DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Le Petit Explorateur

DROPS Trui met bootmotief, korte broek en baret van “Safran”. Maat 3 - 24 maanden.

DROPS Baby 2-5
Maat: 3 – 6/9 – 12/18 - 24 maanden

Materiaal: DROPS Safran van Garnstudio

Voor de hele set:
Kleur 09 marineblauw 150-150-200-200 gram
Kleur 17 wit 100-100-100-150 gram
Kleur 4 groen 100-100-150-150 gram

Alleen voor de trui:
Kleur 4 groen 100-100-150-150 gram
Kleur 17 wit 50-50-50-100 gram
Kleur 9 marineblauw 50-50-50-50 gram

Alleen voor de korte broek:
Kleur 9 marineblauw 100-150-150-200 gram

Alleen voor de baret:
Kleur 17 wit 50-50-50-50 g
en een restje marineblauw

DROPS rondbreinaald en breinaalden zonder knop maat 2.5 mm en 3 mm
DROPS knopen, 2 stuks

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TRUI:
Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm.
Boordsteek: *1 st r, 1 st av*, herhaal van *-*.

Voorpand en achterpand: Het werk wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald.
Zet 120-132-144-156 st op met rondbreinaald 2.5 mm en groen en brei 3-3-3-4 cm boordsteek. Ga verder met naalden 3 mm in tricotsteek. Brei bij een hoogte van 8-9-11-13 cm patroon M.1 – zorg dat een patroonherhaling voor in het midden komt. Hou de stekenverhouding in de gaten. Kant bij een hoogte van 15-16-17-19 cm 4-6-6-6 st af aan iedere kant voor de armsgaten en brei het voorpand en achterpand apart verder.

Voorpand = 56-60-66-72 st. Minder voor de armsgaten om de naald: 2 keer 1 st = 52-56-62-68 st. Ga na patroon M.1 verder met wit. Kant bij een hoogte van 22-24-27-30 cm de middelste 10-12-16-18 st af voor de hals en brei iedere kant apart verder.

Rechter schouder: minder voor de hals om de naald: 1 keer 3 st, 1 keer 2 st en 3 keer 1 st. Kant de overgebleven 13-14-15-17 st af bij een hoogte van 26-28-31-34 cm.

Linker schouder: minder voor de hals om de naald: 1 keer 3 st, 1 keer 2 st en 1 keer 1 st. Ga bij een hoogte van 25-27-30-33 cm verder met naalden 2.5 mm en brei 2 cm boordsteek en maak na 2 nld 1 knoopsgat midden op de schouder. (1 knoopsgat = kant 2 st af en zet 2 nieuwe st op boven de afgekante st in de teruggaande naald.) Kant de overgebleven 15-16-17-19 st af bij een hoogte van 27-29-32-35 cm.

Achterpand = 56-60-66-72 st. Minder voor de armsgaten als beschreven bij het voorpand. Kant bij een hoogte van 25-27-30-33 cm de middelste 22-24-28-30 st af voor de hals en brei ieder deel apart verder.

Rechter schouder: minder 2 st aan iedere kant voor de hals en kant de overgebleven 13-14-15-17 st af bij een hoogte van 26-28-31-34 cm.

Linker schouder: ga bij een hoogte van 25-27-30-32 cm verder met naalden 2.5 mm en brei 2 cm boordsteek. Kant de overgebleven 15-16-17-19 st af bij een hoogte van 27-29-32-35 cm.

Mouw: Zet 38-40-40-42 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm met groen en brei in de rondte. Brei 2-2-3-3 cm boordsteek. Ga verder met naalden 3 mm en in tricotsteek, meerder tegelijkertijd 2-4-8-10 st gelijkmatig verdeeld over de 1e naald = 40-44-48-52 st. Meerder 2 st middenonder aan de mouw in totaal 9-9-10-10 keer als volgt:
Maat 3 maanden: iedere 4e naald
Maat 6/9 maanden: afwisselend iedere 4e en 5e naald
Maat 12/18 + 24 maanden: iedere 5e naald
= 58-62-68-72 st.

Brei bij een hoogte van 15-18-20-23 cm patroon M.2 en brei de mouw dan verder met wit. Kant tegelijkertijd bij een hoogte van 16-20-22-24 cm 6 st af middenonder en brei de mouw verder heen en weer op naald. Minder voor de mouwkop aan iedere kant om de naald: 2-2-3-3 keer 5 st. Kant af bij een hoogte van 18-22-24-27 cm.

Afwerking:
Naai de schoudernaden. Neem ongeveer 80-90 st op langs de hals met naalden 2.5 mm en wit en brei 2 cm boordsteek en maak tegelijkertijd na 2 nld een knoopsgat op de linker schouder in lijn met het andere knoopsgat. Kant af in marineblauw. Naai de mouwen in de trui en naai op knopen aan.

KORTE BROEK:
Maat: 3 – 6/9 – 12 - 24 maanden

DROPS rondbreinaald maat 3 mm en breinaalden zonder knop maat 2.5 mm
Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden maat 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm.

Zoom: brei 3 cm tricotsteek, brei 1 naald av (meet het werk vanaf hier), brei 1 naald r, ga verder met marineblauw en brei 3 cm tricotsteek. Het onderste gedeelte is het beleg en wordt later naar binnen gevouwen; de averechte naald is de vouwnaad.

Rechterpijp: Zet 52-58-62-68 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm met groen en brei de zoom. Ga verder met breinaalden zonder knop 3 mm en marineblauw in tricotsteek, meerder tegelijkertijd 24-28-34-28 st gelijkmatig verdeeld over de eerste naald = 76-86-96-96 st. Verdeel het werk bij een hoogte van 6-7-8-9 cm aan de binnenkant van de pijp (= split) en brei de pijp verder heen en weer op de naalden. Meerder 1 st aan iedere kant als kantsteek = 78-88-98-98 st. Kant bij een hoogte van 7-8-9-10 cm 4-5-5-5 st af aan iedere kant = 70-78-88-88 st. Leg het werk apart en brei de andere pijp.

Linkerpijp: als de rechterpijp.

Broek: Zet beide pijpen samen op de rondbreinaald = 140-156-176-176 st – meet het deel vanaf hier. Plaats markeerdraden daar waar de pijpen samenkomen. Meerder 1 st in de laatste st van iedere pijp (= aan weestkanten van de markeerdraad middenvoor en middenachter) = 142-158-178-178 st. Meerder nu middenachter aan beide kanten 1 st van de markeerdraad iedere 3e naald: 5 keer 1 st, minder middenvoor iedere 3e naald aan beide kanten 1 st van de markeerdraad: 6 keer 1 st – minder als volgt: 2 st r samenbreien achter in de st, brei de middelste 2 st r, 2 st r samenbreien = 140-156-176-176 st.

Ga bij een hoogte van 17-19-21-22 cm verder met naalden 2.5 mm minder gelijkmatig verdeeld tot 140-154-158-162 st over zijn. Brei een zoom (dit wordt de tunnel), kant daarna alle st af. Vouw de zomen dubbel naar de binnenkant en naai het beleg vast, laat bij de bovenkant van de broek een stukje open en rijg daar elastiek door. Sluit de split tussen de pijpen.

BARET:

Maat: 3 – 6/9 – 12 - 24 maanden
Hoofdomtrek: 39-43-46-48 cm.

DROPS breinaalden zonder knop 2.5 mm en 3 mm

Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm.

Zet 8 st op met breinaalden zonder knop 3 mm en wit en verdeel de st over de naalden. Ga verder als volgt: brei naald alle st r achter in de st.
Naald 2: meerder 1 st in iedere st = 16 st
Naald 3 en alle oneven naalden: tricotsteek
Naald 4: meerder 1 st om de st = 24 st
Naald 6: 1 st r, meerder 1 st in volgende st, *meerder 1 st in iedere 3e st* = 32 st
Naald 8: meerder 1 st in iedere 4e st = 40 st
Naald 10: 1 st r, meerder 1 st in de volgende st, *meerder 1 st in iedere 5e st* = 48 st
Naald 12: meerder 1 st in de eerste st, *meerder 1 st in iedere 6e st* = 56 st
Naald 14: 4 r, meerder 1 st in de volgende st, *meerder 1 st in iedere 7e st* = 64 st
Naald 16: 1 st r, meerder 1 st in de volgende st, *meerder 1 st in iedere 8e st* = 72 st
Naald 18: meerder 1 st in de eerste st, *meerder 1 st in iedere 9e st* = 80 st
Naald 20: 5 r, meerder 1 st in de volgende st, *meerder 1 st in iedere 10e st* = 88 st

Ga verder met meerderen op deze manier, begin de naald met 1 st r en brei afwisselend 6, 7, 8 r etc. Brei bij een hoogte van 9-10-10-10 cm 8 naalden in tricot zonder te meerderen. Minder in omgekeerde volgorde tot 2-3-3-3 cm vanaf het begin van het minderen.
Minder nu gelijkmatig verdeeld tot er 102-112-120-125 st over zijn. Ga verder met naalden 2.5 mm en brei 3 cm tricotsteek, ga verder met marineblauw, brei 1 naald tricotsteek, brei 1 naald av, brei 3 cm tricotsteek, kant alle st af. Vouw de zoom dubbel naar binnen en zet de beleg vast.

Telpatroon

symbols = marineblauw
symbols = groen
symbols = wit
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 2-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (45)

country flag Gaby Goedecke wrote:

Ist in dem Diagramm nur die rechte Reihe angegeben oder wird auch die linke Reihe angegeben

29.02.2024 - 18:32

DROPS Design answered:

Liebe Gaby, Das Diagramm zeigt die Reihen auf der rechten und der linken Seite, alle von der rechten Seite gesehen. Viele spass beim stricken!

29.02.2024 - 23:14

country flag REINE MARIE wrote:

MERCI ,le pull est magnifique ,mais je pense que le tricoter en 3et demi serait préférable pour la largeur car il manque 4cm en largeur ,alors je pense que je le referai comme ça dans quelques temps car magnifique ce modèle , je viens de commencer :Sailor aksel .Merci pour ces beaux modèles et explications détaillée dès que l'on comprend pas c'est sympa .Bonne journée

21.07.2023 - 12:37

country flag REINE MARIE wrote:

Bonsoir ,faut-il lorsque l'on monte les mailles pour l'encolure monter des mailles sur l'autre bordure sans boutonnière car j'ai bien 90mailles mais en rajoutant pour ce coté cela m'en fait95 ?. Merci d'une réponse

13.07.2023 - 17:09

DROPS Design answered:

Bonjour, oui il faut monter des mailles sur l'autre bordure (sans boutonnière). Ce n'est pas qrave que vous avez plus de mailles. Ajustez le nombre de mailles au rang suivant (en tricotant regulierement 2 mailles ensemble). Bon tricot!

25.07.2023 - 16:25

country flag REINE MARIE wrote:

Bonjour ,on dit de coudre les épaules mais le côté qui est tricoté en côte se coud avec la manche ?Merci de votre réponse .

13.07.2023 - 15:16

DROPS Design answered:

Bonjour, le cote en cote n'est pas cousu, pour que l'ouverture pour la tete soit plus grande. Bon tricot!

21.07.2023 - 11:00

country flag REINE MARIE wrote:

Bonsoir ,je vous remercie beaucoup mon arrière Petit Fils va être super dedans j'ai hâte de le terminer .Un grand merci . Bonne soirée

05.07.2023 - 21:00

country flag REINE MARIE wrote:

Bonjour ,au sujet des manches je voudrai savoir alors je fais la taille 24mois je dois faire 10fois les augmentations mais tous les combien de rangs ?car ce n'est pas expliqué .Merci de votre réponse .Bonne après midi

05.07.2023 - 15:08

DROPS Design answered:

Bonjour Reine Marie, on doit augmenter tous les 5 tours, comme en taille 12/18 mois - cette info a été ajoutée, merci pour votre retour! Bonne continuation!

05.07.2023 - 15:58

country flag Reine Marie wrote:

Bonjour ,merci beaucoup ,des deux réponses. Je vais continuer ce petit pull est magnifique ,que de beaux modèles chez drops . Je vous souhaite une bonne journée.🌿🌺🌿

03.07.2023 - 13:11

country flag REINE MARIE wrote:

Comment augmenter 2mailles sous la manche comme ça se tricote en rond merci de votre réponse .

02.07.2023 - 17:35

DROPS Design answered:

Bonjour Reine Marie, tricotez le tour jusqu'à ce qu'il reste 1 maille avant votre marqueur du début du tour, faites 1 jeté, tricotez 2 mailles endroit (le jeté est entre ces 2 mailles), faites 1 jeté. Vous avez ainsi augmenté 2 mailles au milieu sous la manche, continuez ainsi, toujours avant et après les 2 mailles au milieu sous la manche. Bon tricot!

03.07.2023 - 10:50

country flag REINE MARIE wrote:

Bonjour je pense qu'il y a erreur au sujet de l'encolure dos et épaule gauche :on dit de diminuer à 33cm l'encolure, et à32cm l'épaule tricoter en cotes ,comment procéder ? Merci de votre réponse

02.07.2023 - 16:13

DROPS Design answered:

Bonjour Reine Marie, effectivement, je vais reporter cette info à nos stylistes, vu les autres tailles, je continuerai l'épaule gauche seule avec les aiguilles 2,5 après avoir rabattu les mailles de l'encolure (pour la bordure en côtes de l'épaule). Merci pour votre retour. Bon tricot!

03.07.2023 - 10:46

country flag REINE MARIE wrote:

Bonjour je vais commencer ce joli petit pull ,pour le dessin des bateaux on ne montre pas le dos es ce qu'il faut faire le jacquard aussi dans le dos ?Ce modèle est magnifique .Merci de votre réponse dont je m'impatiente .Bon après-midi

14.06.2023 - 14:10

DROPS Design answered:

Bonjour Reine Marie, tout à fait, on va centrer le motif au milieu du devant (cf cette leçon si besoin); mais on doit tricoter les bateaux (le motif M.1 entier) tout le tour, autrement dit sur le dos aussi. Bon tricot!

14.06.2023 - 14:22