DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
DROPS SS24

Morning Rays

Gebreide omslagdoek met ribbelsteek en kantpatroon in DROPS BabyAlpaca Silk en DROPS Kid-Silk. Brei het werk heen en weer met verkorte toeren.

DROPS 210-38
DROPS design: Patroon bs-155
Garengroep A + A of C
----------------------------------------------------------

MAAT:
Hoogte: Gemeten over het midden = ongeveer 60 cm
Breedte: Gemeten over de bovenkant van de ene naar de andere kant = ongeveer 180 cm.
Gemeten langs de korte kant / opzetrand = ongeveer 120 cm

MATERIAAL:
DROPS BABYALPACA SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
200 g kleur 1760, licht grijs/paars
50 g kleur 0100, naturel
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
100 g kleur 01, naturel

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 30 naalden in de hoogte in ribbelsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5.5 mm: Lengte 80 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei het werk heen en weer op de rondbreinaald. Brei volgens de telpatronen om te meerderen aan de zijkant van het werk, brei TEGELIJKERTIJD verkorte toeren.

OMSLAGDOEK:
Zet 192 steken op rondbreinaald 5.5 mm met 1 draad wit Kid-Silk en 1 draad licht grijs/paars BabyAlpaca Silk. Brei 1 naald recht (= verkeerde kant). Brei dan 4 delen met verkorte toeren als volgt:

DEEL 1:
Brei volgens telpatronen A.1 en A.2 als volgt:
Aan de goede kant: Brei telpatroon A.1 over 6 steken, brei volgens telpatroon A.2 tot er 6 steken over zijn op de naald. Trek de draad aan en keer het werk.
Op de verkeerde kant: Brei telpatroon A.2 tot er 7 steken over zijn, brei A.1 over 7 steken (denk er om dat u de zwarte omslag van de vorige naald gedraaid breit om gaatjes te voorkomen). Keer het werk.
Ga zo verder met de telpatronen maar op iedere naald aan de goede kant, keert u het werk 6 steken eerder dan de laatste keer. Als de telpatronen een keer in de hoogte zijn gebreid, zijn er 3 steken gemeerderd en zijn er 4 ribbels in totaal (bovenop die van de opzetrand) = 195 steken. Ga verder met de telpatronen met verkorte toeren tot de telpatronen 3 keer in de hoogte zijn gebreid. Er zijn 201 steken op de naald, en er zijn 12 ribbels gebreid (bovenop die van de opzetrand).

Brei verder met naturel Kid-Silk en naturel BabyAlpaca Silk.
Brei volgens telpatronen A.3 en A.4 als volgt:
Aan de goede kant: Brei telpatroon A.3 over 6 steken, brei A.4 tot 6 steken eerder dan de vorige keer dat u het werk keerde. Keer het werk.
Op de verkeerde kant: Brei telpatroon A.4 tot er 7 steken over zijn, brei A.3 over 7 steken (denk erom dat de zwarte omslag in het telpatroon averecht gedraaid is om gaatjes te voorkomen). Ga zo verder met breien tot de telpatronen een keer in de hoogte zijn gebreid. Er zijn 6 steken gemeerderd, en er zijn 8 naalden met gaatjes in totaal = 207 steken.
Ga verder op dezelfde manier door verkorte toeren te breien over 6 steken minder iedere keer dat de telpatronen 2.5 keer in de hoogte zijn gebreid (zie pijl in het telpatroon die aangeeft waar het telpatroon zou moeten eindigen in het midden van een herhaling). Er zijn 216 steken op de naald en er zijn 40 naalden gebreid met kantpatroon.

Brei verder met 1 draad Kid-Silk in naturel en 1 draad BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars.
Brei 1 naald recht over alle steken op de naald, zorg ervoor dat u de draad aantrekt waar u het werk keert om gaatjes te voorkomen. Keer het werk en brei 1 naald recht op de verkeerde kant.

DEEL 2:
Brei volgens hetzelfde principe als het 1e deel, maar brei de telpatronen en verkorte toeren op een andere manier.

LEES HET VOLGENDE DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!
Telpatronen A.1 en A.2 worden 4 keer in de hoogte gebreid met Kid-Silk in naturel en BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars, brei dan telpatroon A.3 en A.4 met Kid-Silk in naturel en BabyAlpaca Silk in naturel 2 keer in de hoogte - TEGELIJKERTIJD keert u het werk voor de eerste keer als er 7 steken over zijn op de naald, ga verder met het keren met elke keer 7 steken eerder in totaal 24 keer (inclusief de eerste keer), keer dan 6 steken eerder in totaal 8 keer. Er zijn 240 steken op de naald.
Brei verder met 1 draad Kid-Silk in naturel en 1 draad BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars.
Brei nu over alle steken op de naald als volgt: Brei over alle steken op de naald, zorg ervoor dat u de draad aantrekt bij het keren om gaatjes te voorkomen. Keer het werk en brei 1 naald recht op de verkeerde kant.

DEEL 3:
Brei volgens hetzelfde principe als het 1e en 2e deel, maar brei volgens de telpatronen en verkorte toeren op een andere manier

LEES HET VOLGENHET DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!
Telpatronen A.1 en A.2 worden 5 keer in de hoogte gebreid met Kid-Silk in naturel en BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars, brei dan telpatronen A.3 en A.4 met Kid-Silk in naturel en BabyAlpaca Silk in naturel 1.5 keer in de hoogte (zie pijl in het telpatroon die aangeeft waar het telpatroon eindigt in het midden van een herhaling) – keer TEGELIJKERTIJD keert u het werk de eerste keer als er 8 steken over zijn op de naald, ga verder en keer steeds 8 steken eerder in totaal 16 keer (inclusief de eerste keer), keer dan 7 steken eerder in totaal 16 keer. Er zijn 264 steken op de naald.

Brei verder met 1 draad Kid-Silk in naturel en 1 draad BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars. Brei nu over alle steken op de naald als volgt: Brei over alle steken op de naald, zorg ervoor dat u de draad aantrekt waar het werk gekeerd wordt, om grote gaatjes te voorkomen. Keer het werk en brei 1 naald recht op de verkeerde kant.

DEEL 4:
Brei volgens hetzelfde principe als het 1e, 2e en 3e deel, maar brei de telpatronen en verkorte toeren op een andere manier.
LEES HET VOLGENHET DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!
Telpatronen A.1 en A.2 worden 8 keer in de hoogte gebreid met Kid-Silk in naturel en BabyAlpaca Silk in licht grijs/paars, - TEGELIJKERTIJD keert u het werk de eerste keer als er 9 steken over zijn op de naald, ga verder en keer 9 steken eerder, in totaal 8 keer (inclusief de eerste keer), keer dan 8 steken eerder in totaal 24 keer. Er zijn 288 steken op de naald.

Brei nu over alle steken op de naald als volgt:
Brei over alle steken op de naald, zorg ervoor dat u de draad aantrekt waar het werk gekeerd wordt, om grote gaatjes te voorkomen. Keer het werk en brei 1 naald recht op de verkeerde kant.
Kant dan losjes af met recht op de volgende naald aan de goede kant.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 18.02.2020
Correctie: Het gedeelte over de verkorte naalden in deel 2, 3 en 4 is herschreven.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = recht op de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om gaatjes te voorkomen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag averecht om gaatjes te maken
symbols = 2 recht samen
symbols = de steek is niet in het telpatroon getekend, begin met telpatroon A.4 vanaf deze steek. Als het aantal steken niet past in A.4 als u het werk keert, brei dan de laatste steek voordat u keert in tricotsteek.
symbols = zie uitleg in patroon. Geldt alleen voor het 1e en 3e deel.
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 210-38

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (25)

country flag Zaza wrote:

Bonjour Merci d'avoir répondu si vite . Bonne journée Cordialement . zaza

29.01.2024 - 13:47

country flag Zaza wrote:

Une derniere question ; quand vous dite ; 2ème PARTIE: Tricoter en suivant le même principe que pour la 1ère partie, mais tricoter les diagrammes et les rangs raccourcis d'une autre façon. qu'entendez vous d'une autre façon ?? cordialement

28.01.2024 - 22:07

DROPS Design answered:

La façon de tricoter les diagrammes sont décrits dans le paragraphe suivant sous LIRE ATTENTIVEMENT LA SECTION SUIVANTE AVANT DE CONTINUER!, on tricote les rangs raccourcis d'abord en laissant 7 mailles (24 fois au total) puis on laissera 6 mailles (8 fois). Bon tricot!

29.01.2024 - 12:52

country flag Zaza wrote:

Bonsoir, je suis a faire la 2ème fois de A3 et A4. Vous dite ceci :Continuer de la même façon, en rangs raccourcis, en tricotant 6 mailles en moins à chaque fois, jusqu'à ce que les diagrammes aient été tricotés 2.5 fois au total en hauteur (voir la flèche pour savoir où arrêter le diagramme). On a 216 mailles et on a tricoté 40 rangs du point ajouré. Est ce que les 6 mailles en moins jusqu'à la fin car dans la premiere partie c'etais 6 mailles et ensuite 7 mailles Cordialement

28.01.2024 - 22:02

DROPS Design answered:

Bonjour Zaza, on tricote les rangs raccourcis en laissant toujours 6 mailles avant de tourner, comme au 1er rang sur l'endroit, Sur l'envers on tricote jusqu'à ce qu'il reste 7mailles et on tricote A.1 au-dessus de ces 7 mailles = on tricote les mailles jusqu'à la fin du rang; autrement dit, on tricote toujours 6 m en moins à la fin de chaque rang sur l'endroit. Bon tricot!

29.01.2024 - 12:51

country flag Zaza wrote:

Bonjour, je viens de commencer ce chale et je suis arrivée a tricoter A1 et A2 (201 mailles ) Après avoir tricoté et défait plusieurs fois les 8 premiers rangs de A3 et A4, je pense que les rangs 5 et 13 ne doivent avoir qu un seul jeté tricoté torsé a l'envers au lieu de 2 comme indiqué sur le diagramme (quand on tricotera les rangs 6 et 14. Qu 'en pensez vous ? Cordialement

28.01.2024 - 17:41

country flag Vibe Acacia Snebjørk Toft wrote:

Sjal " Morning Ray" Model bs- 155 1. DEL: Diagram A1 A2 fortsættes 3 gange i højden. Skal de forkortede pinde fortsætte (ved 24. Pind og 48. Pind), eller starter du forfra hvergang du starter diagramet på ny? Det er lidt svært at se på billedet? Mvh Acacia Og tak

13.10.2022 - 08:59

DROPS Design answered:

Hej, vi forstår ikke dit spørgsmål. Skriv hvor du er i opskriften og hvilket stykke du ikke forstår, så skal vi prøve at svare :)

25.10.2022 - 10:57

country flag Elisa wrote:

Buonasera io ho un dubbio per quanto riguarda le parti 3 e 4.Per quanto riguarda la parte 3 viene indicato di ripetere i diagrammi A1 e A2 per 5 volte (per un totale di 40 ferri)ma vengono date indicazioni sui ferri accorciati solo per 32 ferri.La mia domanda è nell'ultima ripetizione dei diagrammi come devo comportarmi?Lo stesso vale per la parte 4 dove i ferri da lavorare sono 64 e vengono date indicazioni sempre per 32!Grazie mille Elisa

03.09.2022 - 18:12

DROPS Design answered:

Buonasera Elisa, per i ferri accorciati deve proseguire come indicato in precedenza. Buon lavoro!

27.09.2022 - 22:46

country flag Katja wrote:

Finns det fel i första delen? Har stickat första delen två gånger om, och maskantalet stämmer inte. Om man kontinuerligt vänder 6 maskor tidigare än förra varvet så blir man till slut med 163, maskor, inte 216.

24.09.2021 - 16:10

DROPS Design answered:

Hej Katje, fortsætter du med at tage ud ifølge diagrammerne?

06.10.2021 - 14:11

country flag Isabel Sarle wrote:

There is a message saying there is a correction on Section 2,3 and 4 but not what the corrections is. I am confused at the two knit rows between the sections.

23.07.2021 - 23:08

DROPS Design answered:

Dear Isabel, the corrections are written imto the pattern, as it was rephrased to make it easier to understands. The two knit rows are just that, two rows, knitted on all the stitches, but in the first row, when you get to the points where you turned earler, thighten the strand to make the hole made by the turn less noticeable. Happy Stitching!

24.07.2021 - 09:38

country flag Barbara wrote:

Guten Tag, ich bin am Anfang des Tuches, Teil 1. Ich habe eine Frage zu Diagramm A1 und A2: Werden die Zunahmen (A2) jeweils zu Beginn der Hinreihen gestrickt? Die verkürzten Reihen befinden sich am Ende der Hinreihe? Ich bin nicht sicher, ob ich das richtig verstanden habe. Falls ja, würde A2 somit in der Hinreihe den Beginn der Reihe zeigen. Herzlichen Dank für Ihre Antwort :-)

26.05.2021 - 18:46

DROPS Design answered:

Liebe Barbara, die Zunahmen werden in A.1 gestrickt, bei A.2 wird es nicht abgenommen - die verkürzten Reihen werden bei den Hinreihen gestrickt: bei der 1. Reihe (= Hinreihe) stricken Sie bis 6 Maschen übrig sind (verkürzte Reihe), wenden, die Rückreihe stricke, dann 3. Reihe = 2. Hinreihe in A.1/A.2 stricken und dann 6 Maschen weniger stricken (= die letzte 6 Maschen nicht stricken = es sind jetzt 12 M am Ende den Hinreihen, die nicht gearbeitet wurden ), usw. Viel Spaß beim stricken!

27.05.2021 - 09:22

country flag Amélie wrote:

Je vous remercie pour votre réponse. J'ai, à présent, un problème pour comprendre les instructions pour les rangs raccourcis en coloris naturel de la seconde partie. Le patron indique de tourner l'ouvrage 7 mailles plus tôt "à chaque fois" et 24 fois au total. Cela signifie-t-il qu'il faut faire des rangs raccourcis à l'endroit ET à l'envers ? J'avoue que spontanément je n'en aurais fait que sur les rangs envers ...

16.04.2021 - 22:53

DROPS Design answered:

... Juste encore une petite précision, les rangs raccourcis se font toujours du même côté: tricotez jusqu'à ce qu'il reste x mailles, tournez et tricotez le rang suivant, tricotez jusqu'à ce qu'il reste x + 7 (puis 6) m, tournez et tricotez le rang suivant et ainsi de suite. Bonne continuation!

19.04.2021 - 07:50