DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 25.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 161-33
DROPS design: Model nr. bm-017
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BABY MERINO van Garnstudio
300-350-350-400-450-500 gr. kleur nr. 01, wit
50 gr voor alle maten in kleur nr. 25, lavendel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (80 cm) 2,5 mm - voor de rand.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 25.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5.

TAILLE:
Minder voor de taille bij de 4 markeerders.
Minder als volgt na de 1e en 3e markeerder: 2 r samen.
Minder als volgt als er 2 st over zijn voor de 2e en 4e markeerder: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder voor de taille bij de 4 markeerders als volgt: maak 1 omsl na de 1e en 3e markeerder en voor de 2e en 4e markeerder. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen.

RAGLAN:
Minder voor de raglan aan elke kant van A.3 in elke overgang tussen mouwen en lijf.
Minder als volgt na A.3: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder als volgt 2 st voor A.3: 2 r samen.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 200-220-240-264-288-316 st op met rondbreinld 2,5 mm en wit. Brei in patroon volgens telpatroon A.1. Ga als A.1 een keer in de hoogte is gebreid verder met rondbreinld 3 mm. Brei dan in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Plaats bij een hoogte van 8-8-8-8-10-10 cm 4 markeerders in het werk als volgt: plaats 1e markeerder na de eerste 24-28-31-36-42-48 st, 2e markeerder na de volgende 52-54-58-60-60-62 st, 3e markeerder na de volgende 48-56-62-72-84-96 st en 4e markeerder na de volgende 52-54-58-60-60-62 st (24-28-31-36-42-48 st over op de nld na de laatste markeerder).
Minder dan voor de TAILLE bij de 4 markeerders – zie uitleg boven (= 4 st geminderd). Herhaal dit minderen elke 4e nld 7-7-7-7-6-6 keer in totaal = 172-192-212-236-264-292 st. Meerder bij een hoogte van 22 cm voor alle maten na de 1e en 3e markeerder en voor de 2e en 4e markeerder – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 4e-4e-6e-6e-8e-8e nld 7-7-7-7-6-6 keer in totaal = 200-220-240-264-288-316 st.
Brei verder tot het werk 38-39-39-40-41-43 cm meet. Brei volgende nld als volgt: kant 5-5-5-6-6-6 st af voor het armsgat, brei 90-100-110-120-132-146 st in tricotst (= voorpand), kant 10-10-10-12-12-12 st af voor het armsgat, brei 90-100-110-120-132-146 st in tricotst (= achterpand) en kant de laatste 5-5-5-6-6-6 st af voor het armsgat. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 56-56-58-60-62-64 st op met breinld zonder knop 2,5 mm en wit. Brei in patroon volgens telpatroon A.2. Ga als A.2 een keer in de hoogte is gebreid verder met breinld zonder knop 3 mm. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld (= midden onder de mouw) en brei in tricotst. Meerder bij een hoogte van 8 cm 2 st midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen elke 9e-7e-7e-6e-6e-5e nld 12-14-14-16-16-17 keer in totaal = 80-84-86-92-94-98 st. Brei tot een hoogte van 41-40-39-38-38-38 cm (LET OP: minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders) en kant dan de middelste 10-10-10-12-12-12 st af onder de mouw (dus kant 5-5-5-6-6-6 st af aan elke kant van de markeerder) = 70-74-76-80-82-86 st over op nld. Laat het werk rusten en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf als volgt: ga verder met wit en brei de st van de eerste mouw en plaats TEGELIJKERTIJD 1 markeerder in de eerste st en 1 markeerder in de laatste st op de mouw, brei de st van het voorpand, brei de st van de andere mouw en plaats TEGELIJKERTIJD 1 markeerder in de eerste st en 1 markeerder in de laatste st op de mouw en brei de st van het achterpand = 320-348-372-400-428-464 st op de nld en 4 markeerders in het werk. Brei dan in tricotst in de rondte en brei TEGELIJKERTIJD A.3 in elke overgang tussen lijf en mouwen (de pijl in het telpatroon komt overeen met de st met de markeerder). Minder TEGELIJKERTIJD voor de RAGLAN aan elke kant van A.3 in elke overgang tussen lijf en mouwen – zie uitleg boven (= 8 st geminderd). Herhaal dit minderen voor de raglan elke 4e nld 6-7-8-8-9-9 keer in totaal = 272-292-308-336-356-392 st.
Brei na de laatste mindering 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 20-26-28-32-36-40 st gelijkmatig = 252-266-280-304-320-352 st op de nld. Brei in patroon in de rondte volgens A.4 en minder TEGELIJKERTIJD volgens het telpatroon – kies het telpatroon voor de juiste maat. Als A.4 een keer in de hoogte is gebreid, zijn er 180-190-200-228-240-264 st over op de nld. Brei 1 nld recht met wit en minder TEGELIJKERTIJD 4-6-8-28-30-44 st gelijkmatig = 176-184-192-200-210-220 st. Brei nu in patroon volgens A.5 – kies het telpatroon voor de juiste maat.
Als A.5 klaar is, brei dan een ronding op het achterpand voor de hals.
Plaats 1 markeerder middenvoor. Begin middenachter en brei r (met wit) tot er 14-14-16-16-18-20 st over zijn voor de markeerder. Keer het werk, brei r terug tot er 14-14-16-16-18-20 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer, brei r terug tot er 30-30-34-34-38-42 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 30-30-34-34-38-42 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer, brei r terug tot er 46-46-52-52-58-64 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 46-46-52-52-58-64 st over voor de markeerder in de andere kant. Keer, brei r terug tot er 62-62-70-70-76-86 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 62-62-70-70-76-86 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer en brei r terug tot het begin van de nld.

HALSRAND:
Ga verder met rondbreinld 2,5 mm en brei in patroon in de rondte over alle st volgens telpatroon A.1 en minder TEGELIJKERTIJD 30-28-36-34-44-44 st gelijkmatig = 146-156-156-166-166-176 st. Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, kant dan losjes af met rechte st.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = r met wit
symbols = av met wit
symbols = r met lavendel
symbols = 1 omsl met wit
symbols = 2 r samen met wit
symbols = 1 r afh, 2 r samen met wit, afgeh st overh
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Nordic Summer

Isten, Finland

Nordic Summer

Apfelsine, Germany

Nordic Summer

Nathalie Rastad, France

Nordic Summer

Inka, Finland

Nordic Summer

Angie, Germany

Nordic Summer

Carmen, Spain

Nordic Summer

Jenny, United Kingdom

Nordic Summer

Lanade, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS 161-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (131)

country flag Jacinthe Lévesque wrote:

Hi ! I am curious for the bust measurements... it seems like they are really small if it's for the circumference but would make more sense if it's for only the width (only the front). Anybody know what they are referring to ? The front width or really the bust circumference. Thank you !

19.08.2020 - 00:38

DROPS Design answered:

Dear Lévesque,read more about measurements here. Happy knitting!

19.08.2020 - 08:13

country flag Odette wrote:

Kann ich auch auf normale Stricknadeln stricken bis arm Höhe, danach alles auf ein Nadeln stricken , habe dann ein naht, ich kann leider nicht mit ein rundstricknadel stricken

16.07.2020 - 18:24

DROPS Design answered:

Liebe Odette, hier wird erklärt, wie man eine Anleitung für Hin- und Rück-Reihen anpasst. Viel Spaß beim stricken!

17.07.2020 - 08:03

country flag Joëlle wrote:

Beste, ik begrijp de raglan niet, zoals ik het lees en doe loopt het patroon van A3 altijd naar links aan beide kanten van de mouw, denk niet dat dit de bedoeling. I, brei elke 4de naald als volgt, na de markeerder, 1 rechts aflhalen, 2 St rechts breien en afgehaalde St overhalen, 1 omsl, dan raglan 1 r afh, 1r, afgeh St overhalen, verder breien tot 2 St voor de maarkeerder, 2 r samen breien, 1 omsl. Kunnen jullie mij verder helpen, alvast bedankt, Joëlle

05.06.2020 - 00:04

DROPS Design answered:

Dag Joëlle,

A.3 zit precies op de overgang van de mouw naar het pand en waar de pijl in A.3 staat (dus het midden van A.3) zit de markeerdraad. Je meerdert aan beide kanten van A.3 voor de raglan, dus aan de kant van de mouw en aan de kant van het pand. A.3 en de markeerdraad blijft in de hoogte steeds op dezelfde plek.

2 steken voordat A.3 begint brei je 2 steken samen, dan brei je A.3 en dan haal je 1 steek recht af, brei je 1 steek en haal je de afgehaalde steek over de gebreide steek.

18.06.2020 - 13:29

country flag Els Van Zantvliet wrote:

Ik ben net begonnen en heb de eerste 8 cm gebreid. nu heb ik de steekmarkeerders geplaatst. Nu lees ik het volgende: TAILLE: Minder voor de taille bij de 4 markeerders. Minder als volgt na de 1e en 3e markeerder: 2 r samen. Minder als volgt als er 2 st over zijn voor de 2e en 4e markeerder: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh. Dan klopt mijn telling toch niet? Ik brei maat xl. dan heb ik toch maar 14 steken geminderd ipv totaal 28? alvast bedankt. Groetjes Els

18.05.2020 - 08:28

DROPS Design answered:

Dag Els,

Voor de taille minder je telkens bij alle 4 de markeerders, dus je maakt 4 minderingen per mindernaald, waardoor je op 28 minderingen in totaal komt.

19.05.2020 - 13:26

country flag Richard wrote:

Brilliant. Thank you all very very much. Take care...

09.04.2020 - 19:19

country flag Richard wrote:

Hi, once again. Thank you for your last reply. My final question is:- Because I finish A5 at the beginning of left sleeve, do I CAST OFF?.....OR do I join new yarn in white to the mid back & then, knit as described up to 16 sts before the mid front marker?? Hopefully you can help me to complete the is garment. It is for a woman of 84. Thanks all.

09.04.2020 - 18:20

DROPS Design answered:

Dear Richard, no you don't need to cast off just work from the current begin of the rounds until 16 sts remain before marker on front piece, turn and work row back same way. You will work last row of the short rows to your beg of round again to work neck edge. Happy knitting!

09.04.2020 - 18:34

country flag Richard wrote:

Hi, again I don't understand, because the pattern states "When A5 has been worked, work an elevation in the back of neck. Insert 1 marker mid front. Beg mid back and K (with white) until 16 sts remain before the marker". Now, you are saying "you have to work to the mid back (find it as explained previously) and another one on the mid front". I'm so sorry, but how can this be? I really appreciate all your efforts to help me.

09.04.2020 - 17:25

DROPS Design answered:

Dear Richard, I'm sorry to have been confusing, you don't need marker on mid back here, so you just need to find the mid front (put the piece flat and insert a marker on mid front), and now work the short rows working until the given number of stitches remain before the marker on mid front (you will work more rows on the other stitches but always less stitches). Hope this is clearer now, sorry for confusion. Happy knitting!

09.04.2020 - 18:05

country flag Richard wrote:

Thank you, thank you... But please tell me, as I have finished A5 on the last stitch of the back, do I cut the yarn & then rejoin a new yarn (in white) as you say, at the mid-back. Then I would knit until 16 sts before the marker of the mid-front : then turn?? I am so near to finishing & will post a photo to the Drops Gallery, when I have done so. Thank you all, during this most difficult time.

09.04.2020 - 14:24

DROPS Design answered:

Dear Richard, you have to work to the mid back (find it as explained previously) and another one on the mid front. Now work from RS until 16 sts remain before marker on mid front, turn and work from WS until 16 sts remain before marker on mid front on the other side (= there are now 32 unworked sts on mid front), turn and continue working back & forth leaving then always more stitches before marker mid front at the end of each row both from RS and WS. Happy knitting!

09.04.2020 - 16:37

country flag Richard wrote:

Good morning. How do I get to work the elevation in the back of neck? I understand how this works, but if my piece finishes at the end of the back/beginning of left sleeve; how do I begin knitting from the mid-back? Do I cast off & then begin at the mid-back with a new yarn. Also, when I 'turn', do I 'knit' or 'purl'?? Sorry to trouble you at this difficult time. Richard.

08.04.2020 - 11:18

DROPS Design answered:

Dear Richard, elevation is worked in garter stitch: you will knit from RS and knit from WS. Happy knitting :)

09.04.2020 - 16:34

country flag Richard wrote:

Hi, everyone. I trust that you are all well, in this difficult time. Having completed A4, the remaining A5 does not present a problem. However, because I will finish at the beginning of the left sleeve, how do I get to work the elevation in the back of neck? The instructions are to insert 1 marker mid-front! How do I end the yarn between the back & the left sleeve? Do I join new yarn at mid neck, to continue. Thank you. Richard.

06.04.2020 - 10:59

DROPS Design answered:

Dear Richard, lie your work flat so that you can find the mid back of jumper, insert a marker ther and work to this marker, then start the elevation from this marker. Happy knitting!

09.04.2020 - 14:14