DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.30 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.05 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 25.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 153-4
DROPS design: Model nr. z-665
Garengroep A en A of C
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
200-200-250-250-250-300 gr. kleur nr. 7120, licht grijsgroen
en gebruik:
DROPS KID-SILK van Garnstudio
75-100-100-100-125-125 gr. kleur nr. 06, licht grijsgroen

DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 6 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 15 st x 19 nld in tricotst met 2 draden = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 5 mm - voor de randen in ribbelst.
DROPS PARELMOERKNOOP NR. 521: 6-6-6-7-7-7 stuks
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.30 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.05 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 25.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 knoopsgat = kant de 3e st vanaf middenvoor af. Zet in de volgende nld 1 nieuwe st op boven de afgekante st. Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 12, 20, 28, 36, 44 en 52 cm
MAAT M: 14, 22, 30, 38, 46 en 54 cm
MAAT L: 15, 23, 31, 39, 47 en 55 cm
MAAT XL: 9, 17, 25, 33, 41, 49 en 57 cm
MAAT XXL: 10, 18, 26, 34, 42, 50 en 58 cm
MAAT XXXL: 12, 20, 28, 36, 44, 52 en 60 cm
----------------------------------------------------------

ACHTERPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet 66-72-78-88-96-104 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 5 mm en 1 draad van elk garen. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 6 mm en brei in tricotst met 1 kant st in ribbelst aan elke kant van het werk. Plaats bij een hoogte van 25-26-27-28-29-30 cm 1 markeerder aan elke kant van het werk. Brei bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm (pas zo aan dat volgende nld aan de goede kant is) aan de goede kant als volgt: brei 1 st in ribbelst (= kant st), A.1 (= 5 st), 54-60-66-76-84-92 st in tricotst, A.2 (= 5 st), eindig met 1 st in ribbelst (= kant st). LET OP: Telpatronen A.1/A.2 verschuiven 1 st richting middenachter elke nld aan de goede kant. Ga zo verder in patroon. Zet bij een hoogte van 42-43-44-45-46-47 cm nieuwe st op voor de mouw aan elke kant van het werk aan het einde van de volgende 2 nld als volgt: 2-1-0-0-0-0 keer 4 st, 0-1-1-1-1-0 keer 3 st en 0-0-1-1-1-2 keer 2 st = 82-86-88-98-106-112 st op de nld. Brei de buitenste 3 st aan elke kant in ribbelst tot het werk klaar is. Ga verder in A.1/A.2, ribbelst en tricotst en kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 56-58-60-62-64-66 cm (pas zo aan dat volgende nld aan de goede kant is) de middelste 22-22-24-24-26-26 st af voor de hals (= 30-32-32-37-40-43 st over aan elke kant). Eindig nu elke schouder apart. Ga verder in A.1/A.2, ribbelst en tricotst en kant TEGELIJKERTIJD 1 st af langs de hals = 29-31-31-36-39-42 st over op de nld. Kant af bij een hoogte van 60-62-64-66-68-70 cm.

RECHTERVOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet 74-79-82-89-95-101 st op (incl. 3 voorbies st) met rondbreinld 5 mm en 1 draad van elk garen. Brei 2 ribbels in ribbelst. Ga verder met rondbreinld 6 mm en brei als volgt aan de goede kant: brei 3 st in ribbelst (= voorbies st) en brei tricotst over de andere st en eindig met 1 st in ribbelst (= kant st). Brei de voorbies st en de kant st in ribbelst tot het werk klaar is. Denk om de KNOOPSGATEN - zie uitleg boven. Kant bij een hoogte van 25-26-27-28-29-30 cm (pas zo aan dat de volgende nld aan de verkeerde kant is) de eerste 38-40-40-42-44-46 st af aan de verkeerde kant = 36-39-42-47-51-55 st over op de nld. Ga verder in ribbelst en tricotst tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st in ribbelst (= kant st). Brei bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm (pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is) aan de goede kant als volgt: brei 3 st in ribbelst (= voorbies st), 27-30-33-38-42-46 st in tricotst, A.2 (= 5 st) en eindig met 1 st in ribbelst (= kant st). LET OP: Telpatroon A.2 verschuift 1 st middenvoor elke nld aan de goede kant. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE KNOOPSGATEN! Zet bij een hoogte van 42-43-44-45-46-47 cm (pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is) st op voor de mouw aan de linkerkant van het werk (gezien aan de goede kant) aan het einde van de volgende nld aan de goede kant als volgt: 2-1-0-0-0-0 keer 4 st, 0-1-1-1-1-0 keer 3 st en 0-0-1-1-1-2 keer 2 st = 44-46-47-52-56-59 st op de nld. Brei de laatste 3 st die nieuw opgezet zijn in ribbelst tot het werk klaar is. Ga verder in ribbelst, tricotst en A.2 TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 53-55-56-58-59-61 cm (pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is) en kant af voor de hals in de volgende nld aan de goede kant als volgt: kant de eerste 13-13-14-14-15-15 st af = 31-33-33-38-41-44 st over op de nld. Ga verder in tricotst, ribbelst en patroon als hiervoor over de overgebleven st. Kant in de volgende nld aan de goede kant 1 st af langs de hals, herhaal dit minderen nog 1 keer in de volgende nld aan de goede kant = 29-31-31-36-39-42 st over op de nld. Kant af bij een hoogte van 60-62-64-66-68-70 cm.

LINKERVOORPAND:
Brei als het rechtervoorpand maar in spiegelbeeld. Brei A.1 (= 5 st) in plaats van A.2.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de zijnaad als volgt: naai A (= afkantrand op het voorpand) tegen B (= zijkant van het achterpand) - zie telpatroon. LET OP: pas zo aan dat de afkantrand van elk voorpand wordt genaaid tot de markeerder op het achterpand, ga dan verder met de zijnaad en naai ook de mouwnaden samen. Naai de knopen op de linkervoorbies.

HALSRAND:
Neem 60-70 st op langs de hals met rondbreinld 5 mm en 1 draad van elk garen. Brei 2 ribbels in ribbelst. Kant alle st af.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 3 st r samen
symbols = 3 st gedraaid r samen
symbols = 2 omsl tussen 2 st, brei in de volgende nld de 1e omsl recht en laat de 2e omsl van de nld glijden
symbols = 2 omsl tussen 2 st, haal in de volgende nld de 1e omsl av af, 1 st av (= 2e omsl), afgeh st overh
symbols = zet 1 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 1 st r, 1 st r van de kabelnld
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 153-4

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (61)

country flag Birte Rasmussen wrote:

Jeg kan ikke få diagrammønstret til at blive forskudt mod midten på bagstykket. Det lyder også ulogisk, når de 5 masker på retsiden (som udvides med 2 x dobbeltopslag) reduceres til 5 masker på vrangsiden. Hvad gør jeg forkert???

20.01.2023 - 18:41

DROPS Design answered:

Hej Birte, når du strikker ifølge symbolerne, så tager du 2 masker ud med kast og du tager 2 masker ind ( ved at strikke 3 sammen) på mønsterpindene, det vil sige at du har lige mange masker i diagrammet på hver pind. Sæt et mærke på hver side af diagrammerne og forskyd 1 maske på hver 2 pind. God fornøjelse!

25.01.2023 - 15:41

country flag Viviane Van Bever wrote:

Ik had niet goed gekeken bij het bestellen het garen en dacht dat het ofwel met ALPACA ofwel met KID-SILK kon gebreid worden. Nu zie ik dat het met twee draden moet... Er zit allicht niets anders op dan de ALPACA bij te bestellen ? Welke mogelijkheden zijn er nog ? Dank bij voorbaat Viviane

05.07.2016 - 14:58

DROPS Design answered:

Hoi Viviane. Ja, dat klopt. Je kan eventueel vervangen door een dubbele draad Kid-Silk - of één van de andere garens uit categorie A, kijk hier, maar vergeet niet om een proeflapje te breien om de stekenverhouding te controleren.

05.07.2016 - 15:21

country flag Mapau wrote:

J'ai déjà réalisé le gilet "Cassidy" comme le modèle en alpaga, je souhaite maintenant le réaliser en coton SAFRAN, combien de pelotes dois-je commander pour la taille XL ? Merci d'avance pour votre réponse.

09.07.2015 - 17:33

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Mapau, Cliquez ici pour calculer la quantité nécessaire d'une qualité alternative - ce modèle est tricoté avec 2 fils (1 Alpaca + 1 Kid-Silk), il vous faudra également le tricoter avec 2 fils (1 Safran + 1 autre du groupe A au choix), ou dans un fil du groupe C. Bon tricot!

10.07.2015 - 08:31

country flag Henriette wrote:

Jeg forstår ikke det der står ved rygstykke:Der står slå 4 masker op 1-1-0-0 gange for vis jeg slår 4 masker op er der en maske for meget og hvis jeg ikke slår de 4 masker op er der 3 for lidt men jeg har ikke begyndt at strikke den endnu så måske det hele kommer til at passe alligevel???men skal jeg slå 4 masker op eller???

13.05.2015 - 10:17

DROPS Design answered:

Hej Henriette, Jeg kan ikke finde det du skriver... men du slår op til ærmer ifølge opskriften således: Slå 4 m op 2-1-0-0-0-0 gange, derefter 3 m 0-1-1-1-1-0 gange, derefter 2 m 0-0-1-1-1-2 gange = 82-86-88-98-106-112 m på p. God fornøjelse!

13.05.2015 - 11:01

country flag BRASSART wrote:

J'ai déjà réalisé le gilet modèle z-665 comme indiqué en ALPAGA. Maintenant je voudrais réaliser ce même gilet en coton SAFRAN. Me conseillez-vous cette réalisation ainsi ? Quelles aiguilles, quel nombre de mailles ? Merci d'avance pour votre réponse

30.04.2015 - 16:21

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Brassart, DROPS Safran appartient au même groupe qu'Alpaca, vous pouvez ainsi utiliser Safran, et conserver soit Kid-silk, soit Alpaca (on tricote ici avec 2 fils). Cliquez ici pour plus d'informations sur les alternatives et le calcul des quantités. Bon tricot!

30.04.2015 - 16:27

country flag Marianne wrote:

Diagram A.1 og A.2 er der ikke en fejl ? der bliver 1m mindre i hver mønstre.

13.07.2014 - 13:13

DROPS Design answered:

Hej Marianne. Nej, der er ikke fejl. Du har 5 m per gentagelse af begge diagrammer. Du strikker: 2 omslag som tages ind til 1 i næste pind, sæt 1 m på hj.p foran arb, 1 r, 1 r fra hj.p, dobbelt omslag og i næste pind tages de ind til 1 og 3 r/drejet r sammen = 3 strikkes sammen til 1. Dvs, de 2 masker mindre kommer igen med de to gange slå om.

14.07.2014 - 16:36

country flag Dilianne wrote:

Ik heb een proeflapje gebreid met nld. 6 (15 st. x 19 nld.) maar dit komt bij mij uit op 9 x 9 cm. Zou ik dit dan toch met 2 draden Lace kunnen breien?

28.06.2014 - 12:47

DROPS Design answered:

Hoi Dilianne. Probeer dan met een dikkere naald en zie of dat niet beter uitkomt.

01.07.2014 - 14:33

country flag Dilianne wrote:

Vraagje over dit ontzettend leuke vest; als garenalternatief staat lace mix vermeld. Het vestje wordt met 2 draden en op naalden 5 gebreid terwijl je lace als 1 draad gebruikt en geschikt is voor naalden 3,5. Kan ik, als ik dit met lace wil breien, het stekenaantal in het patroon aanhouden of moet ik tellen hoeveel steken er in het proeflapje gaan bij 10 x 10 cm?

19.06.2014 - 12:54

DROPS Design answered:

Hoi Dilianne. DROPS Lace hoort net zoals DROPS Alpaca in garencategorie A. Wil je voor dit model vervangen door Lace, dan moet je ook met 2 draden breien en een proeflapje breien om de stekenverhouding voor het patroon te controleren (dwz, 15 st x 19 nld tricot = 10 x 10 cm). Wij raden naald 6 aan, maar het kan verschillen van hoe strak/losjes je breit. De verhouding op het overzicht is standaard, maar kan dus veranderen afhankelijk van model, motief en structuur.

19.06.2014 - 13:33

country flag Sabine wrote:

Die Maschenprobe soll mit zwei Fäden gestrickt werden, die Jacke aber nur mit einen Faden. Wie passt das zusammen? Zudem werden zwei verschiedene Wollsorten angegeben, aber ich kann in der Anleitung nichts finden, wann mit welcher Wolle gestrickt werden soll. Ansonsten finde ich die Jacke sehr schön.

02.05.2014 - 10:56

DROPS Design answered:

Liebe Sabine, im 2. Satz unter "Rückenteil" heißt es: "66-72-78-88-96-104 M (inkl. 1 Rand-M auf jeder Seite) mit Rundnadel 5 mit 1 Faden jeder Qualität anschlagen" - 1 Faden jeder Qualität = 1 Faden Alpaca und 1 Faden Kid-Silk = 2 Fäden zusammengenommen. In dieser Weise machen Sie auch die Maschenprobe. Sie stricken die Jacke durchgängig mit beiden Garnqualitäten, Alpaca und Kid-Silk, zusammen. Viel Spaß beim Stricken!

02.05.2014 - 11:03

country flag Teresa Chinnock wrote:

Wow I love this!!! Perfect for my hiding my pouch belly I've gotten after 3 kids lol!! Can't wait to knit this, have never used ur yarn before so looking forward to seeing it!!!

16.02.2014 - 19:08