DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 1.95 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 211-28
DROPS design: Patroon nr. L-158
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------

MAAT:
Afmetingen: Omtrek: ongeveer 81 cm Lengte (zonder bandjes): 39 cm
De bandjes meten ongeveer 45 cm.

MATERIAAL:
DROPS BOMULL-LIN van garnstudio (behoort tot garengroep C)
250 g kleur 05, bruin
Of gebruik:
DROPS PARIS van garnstudio (behoort tot garengroep C)
300 g kleur 44, bruin

STEKENVERHOUDING:
16 stokjes in de breedte en 9 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 4.5 mm.
De haaknaald is slechts een suggestie! Als u te veel steken heeft op 10 cm haak dan verder met een grotere haaknaald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een kleinere haaknaald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 1.95 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

LOSSE:
Als u aan het uiteinde van de haaknaald haakt, is de losse vaak te strak.
1 losse zou even lang moeten zijn als 1 vaste/stokje breed is.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Op het begin van iedere toer met vasten haakt u 1 losse, deze losse vervangt niet de 1e vaste. Eindig de toer met 1 halve vaste in de eerste vaste op de toer
Op het begin van iedere toer met stokjes haakt u 3 lossen, deze 3 lossen vervangen niet het 1e stokje op de toer. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Meerder 1 stokje door 2 stokjes in een steek te haken. Meerder 1 stokje voor en de na markeerdraad aan elke kant (= 4 steken gemeerderd op de toer).

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de toer (dus 130 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 14) = 9.3. In dit voorbeeld meerdert u door 2 stokjes in ongeveer iedere 9e steek te haken.

3 STOKJES IN 1 STOKJE:
Haak 1 stokje in de eerste steek maar wacht met de laatste omslag en doorhaling (= 2 lussen op de haaknaald), haak nog 1 stokje op dezelfde manier in elk van de volgende 2 steken, maar haal de laatste omslag door alle 4 lussen op de haaknaald (= 1 steek).

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TAS - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Haak in de rondte van onder naar boven. Haak dan de onderkant samen.

TAS:
Haak 114 lossen op haaknaald 4.5 mm met Bomull-Lin of Paris en vorm een ring met 1 halve vaste in de eerste gehaakte losse op de toer - lees LOSSE.
TOER 1: Haak 1 vaste in iedere steek - lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN, = 114 vasten op de toer. Voeg een markeerdraad in op het begin van de toer en een markeerdraad na 57 vasten (= 57 vasten tussen de markeerdraden).
TOEREN 2-5: Haak 1 stokje in iedere vaste, meerder TEGELIJKERTIJD op iedere toer 1 stokje aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 130 stokjes. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Haak dan met 1 stokje in ieder stokje tot het werk 9 cm meet vanaf de opzetrand.
Haak de volgende toer als volgt: Haak 1 stokje in ieder stokje en meerder 14 stokjes verdeeld op de toer - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 144 stokjes.
Haak nu in patroon als volgt: Haak A.1 (laat zien hoe de toer begint en eindigt), A.2 36 herhalingen in totaal op de toer. Als de telpatronen zijn gehaakt in de hoogte, herhaal dan de laatste 2 toeren tot het werk ongeveer 32 cm meet - pas aan op het einde na een toer welke de laatste toer in A.2 is. Knip het garen af.
Haak nu heen en weer aan elke kant van de tas als volgt:
Hecht de draad aan met 1 halve vaste in het stokje voor de laatste 4 lossenlussen op de toer en haak in patroon aan de goede kant als volgt: A.3, A.4 over de volgende 7 lossenlussen, A.5 over de volgende lossenlus + stokje na de lossenlus. Ga zo verder heen en weer gehaakt tot A.3 tot A.5 in de hoogte zijn gehaakt. Knip en hecht het garen af.
Hecht de draad aan met 1 halve vaste in het stokje na de 10e lossenlus, geteld vanaf na A.5 gehaakt aan een kant van het werk. Haak in patroon als volgt: A.3, A.4 over de volgende 7 lossenlussen, A.5 over de volgende lossenlus + stokje na de lossenlus. Er zouden nu 10 lossenlussen moeten zijn tussen A.5 en A.3 in het midden van de tas tussen de zijkanten. Ga zo verder heen en weer gehaakt tot A.3 tot A.5 in de hoogte zijn gehaakt. Knip en hecht het garen af.

SAMEN HAKEN OP DE ONDERKANT:
Keer het werk zodat de goede kant tegen de goede kant komt en haak de onderkant samen op de onderkant over de eerst gehaakte lossentoer. Haak opnieuw door beide lagen, begin vanaf de markeerdraad op het begin van de toer en haak 1 vaste in iedere losse. Knip en hecht af het garen.

BANDJES:
Keer het werk opnieuw om aan de goede kant te haken.
TOER 1: Hecht het garen aan met 1 halve vaste in een zijkant, in het middelste stokje (= 4 lossenlussen aan elke kant). Haak 3 lossen (= 1 stokje) - denk om INFORMATIE VOOR HET HAKEN, haak 4 stokjes om elk van de volgende 4 lossenlussen, haak 72 lossen (zorg ervoor dat lossen niet te strak worden gehaakt, een toer met lossen zou 45 cm moeten zijn), sla de 10 lossenlussen in het midden van de tas tussen de zijkanten over, haak 4 stokjes om elk van de 8 lossenlussen langs een zijkant, haak 72 lossen (zorg ervoor dat de lossen niet te strak worden, 1 lossentoer zou ongeveer 45 cm moeten meten), sla 10 lossenlussen in het midden van de tas tussen de zijkanten over, haak 4 stokjes om elk van de laatste 4 lossenlussen op de toer. Er zijn nu 32 stokjes aan elke kant en 72 lossen voor het bandje aan elke kant = 208 steken.
TOER 2: Haak * 1 stokje in ieder stokje tot er 2 stokjes voor de eerste losse zijn, haak 3 STOKJES IN 1 STOKJE - lees uitleg hierboven, haak 1 stokje in elk van de volgende 70 lossen (dus tot er 1 losse over is voor het volgende stokje), haak 3 stokjes in 1 stokje, haak 1 stokje in elk van de volgende 14 stokjes *, haak van *-* 1 keer op de toer = 200 stokjes op de toer:
TOER 3: Haak 1 vaste in iedere steek. Knip en hecht het garen af.

Haak nu aan de binnenkant van het bandje om de lossentoer, de randen en de 10 lossenlussen als volgt:
Haak een zijkant als volgt:
TOER 1: Begin met 1 halve vaste in de eerste losse aan de binnenkant van een van de bandjes, haak 1 stokje in elk van de 72 lossen - denk om INFORMATIE VOOR HET HAKEN, haak 3 stokjes om elk van de volgende 3 toeren (= langs de zijkant op A.3/A.5, haak 2 stokjes om de volgende toer, haak 3 STOKJES IN 1 STOKJE op dezelfde manier als eerder, maar haak nu 1 stokje in de laatste toer en 2 stokjes om de eerste van de 10 lossenlussen. Ga verder met nog 2 stokjes om deze lossenlus, en haak 4 stokjes om elk van de volgende 8 lossenlussen, haak 2 stokjes om de 10e lossenlus, haak 3 STOKJES IN 1 STOKJE op dezelfde manier als eerder, maar haak 2 stokjes om de laatste lossenlus en 1 stokje om de volgende toer, haak nog 2 stokjes om deze toer, haak 3 stokjes om elk van de volgende 3 toeren.
TOER 2: Haak 1 vaste in iedere steek. Knip en hecht het garen af.
Haak op dezelfde manier rondom de andere opening voor het bandje.

Telpatroon

symbols = 1 losse – als u aan het uiteinde van de haaknaald haakt is de losse vaak te strak, 1 losse zou ongeveer even lang moeten zijn als 1 vaste/stokje breed is
symbols = 4 lossen
symbols = 1 stokje in de steek
symbols = 1 stokje om de losse/lossenlus
symbols = op het begin van de toer haakt u 3 lossen. Als u in de rondte haakt, eindig dan de toer met 1 halve vaste in de 3e losse vanaf het begin van de toer.
symbols = begin op deze toer/toer, de vorige toer/toer is reeds gehaakt
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 211-28

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (21)

country flag Mayra Alvarez wrote:

Buenas tardes,de casualidad hay un tuturial dónde paso a paso indiquen como hacer el bolso, gracias soy principiante y no entiendo los diagramas

05.11.2023 - 22:49

DROPS Design answered:

Hola Mayra, puedes encontrar todos los videos que te pueden ayudar a realizar la labor después de las instrucciones escritas. Para poder comprender nuestros diagramas puedes leer la siguiente lección: https://www.garnstudio.com/lesson.php?id=69&cid=23.

12.11.2023 - 21:10

country flag Cintia wrote:

Buenas tardes, podría detallar me como se lee el patrón A3, serían 3 cadenas de inicio un punto alto cadena y punto alto sobre el primer arco. A4, 4 puntos cadena y punto alto sobre el arco 3 puntos altos sobre el arco siguiente y repito contando 7 arcos de la vuelta anterior. A5? Muchas gracias y saludos desde Córdoba, argentina.

05.09.2023 - 20:21

DROPS Design answered:

Hola Cintia, A.3-A.4-A.5 se trabaja como sigue: 3 cadenetas, *3 puntos altos en el arco de la fila anterior, 1 cadeneta,* repetir de * a * toda la fila hasta que quede 1 arco, 3 puntos altos en el arco, 1 punto alto en el punto alto de la fila anterior.

10.09.2023 - 20:06

country flag Emma wrote:

Bonjour! D’abord merci pour vos beaux modèles. J’ai un problème au moment de passer à A3: il faut joindre une bride avant les 4 derniers arceaux de quel tour? du nouveau tour ou du précédent? Ce n’est pas très clair… Merci!

22.08.2023 - 13:03

DROPS Design answered:

Bonjour Emma, le diagramme A.3 montre comment commencer les rangs: crochetez A.3 dans la bride avant les 4 derniers arceaux du tour précédent (de A.2), puis répétez A.4 et terminez par A.5 dans l'arceau suivant + dans la bride après cet arceau, et sur l'envers, commencez par A.5, répétez A.4 et terminez par A.3. Vous crochetez ainsi les côtés du sac, qui sont un peu surélevés par rapport au reste du sac que vous venez de faire = vous aurez 4 rangs en plus en hauteur de chaque côté. Bon crochet!

22.08.2023 - 14:17

country flag Chantal LONG wrote:

Merci beaucoup de votre réponse. J'avais fini par me débrouiller en comparant le diagramme A1 A2 et votre mannequin, et mon travail correspond à vos explications. Au moment d'aborder maintenant le haut du sac, je craignais d'avoir de nouvelles difficultés, mais je vois que vous avez donné les explications correspondantes à une autre crocheteuse. Cela devrait donc répondre à mes questions. Merci encore de votre aide.

31.07.2023 - 21:04

country flag Chantal LONG wrote:

Bonjour. Cela me rassure de constater que de nombreuses crocheteuses sont aussi perdues que moi. Pourriez-vous me donner en français les explications du diagramme A2, pour les 1er, 2e et 3e tours, en supposant que ces tours se répètent alternativement, jusqu'à la hauteur souhaitée ? Je pense avoir réalisé le 1er rang correctement, et suppose qu'il faut ensuite travailler le 2e rang en quinconce, mais le résultat n'est pas satisfaisant. Merci d'avance de m'aider.

23.07.2023 - 11:12

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Long, au 2ème tour de A.2, crochetez: *4 mailles en l'air, sautez 3 brides, 1 bride dans la bride suivante*, répétez de *-*. Au 3ème tour de A.2, crochetez *3 brides dans l'arceau de 4 mailles en l'air, 1 maille en l'air*, répétez de *-*. Répétez les tours 2 et 3. Bon crochet!

27.07.2023 - 12:00

country flag Katarina Tornborg wrote:

Hej och Tack för svar på min fråga- Men. Sista varvet på väskdelen är ju A2, dvs fyra lm och en stolpe som upprepas varvet ut och slutar med en smygmaska i föregående varvs tre lm. Så långt är allt väl. I A3 ska man börja med tre lm, i A4 fyra lm och 4 stolpar, en lm och A5, fyra lm tre stolpar plus en stolpe i maskan. Varf inns de sju luftmaskorna annat än i början på varvet? Hur många gånger upprepas A3-A5 innan man virkar tillbaka? Vänligen Katarina

01.02.2023 - 11:27

DROPS Design answered:

Hej Katarina, jo det er bare i början på varvet du får 7 lm :)

03.02.2023 - 11:27

country flag Katarina Tornborg wrote:

Hej!\r\nNågra frågor gällande utförandet av diagrammet A3–A5. Vad betyder det att virka A3-A4 över de sju luftmaskbågarna som finns var? Hur många ggr ska A4 och A5 upprepas på varvet – dvs sidan för att det sedan ska finnas 10 luftmaskbågar i mitten? Och var kom de ifrån?\r\n Det hade varit bra med bilder på på arbetet i olika stadier – det är ju en fin modell!\r\nvänligen Katarina

30.01.2023 - 22:50

DROPS Design answered:

Hej Katarina, A.3 over første lm-bue, så A.4 i de næste 7 lm-buer og sidst A.5 i næste lm-bue :)

31.01.2023 - 12:04

country flag Paola wrote:

Mi sbaglio o la spiegazione dell’interno dei manici al 1° giro appare non simmetrica? Inoltre perché invece di scrivere “ lavorare 4 maglie alte intorno al primo dei 10 archi” , scrivete “ lavorare 2 maglie alte intorno al primo dei 10 archi di catenelle, lavorare altre 2 maglie alte intorno allo stesso arco”?!? È molto. CONFUSING! Grazie Paola

04.12.2022 - 22:40

DROPS Design answered:

Buonasera Paola, al momento non sono riportate correzioni per questo modello. Buon lavoro!

28.12.2022 - 19:36

country flag Marcelle Marie-Claude wrote:

Je suis bloquée, pour la suite du dernier tour A2. Après avoir couper le fil. Je ne comprend pas. Je dois travailler que sur 7 arceaux A3, A4..... Je fais A3, puis A4, puis A5 en aller retour sur 7 arceaux ???

06.04.2022 - 19:09

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Marcelle, vous crochetez d'abord A.3 (début du rang sur l'endroit) dans la bride avant les 4 derniers arceaux du tour, puis vous répétez 7 fois A.4 (= au-dessus des 7 arceaux suivants), puis A.5 dans l'arceau + la bride suivante (fin de rang sur l'endroit), tournez, et crochetez: A.5 (début de rang sur l'envers), répétez 7 fois A.4 et terminez par A.3. Coupez le fil après ces 4 rangs A.3-A.5. Répétez de l'autre côté du sac. Bon crochet!

07.04.2022 - 09:37

country flag Susanne wrote:

Hallo Drops Team! Komme leider auch nicht ganz klar mit der Anleitung.. Es widerspricht sich die Häkelinformation mit dem Video.Im Video wird beschrieben das die 3 Luftmaschen am Reihenanfang als erstes Stäbchen zählt, in der Häkelinformation steht sie ersetzt nicht das 1.Stäbchen in der Runde. Verstehe ich leider nicht ganz.\r\nVielen Dank und viele Grüße aus Dresden

07.03.2022 - 13:38

DROPS Design answered:

Liebe Susanne, hier sind ja 2 unterschiedliche Techniken benutzt, im Video werden die 3 Lm das 1. Stäbchen ersetzen, hier werden die 3 Lm extra gehäkelt. Viel Spaß beim häkeln!

08.03.2022 - 11:28