Blue Nostalgia Cardigan |
|||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||
Gebreid vest met raglan in DROPS Sky. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon op de mouwen. Maten S – XXXL.
DROPS 199-4 |
|||||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET WERK: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = 2 naalden recht. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 110 steken), minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken meerderingen (dus 10) = 10. In dit voorbeeld, meerdert door 1 omslag te maken na elke 10e steek. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Meerder niet op de biezen. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.6. Vind uw maat in de telpatronen (geldt voor A.3 tot A.5). De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. KNOOPSGATEN: Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, brei de volgende 2 steken recht samen en brei de laatste steek recht. Brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat. Het eerste knoopsgat wordt gebreid als het werk ongeveer 1½-2 cm meet vanaf de opzetrand. Brei dan de andere 5-5-5-6-6-6 knoopsgaten met ongeveer 9-9-9-8½-8½-8½ cm tussen elk. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de zijkanten van het lijf en de mouwen): Alle minderingen worden aan de goede kant gebreid! Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit in midden van deze steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel in de hoogte = 2 naalden; dus brei 1 naald recht en 1 naald averecht ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: De pas en lijf worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald vanaf midden voor, van boven naar beneden. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden. PAS: Zet 110-116-120-126-130-136 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) met rondbreinaald 3.5 mm en Sky. Brei 2 RIBBELS – lees beschrijving hierboven. Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 10-8-8-10-10-8 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 120-124-128-136-140-144 steken. Ga verder met rondbreinaald 4mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, tricotsteek over de volgende 15-16-17-19-20-21 steken (= voorpand), 1 omslag, 2 steken tricotsteek, A.1 over 21 steken (= mouw), 2 steken tricotsteek, 1 omslag, 30-32-34-38-40-42 steken tricotsteek (= achterpand), 1 omslag, 2 steken tricotsteek, A.1 over 21 steken (= mouw), 2 steken tricotsteek, 1 omslag, tricotsteek over de volgende 15-16-17-19-20-21 steken en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek (= voorpand). Er zijn nu 128-132-136-144-148-152 steken op de naald. Ga zo verder met dit patroon. Met andere woorden, meerder op de mouwen aan elke kant zoals te zien is in A.1. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag averecht op de mouwen (= gaatjes) en de gemeerderde steken worden in het patroon gebreid zoals te zien is in A.1. Op de voor- en achterpanden, meerdert u met een omslag voor/na de 2 steken in tricotsteek (er zijn 2 steken in tricotsteek tussen elke raglanmeerdering). Brei op de volgende naald (verkeerde kant) deze omslagen gedraaid averecht (= geen gaatjes) en de gemeerderde steken worden dan in tricotsteek gebreid. Meerder zo iedere 2e naald (dus elke naald aan de goede kant). U meerdert in totaal 8 steken op elke meerdernaald (= 4 omslagen + 4 omslagen gemeerderd in A.1). DENK OM DE STEKENVERHOUDING en denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Als A.1 1 keer in de hoogte is gebreid zijn er 240-244-248-256-260-264 steken op de naald. Ga verder met dit patroon, dus de patroonherhalingen zoals te zien is in A.1. Elke keer dat u 20 naalden in de hoogte heeft gebreid, is er ruimte voor nog 1 herhaling met kantpatroon in de breedte op elke mouw. Als u in totaal 24-27-29-32-34-38 keer aan elke kant van A.1 heeft gemeerderd, zijn er 312-340-360-392-412-448 steken op de naald en meet het werk ongeveer 18-20-22-24-25-28 cm vanaf de opzetrand midden voor. Ga verder met voorbiessteken in ribbelsteek, tricotsteek en patroon zoals hiervoor, maar zonder te meerderen. Met andere woorden over de 69-75-79-85-89-97 steken in A.1 brei dan als volgt: Brei A.2 (= 2 steken), 2-0-2-0-2-1 steken tricotsteek, begin op de naald gemarkeerd met een pijl in uw maat en brei A.3 (= 10 steken), A.4 over de volgende 40-50-50-60-60-70 steken (= 4-5-5-6-6-7 herhalingen van 10 steken), A.5 (= 11 steken), 2-0-2-0-2-1 steken tricotsteek en A.6 (= 2 steken). Brei verder tot het werk 23-25-26-28-30-32 cm meet vanaf de opzetrand midden voor. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant: Brei 5 voorbiessteken in ribbelsteek, 41-45-49-54-59-65 steken tricotsteek (= voorpand), plaats de volgende 69-75-77-83-83-89 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-14 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), 82-90-98-108-118-130 steken in tricotsteek (= achterpand), plaats de volgende 69-75-77-83-83-89 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-14 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), 41-45-49-54-59-65 steken tricotsteek en 5 voorbiessteken in ribbelsteek (= voorpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! LIJF: = 194-210-230-250-274-298 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 10-10-12-12-14-14 opgezette steken onder elke mouw. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden later gebruikt bij het meerderen/minderen. Brei tricotsteek, met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant van het werk. Als het werk 2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MINDEREN = 4 steken geminderd. Minder zo iedere 3 cm in totaal 4 keer = 178-194-214-234-258-282 steken. Ga verder tot het werk 14 cm meet vanaf de scheiding. Meerder nu 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 4 steken gemeerderd. Meerder zo iedere 2 cm in totaal 7 keer = 206-222-242-262-286-310 steken. Ga verder tot het werk 30-30-31-31-31-31 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm. Brei 2 ribbels heen en weer gebreid over alle steken. Kant dan losjes af met recht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met naald 4 mm. Het vest meet ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Plaats de 69-75-77-83-83-89 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-14-14 opgezette steken onder de mouw = 79-85-89-95-97-103 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-14-14 steken onder de mouw en neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt later gebruikt bij het minderen. Begin de naald bij de markeerdraad. Begin op de juiste naald in de telpatronen zodat het patroon verder gaat vanaf de pas en brei dan als volgt: Brei 4-2-4-2-3-1 steken tricotsteek, A.3 (= 10 steken), A.4 over de volgende 50-60-60-70-70-80 steken (= 5-6-6-7-7-8 herhalingen van 10 steken), A.5 (= 11 steken) en 4-2-4-2-3-1 steken tricotsteek. Ga verder met dit patroon. Als het werk 2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – denk om TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3e-3e-3e-2e-2e-2e naald in totaal 14-15-15-16-15-16 keer = 51-55-59-63-67-71 steken. De steken die niet in het patroon passen door het minderen worden in tricotsteek gebreid, maar zorg ervoor dat als u mindert in het patroon u ook 1 omslag maakt. Ga verder tot het werk 21-19-19-17-15-14 cm meet vanaf de scheiding (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas). Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm. Brei 2 RIBBELS in de rondte – lees beschrijving hierboven. Kant dan losjes af met recht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met naald 4 mm. De mouw meet ongeveer 22-20-20-18-16-15 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de knopen op de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (51)
Maryse wrote:
Bonjour! J'arrive bientôt au moment de séparer le tricot pour les manches; lorsque j'aurai 23 cm de longueur, je soupçonne que je serai rendue à la fin des grilles A2 à A6, lorsque j'aurai terminé le motif et que je devrai reprendre ma manche pour continuer, est-ce que je recommence à l'endroit où il y a une flèche selon notre grandeur? On dirait que le motif ne se suivra pas, et je voudrais être certaine. Gros merci!!!
09.01.2020 - 02:30DROPS Design answered:
Bonjour Maryse, après les augmentations et avant la division, vous tricotez A.2 et A.6 (pour prolonger les jours des raglans) et A.3 à A.5 sur les mailles du point ajouré jusqu'à ce que l'ouvrage mesure 23 cm - (répétez A.2 et A.6 en hauteur si besoin) et commencez A.3, A.4, A.5 par le rang avec la flèche (pour que le motif s'aligne au-dessus du précédent), et s'il vous manque encore des rangs après la fin de ces diagrammes, reprenez-les au 1er rang cette fois (c'est ainsi que vous les tricoterez sur les manches). Bon tricot!
09.01.2020 - 09:44Louise Desilets wrote:
Could you explain to me what does «0-2-0-2-1 mailles jersey» means?
13.11.2019 - 18:30DROPS Design answered:
Hi Louise, The numbers refer to the different sizes in the pattern, so you choose the number for your size. Happy knitting!
14.11.2019 - 07:21Julie888 wrote:
Is it possible to use the lace pattern on the front and back? Also, can I add pockets?
29.09.2019 - 23:55DROPS Design answered:
Dear Julie888, we are unfortunately not able to adapt every pattern to every single request, please contact - even per mail or telephone - your DROPS store for any individual assistance. Happy knitting!
30.09.2019 - 11:44Lisa wrote:
Working on final part of sleeve and a little confused with this part of instruction under "SLEEVE" In the decrease instructions for the sleeve it says "make sure when decreasing in the pattern you make 1 yarn over" Do I do the YO right after I've done the second decrease? And if I'm decreasing 2 sts and doing a yarn over after I'm not really decreasing 2 sts? So how do I end up with 51 sts? Thank you for your help
30.07.2019 - 07:39DROPS Design answered:
Dear Lisa, when you will decrease on sleeves the number of stitches will not fit the pattern, work the stitches that cannot be worked in pattern in stocking stitch, but when you work the lace pattern make sure there are always 1 yarn over for each decrease so that you don't decrease more stitches. Happy knitting!
06.08.2019 - 10:55Maeve wrote:
Hi, sorry I didn't explain my question well: I am working on the yoke and have just started A.1, are the increases only within A.1, or do I also increase at the start on the two front pieces and twice in the back piece i.e: do I make four or eight increases every right side until I divide for the sleeves?
05.07.2019 - 20:35DROPS Design answered:
Dear Maeve, you will increase 8 stitches on every raglan increase: 1 on each front piece, 2 on the back piece (= these stitches are increased with a yarn over before/inside the 2 raglan-sts) + 2 sts on each sleeve (= the yarn over at the beg of every other row in A.1). The increased sts on body will be worked in stockiing stitch while the increased sts on sleeve will be worked as shown in A.1 (= A.1 shows increases on sleeves). Happy knitting!
08.07.2019 - 08:55Maeve wrote:
Hi, after you have started the A.1 pattern, are the increases/yoke overs just done on the sleeves or are there also increases done on the front and back parts?
04.07.2019 - 23:01DROPS Design answered:
Dear Maeve, after you finished teh yoke and separate the stitches for the front/back and the sleeves, on the body there will be some decreases and increases on the two sides, to shape the waistline. Happy Knitting!
05.07.2019 - 01:53Mickan wrote:
Hej kommit till punkten då jag har 264 m. Det står fortsätt mönstret på samma sätt som visats i A1. När det ökats totalt ex antal ggr, på varje sida av A1. Ska jag alltså öka både på framstycke, ärm , bak etc som det beskrivits tidigare. Eller ska jag bara öka på ärmen och fram o bakstycke ökas inget ? Hoppas ni förstår frågan mvh mickan
24.05.2019 - 18:57DROPS Design answered:
Hei Mickan. Du fortsetter å øke både på ermene (som viste i A.1) og på forstykket og bakstykket. Dvs, du øker total 8 masker på hver økeomgang. Når du har økt total 38 ganger har du 448 masker på pinnen. God fornøyelse
27.05.2019 - 13:22Pascale wrote:
Re bonjour ! Désolée pour le dérangement mais j'ai trouvé la solution à mon problème !!!! Mais.... Je n'ai pas terminé mon cardigan, alors peut-être à bientôt...
21.05.2019 - 22:15Pascale wrote:
Bonjour ! Une petite question : je ne comprends pas ce qui se passe au moment de reprendre les mailles des manches laissées en attente, je suis les explications, j'ai bien 85 mailles, mais que se passe-t-il sous la Manche ? Les motifs A3, A4 sont de 10 mailles, A5 de 11, restent 4 m dont on ne voit pas bien ce qu'elles deviennent 😥.... Et si je commence effectivement par 2m endroit après le marqueur sous le bras, je ne parviens pas à me caller sur le motif A3 !!!! Au secours !!!
21.05.2019 - 17:36DROPS Design answered:
Bonjour Pascale, vous allez tricoter ainsi: 2 m jersey, A.3 (= les 3 m restantes des 5 m du milieu sous la manche + A.2 (= 2 m) + les 5 premières m du A.3 de l'empiècement), répétez A.4, et terminez par A.5 au-dessus des 6 dernières m du A.5 de l'empiècement + A.6 (= 2 m) et les 3 premières des 5 dernières m du tour, 2 m jersey. Bon tricot!
22.05.2019 - 09:01Tone Lise wrote:
Jeg får ikke maskeantallet til å stemme med fellingene. Skal man hoppe over en felling med 2 sammen når man ikke får med kast? Det er vanskelig å forklare hva jeg mener.
21.05.2019 - 15:12DROPS Design answered:
Hei Tone Lisel. Jeg antar du snakker om fellnigen under ermet? Du feller 2 masker midt under ermet totalt 14-15-15-16-15-16 ganger = totalt 28-30-30-32-30-32 masker felt. Før du begynner fellingen har du 79-85-89-95-97-103 masker, så da stemmer det at du sitter igjen med 51-55-59-63-67-71 masker. Alle fellinger du gjør i diagrammet (altså alle fellinger utenom de 2 maskene som felles under ermet), kompenseres med et kast slik at maskeantallet ikke endrer seg i hvert diagram. Du spiser deg altså innover i mønsteret fra hver side ogoOm du har spist deg inn over et kast må du lage et kast senere, i forbindelse med fellingen i diagrammet. God fornøyelse
22.05.2019 - 13:36