DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Sweet Ruffles

DROPS Topje met ruches van 2 draden ”Alpaca”. Brei ook dit topje met 1 draad. Maat S t/m XXXL.

DROPS 105-2
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materialen: Drops Alpaca
Kleur nr. 0100, naturel:
2 draden: 300-350-400-400-450-500 gr
1 draad: (200-250-250-250-300-300 gr)

2 draden: DROPS Breinaald 4 mm - of de breinld, die u nodig heeft voor de volgende steekverhouding: 19 st x 25 nld tricotst = 10 x 10 cm.

1 draad: (DROPS Breinaald 3 mm - of de breinld, die u nodig heeft voor de volgende steekverhouding: 24 st x 32 nld tricotst = 10 x 10 cm.)

DROPS Rondbreinaald 3,5 mm (2,5 mm) 60 + 40 cm – voor de boordst en de ruches.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Brei-informatie: Brei dit topje met 1 of 2 draden Alpaca.
- Getallen zonder haakjes = 2 draden.
- (Getallen tussen haakjes = 1 draad).

Ribbelst (rondbreien): * 1 nld recht, 1 nld averecht *, herhaal steeds *-*.

Tip Meerderen 1: Meerder 1 st als volgt: Brei 2 st in de eerste (of laatste) st op de nld.

Tip Meerderen 2: Meerder 1 st als volgt: Maak 1 omslag. Brei in de volgende nld de omslag verdraait r/av om gaatjes te voorkomen (dwz u breit achter in de st in plaats van voorin).

Motief: Zie de teltekeningen M.1. en M.2. (M.3 en M.4.) De teltekeningen geven het motief weer op de goede kant.

Het topje wordt van boven naar beneden gebreid. Brei eerst het voor- en het achterpand. Zet vervolgens de delen aan elkaar en brei de rest van het topje in het rond.

Achterpand: Het werk wordt heen en weer gebreid op de breinld.

Brei de linker schouder als volgt:
Zet 11-11-11-12-12-13 (13-13-13-14-15-16) st losjes op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 4 mm (3 mm) en 2 draden (1 draad) Alpaca. Brei 1½ -1½ -1½ -2½ -2½ -2½ cm tricotst. Meerder in de volgende nld 1 st aan de halskant = 12-12-12-13-13-14 (14-14-14-15-16-17) st. Plaats de st op een hulpnld (of draad). (Eindig na een nld op de verkeerde kant).

Brei de rechter schouder als volgt:
Zet de st op en brei zoals de linker schouder, maar dan in spiegelbeeld. Zet in de volgende nld (op de goede kant) 38-40-42-44-46-48 (48-50-52-56-58-60) nieuwe st op voor de hals. Zet daarna de st van de linker schouder op de breinld = 62-64-66-70-72-76 (76-78-80-86-90-94) st. Het werk heeft nu een hoogte van 2-2-2-3-3-3 cm.

Achterpand: Brei door in tricotst tot een hoogte van 13-12-11-12-12-10 (13½ -13-13-13-12½ -12) cm. Meerder vervolgens voor de armsgaten aan het eind van elke nld als volgt: 3-5-6-5-4-7 (3-4-4-5-5-6) x 1 st en 1-1-2-4-6-6 (2-3-5-6-8-10) x 2 st. Het werk heeft nu een hoogte van ca 17-18-19-20-21-22 cm. Zet 3 st op aan weerskanten = 78-84-92-102-110-120 (96-104-114-126-138-152) st. Brei door in tricotst tot een hoogte van 30-32-34-36-38-40 cm. Kant 1 st (= kantst) af aan weerskanten. Plaats de resterende 76-82-90-100-108-118 (94-102-112-124-136-150) st op een hulpnld (of draad).

Voorpand:
Brei de linker schouder als volgt:
Zet 11-11-11-12-12-13 (13-13-13-14-15-16) st losjes op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 4 mm (3 mm) en 2 draden (1 draad) Alpaca. Brei tricotst. Meerder vanaf een hoogte van 10-9-10-10-11-10 (12) cm voor de hals langs het middenvoor – lees Tip Meerderen 1! – in elke 2e nld als volgt: 5-6-6-5-5-6 (4-5-5-5-5-6) x 1 st en 2-2-2-3-3-3 (3-3-3-4-4-4) x 2 st. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 13-12-11-12-12-10 (13½ -13-13-13-12½ -12) cm aan de zijkant voor het armsgat zoals voor het achterpand. Zet, als alle meerderingen voor de hals voltooid zijn, de st op een hulpnld (of draad). Eindig na een nld op de verkeerde kant!

Brei de rechter schouder als volgt:
Brei zoals de linker schouder, maar dan in spiegelbeeld. Zet, als de meerderingen middenvoor voor de hals voltooid zijn, 22-22-24-24-26-26 (30-30-32-32-34-34) nieuwe st op voor de hals, en zet daarbij de st van de linker schouder op de breinld. Brei door in tricotst en meerder steeds voor de armsgaten aan weerskanten - voor sommige maten is het meerderen voor de armsgaten nu al klaar, voor sommige maten moet er nog een paar keer gemeerderd worden. Als alle meerderingen voltooid zijn, staan er 78-84-92-102-110-120 (96-104-114-126-138-152) st op de breinld. Het werk heeft nu een hoogte van ca 17-18-19-20-21-22 cm. Brei door tot een hoogte van 30-32-34-36-38-40 cm, en kant 1 st (= kantst) af aan weerskanten van het werk = 76-82-90-100-108-118 (94-102-112-124-136-150) st. Zet de st op een hulpnld (draad).

Afwerken: Sluit de schoudernaden. Sluit de zijnaden met 1 kantst als naadtoeslag en zet vervolgens het werk op de rondbreinld.

Onderste deel: De rest van het topje wordt in het rond gebreid.
Zet de st van het achterpand en het voorpand op dezelfde rondbreinld 3½ (2½) mm = 152-164-180-200-216-236 (188-204-224-248-272-300) st.
Meerder gelijkmatig 0-4-4-4-8-12 (12-16-16-16-16-20) st in de 1e nld = 152-168-184-204-224-248 (200-220-240-264-288-320) st. Brei 4 nld ribbelst – lees de instructie hierboven. Brei vervolgens boordst als volgt: * 2 r, 2 av *, herhaal * - * op de hele nld. Brei zo door. Meerder bij een hoogte van 48-50-53-56-58-60 cm, 1 st in elke av-herhaling – lees Tip Meerderen 2! = 190-210-230-255-280-310 (250-275-300-330-360-400) st. Brei 1 cm boordst met 2 r/3 av. Meerder in de volgende nld 1 st in elke r-herhaling – lees Tip Meerderen 2! = 228-252-276-306-336-372 (300-330-360-396-432-480) st. Brei door met boordst 3 r/ 3 av tot een hoogte van 54-56-59-62-64-66 cm. Brei in de volgende nld volgens teltekening M.1. (M.3.) over alle st. Brei dan 1 nld met 5 r/5 av (6 r/6 av). Brei in de volgende nld volgens teltekening M.2. (M.4.) over alle st. Brei dan 1 nld 9 r/9 av (12 r/12 av). Kant vervolgens losjes af met r boven r en av boven av. Het werk heeft een totale hoogte van ca 56-58-61-64-66-68 cm.

Halsboord: Neem 120 tot 152 (168 tot 192) st op rondom de hals (het aantal st moet deelbaar door 6 zijn) met rondbreinld 3,5 (2,5 mm) en 2 draden (1 draad) Alpaca. Brei als volgt: 1 nld av, 1 nld en 1 nld av. Brei vervolgens boordst 3 r/3 av tot de boord een hoogte van ca 2 cm heeft. Brei in de volgende nld volgens teltekening M.1. (M.3) over alle st. Brei 1 nld met 5 r/5 av (6 r/6 av). Brei in de volgende nld volgens teltekening M.2. (M.4) over alle st. Brei 1 nld met 9 r/9 av (12 r/12 av). Kant vervolgens losjes af met r boven r en av boven av.

Mouwboord: Neem 69-71-77-79-85-87 (91-97-101-107-111-117) st op rondom het armsgat naast 1 kantst met de kleine rondbreinld 3,5 (2,5) mm en 2 draden (1 draad) Alpaca. De nld moet in het midden van de ondermouw beginnen. Brei in het rond als volgt: 1 nld av, 1 nld en 1 nld av. Kant in de volgende nld de eerste 9-10-10-11-11-12 (14-14-16-16-18-18) st af, en brei de rest van de nld. Keer het werk. Brei nu heen en weer op de rondbreinld. Kant in de volgende nld de eerste 9-10-10-11-11-12 (14-14-16-16-18-18) st af = 51-51-57-57-63-63 (63-69-69-75-75-81) st. Brei de rest van de nld. Brei in de volgende nld volgens teltekening M.1. (M.3) over alle st. Brei 1 nld met 5 r/5 av (6 r/6 av). Brei in de volgende nld volgens teltekening M.2. (M.4) over alle st. Brei 1 nld met 9 r/9 av (12 r/12 av). Kant vervolgens losjes af met r boven r en av boven av.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 25.02.2008
Nieuwe getallen op de teltekening
Gewijzigd online: 29.02.2008
Wijzigingen op de schematekening

Telpatroon

symbols = recht
symbols = 1 omslag tussen 2 st
symbols = averecht
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 105-2

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (96)

country flag Elsebeth Watson wrote:

Sød bluse som jeg vil forsøge at strikke. Jeg vil imidlertid mene der er fejl i opskriften. Er skulderstroppene ikke nævnt to gange? Med forskellig længde. Derudover kunne det være rart med et antal masker til opslag af rygstykket, men det kan man nok selv regne ud, dog med nogen risiko når dernu er unøjgtigheder i forstykket... Hvis min antagelse er korrekt. Bedste hilsner med håb om svar, Elsebeth Watson

21.04.2024 - 10:58

DROPS Design answered:

Hej Elsebeth, du starter med Rygstk oppefra, først venstre skulderstrop og så højre skulderstrop, sætter stropperne bagpå sammen og strikker ned til ærmegabet. Nu strikker du forstykket, starter med stropperne, sætter dem sammen og strikker ned til ærmegabet. Nu kan du sætte hele arbejdet sammen og strikke rundt nedad til flæsekanten :)

23.04.2024 - 13:59

country flag Anne wrote:

Hei, hva er forholdet mellom rette og vrange masker på for/bakstykket?

14.04.2024 - 18:08

DROPS Design answered:

Hei Anne, Vrangbord på bolen er 2 rett, 2 vrang, gjenta. God fornøyelse!

15.04.2024 - 06:50

country flag Aslaug Tranøy wrote:

Hei! På sweet ruffles toppen så står det ingen plass hvordan bakstykket strikkes. En må regne ut selv hvor mange masker en skal legge opp. Dette er vel ikke meningen?

28.03.2021 - 20:24

country flag Ildiko wrote:

Guten Tag, es wird knapp nach dem Anfang erwähnt, dass man Maschen auf einen Hilfsfaden tun soll. Aber was wird dann aus diesen Maschen?

19.09.2020 - 00:19

DROPS Design answered:

Liebe Ildiko, die Arbeit wird von oben nach unten gestrickt, dh zuerst stricken Sie die linke Schulter vomRückenteil und legen diese Maschen still; dann stricken Sie die rechte Schulter und am Ende von der rechten Schulter schlagen Sie die Maschen von Halskante (zwischen Schultern) und enden Sie mit den linken Schultern - siehe ab Die rechte Schulter wie folgt stricken:. Viel Spaß beim stricken!

21.09.2020 - 08:30

country flag Rosalind Slaughter wrote:

Hi, please can you indicate what the bust measurements are for the sizes? I'm 98cm on the bust and have no idea which size to follow.

05.08.2020 - 12:32

DROPS Design answered:

Dear Mrs Slaughter, measure a similar garment you have and like the shape and compare them to the measurements in chart to find out the matching size - read more about sizing here. Happy knitting!

05.08.2020 - 16:30

country flag Ruth wrote:

Ich stricke und häkle

24.05.2019 - 10:40

country flag Maura wrote:

Sarebbe possibile realizzare questo modello in cotone? Se sì con quale filato? Grazie Maura

23.05.2019 - 13:49

DROPS Design answered:

Buongiorno Maura. Può usare il cotone Safran, dello stesso gruppo di filati di Alpaca. Verifichi la correttezza del suo campione con quello indicato nelle spiegazioni. Buon lavoro!

23.05.2019 - 14:08

country flag Rosa wrote:

Tengo ovillos de algodón de 100 g y uso talla XL. Cuantos ovillos necesito y cuantos puntos monto para empezar si me recomienda tenerlo con aguja de 5mm? Gracias

19.03.2019 - 09:41

DROPS Design answered:

Hola Rosa. Tienes que fijarte en los metros que tiene el ovillo y hacer una muestra con la aguja con la que vayas a trabajar. Estos datos te ayudarán a calcular el patrón. Nosotros no enviamos patrones personalizados.

21.03.2019 - 20:42

country flag Anna wrote:

Come si lasciano in sospeso le maglie a inizio e fine ferro?

28.12.2018 - 19:21

DROPS Design answered:

Buonasera Anna, può trasferire le maglie su un fermamaglie o su un filo di scarto. Buon lavoro!

28.12.2018 - 20:32

Bethel Contreras Rodriguez wrote:

Hola me gustaría saber cuántos puntos montar para la espalda en talla su ya que no las encuentro en las instrucciones por su atención mil gracias

26.04.2018 - 02:37

DROPS Design answered:

Hola Bethel. Si te refieres a la talla S, después de trabajar ambos hombros y unirlos en la parte del escote, la espalda tiene 62 puntos

30.04.2018 - 22:24