DROPS Polaris
DROPS Polaris
100% wol
vanaf 4.70 € /100g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 47.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Cedar Wood

Gebreide trui met ronde pas in DROPS Polaris. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL.

DROPS 206-39
DROPS Design: Patroon nr. po-108
Garengroep F of E + E
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL – XXXL

MATERIAAL:
DROPS POLARIS van garnstudio (behoort tot garengroep F)
1000-1100-1200-1300-1400-1600 g kleur 06, lichtbeige

STEKENVERHOUDING:
7 steken in de breedte en 8 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 15 MM: Lengte 60 cm en 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 12 MM – voor de boordsteek.
DROPS RONDBREINAALD 12 MM: Lengte 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Polaris
DROPS Polaris
100% wol
vanaf 4.70 € /100g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 47.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. Kies het telpatroon voor uw maat.

TIP:
LET OP: We hebben in onze collectie geen 15 mm rondbreinaalden korter dan 60 cm.
De omtrek van het werk is minder dan 60 cm. U kunt opzetten met breinaalden zonder knop of de MAGISCHE LUS op de rondbreinaald breien – lees beschrijving hieronder, tot er genoeg steken zijn om een rondbreinaald op de normale manier te gebruiken.

MAGISCHE LUS:
Als u in de rondte breit met een rondbreinaald welke te lang is voor de omtrek van het werk, brei dan als volgt (de rondbreinaald moet een flexibele draad hebben): Duw de steken naar het midden van de draad, deel hem door het midden en haal de draad tussen de steken uit. Duw de steken naar elk einde, terwijl u ervoor zorgt dat de draad niet gedraaid is. De draad waarmee u werkt is op de achterste naald en u begint met breien op de voorste naald. Haal de achterste naald eruit om de steken op de voorste naald te breien. Als u de de steken op de voorste naald heeft gebreid, keer dan het werk en duw de steken terug op de lege naald; brei de andere kant op dezelfde manier. Ga zo verder in de rondte; zorg ervoor dat u de naald eruit haalt aan de kant met de draad.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor het lijf):
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om een gaatje te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
LET OP: Om ervoor te zorgen dat de mindering afwisselend op de rechter en linker kant is, breit u als volgt:
Minder afwisselend op het begin en einde van de mindernaald.
Minderen aan de goede kant: 2 recht samen.
Minderen aan de verkeerde kant: 2 averecht samen.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/rondbreinaald, van boven naar beneden. De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald.

HALS:
Zet 34-36-38-40-42-44 steken op met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 12 mm – lees TIP, en Polaris. Brei 1 naald recht. Brei dan 4 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Ga verder met rondbreinaald 15 mm. Voeg een markeerdraad in. HET WERK WORDT GEMETEN VANAF HIER!

PAS:
Brei patroon in de verschillende maten als volgt:

Maten S, L en XXL:
Brei * A.1, A.2 *, brei van *-* in totaal 8-9-10 keer, brei A.1. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Maten M, XL en XXXL:
Brei * A.1, A.2 *, brei van *-* in totaal 9-10-11 keer tot het einde van de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

ALLE MATEN:
Als A.1 en A.2 klaar zijn in de hoogte zijn er 102-108-114-120-126-154 steken op de naald. Brei 1 naald recht terwijl u 0-4-2-8-10-2 steken verdeeld meerdert = 102-112-116-128-136-156 steken. Ga verder met tricotsteek tot het werk 24-26-28-30-32-34 cm meet vanaf de markeerdraad.

Brei de volgende naald als volgt:
Brei de eerste 15-16-17-19-20-23 steken (= helft van het achterpand), plaats de volgende 21-24-24-26-28-32 steken op een hulpdraad voor de mouw en zet 4-4-4-4-6-6 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de volgende 30-32-34-38-40-46 steken (= voorpand), plaats de volgende 21-24-24-26-28-32 steken op een hulpdraad voor de mouw en zet 4-4-4-4-6-6 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de volgende 15-16-17-19-20-23 steken (= helft van het achterpand). Het lijf en mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN.

LIJF:
= 68-72-76-84-92-104 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 4-4-4-4-6-6 nieuw opgezette steken onder elke mouw. Neem de draden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden gebruikt bij het meerderen in de zijkanten. Ga verder in de rondte met tricotsteek. Als het werk 5 cm meet vanaf de scheiding meerder dan 1 steek voor beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 2 steken gemeerderd). Meerder dan als volgt:
Als het werk 8 cm meet, meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.
Als het werk 11 cm meet, meerder 1 steek voor elke markeerdraad.
Als het werk 14 cm meet meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.
In de maten M en XXXL gaat u verder met meerderen als volgt:
Als het werk 17 cm meet, meerder dan 1 steek voor elke markeerdraad.
Als het werk 20 cm meet meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.

ALLE MATEN:
Als alle meerderingen klaar zijn, zijn er 76-84-84-92-100-116 steken op de naald. Ga verder in de rondte met tricotsteek tot het werk 25 cm meet vanaf de scheiding. Brei dan 5 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. De trui meet ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald en samen genaaid op het einde. Plaats de 21-24-24-26-28-32 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op rondbreinaald 15 mm en zet 2-2-2-2-3-3 nieuwe steken op aan elke kant = 25-28-28-30-34-38 steken. Brei tricotsteek heen en weer en minder tegelijkertijd op de volgende naald aan de goede kant 1-0-0-0-0-0 steek (minder alleen in maat S) door de 2 buitenste steken recht samen te breien = 24-28-28-30-34-38 steken. Als het werk 4-4-2-4-4-2 cm meet, minder dan 1 steek op de goede kant van het werk - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder afwisselend op de linker en rechter kant iedere 2e-2e-2e-1e-1e-1e naald in totaal 8-12-12-14-14-18 keer (= 4-6-6-7-7-9 keer op elke kant) = 16-16-16-16-20-20 steken. Brei verder tot het werk 34-33-32-30-28-26 cm meet vanaf de scheiding. (LET OP: Kortere afmetingen in de grotere maten vanwege bredere schouders). Ga verder met rondbreinaald 12 mm en brei 5 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouwnaden in de buitenste lus van de buitenste steek zodat de naad plat is. Naai de openingen onder de mouwen.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 07.03.2022
ALLE MATEN:...Ga verder in de rondte met tricotsteek tot het werk 25 cm meet vanaf de scheiding. Brei dan 5 cm boordsteek (= 1 recht / 1 averecht).

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om een gaatje te voorkomen
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 206-39

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (16)

country flag Sharon wrote:

Hi! Good morning. I have the sleeves of this sweater so am almost done. Polaris is a thick yarn which make this sweater very heavy. It will be however very warm. Can I wash this on the wool program. It is impossible to wash this by hand per ball band instruction. Just knitting the sleeves make my shoulder hurts. Love this sweater though and do not want to damage it, but I must wash it som how. Thanks for all your help and responses to my many questions. Sharon

29.08.2023 - 09:21

DROPS Design answered:

Hi Sharon, The recommendation for this yarn is hand-washing at max 30 degrees. You could try a cool machine wash, if hand washing is difficult. Always dry the garment flat and shape it while it is still wet. Good luck!

30.08.2023 - 06:52

country flag Sharon Hunt wrote:

Hi\r\nWorking on the sleeves. Just checking to make sure that the increases on the sleeves are done every 4th row. Is my calculation correct? Thanks for your help. \r\nS

11.08.2023 - 18:45

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hunt, when working sleeves you will only decrease - read decrease tip - alternately at the beg and at the end of the row on every other row: first decrease at the end of the row, then on next row from RS decrease at the beg of the row and repeat these 2 decreases as many time as required in your size, so that the decrease will be worked on every 4th row at the beg/end of the row. Happy knitting!

14.08.2023 - 08:31

country flag Sharon Hunt wrote:

Hi and good day. Thanks 🙏 for answering my previous question. I tried on my sweater and must admit that I like my sweaters longer. Is this doable without it affecting the overall sweater? How many more balls should I purchase. Thank you for your response . Sharon.

17.07.2023 - 18:38

DROPS Design answered:

Hi Sharon, of course you can do it. Do not forget to increase 1 stitch after each marker thread every few centimetres. You will need at least 2 more balls of yarn but it depends on the total lenght of your sweater. Happy knitting!

17.07.2023 - 22:07

country flag Sharon Hunt wrote:

Hi! Can I work the sleeves in the round? Can I work k2 tog on the right side and ssk on the left side. I hate sewing . Sharon

16.07.2023 - 08:20

DROPS Design answered:

Dear Sharon, yes, you could work them in the round. And yes, you could for ssk on the left side, just make sure that no holes are left in the sleeves. Happy knitting!

17.07.2023 - 11:55

country flag Sharon Hunt-Edwards wrote:

Hi Started the Cedar sweater and I have completed the first round of the chart A1 and A2 for Size XXL. I have 2 stitches left at the end of round one. Have I done something wrong her as I expected that there would be 4 stitches to complete the round. Please explain this and let me know what I should do to correct this. Thank you.

07.07.2023 - 20:00

DROPS Design answered:

Dear Sharon, you have 42 initial stitches. Work A.1 and A.2 10 times (= 40 stitches) and A.1 once more (= 2 stitches). You will have 42 stitches and 10 increases. Happy knitting!

10.07.2023 - 16:32

country flag Sharon Hunt wrote:

Hi! Got cold feet after my question about this sweater. I have the yarn so I have no choice. I was looking at the schematics and it seem if I make the size 52 I would get a finished size 60. Not what I want, however if I choose size 47 I would have a finished size of 51. Close enough? Am not sure about this and need some help not to redesign the sweater, but to avoid making a sweater that is way too big. Thanks for your help.

09.03.2023 - 18:51

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hunt, make first sure you have the correct tension so that you will have the finished measurements as in the chart, then take a similar garment you have and like the size and compare them to the ones in the chart, if you are between 2 sizes, choose the smaller one for a tighter fit and the larger one for a looser fit. read more here. Happy knitting!

10.03.2023 - 09:26

country flag Gabi wrote:

Hallo, die Polaris wird als Filzwolle bezeichnet. Wie kann ich den Pullover waschen?

13.09.2022 - 18:52

DROPS Design answered:

Liebe Gabi, DROPS Polaris waschen Sie wie an der Banderolle bzw Farbekarte erklärt; mehr über Pflegehinweise lesen Sie hier. Viel Spaß beim stricken!

14.09.2022 - 09:01

country flag Sharon Hunt wrote:

Hi! Am preparing to make this sweater and I have a question. I am making size (xxl) which gives a finished size 52. My question so far relates to the diagram. Reading from left to write I would start A2 then A1, or should I start reading right to left in that case I would Start with A1 as stated in the pattern. What does the number 6 at the top indicates? Thanks for your response.\r\nSharon

02.08.2022 - 12:09

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hunt, the jumper is worked top down and the diagrams are read bottom up; this means you will read every round from the right towards the left and repeat (A.1, A.2) all the round. Each diagram (A.1 and A.2) starts with 2 sts and finish with 6 sts (you increase 4 sts in each diagram). Can this help? Happy knitting!

02.08.2022 - 13:06

country flag Sharon wrote:

Would i cast on 136 sts to make a size 52? I hsve never made a sweater top down so there will be a few questions.

20.01.2022 - 12:04

DROPS Design answered:

Dear Sharon, in size S you will cast on 34 sts for neck edge; look at this lesson, it shows how to work a jumper top down (this one is worked with a circular yoke but the lesson may help you to understand how to work here from top down) and maybe also this lesson for the diagrams. Happy knitting!

20.01.2022 - 17:00

country flag Bianca wrote:

P.S. I found your tutorial on how to read knitting diagrams but I could not find a video tutorial. If you have one, I'd appreciate you post the link.

01.12.2019 - 08:00