DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 168-11
DROPS design: Model nr. vs-025
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: XS/S - M/L - XL/XXL
Materiaal:
DROPS BELLE van Garnstudio
300-350-400 gr. kleur nr. 02, naturel

DROPS HAAKNLD 4 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 18 stk x 9 toeren = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

MAGISCHE CIRKEL:
Voorkom een gaatje in het midden van het werk met deze techniek:
Houd het draadeinde in de linkerhand en maak een lus om de linkerwijsvinger (van links naar rechts). Houd de lus vast met de linkerduim- en wijsvinger. Steek de haak door de lus, pak de draad op die van de bol afkomt en trek het garen door de lus. Maak 1 omslag en haal de omslag door de st op de haak = 1 v, haak 3 l, haak dan 11 stk om de lus, eindig met 1 hv in de derde l. Ga verder volgens het patroon – trek TEGELIJKERTIJD aan het draadeinde zodat het gaatje in het midden gesloten wordt.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang de eerste v op de toer door 1 l. Eindig de toer met een hv in de eerste l.
Vervang het eerste stk op de toer met 3 l. Eindig de toer met een hv in de derde l.
Vervang het eerste dstk op de toer door 4 l. Eindig de toer met een hv in de vierde l.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.3.

VIERDUBBEL STK:
Maak 4 omsl om de haak, steek de haak in het eerste stk op de toer en haal de draad door eerste stk, * 1 omsl om de haak, haal de draad door de volgende 2 lussen op de haak *, herhaal van *-* nog 4 keer = 1 lus op de haak.

----------------------------------------------------------

GEHAAKTE TOP:
De top bestaat uit twee delen die aan de zijkanten en op de schouders aan elkaar worden genaaid. Daarna wordt langs de onderkant een rand gehaakt.

VOORPAND:
Haak het voorpand in een cirkel en dan als een vierkant vanuit middenvoor. Maak een MAGISCHE CIRKEL met haaknld 4 mm en Belle – zie uitleg boven = 12 stk om de cirkel. Haak dan volgens A.1, haak A.1 3 keer om de magische cirkel. LET OP: de hv die te zien is aan het begin van A.1 wordt aan einde van de toer gehaakt. LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 een keer in de hoogte is gehaakt, zijn er 147 stk op de cirkel.

Ga verder en haak als volgt:
TOER 1: haak 1 stk in elk stk en meerder TEGELIJKERTIJD 1 stk = 148 stk.
TOER 2: haak *1 v in elke van de eerste 8 stk, 1 hstk in elke van de volgende 2 stk, 1 stk in elke van de volgende 2 stk, 1 dstk in elke van de volgende 3 stk, 1 driedubbel stk in elke van de volgende 3 stk, 1 vierdubbel stk – ZIE UITLEG BOVEN, in volgend stk, 5 l, 1 vierdubbel stk in volgend stk, 1 driedubbel stk in elke van de volgende 3 stk, 1 dstk in elke van de volgende 3 stk, 1 stk in elke van de volgende 2 stk, 1 hstk in elke van de volgende 2 stk, 1 v in elke van de volgende 7 stk *, herhaal van *-* nog 3 keer.
TOER 3: haak 1 stk in elke st, haak om l-lus in elke hoek: 3 stk en 3 l en 3 stk = 172 stk (= 43 stk aan elke kant). MAAT S/M: Het vierkant is nu klaar.
TOER 4: haak 1 stk in elke st, haak om l-lus in elke hoek: 3 stk en 3 l en 3 stk = 196 stk (= 49 stk aan elke kant). MAAT L/XL: Het vierkant is nu klaar.
TOER 5: haak 1 stk in elke st, haak om l-lus in elke hoek: 3 stk en 3 l en 3 stk = 220 stk (= 55 stk aan elke kant). MAAT XL/XXL: Het vierkant is nu klaar.
Het vierkant meet ongeveer 28-30-32 cm. Knip de draad af.

Haak nu langs kant 2, 3 en 4 van het vierkant (zie telpatroon). Begin in de tweede hoek op het vierkant, haak 3 stk om l-lus, haak 1 stk in elk stk tot volgende hoek, haak 3 stk en 3 l en 3 stk, haak 1 stk in elk stk tot volgende hoek, haak 3 stk en 3 l en 3 stk, haak 1 stk in elk stk tot laatste hoek, haak 3 stk om l-lus. Er zijn nu 49-55-61 stk aan elke van de 3 zijkanten. Haak heen en weer, Haak nu volgens A.2, eindig met 1 stk in laatste stk voor hoek, haak in elke van de twee hoeken: 3 stk en 3 l en 3 stk, haak de nieuwe st mee volgens A.2. Ga zo ongeveer 7-10-15 cm verder, het werk meet nu 42-50-62 cm van kant 2 tot kant 4 of pas aan de bovenwijdte/borstomvang aan. Haak dan een spie aan elke kant van de bovenkant als volgt: begin langs kant 2 als volgt (aan de goede kant). Haak 1 v in elk stk tot er 52 stk over zijn, haak 1 hstk in elke van de volgende 8 stk, 1 stk in elke van de volgende 8 stk, 1 dstk in elke van de volgende 12 stk, 1 driedubbel stk in elke van de volgende 12 stk, 1 vierdubbel stk in elke van de laatste 12 stk. Knip de draad af voor maat XS/S en M/L.
MAAT XL/XXL: keer en haak 1 vierdubbel stk in elk vierdubbel stk, 1 driedubbel stk in elk driedubbel stk, 1 dstk in elk dstk, 1 stk in elk stk, 1 hstk in elk hstk en 1 v in elke v. Knip de draad af.
Alle maten: haak een spie op dezelfde manier langs kant 4 (haak vanaf de bovenkant naar beneden = aan de verkeerde kant). Knip de draad af.

Haak dan heen en weer langs kant 1 van het vierkant als volgt - aan de goede kant:
Begin een toer voor het vierkant (dus in de eerste toer langs de andere 3 zijkanten), haak 3 stk om het buitenste stk op de toer, haak 3 stk om hoek op vierkant, 1 stk in elk stk, 3 stk om hoek op vierkant en 3 stk om het buitenste stk op de volgende toer = 55-61-67 stk. Haak dan heen en weer volgens A.2 (eindig met 1 stk).
Haak bij een hoogte van 7-9-11 cm alleen over de eerste 13 stk op de toer (= linkerschouder). Haak A.2 (eindig met 1 stk richting de hals) als hiervoor over deze st tot het werk 17-19-21 cm meet en hecht af. Haak nu over de laatste 13 stk op de toer (= rechterschouder), haak op dezelfde manier als op de linkerschouder. 29-35-41 stk in het midden = de halsopening.

ACHTERPAND:
Haak op dezelfde manier als het voorpand. Haak bij een hoogte van 15-17-19 cm alleen over de eerste 13 stk op de toer (= rechterschouder). Haak A.2 als hiervoor over deze st tot het werk 17-19-21 cm meet en hecht af. Haak nu over de laatste 13 stk op de toer (= linkerschouder), haak dezelfde manier als op de rechterschouder. 29-35-41 stk in het midden = de halsopening.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen en naai de zijnaden samen

GEHAAKTE RAND AAN DE ONDERKANT VAN DE TOP:
Haak 1 hv in een hoek aan de onderkant van de top, haak 1 stk in elk stk langs de onderrand, haak om de vierdubbel stk aan de zijkanten 4 stk en pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan zodat het deelbaar is door 48.
Ga verder en haak als volgt: haak A.3A, herhaal A.3B tot er 12 stk over zijn, haak A.3C. Hecht af.

GEHAAKTE RAND LANGS DE ARMSGATEN:
Begin tussen armsgat en lijf. Haak 1 v,* sla ongeveer 2 cm over, haak 7 stk om volgend stk, sla ongeveer 2 cm over, haak 1 v om volgend stk *, herhaal van *-* en eindig met 1 hv aan het begin van de toer. Herhaal langs het andere armsgat.

GEHAAKTE RAND LANGS DE HALS:
Begin aan de zijkant van de hals op het achterpand. Haak 1 v, * 3 l, sla ongeveer 1 cm over, haak 1 v *, herhaal van *-* en eindig met 1 hv aan het begin van de toer.

Telpatroon

symbols = maak een MAGISCHE CIRKEL - zie uitleg boven.
symbols = l
symbols = hv
symbols = v in stk
symbols = v om l-lus
symbols = hstk
symbols = stk in stk
symbols = stk om l-lus
symbols = dstk in stk/om l-lus
symbols = 7 stk in hetzelfde stk
symbols = deze toer is al gehaakt
symbols = picot: haak 3 l, 1 stk in eerste l
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Elvira in DROPS Belle

Un Soldino Di Cacio, Italy

Elvira - top ad uncinetto

Maglia...ed altre piccole passioni, Italy

Laat een opmerking achter voor DROPS 168-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (45)

country flag Benedetta wrote:

Buongiorno, vorrei sapere se il primo giro di A.2 devo lavorarlo o se ,come da grafico,questo giro è già stato lavorato. Dopo aver lavorato i lati 2,3,4,devo lavorare il bordo al lato 2 sul diritto dall'alto (però ho finito il giro sul lato 4),devo tagliare il filo e cominciare dal lato 2?Grazie!

21.06.2016 - 09:17

DROPS Design answered:

Buongiorno Benedetta. Il primo giro del diagramma A.2 non deve essere lavorato: è stato riportato nel grafico per mostrare come si dispongono le m dei giri successivi. Per il bordo sul lato 2 deve lavorare con un gomitolo separato. Ripeterà poi il bordo sul lato 4. Buon lavoro!

21.06.2016 - 09:35

country flag Benedetta wrote:

Grazie!Credo che avrò' ancora bisogno di voi

19.06.2016 - 15:16

country flag Benedetta wrote:

Buongiorno , non capisco questo:"lavorare seguendo il diagramma A2,finire con 1 m alta nell'ultima m alta prima dell'angolo"fatto l'angolo devo comunque lavorare anche la 1 maglia dopo l'angolo o devo salvarla? Grazie mille x il Vs aiuto.

19.06.2016 - 13:36

DROPS Design answered:

Buongiorno Benedetta. Dopo aver lavorato la m.a nell’ultima m.a prima dell’angolo, deve lavorare 3 m.a + 3 cat + 3 m.a nell'arco di cat dell'angolo. Gira il lavoro e prosegue seguendo il diagramma A.2. Buon lavoro!

19.06.2016 - 14:26

country flag Maria Perez wrote:

Hola, me pongo en contacto con ustedes porque no entiendo la siguiente descripción del patrón. Dice "Después trabajar de ida y vuelta a lo largo del lado 1 de la aplicación de la manera siguiente – por el LD: Comenzar una hilera antes de la aplicación..." No entiendo si comienzo desde el extremo del cuadrado de los pasos anteriores o como viene en el diagrama pagina 7. Espero su contestación, gracias por su atención.

13.06.2016 - 10:44

DROPS Design answered:

Hola Maria. Después de acabar de trabajar los lados 2, 3 y 4 volvemos al lado 1 y comenzamos a trabajar este lado en la misma fila donde empezamos antes a trabajar los lados 2,3 y 4. Ahora seguimos el diagrama A.2.

19.06.2016 - 10:22

Linda A Thompson wrote:

I cannot read the diagrams. are there written instructions available for the diagram portions? Thank you.

24.04.2016 - 21:22

DROPS Design answered:

Dear Mrs Thompson, there is no written pattern to the diagrams here, but you will find under diagram text all symbols and their explanation, just read the diagrams from the bottom corner on the right side (black dot in A.1) from the right towards the left on every round (and from the left towards the right from WS). Happy crocheting!

25.04.2016 - 10:42

Linda Hillebrand wrote:

Bij A1 kom ik alleen op 147 steken als ik in elk boogje 3 stokjes haak en niet zoals jullie zeggen 3/4/3. Wat doe ik fout? Alvast bedankt voor het antwoord. Groetjes, Linda

20.04.2016 - 13:24

DROPS Design answered:

Hoi Linda. Per herhaling van de laatste toer A.1 heb je 49 st - je haakt deze 3 keer = 147. Ik zou kijken of je niet een boogje of dergelijks mist. Als dat niet zo is en ben je verder tevreden, dan zou ik gewoon verder gaan.

21.04.2016 - 15:53

country flag Mireur wrote:

Bonjour, je ne comprend pas la partie dos. Vous parlez de a partir 15 cm mais 15 cm de quoi ? le dos est il identique au devant ? merci de votre réponse, bonne journée.

11.04.2016 - 12:06

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Mireur, pour le dos, on crochète la partie du haut jusqu'à 15 cm pour l'encolure qui sera plus haute que celle du devant - mais la hauteur d'emmanchure sera la même = 17 cm. Bon crochet!

11.04.2016 - 12:20

country flag Marie wrote:

Bonjour pour le gousset c est le côté où on va assemblée vous dite que il faut faire des mailles serré des demi brides vous faite quoi des trois maille en l'air merci d avance

19.03.2016 - 10:41

DROPS Design answered:

Bonjour Marie, pouvez-vous préciser votre question, à quelles 3 ml pensez-vous ? merci.

18.04.2016 - 15:55

country flag Coutarel wrote:

En taille M/L pour la bordure en bas du top combien de fois faut il crocheter le motif ?

07.03.2016 - 08:44

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Coutarel, en fonction du nombre de mailles & de rangs que vous avez le long du bas du top, crochetez bien 1 B dans chaque B et 4 B autour des quadruples B des côtés, mais ajustez bien votre nombre de mailles pour qu'il soit multiple de 48 pour avoir suffisamment de mailles pour répéter le diagramme A.3. Bon crochet!

07.03.2016 - 10:48

country flag Coutarel wrote:

Ou ce trouvent les demies brides et picots ?

26.02.2016 - 14:37

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Coutarel, les picots (dernier symbole du diagramme) se font au dernier rang de A.3. Bon crochet!

02.03.2016 - 10:23