Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Dit patroon is gecorrigeerd. Klik hier om de correcties te bekijken.
= recht aan de verkeerde kant |
|
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant |
|
= 2 omsl, brei in de volgende nld de eerste omsl recht en laat de tweede omsl van de nld glijden zodat een gaatje ontstaat |
|
= kant deze st af aan de goede kant |
|
= 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh |
|
= 2 st r samen |
|
= 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh |
|
= 1 omsl |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Butterfly Dance |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Gebreide DROPS omslagdoek in ribbelst met kantpatroon van ”Alpaca”.
DROPS 153-2 |
|||||||||||||||||||||||||
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot en met A.6. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. HERHALING MEERDEREN: Meerder elke nld aan de goede kant als volgt met dubbele omsl: Nld 1: maak een dubbele omsl naast de kant st aan elke kant van de omslagdoek en aan elke kant van de mid st. Nld 2: brei alle st recht, brei eerste omsl recht en laat tweede van de nld glijden om een gaatje te maken. Nld 3: maak een dubbele omsl naast de kant st aan elke kant van de omslagdoek en aan elke kant van de mid st. Nld 4: brei alle st recht, brei eerste omsl recht en laat tweede van de nld glijden om een gaatje te maken. Elke keer dat HERHALING MEERDEREN gebreid is, is het werk 8 st breder geworden. ---------------------------------------------------------- OMSLAGDOEK: Zet 3 st op met rondbreinld 3.5 mm en Alpaca. Plaats een markeerder in de 2e st = middelste st (mid st). Brei eerste nld als volgt: 1 st r, 1 omsl, 1 st r, 1 omsl, en 1 st r, keer en brei recht = 5 st op de nld. Ga verder in RIBBELST - zie uitleg boven en brei TEGELIJKERTIJD een HERHALING MEERDEREN (brei dit de hele omslagdoek) – zie uitleg boven, tot HERHALING MEERDEREN 22 keer gebreid is en er 44 gaatjes in de hoogte zijn aan elke kant van de mid st = 181 st op de nld. Het aantal st is nu deelbaar door 8 plus 5. Brei dan telpatroon A.1 (brei de gemeerderde als hiervoor en brei kant st en mid st in ribbelst). Brei in de nld in het telpatroon met 2 st r samen en omsl tot er 1 st overblijft voor de mid st, brei 1 st r, mid st en meerder als hiervoor aan elke kant van deze mid st, 1 st r en ga verder met telpatroon A.1. Als het telpatroon een keer in de hoogte is gebreid staan er 197 st op den nld. Brei dan volgens telpatroon A.2, A.3 en A.4 als volgt: brei de kant st en de omsl als hiervoor, brei A.2 (LET OP! Er zijn geen st om te breien in A.2 op de eerste nld van het telpatroon), herhaal A.3 tot er 1 st overblijft voor de mid st, brei A.4 over deze st, maak omsl en brei mid st als hiervoor. Herhaal aan de andere kant van de omslagdoek. Ga verder volgens A.2, A.3 en A.4 op deze manier. Als het telpatroon een keer in de hoogte is gebreid, staan er 229 st op de nld. Vervang nu telpatroon A.3 door telpatroon A.5 – er is gemeerderd zodat er 2 extra patroonherhalingen van A.5 passen aan elke kant van de omslagdoek. Brei volgens telpatroon A.2, A.5 en A.4 en brei meer patroonherhalingen van A.5 zodra dit past. Ga zo verder tot A.5 in totaal 6 keer is gebreid in de hoogte. Er staan nu 325 st op de nld en het aantal st is nog steeds deelbaar door 8 plus 5. Brei in de volgende nld aan de goede kant zonder HERHALING MEERDEREN als volgt: Brei 2 st recht in de eerste st, dan * 4 st r, omsl *, herhaal *-* 8 keer, 97 st r, herh *-* 8 keer, brei 2 st r in de middelste st, herh *-* 8 keer 97 st r, herh *-* 8 keer en eindig met 2 st r in de laatste st = 360 st op de nld, dus een aantal st dat deelbaar is door 8. Brei 1 nld r van de verkeerde kant, de omsl van de vorige nld achterin de st breien om gaatjes te voorkomen. Brei vervolgens de rand van de sjaal. RAND: Keer het werk niet, maar zet 14 nieuwe st op voor de rand van de omslagdoek aan de verkeerde kant. Keer het werk, brei 1 nld recht over de 14 nieuwe st. Keer het werk. Brei dan volgens telpatroon A.6 over deze st aan de verkeerde kant (1e nld in telpatroon = verkeerde kant). LET OP! Brei elke nld aan de goede kant de laatste st samen met de volgende vrije st van de omslagdoek – zo wordt de rand aan de omslagdoek vast gebreid. Haal in de volgende nld de 1e st af alsof u hem averecht zou breien. Ga verder in A.6 langs de hele rand van de omslagdoek = 43 punten. Kant losjes alle st af. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (88)
Wanda Burns wrote:
I am ready to start the border on 153-2. The pattern instructions say to add 14 stitches from the wrong side. Would you recommend the "cast on with loops" that is shown in the video provided? In order to do the cable cast on wouldn't we need to turn the work? Thanks so much for the clarification.
16.12.2022 - 00:59DROPS Design answered:
Dear Mrs Burns, you can use any technique to cast on these new 14 sts as long as they are on the correct place on the piece so that you can work together at the end of every row from right side the last stitch of edge with the next stitch of the shawl. Happy knitting!
16.12.2022 - 08:36Inge wrote:
Hi, I have got to the part where you have 197 stiches and have to do A2-A3-A4. It says repeat on the other side of the mid stitch. Does this imply that you do A4-A3 repeats-A2? or A2-A3 repeats? I did the latter. Somehow neither option appears to be symmetrical
06.09.2022 - 15:13DROPS Design answered:
Dear Inge, you will work on each side of the middle stitch the same way: A.2 x 1 time, repeat A.3 and work A.4 x 1 time (A.2 and A.4 are both stocking stitches) so that you will increase as before on each side of shawl + on each side of the middle stitch and work the new sts in stocking stitch (= as shown in A.2 and A.4). Happy knitting!
06.09.2022 - 16:25Sandra wrote:
Danke, aber nein. Ich meine die beiden Absätze vor "BORDÜRE:". Es soll zuletzt eine Rück-R re gestrickt werden und somit ist die nächste R eine Hin-R wenn mit der Bordüre begonnen wird. So kann man die Bordüre nicht richtig anstricken. Egal, ich habe es für mich angepasst und bin sonst mit der Anleitung sehr zufrieden. Danke für die vielen Anleitungen und schöne Grüße.
06.10.2021 - 23:02DROPS Design answered:
Liebe Sandra, die letzte Reihe über die 360 Maschen ist ja eine Rückreihe, am Ende dieser Reihe schlagen Sie 14 neuen Maschen (= Bordüre = A.6), wenden Sie und stricken Sie die 14 M rechts = Hinreihe, wenden Sie und jetzt stricken Sie bei der nächsten Rückreihe die 1. Reihe in A.6 (lesen Sie von links nach rechts), und so weiter stricken, bei der nächsten Reihe = Hinreihe stricken sie die letzten Masche von A.6 zs mit der nächsten M vom Tuch, usw. Kan es Ihnen helfen?
07.10.2021 - 08:40Sandra wrote:
Danke, aber irgendwie stimmt in der Anleitung etwas nicht. Nach 6 x A.5 soll eine Hinreihe mit Umschlägen und dann eine Rück-R re gestickt werden. Also bin ich dann am re Rand am Beginn einer neuen Hin-R. Wie soll ich dann am Ende der Reihe nach 14 M Neuanschlag mit der Rück-R von A.6 anfangen. Ich habe jetzt noch eine Hin-R re gestrickt und komme so hin. Es sieht jetzt auch richtig und gut aus. Zum Glück bin ich eine erfahrene Strickerin. Die Anleitung verwirrt etwas.
06.10.2021 - 07:34DROPS Design answered:
Liebe Sandra, meinen Sie A.6 anstatt A.5? A.6 wird jedesmal wie zuvor gestrickt: es sind 360 M am Ende vom Tuch und 8 Hin-Reihen in A.6 wo Sie A.6 und Tuch zusammen stricken = 45 Spitzen insgesamt. Kan das Ihnen helfen?
06.10.2021 - 07:48Sandra wrote:
Hallo, nun bin ich bei der Bordüre. Beginnen soll ich die Bordüre an der rechten Ecke des Tuches. Auf der Abbildung ist die Bordüre aber zweifelsfrei ab dem linken Rand gestickt, da das Lochmuster der Spitze entsprechend verläuft. Was passt nun? Mit dem Stricken ab der rechten Ecke wird auch die Abnahmelinie nach den Umschlägen in jeder Reihe (Lochreihe) sehr unschön, da die linke Seite zu sehen ist. Vielen Dank
05.10.2021 - 09:11DROPS Design answered:
Liebe Sandra, die 1. Reihe von A.6 ist eine Rückreihe, die Bordüre wird zusammen mit dem Tuch am Ende den Hinreihen gestrickt, vielleicht kann Ihnen dieses Video helfen?
06.10.2021 - 07:16Sandra Witte wrote:
Negeer mijn vorige vraag maar, ik heb het al ontdekt! De omslagdoek wordt van boven naar beneden gebreid en ik dacht van onder naar boven. Foutje van mij :-)
24.10.2020 - 13:52DROPS Design answered:
Dag Sandra,
Mooi dat het opgelost is en dat je nu verder kan. Dankjewel voor de terugkoppeling en veel breiplezier!
25.10.2020 - 19:10Sandra Witte wrote:
Als het eerste deel van het patroon is gebreid, moet je toch eerst dit aflaten en dan de steken langs de zijkanten opnemen? Dit staat niet in de beschrijving.
24.10.2020 - 13:25Carolyn Bremner wrote:
Butterfly Dance Shawl: Under the section titled "INC REPETITION" it says Every time inc repetition has been worked, piece inc 8 sts. Should that not be 4 stitches as you drop the second loop off when knitting from the wrong side?
01.04.2019 - 20:22DROPS Design answered:
Dear Mrs Brenner, on row 1 and 3 you are increasing 4 stitches with a double yarn over: make 1 double yarn over after the first stitch, 1 double yarn over before the middle stitch, 1 double yarn over after the middle stitch, and 1 double yarn over before the last stitch = 4 double yarn overs = 4 stitches increased on row 1 + 4 stitches increased on row 3 = 8 stitches have been increased after these 4 rows have been worked. Happy knitting!
02.04.2019 - 09:55Solbjorg Olsen wrote:
På bildet av sjalet ser jeg at det er strikket ett par omganger med hullmønster før kanten strikkes. Jeg kan ikke finne dette nevnt i mønsteret hvordan dette skal srikkes.
16.10.2018 - 17:34DROPS Design answered:
Hei Solbjorg. Den kanten med hullmønster før spissene langs kanten er en del av A.6 - hullmønsteret lengst til høyre i diagrammet. God fornøyelse.
17.10.2018 - 08:30Michele Rousse wrote:
Bonjour, Sur la photo du châle il y a un rang entièrement ajouré entre A5 et A6 comment le faire , rien ne l'indique dans les explications. Merci d'avance
04.06.2018 - 11:59DROPS Design answered:
Bonjour Mme Rousse, le diagramme A.6 est la bordure qui se tricote le long des 2 diagonales du châle (= le long du début et de la fin des rangs, où vous avez 1 trou (= 1 jeté, 2 m ens à l'end) tout du long de ces 2 diagonales. Bon tricot!
04.06.2018 - 13:24