)
500-550-600-650-700-800 g kleur 59, licht oudroze

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep C)" – zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 + 60 of 80 cm) MAAT 5 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 steken en 22 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.

DROPS PARELMOERKNOPEN, GEBOGEN (wit), NR 522: 6-6-6-7-7-7 stuks.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

RAGLAN:
Alle minderingen worden gebreid aan de goede kant.
Minder als volgt voor de markeerdraad: Begin 3 steken voor de markeerdraad:
2 recht samen, 1 recht, markeerdraad.
Minder als volgt na de markeerdraad: Markeerdraad, 1 recht, 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als de stekenverhouding niet klopt in de hoogte en u breit te strak, worden de raglanminderingen te kort en het armsgat te klein. Dit kan aangepast worden door regelmatig 1 extra naald zonder minderingen te breien tussen de minderingen.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder als volgt midden onder de mouw: begin 1 steek voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 2 steken recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

KNOOPSGATEN:
Brei knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 KNOOPSGAT = brei de derde en de vierde steek vanaf de rand recht samen en maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslag recht = gaatje.
Brei knoopsgaten als het werk meet:
S: 11, 20, 29, 38, 47 en 56 cm
M: 11, 20, 29, 38, 47 en 58 cm
L: 11, 20, 30, 40, 50 en 60 cm
XL: 11, 19, 27, 35, 44, 53 en 62 cm
XXL: 11, 19, 28, 37, 46, 55 en 64 cm
XXXL: 12, 21, 30, 39, 48, 57 en 66 cm
---------------------------------------------------------

VEST:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop; ga verder met de korte rondbreinaald als er genoeg steken zijn. De delen worden samengevoegd en de pas wordt heen en weer gebreid met raglanminderingen.

LIJF:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden voor. Zet 170-182-198-212-234-254 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 5 mm en Paris. Brei 2 RIBBELS – zie uitleg hierboven, brei dan als volgt – aan de goede kant:
5 steken ribbelsteek (= voorbies), A.1 (= 17 steken), 47-53-61-68-79-89 recht, A.2 (= 32 steken), 47-53-61-68-79-89 recht, A.1, 5 steken ribbelsteek (= voorbies). Voeg 2 markeerdraden in het werk, 45-48-52-56-61-66 steken vanaf elke kant (achterpand = 80-86-94-100-112-122 steken). Ga verder in patroon in de hoogte. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het werk 8 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant van elke markeerdraad (= 4 steken geminderd), minder iedere 6 cm in totaal 6 keer = 146-158-174-188-210-230 steken. Brei KNOOPSGATEN op de rechter voorbies – zie uitleg hierboven. Als het werk 40-40-41-41-41-41 cm meet, kant dan 6-6-8-8-10-12 steken aan elke kant af (= 3-3-4-4-5-6 steken aan elke kant van de markeerdraden). Er zijn nu 62-68-74-80-90-98 steken op het achterpand en 36-39-42-46-50-54 steken op elk voorpand. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Het werk wordt in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop; ga verder met korte rondbreinaald als er genoeg steken zijn. Zet 38-38-40-42-44-46 steken op met breinaalden zonder knop maat 5 mm en Paris. Brei 1 RIBBEL – zie uitleg hierboven, brei dan tricotsteek. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (= midden onder de mouw). Als het werk 6-6-6-6-4-6 cm meet, meerder dan 2 steken midden onder de mouw – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder iedere 3-2-1½-1½-1½-1cm in totaal 8-12-14-15-15-16 keer = 54-62-68-72-74-78 steken. Als het werk 33-31-31-29-28-26 cm meet (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas) kant dan de middelste 6-6-8-8-10-12 steken onder de mouw af = 48-56-60-64-64-66 steken. Laat het werk rusten en brei nog 1 mouw.

PAS:
Plaats de mouwen op dezelfde rondbreinaald als het lijf, waar de steken afgekant zijn voor de armsgaten = 230-258-278-300-318-338 steken. Voeg een markeerdraad in, in alle overgangen tussen het lijf en de mouwen. Ga verder in patroon en tricotsteek zoals hiervoor en minder voor de raglan – zie uitleg hierboven. De minderingen zijn verschillend op het lijf en de mouwen. Minder als volgt:

RAGLAN MOUW:
Minder 1 steek aan elke kant van elke mouw (= elk keer 2 steken geminderd op elke mouw). Minder iedere 4e naald 4-2-2-2-4-5 keer, dan iedere 2e naald 13-19-21-23-21-21 keer = in totaal 17-21-23-25-25-26 keer.

RAGLAN LIJF:
Minder 1 steek aan elke kant van het achterpand en 1 steek op elk voorpand richting de mouw (= elke keer 2 steken geminderd op het achterpand en 1 steek geminderd op elk voorpand). Minder iedere 4e naald 8-9-9-8-8-7 keer en dan iedere 2e naald 5-5-7-11-13-17 keer = in totaal 13-14-16-19-21-24 keer.

Na alle minderingen zijn er 110-118-122-124-134-138 steken op de naald. Brei 2 ribbels over alle steken; minder op de eerste naald 12-16-16-16-18-20 steken verdeeld op de naald = 98-102-106-108-116-118 steken. Kant dan af. Het vest meet in totaal 62-64-66-68-70-72 cm vanaf de schouder.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht. Naai de knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = recht op de verkeerde kant, averecht aan de goede kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 4 steken gedraaid recht samen
symbols = 4 steken recht samen
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 188-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Mari wrote:

Är det verkligen garn drops Paris på bilden på koftan Teresa? Ser tunnare och mjukare ut än min påbörjade stickning.

29.06.2023 - 14:42

country flag Marina wrote:

Hallo liebes Team, bin diese Jacke gerade am stricken. Habe nun das Gefühl, dass der Raglanabschnitt zu groß wird. Nun meine Frage; wird bei der Raglanabnahme die Rückreihe mitgezählt? ( z. B. alle 2 Reihen = 1 Hinreihe und 1 Rückreihe) LG

13.02.2023 - 20:21

DROPS Design answered:

Liebe Marina, die Raglanabnahmen entsehen zuerst in jeder 4. Reihe (= in jeder 2. Hinreihe, also 3 Reihen zwischen die Zunahmenreihen) und dann in jeder 2. Reihe (= in jeder Hinreihe). Die Abnahmen für Ärmel und Rumpfteil werden gleichzeitig gestrickt, aber um einen unterschiedlichen Rythmus. Beachten Sie auch, daß Ihre Maschenprobe in der Höhe richtig ist (22 Reihen = 10 cm), dann bekommen Sie die Maßnahmen wie in der Maßskizze. Viel Spaß beim stricken!

14.02.2023 - 13:49

country flag Nassima Makhloufi wrote:

Bonjour, pour les manches est-ce qu’il faut utiliser des aiguilles circulaires de 40cm ou 60 cm ? Merci

19.09.2021 - 02:13

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Makhloufi, vous commencez les manches par les aiguilles doubles pointes et vous changez pour les aiguilles plus longues quand il y a trop de mailles pour les aiguilles doubles pointes (vous pouvez aussi tricoter les manches entièrement en "magic loop" - cf vidéo). Bon tricot!

20.09.2021 - 10:59

country flag Nassima Makhloufi wrote:

Bonjour, le motif ajouré se tricote aussi dans le dos ? Dommage il n’y a pas de photo du dos du gilet

07.09.2021 - 02:26

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Makhloufi, tout à fait, on tricote M.1 sur chacun des devants et M.2 au milieu dos. Bon tricot!

07.09.2021 - 08:45

country flag Inga Olausson wrote:

Hej! Jag letar efter ett cardigan / koftmönster i Alpaca Silk brushed (Drops), där man stickar rbakstycke för sig och framstyckena för sig. Tycker plaggen håller formen bättre och inte blir så lätt säckiga som när man stickar allt-i-ett... Men jag hittar ingeet sådant mönster. Finns det? Mvh Inga Olausson

03.03.2019 - 13:51

DROPS Design answered:

Hej. Vi har t.ex mönster 201-21 som är stickat på det sättet. Du kan söka på kofta och Brushed alpaca silk för att få upp alla mönster i det garnet som vi har. Mvh DROPS Design

04.03.2019 - 11:33

country flag Susi Meyer wrote:

In wievielte Reihe wird das Muster gestrickt

28.08.2018 - 15:21

DROPS Design answered:

Liebe Frau Meyer, A.1 und A.2 sind über 4 Reihen gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

06.09.2018 - 10:16

country flag Ania wrote:

Bardzo mi się podoba wzór swetra.

04.04.2018 - 13:19

country flag Diane Michaud wrote:

Bonjour j'attends toujours la réponse pour ma question sur la diminution de la manche ..Elle quelle se fait au même endroit que celle du dos et devant près des marqueurs..

29.03.2018 - 19:59

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Michaud, vous allez diminuer à un rythme différent sur les manches et sur le dos/les devants, les diminutions vont se faire: à la fin du devant droit/des manches/du dos avant le marqueur (cf RAGLAN) et/ou au début des manches/dos/devant gauche. On diminue 2 m sur chaque manche et sur le dos et 1 m sur chaque devant. En fonction de la taille vous diminuerez soit 8 m (= sur chaque partie) soit seulement 4 m (= manches seulement ou dos/devants). Bon tricot!

30.03.2018 - 12:02

country flag Diane Michaud wrote:

Bonjour une petite question mes manches sont ajoutées avec le reste sur la même broche circulaire avec le reste du tricot je voudrais comment ce fait la diminution reglan pour la manche je comprends pas car j\\\'ai mis un marqueur des deux côtés des manches pour la diminution reglan dos et devant mais pour les manche ? Merci

28.03.2018 - 18:05

country flag Diane Michaud wrote:

J'aimerais savoir ...Ce gilet se tricote de bas en haut ?

15.03.2018 - 01:01

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Michaud, tout à fait, on tricote de bas en haut en commençant par le dos et les devants tricotés d'une seule pièce jusqu'aux emmanchures. On met ensuite en attente pour tricoter les manches, et on reprend ensuite toutes les pièces pour tricoter l'empiècement. Bon tricot!

15.03.2018 - 08:28