DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Come Here

Gebreide DROPS trui met raglan en gerstekorrel, van boven naar beneden gebreid van ”Cotton Merino”. Maat: S - XXXL.

DROPS 157-34
DROPS design: Model nr. cm-012
Garengroep B
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
400-450-500-550-600-650 gr. kleur nr. 18, medium grijs

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (40 of 60 cm) 3,5 mm - voor de randen in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte op de rondbreinld):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. 1 ribbel = 2 nld.

PATROON (dubbele gerstekorrel in de hoogte):
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

RAGLAN:
Alle meerderingen worden gemaakt aan de goede kant.
Meerder 2 st aan elke kant van elke raglan als volgt (= 16 st gemeerderd):
Meerder als volgt voor 4 st in tricotst en de markeerder: 2 r in de volgende 2 st (dus brei voor en achter in de st) = 2 st gemeerderd.
Meerder als volgt na de markeerder en 2 st in tricotst: 2 r in de volgende 2 st (dus brei voor en achter in de st) = 2 st gemeerderd.

Meerder 1 st aan elke kant van elke raglan als volgt (= 8 st gemeerderd):
Meerder als volgt voor 2 st in tricotst en de markeerder: 1 omsl, 2 st in tricotst.
Meerder na de markeerder als volgt: 2 st in tricotst, 1 omsl.
Brei de omsl gedraaid r in de volgende nld om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder als volgt voor de markeerder: brei tot er 3 st over zijn voor de markeerder, 2 r samen, 1 r.
Minder als volgt na de markeerder: 1 r, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Brei de trui van boven naar beneden op de rondbreinld. Brei de mouwen in de rondte op de rondbreinld/breinld zonder knop.

PAS:
Zet 100-106-110-114-118-122 st op met rondbreinld 3,5 mm en Cotton Merino. Brei 3 ribbels in RIBBELST – zie uitleg boven - meerder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld van de 2e ribbel 10-14-18-22-29-35 st gelijkmatig. Herhaal dit meerderen in de 3e ribbel = 120-134-146-158-176-192 st. Ga verder met rondbreinld 4 mm. Brei dan een ronding op het achterpand voor de hals in tricotst als volgt, begin aan de goede kant: brei 20-24-27-30-34-38 st, keer, brei 40-48-54-60-68-76 st, keer. Ga verder heen en weer met 5 st meer elke keer dat u keert tot er 60-68-75-80-88-96 st zijn gebreid na het laatste keerpunt, keer dan en brei de teruggaande nld tot het begin van de nld = middenachter.
Brei nu als volgt vanaf middenachter: 19-22-25-28-32-36 st in tricotst, plaats een markeerder, 22-23-23-23-24-24 st in tricotst, plaats een markeerder, 38-44-50-56-64-72 st in tricotst, plaats een markeerder, 22-23-23-23-24-24 st in tricotst, plaats een markeerder, tricotst over de laatste 19-22-25-28-32-36 st op de nld. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Begin in de volgende nld met meerderen voor de RAGLAN – zie uitleg boven! Meerder 2 st aan elke kant van elke markeerder om de nld 1-1-1-2-2-3 keer. Meerder dan 1 st aan elke kant van elke markeerder om de nld 18-19-21-21-23-23 keer in totaal en dan elke 4e nld 1 keer voor alle maten = 288-310-338-366-400-432 st.
Het werk meet nu 20-21-22-23-24-25 cm vanaf de schouder. Brei nu als volgt: brei de eerste 40-44-49-54-60-66 st, zet de volgende 64-67-71-75-80-84 st op een hulpdraad (= mouw), zet 12 nieuwe st op onder de linkermouw (plaats een markeerder in het midden tussen deze nieuwe st), brei de volgende 80-88-98-108-120-132 st, zet de volgende 64-67-71-75-80-84 st op een hulpdraad (= mouw), zet 12 nieuwe st op onder de rechtermouw (plaats een markeerder in het midden tussen deze nieuwe st), brei de overgebleven 40-44-49-54-60-66 st. MEET NU DE WERK VAN HIER.

LIJF:
Er zijn nu 184-200-220-240-264-288 st voor het lijf. Brei in tricotst in de rondte. Meerder bij een hoogte van 4 cm 2 st aan elke zijkant als volgt: brei tot 1 st voor de markeerder, 1 omsl, 2 st in tricotst, 1 omsl, ga verder als hiervoor over het voorpand tot er 1 st overblijft voor de volgende markeerder, 1 omsl, 2 st in tricotst, 1 omsl, brei de rest van de nld = 188-204-224-244-268-292 st. LET OP: brei de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen. Herhaal dit meerderen elke 2½-2½-3-3-3-3½ cm nog 6-6-5-5-5-4 keer = 212-228-244-264-288-308 st. Als alle meerderen gedaan zijn en het werk meet 26-27-28-29-30-31 cm, ga dan verder met A.1 over alle st. Kant bij een hoogte van 40-41-42-43-44-45 cm af met recht boven recht en averecht boven averecht.

MOUW:
Brei de mouw in tricotst in de rondte op de rondbreinld/breinld zonder knop.
Er zijn 64-67-71-75-80-84 st voor elke mouw.
Zet de st van een hulpdraad terug op de rondbreinld/breinld zonder knop 4 mm en zet 12 nieuwe st op onder de mouw = 76-79-83-87-92-96 st. Brei in tricotst in de rondte en plaats TEGELIJKERTIJD een markeerder in het midden tussen de nieuwe st onder de mouw (dus 6 st aan elke kant van de markeerder). MEET NU DE WERK VAN HIER.
Minder bij een hoogte van 4 cm 1 st aan elke kant van de markeerder - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen ongeveer elke 2-2-2-1½-1½-1½ cm nog 11-11-12-13-15-15 keer = 52-55-57-59-60-64 st. Minder als de mouw 32-32-32-31-31-30 cm meet 0-1-1-1-0-0 st = 52-54-56-58-60-64 st. Ga verder in A.1 over alle st. Kant af als de mouw 37-37-37-36-36-35 cm meet.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 18.02.2016
Correctie: PAS: ...Brei dan een ronding op het achterpand voor de hals in tricotst als volgt, begin aan de goede kant: brei 20-24-27-30-34-38 st, keer, brei 45-53-59-65-73-81 st, keer. Ga verder heen en weer met 5 st meer elke keer dat u keert tot er 60-68-75-80-88-96 st zijn gebreid na het laatste keerpunt, keer dan en brei de teruggaande nld tot het begin van de nld = middenachter.
Gewijzigd online: 06.12.2018
LIJF: '...Als alle meerderen gedaan zijn en het werk meet 26-27-28-29-30-31 cm, ga dan...'

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 157-34

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (45)

country flag Alice Legrand wrote:

Bonjour, pour le raglan je ne comprends pas la partie qui dit : " et 1 fois dans toutes les tailles tous les 4 tours"? Que signifie dans toutes les tailles? Merci!

06.01.2019 - 23:16

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Legrand, vous augmentez pour le raglan 1-2-3 fois (cf taille) 2 m de chaque côté de chaque marqueur tous les 2 tours, puis vous augmentez 18-19-21-23 fois 1 m de chaque côté de chaque marqueur tous les 2 tours et enfin 1 fois tous les 4 tours (= 4 tours après la dernière augmentation). Bon tricot!

07.01.2019 - 12:01

country flag Eveline wrote:

Ik heb een vraag over het lijf (ik maak de trui in XL): je moet vanaf de mouwinzet 1x na 4 cm aan elke zijkant meerderen en daarna nog 5x na elke 3 cm. Er staat: na alle meerderingen meet het werk 29 cm, maar volgens mij is dat (1x4)+(5x3)= 19 cm? Of moet ik daarna nog 10 cm breien voordat ik met A1 begin?

03.12.2018 - 16:40

DROPS Design answered:

Dag Eveline,

Het is inderdaad de bedoeling dat je door breit tot de aangegeven afmetingen. Dit stond niet aangegeven in het patroon en ik heb het nu aangepast. Veel breiplezier!

06.12.2018 - 10:49

country flag Cecile wrote:

I am at the point when I start the short rows in the back. Is this a wrap and turn? The directions only say turn. I am assuming that after I do the first row of short row (elevation in back) I will purl on the wrong side.

10.11.2018 - 02:19

DROPS Design answered:

Dear Cecile, the short rows on the elevation are not worked wrap & turn - see video but you can use this technique if you rather. Happy knitting!

12.11.2018 - 11:03

country flag Heidi Byvold wrote:

Jeg har prøvd meg på forhøyning for første gang....Får det ikke til å stemme. Når jeg strikker det slik jeg forstår, så blir det to rader mer på venstre side av MB enn på høyre ( sett fra retten). Jeg har prøvd nå å strikke 30 masker rett, snu, strikke 60 m vrangt, snu, strikke 65 m rett, snu, strikke 70 m vrang, snu, strikke 75 rett, snu, strikke 80 m vrang, snu og så rett 40 m til MB. Da får jeg det til å stemme🤔Men det er jo ikke sånn det står i oppskriften?

28.03.2018 - 09:37

DROPS Design answered:

Hej Heidi, du skal kun strikke forhøjning over ialt 60 masker, du starter med 20, strikker 40 tilbage, lægger 5 masker på for hver gang du vender til du har strikket over 60 masker. God fornøjelse!

26.04.2018 - 11:02

country flag Roody wrote:

Hei! Takk for svar. Det vil hjelpe meg med å fortsette litt videre. Men du mener 1 maske hver 4.omgang x1 etter at man er ferdig med å strikke de 19. Ganger med 1 maske økning på hver side av merket anna hver gang?

29.10.2017 - 08:17

DROPS Design answered:

Hej igen, ja det stemmer du øger en gang til efter de 19 gange og sidste gang er det efter 4 pinde. God fornøjelse!

15.11.2017 - 14:04

country flag Roody wrote:

Hei! Lurer på hva de mener i det feltet om Raglan og ...hver 4.omgang 1 gang i alle størrelser=288-310-338-366-400-432 mArb måler 20-21-22-23-24-25 cm fra skulder. Hvis man skal i en størrelse M som jeg strikker øke hver 2.omgang med 1 M på hver side av merket, så må man øke med 2 hver 4.omgang i følge oppskriften ikkesant?

28.10.2017 - 15:57

DROPS Design answered:

Hei Roody, Du øker (hver 2. pinne) først 2 masker på hver side av merkene x 1; 1 maske på hver side x 19; også 1 maske (hver 4. pinne) x 1. Håper dette hjelper og god fornøyelse!

29.10.2017 - 06:02

country flag Jeanette Orderud wrote:

Hei! Jeg får ikke førhøyningen i nakken til å stemme. Ser at dette er blitt rettet, men forstår bare ikke hvordan det kan stemme? Det blir jo ikke likt på begge sider og det skal det vel være?

23.06.2017 - 18:40

DROPS Design answered:

Hei Jeanette. Hvilken str strikker du? Når jeg ser på str. S, så har du like mange forhøyninger på hver side. På denne modellen er det forhøyning etter 20 masker (1.gangs det snus) og 25 masker (3.gangs det snus) i den ene siden og 25 masker (2.gangs det snus) og 30 masker (4.gangs det snus) i den andre siden, sett fra midt bak). God Fornøyelse!

26.06.2017 - 11:41

Zoe Davison wrote:

Hi, I'm at the start of the elevation. I've knit 24sts. How do I execute the turn?

29.09.2016 - 17:21

DROPS Design answered:

Dear Mrs Davison, after you have knit the 24 sts from RS, turn piece and P 53 sts from RS (you are working now in rows), turn and K 5 more sts from RS = 58 sts, turn and P 5 more sts from WS = 63 sts, turn and K 5 more sts from RS = 68 sts, turn and P sts to beg of round. Turn and continue now in the round from mid back. See below how to work an elevation (with a different no of sts but technique is the same). Happy knitting!

30.09.2016 - 08:23

country flag Christine wrote:

Bonjour, j'ai tricoté les rangs raccourcis pour la ré hausse du col comme indiqué mais mon marqueur de début de tour est décalé ... j'ai 10 m. d'un côté et 70 de l'autre (je suis la taille XL) alors que j'ai suivi scrupuleusement les indications donc mon marqueur devrait être au milieu du dos... pouvez-vous me dire quelle est mon erreur... Merci d'avance

17.02.2016 - 17:13

DROPS Design answered:

Bonjour Christine, le nombre de mailles du 1er des rangs raccourcis a été corrigé (dans le texte + cf onglet "corrections") afin de commencer au milieu dos. Bon tricot!

18.02.2016 - 09:52

country flag Cornelia Lechleiter wrote:

Wenn ich bei Gr.xxl nach der Erhöhung für den Hals bei 88M angekommen bin Wende und in der Rückreihe bis zum Rd Anfang stricke Wende und weiterstricke in Runde mit rechts,dann die Maschen einteile für die Raglanärmel 32-24-64-24-32 befindet sich ein Ärmel in der Erhöhung ein Ärmel im Vorderteil. Was mach ich falsch ??? Ich habe schon 3mal alles aufgezogen 😒😒

23.01.2016 - 18:37

DROPS Design answered:

Eventuell liegt hier ein Fehler in der Anleitung vor, das wird nun von den Designerinnen geprüft. Ich bitte daher noch um etwas Geduld bis zur Antwort.

02.02.2016 - 11:50