DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.94€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Phoenix Wrap

Gebreide omslagdoek met 2-kleurige Engelse patentsteek in DROPS Fabel. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid, met strepen en naalden met gaatjes.

DROPS 212-21
DROPS design: Patroon nr. fa-448
Garengroep A
----------------------------------------------------------

MAAT:
Hoogte: Gemeten over de middelste steek = ongeveer 60 cm
Breedte: Gemeten langs de bovenkant van de ene naar de andere kant = ongeveer 172 cm.

MATERIAAL:
DROPS FABEL van garnstudio (behoort tot garengroep A)
150 g kleur nr 903, geel/roze
50 g kleur 100, naturel
50 g kleur 159, red chili
50 g kleur 153, texmex

STEKENVERHOUDING:
18 steken in de breedte en 42 naalden (dus 21 zichtbare steken in de hoogte) met Engelse patentsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte 80 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.94€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

PUNNIKRAND:
Brei de eerste en laatste 3 steken op de omslagdoek als een punnikkoord. Het is belangrijk om niet te strak te breien, maar zorg ervoor dat u de draad een beetje aantrekt voordat u verder gaat op de naald nadat de steken van de naald af zijn gegleden.
Zet op het begin van de naald aan de goede kant steken op de rechter naald zonder ze te breien met de draad naar de goede kant van het werk/naar u toe. Brei aan het einde van de naalden aan de goede kant de steken recht.
Zet op het begin van de naald op de verkeerde kant steken op de rechter naald zonder ze te breien de draad op verkeerde kant van het werk/naar u toe. Brei aan het einde van de naalden op de verkeerde kant de steken recht.

STREPEN:
STREEP 1: Kleur 1 = naturel. Kleur 2 = geel/roze
STREEP 2: Kleur 1 = rood chili Kleur 2 = geel/roze
STREEP 3: Kleur 1 = geel/roze. Kleur 2 = red chili
STREEP 4: Kleur 1 = geel/roze. Kleur 2 = texmex
STREEP 5: Kleur 1= naturel. Kleur 2 = geel/roze

MEERDER 2 STEKEN:
Het meerderen wordt gedaan in een rechte steek aan de goede kant. Brei de steek en de omslag recht samen, maar laat ze niet van de linker naald af glijden, maak 1 omslag en brei de steek en de omslag opnieuw samen. Laat de steek dan van de linker naald af glijden = 3 steken op de rechter naald = 2 steken gemeerderd. Brei op de volgende naald de steken in patroon.

MEERDER 4 STEKEN:
Het meerderen wordt gedaan in een rechte steek aan de goede kant. * Brei de steek en de omslag recht samen, maar laat ze niet van de linker naald af glijden, maak 1 omslag *, brei van *-* 2 keer in totaal en brei de steek en de omslag nog 1 keer samen. Laat de steek en de omslag dan van de naald af glijden = 5 steken op de rechter naald = 4 steken gemeerderd. Brei op de volgende naald de steken in patroon.

NAALD MET GAATJES:
Brei met naturel als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Maak een punnikrand zoals hiervoor over de 3 eerste steken, * brei de volgende steek en de omslag recht samen, brei de volgende steek recht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn en brei punnikrand zoals hiervoor over de laatste 3 steken.
NAALD 2 (= verkeerde kant): Maak een punnikrand zoals hiervoor over de 3 eerste steken, brei recht tot er 3 steken over zijn en brei punnikrand zoals hiervoor over de laatste 3 steken.
NAALD 3 (= goede kant): Maak een punnikrand zoals hiervoor over de 3 eerste steken, * brei 2 recht samen en maak 1 omslag *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn voor de middelste steek - het is belangrijk om met 1 omslag te eindigen. Brei dan als volgt over de volgende 5 steken: 1 recht, maak 1 omslag, 1 recht, maak 1 omslag, 1 recht (= middelste steek), maak 1 omslag, 1 recht, maak 1 omslag, 1 recht, maak 1 omslag, brei van *-* tot er 5 steken over zijn. Brei 2 steken recht samen en brei punnikrand zoals hiervoor over de laatste 3 steken. (= 4 steken gemeerderd).
NAALD 4 (= verkeerde kant): Maak een punnikrand zoals hiervoor over de 3 eerste steken, brei recht tot er 3 steken over zijn en brei punnikrand zoals hiervoor over de laatste 3 steken.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt van boven naar beneden gebreid, brei 2-kleurige Engelse patentsteek heen en weer gebreid op de rondbreinaald zodat alle steken goed op de naald passen. De omslagdoek begint met het breien van 1 kleine punnikkoord, waarin steken worden opgenomen. De omslagdoek wordt daarna gebreid met een punnikrand aan elke kant. Brei dan strepen met verschillende kleuren en maak naalden met gaatjes.

OMSLAGDOEK:
Zet 4 steken op rondbreinaald 4 mm met naturel. * Brei 1 naald recht, keer het werk niet! Schuif dan de steken naar het andere einde van de naald zodat de volgende naald weer vanaf dezelfde kant wordt gebreid *, brei van *-* tot er 9 naalden zijn gebreid. Keer het werk om steken op te nemen in het punnikkoord. Begin met het opnemen van 7 steken over de zijkant van het punnikkoord - neem steken op door beide lussen van de steek en zorg ervoor dat u naar beneden toe in dezelfde naald met steken opneemt. Neem dan 4 steken op in het einde van het punnikkoord = opzetrand. Er zijn nu 15 steken op de naald.
Keer het werk en brei 3 naalden als volgt:
Op de verkeerde kant: Met het garen naar u toe (= verkeerde kant van het werk), zet de eerste 3 steken averecht op de rechter naald (= PUNNIKRAND - lees uitleg hierboven). Brei alle steken recht. Keer het werk.
Aan de goede kant: Met het garen naar u toe (= goede kant van het werk), zet de eerste 3 steken averecht op de rechter naald (= punnikrand). Brei alle steken recht. Keer het werk.
Op de verkeerde kant: Met het garen naar u toe (= verkeerde kant van het werk), zet de eerste 3 steken averecht op de rechter naald (= punnikrand). Brei alle steken recht. Keer het werk.

Ga nu verder in 2-kleurige Engelse patentsteek en gebruik de kleuren van STREEP 1.

NAALD 1 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met garen naar de goede kant van het werk (= punnikrand), MEERDER 2 STEKEN in de volgende steek, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 1 recht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, MEERDER 4 STEKEN in de volgende steek (= middelste steek), maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 1 recht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, MEERDER 2 STEKEN in de volgende steek. Brei 3 recht (= punnikrand). Er zijn 8 steken in totaal gemeerderd op de naald. Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), om vanaf dezelfde kant als de vorige naald te breien.

NAALD 2 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen naar de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 1 averecht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen, * maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 1 averecht *, brei van *-* 1 keer en maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen, maak 1 omslag en zet volgende steek averecht op de rechter naald, 1 averecht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 3 recht (= punnikrand).
LET OP! Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek zodat u makkelijker kunt zien waar u later moet meerderen, neem de markeerdraad mee in de middelste steek in de hoogte tijdens het breien. Keer het werk.

NAALD 3 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand),
* brei de omslag en afgehaalde steek averecht samen, maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, brei de omslag en afgehaalde steek averecht samen, 3 recht (= punnikrand).
Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), zodat u aan dezelfde kant breit als de vorige naald.

NAALD 4 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), *maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei de omslag en de afgehaalde steek recht samen *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, maak 1 omslag, 1 steek averecht afhalen, 3 recht (= punnikrand).
Keer het werk.

DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

NAALD 5 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), MEERDER 2 STEKEN in de volgende steek, * maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag recht samen *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, MEERDER 2 steken in de volgende steek, 3 recht (= punnikrand). Er zijn 4 steken in totaal gemeerderd op de naald. Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), zodat u aan dezelfde kant breit als de vorige naald.

NAALD 6 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker naar de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, 1 averecht, * maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn. Maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek averecht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald. Brei 3 recht (= punnikrand). Keer het werk.

NAALD 7 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand),
* brei de omslag en de afgehaalde steek averecht samen, maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, brei de omslag en de afgehaalde steek averecht samen, 3 recht (= punnikrand). Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), zodat u aan dezelfde kant breit als de vorige naald.

NAALD 8 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), *maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei de omslag en de afgehaalde steek recht samen *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, 3 recht (= punnikrand). Keer het werk.

NAALD 9 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker naar de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), MEERDER 2 STEKEN in de volgende steek, * maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag recht samen *, brei van *-* tot de middelste steek. MEERDER 4 STEKEN in de middelste steek, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, MEERDER 2 steken in de volgende steek, 3 recht (= punnikrand). Er zijn 8 steken in totaal gemeerderd op de naald. Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), zodat u aan dezelfde kant breit als de vorige naald.

NAALD 10 (= goede kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker naar de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei 1 averecht, * maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek en omslag averecht samen *, brei van *-* tot er 6 steken over zijn. Maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei de volgende steek averecht, maak 1 omslag en zet de volgende steek averecht op de rechter naald, brei 3 recht (= punnikrand). Keer het werk.

NAALD 11 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 1: Zet 3 steken averecht van de linker op de rechter naald met garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand),
* brei de omslag en de afgehaalde steek averecht samen, maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, brei de omslag en de afgehaalde steek averecht samen, brei 3 recht (= punnikrand).
Duw de steken terug naar de andere kant van de rondbreinaald (zonder het werk te keren), zodat u aan dezelfde kant breit als de vorige naald.

NAALD 12 (= verkeerde kant): Wordt gebreid met kleur 2: Zet 3 steken averecht van de linker naar de rechter naald met het garen op de verkeerde kant van het werk (= punnikrand), *maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af, brei de omslag en de afgehaalde steek recht samen *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn, maak 1 omslag, haal 1 steek averecht af. Brei 3 recht (= punnikrand).
Keer het werk.

Herhaal naalden 5-12 6 keer in totaal in de hoogte.
Wissel de kleuren naar STREEP 2 en herhaal NAALDEN 5-12 6 keer in totaal in de hoogte.

Brei verder met naturel en brei 1 NAALD MET GAATJES zoals uitgelegd hierboven.

Wissel kleuren op STREEP 3 en herhaal naalden 5-12 6 keer in totaal in de hoogte.

Brei verder met naturel en brei 1 NAALD MET GAATJES zoals uitgelegd hierboven.

Wissel van kleuren naar STREEP 4 en herhaal naalden 5-12 6 keer in totaal in de hoogte.

Brei verder met naturel en brei 1 NAALD MET GAATJES zoals uitgelegd hierboven.

Wissel van kleuren naar STREEP 5 en herhaal naalden 5-12 3 keer in totaal in de hoogte en pas zo aan dat volgende naald aan de goede kant wordt gebreid met kleur 2 - dus geel/roze.

AFKANTEN:
Kant op de volgende naald kant af met een punnikrand. Het is belangrijk dat de rand daarna losjes afgekant wordt om een mooie vorm te krijgen op de omslagdoek. Gebruik, indien nodig, voor het afkanten een naald in een maat groter en zorg ervoor dat u losjes en gelijkmatig de steken breit.
Brei en minder als volgt: * 2 recht, brei de volgende 2 steken gedraaid recht samen. Zet dan de 3 steken van de rechter naald terug op de linker naald (in dezelfde volgorde waarin ze staan) *, brei van *-* tot alle steken op de linker naald afgekant zijn en er 3 steken over zijn op de rechter naald. Zet de 3 steken op de linker naald en kant deze steken af met recht. Knip en hecht het garen af.
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 212-21

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Susanne wrote:

Buonasera volevo annullare la mia domanda fatta in precedenza poiché ho risolto il problema. Grazie comunque.

23.10.2022 - 17:35

country flag Susanne wrote:

Buongiorno vorrei capire il passaggio dopo la sezione traforata. Finita la riga traforata non ho gettati, perché si lavora a dritto . Poi si inizia il ferro 5 delle maglie inglesi e nel pattern è scritto di lavorare insieme maglia e gettato. Devo lavorare singolarmente le maglie? Perché se lavoro insieme una maglia si è una no, non si diminuiscono le maglie? Grazie

23.10.2022 - 08:17

country flag Zeline wrote:

Bonjour. J'ai commencé à tricoter ce châle et je m'interroge sur la forme qu'il prend. Je pensais que l'on commençait par la pointe mais en fait je me rends compte que plus les augmentations avancent plus le châle se courbe en formant une pointe vers le haut (la partie sur les aiguilles). donc je me dis que peut être en réalité, l'icord du début fait en fait partie de la plus grande longueur du triangle ? pouvez vous me préciser ce point svp ? Merci

17.04.2022 - 12:31

DROPS Design answered:

Bonjour Zeline, ce châle se tricote de haut en bas (en commençant côté encolure jusqu'à la pointe du bas du châle). Cette vidéo montre comment le commencer sur la base du I-cord et celle-ci comment tricoter et répéter les rangs 1-4 du châle; elles devraient toutes deux vous aider à visualiser comment on tricote le châle. Bon tricot!

19.04.2022 - 11:10

country flag María wrote:

He hecho el patrón repetidas veces y creo que hay un error ,creo en la hilera 5 ,podría ser revisado? gracias

16.01.2022 - 18:31

country flag Jane Higginbottom wrote:

I don’t think this pattern is correct for example in row 2 I had to rewrite the pattern out. This pattern does not make sense and I am giving up. Have spent too long trying to work it out. I am an experienced knitter who has done brioche knitting before and I am very disappointed with this pattern. Now need to find another use for this wool.

01.01.2021 - 15:21

country flag Jane Higginbottom wrote:

I think there is an error in line 2 of the pattern as the written instructions are not the same as the video. One stitch is different. In line 5 if I follow the instructions I have an extra stitch after the first increase stitch which needs to be slipped?

11.12.2020 - 10:00

country flag Jane H wrote:

I am having trouble with this pattern - for example in line 2 and 5. Are there errors? Can anyone advise. It doesn’t make sense. In line 2 the written instructions are not the same as the video.

10.12.2020 - 19:04

DROPS Design answered:

Dear Jane H, which kind of errors do you have? Rows 2 and 5 are following the description in the pattern. Can you maybe explain where you are stuck?

11.12.2020 - 07:06

country flag Lagan Sieglinde wrote:

Sie sollten diese deutsche Anleitung überarbeiten. Es sind da einige Fehler drin. Zum Beispiel müssen in der3.und 4. ICordreihe die letzten drei Maschen links gestrickt werden. Ein Anfänger kann mit dieser Anleitung nichts anfangen. Da hilft auch das Video nicht, das ist viel zu schnell erklärt worden. MfG Lagan S.

10.10.2020 - 11:01

DROPS Design answered:

Liebe Frau Lagan, die Maschen für die I-Cord werden am Ende jeder Reihe, also auch in Rück-Reihen, rechts gestrickt und am Anfang jeder Reihe abgehoben. Zum Video: Die Geschwindigkeit der Videos lässt sich in den Einstellungen anpassen. Wenn Sie das Video abspielen, haben Sie unten rechts in der Leiste ein Symbol für "Einstellungen". Wenn Sie dieses Symbol (Rädchen) anklicken, lässt sich das Video langsamer abspielen.

12.10.2020 - 13:17

country flag Lagan Sieglinde wrote:

Ich denke in der 1.Reihe muss es nicht 3 Maschen wie zum linksstricken heißen sondern nur 1Masche. L.G Lagan S.

09.10.2020 - 16:07

country flag Barbara Liebing wrote:

Hey, ich versuche gerade dieses schöne Tuch zu stricken , aber schon in der ersten Reihe des zweifarbigen Patents stimmt die Anleitung nicht . ständig steht da , dass drei Maschen abgehoben werden sollen, obwohl es nur eine ist. Jetzt bin ich bei Reihe 5, wo wieder ständig steht das 3 Maschen abgehoben werden sollen. aber hier passt es auch nicht wenn ich nur eine Masche abhebe. Die weiteren Reihen habe ich ich nicht kontrolliert, aber mir vergeht gerade die Lust weiter zu arbeiten.

19.07.2020 - 15:20

DROPS Design answered:

Liebe Frau Leibing, so wird dieses Tuch gestrickt - dh das Video zeigt wie die 1. - 4. Reihe mit zweifarbigen Patent strickt; Viel Spaß beim stricken!

20.07.2020 - 09:54