DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.97€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Endless Links

Gehaakte hoofdband en halswarmer in DROPS Air. Het werk wordt gehaakt met lus–kabels en meerderingen voor de zadelschouders.

DROPS 214-28
DROPS design: Patroon ai-300
Garengroep C of A + A
-------------------------------------------------------

VOOR DE HELE SET:

MAAT:
S/M - L/XL

MATERIAAL:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
150-150 g kleur 17, denimblauw

HOOFDBAND:

MAAT:
Eén maat
Afmetingen: Breedte: ongeveer 11 cm. Lengte ongeveer 48 cm - of de gewenste lengte.

MATERIAAL:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
50 g kleur 17, denimblauw

STEKENVERHOUDING:
16 stokjes in de breedte en 9 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.
12 toeren in de hoogte meet ongeveer 10 met patroon A.1.

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 4.5 mm.
De haaknaald is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een grotere haaknaald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een kleinere haaknaald.

HALS:

MAAT:
S/M - L/XL
Afmetingen: Hoogte: Ongeveer 22-24 cm (+ 8 cm hals). Schouderbreedte: ongeveer 35-41 cm

MATERIAAL:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
100-100 g kleur 17, denimblauw

STEKENVERHOUDING:
14 stokjes in de breedte en 8.5 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.
11 toeren in de hoogte meet ongeveer 10 cm met patroon A.3.

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 5 mm
De haaknaald is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een grotere haaknaald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een kleinere haaknaald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.97€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Hoofdband: Zie telpatroon A.1
Halswarmer: Zie telpatronen A.2 en A.3.

HAAKTIP VOOR DE LOSSE:
Als u aan het uiteinde van de haaknaald haakt is de losse vaak te strak. 1 losse zou ongeveer even lang moeten zijn als 1 vaste/stokje/dubbel stokje breed is.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Op het begin van iedere toer met stokjes haakt u 3 lossen, deze lossen vervangen niet het eerste stokje op de toer maar worden aanvullend op de steken op de toer gehaakt. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer.
Op het begin van iedere toer met vasten, haakt u 1 losse, deze losse vervangt niet de 1e vaste, maar wordt gehaakt aanvullend op de steken op de toer gehaakt. Eindig de toer met 1 halve vaste in de eerste vaste op de toer

HAAKTIP (geldt voor als u in de rondte haakt):
Om de textuur hetzelfde te maken als u heen en weer haakt, keert u het werk voor iedere gehaakte toer. Dus haak iedere andere toer aan de goede kant en verkeerde kant als volgt:
Haak de eerste toer aan de goede kant van het werk. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse van het begin van de toer. Keer het werk en haak de volgende toer op de verkeerde kant van het werk. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 1e vaste op het begin van de toer. Keer het werk en haak de volgende toer aan de goede kant van het werk.
Haak zo heen en weer gehaakt, met afwisselend een toer aan de goede kant en een toer op de verkeerde kant.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 4 steken aan elke kant van de schoudersteken (A.3) aan elke kant van het werk door 5 stokjes in één steek te haken (= 16 steken gemeerderd in totaal op iedere toer met meerderingen).
De meerderingen komen aan elke kant van het voor- en achterpand, dus het aantal steken op de schouders blijft altijd hetzelfde. Haak de nieuwe steken in patroon A.2.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan de binnenkant van de 1 steek aan elke kant als volgt: * Voeg de haaknaald in de volgende steek, haal het garen op *, haak van *-* 2 keer in totaal, maak 1 omslag en haal het garen door alle 3 lussen op de haaknaald (= 1 steek geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

HOOFDBAND - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hoofdband wordt heen en weer gehaakt en op het einde samengenaaid.

HOOFDBAND:
Haak 18 lossen -lees HAAKTIP VOOR DE LOSSE, op haaknaald 4.5 mm met Air. Haak patroon A.1 heen en weer gehaakt - lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het telpatroon in de hoogte is gehaakt, herhaal dan de laatste 2 toeren tot het werk 48 cm meet - of tot de gewenste lengte (pas zo aan zodat de volgende toer op de verkeerde kant wordt gehaakt).
Haak nu de lossenlussen in de hoogte samen tot een lus-kabels als volgt:
Voeg de haaknaald in de eerste lossenlus aan de goede kant, haal de 2e lossenlus door de eerste losse lus, voeg de haaknaald in de 2e lossenlus en haal de 3e lossenlus door de lossenlus. Ga zo verder tot alle lossenlussen samengehaakt zijn.
Haak de laatste toer terug op de verkeerde kant als volgt: Haak 1 vaste in iedere steek en haak 1 vaste in elk van de laatste lossenlussen zodat ze niet uitrafelen.
Knip het garen af maar houd wat garen over voor de afwerking. Naai de hoofdband midden achter samen steek voor steek in de hoogte.

-------------------------------------------------------

HALSWARMER - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Haak het werk in de rondte vanaf de hals en naar beneden tot het meerderen voor de schouder klaar is. Haak in de rondte, keer tegelijkertijd het werk voor iedere toer - lees HAAKTIP.
Als het meerderen voor de schouder klaar is, verdeel dan het werk voor het voor- en achterpand en haak de delen apart heen en weer.

HALSWARMER:
Haak 68- 68 lossen - lees HAAKTIP VOOR DE LOSSE op haaknaald 5 mm met Air en vorm een ring met 1 halve vaste in de eerst gemaakte losse. Voeg een markeerdraad in op het begin van de toer = ongeveer midden achter.
Haak nu in patroon - lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN EN HAAKTIP, als volgt: Haak A.2 over de eerste 8-8 steken (= helft van het achterpand), A.3 over de volgende 17-17 steken (= schoudersteken), A.2 over de volgende 17-17 steken (= voorpand), A.3 over de volgende 17-17 steken (= schoudersteken), A.2 over de laatste 9-9 steken (= helft van het achterpand). Als het telpatroon in de hoogte is gehaakt, herhaal dan de laatste 2 toeren. Ga zo verder tot het werk 8-8 cm meet, pas zo aan dat de volgende toer aan de goede kant gehaakt wordt. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 17-17 steken op het voorpand. MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Ga nu verder in patroon op dezelfde manier als hiervoor, maar op de volgende toer aan de goede kant meerdert u 4 steken aan elke kant van de schoudersteek - lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo op iedere toer aan de goede kant (dus iedere toer met stokjes) 4-5 keer in totaal = 132-148 steken. Na de laatste meerdering haakt u de lossenlussen in A.2 in de hoogte samen tot lus-kabels op iedere schouder als volgt:
Voeg de haaknaald in de eerste lossenlus op de bovenkant richting de hals aan de goede kant, haal de 2e lossenlus door de eerste lossenlus, voeg de haaknaald in de 2e lossenlus en haal de 3e lossenlus door de lossenlus. Ga zo verder tot alle lossenlussen samengehaakt zijn.

Haak dan de laatste toer met vasten op de verkeerde kant als volgt:
Haak 1 vaste in elk van de 25-29 steken tot A.3 (= helft van het achterpand), haak 1 vaste in iedere steek en haak 1 vaste om de laatste lossenlus in elk van de verticale lijnen met samengehaakte lossenlussen in A.3 (= schouder), haak 1 vaste in iedere steek over de volgende 49-57 steken (= voorpand), haak 1 vaste in iedere steek en haak 1 vaste om de laatste lossenlus in elk van de verticale lijnen met samengehaakte lossenlussen in A.3 (= schouder), haak 1 vaste in elke van de overgebleven 24-28 steken. Nu moeten de lossenlussen vastgemaakt worden zodat ze niet uitrafelen. Knip het garen af. Haak nu het voor- en achterpand apart heen en weer.

VOORPAND:
= 49-57 steken. Begin aan de goede kant en haak A.2 heen en weer gehaakt zoals hiervoor – lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN. Minder op de volgende toer op de verkeerde kant 1 steek aan elke kant van het werk - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere toer op de verkeerde kant 4-5 keer in totaal = 41-47 steken. Ga verder tot het werk 22-24 cm meet vanaf markeerdraad, pas aan op het einde na een toer met vasten op de verkeerde kant. Knip en hecht af het garen. De halswarmer meet 30-32 cm vanaf de halsrand en naar beneden.

ACHTERPAND:
= 49-57 steken. Haak op dezelfde manier als op het voorpand.

Telpatroon

symbols = begin op deze toer, de vorige toer is reeds gehaakt
symbols = 1 stokje in de steek (gehaakt aan de goede kant)
symbols = Haak 10 lossen - denk om HAAKTIP VOOR DE LOSSEN, haak 1 halve vaste in de eerste van deze 10 lossen om een lossenlus te maken en trek de draad ietwat aan voordat u verder gaat
symbols = 1 losse
symbols = 1 vaste in de steek (gehaakt op de verkeerde kant)
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 214-28

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (4)

country flag Lyse Goyette wrote:

Bonjour pour faire le bandeau , ils disent de crocheter A1 , c'est tout comment on fait pour les torsades dois je crocheter A 2 ou A 3 ... Merci j'attends votre réponse je suis du Québec Canada .

17.02.2022 - 22:55

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Goyette, ces torsades sont composées de ronds de mailles en l'air que vous crochèterez ensemble pour former ces torsades à la fin (cf explications écrites); cette vidéo montre (pour un autre modèle) comment réaliser ces ronds de mailles en l'air (étoile noire dans ces diagrammes) et comment les crocheter ensemble pour former les torsades. Bon crochet!

18.02.2022 - 08:21

country flag Eva wrote:

Hej! Det står läs VIRKINFORMATION på pannbandets beskrivning. Avsluta varvet med smygmaska i tredje luftmaskan. Men där finns ju ingen tredje luftmaska då dessa endast virkas i början på stolpvarvet. Vad menas och hur ska man gör? Mvh Eva (I början av varje varv med stolpar virkas det 3 luftmaskor, dessa luftmaskorna ersätter inte första stolpen, utan virkas i tillägg till maskorna på varvet. Varvet avslutas med 1 smygmaska i 3:e luftmaskan i början av varvet.)

27.10.2021 - 20:48

DROPS Design answered:

Hei Eva. Pannebåndet hekles frem og tilbake (rader) og under hekleinformasjon står det at du skal hekle 3 luftmaske på begynnelsen av hver rad/omgang med staver, disse luftmaskene erstatter ikke første stav, men hekles i tillegg til maskene på omgangen/raden. Denne informasjonen gjelder både pannebåndet (hekles frem og tilbake = rader) og halsen (hekles rundt = omganger). Når det så står "Omgangen avsluttes med 1 kjedemaske i 3.luftmaske på begynnelsen av omgangen", gjelder dette bare hals (altså det som hekles rundt / omgang og ikke det som hekles frem og tilbake (rader)). mvh DROPS Design

01.11.2021 - 11:04

country flag Ana wrote:

¿Qué significa grupo de lanas C o A+A? Que se puede usar un grosor C o juntar dos cabos de grosor A? Muchas gracias!

20.11.2020 - 18:38

DROPS Design answered:

Hola Ana! Puedes usar un cabo de grosor C o dos cabos se grosor A (junos). El grosor obtenido sera lo mismo en dos casos. Buen trabajo!

20.11.2020 - 18:49

country flag Valentina Caiolo wrote:

Come posso fare diventare la fascia un cappello?

13.11.2020 - 10:30

DROPS Design answered:

Buonasera Valentina, per un aiuto così personalizzato si può rivolgere al suo rivenditore DROPS di fiducia. Buon lavoro!

17.11.2020 - 22:27