DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Costa del Sol Jumper

Gebreide trui met ronde pas in DROPS Merino Extra Fine. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met textuur, kantpatroon en A-lijn. Maten S - XXXL.

DROPS 200-30
DROPS Design: Patroon nr. me-173
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS MERINO EXTRA FINE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
550-600-650-700-750-850 g kleur 24, lichtgeel

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
21 steken in de breedte en 42 naalden in de hoogte met patroon en ribbelsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: lengte 40 cm en 80 cm voor tricotsteek/patroon.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: lengte 40 en 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden: brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 104 steken), en deel deze door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 4) = 26.
In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na elke 26e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen
Brei bij het minderen elke 25e en 26 steek recht samen.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1 en A.2).

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit in midden van deze steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, brei 2 recht samen, brei 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze steken) 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.


-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt in de rondte gebreid met rondbreinaald vanaf midden achter en van boven naar beneden. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.

PAS:
Zet 104-108-112-118-122-130 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en Merino Extra Fine. Brei 2 RIBBELS – lees beschrijving hierboven. Brei 1 naald recht terwijl u 4-6-14-2-4-8 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 108-114-126-120-126-138 steken. Brei 1 naald averecht.
Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei nu in patroon A.1 over alle steken (= 18-19-21-20-21-23 herhalingen van 6 steken). Ga verder met dit patroon en meerder zoals te zien is in het telpatroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 klaar is in de hoogte zijn er 234-247-273-300-315-345 steken op de naald en meet het werk ongeveer 10-10-10-13-13-13 cm vanaf de opzetrand. Brei dan A.2 (= 13-13-13-15-15-15 steken) over A.1. Als A.2 klaar is in de hoogte zijn er 306-323-357-380-399-437 steken op de naald. Ga verder met tricotsteek en pas op de eerste naald na A.2 het aantal steken aan naar 303-335-355-383-407-439 steken – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN. Brei verder tot het werk 22-24-25-27-29-31 cm meet vanaf de opzetrand midden voor. Brei de volgende naald als volgt:
Brei 42-46-50-55-60-66 steken zoals hiervoor (= helft van het achterpand), plaats de volgende 68-76-78-82-84-88 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de volgende 83-91-99-109-119-131 steken zoals hiervoor (= voorpand), plaats de volgende 68-76-78-82-84-88 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de laatste 42-46-50-55-60-66 steken zoals hiervoor (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

LIJF:
= 183-199-219-239-263-287 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder elke mouw. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze worden even later gebruikt bij het meerderen. Brei tricotsteek. Als het werk 2 cm meet vanaf de scheiding, meerder dan 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 4 steken gemeerderd. Meerder zo iedere 3 cm in totaal 9 keer = 219-235-255-275-299-323 steken. Als het werk 28-28-29-29-29-29 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald recht terwijl u 37-37-41-45-49-53 steken verdeeld meerdert = 256-272-296-320-348-376 steken. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei A.3 (= 2 steken) over alle steken. Ga verder met deze boordsteek voor 2 cm. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met een naald maat 4 mm. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Plaats de 68-76-78-82-84-88 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder de mouw = 76-84-88-92-96-100 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken onder de mouw en neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het minderen. Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 1 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 4e-2e-2e-2e-1e-1e naald in totaal 11-15-14-16-15-17 keer = 54-54-60-60-66-66 steken. Brei verder tot het werk 17-16-15-13-12-10 cm meet vanaf de scheiding.
Brei de volgende naald als volgt: * Brei 9-9-10-10-11-11 recht, maak 1 omslag, brei van *-* tot het einde van de naald = 60-60-66-66-72-72 steken. Brei op de volgende naald alle omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen en brei dan als volgt: * Brei 9-9-10-10-11-11 recht, 1 steek in ribbelsteek *, brei van *-* tot het einde van de naald. Ga verder met dit patroon tot het werk 30-29-28-26-25-23 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei A.3 (= 2 steken) over alle steken. Ga verder met deze boordsteek voor 2 cm. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met een naald maat 4 mm. De mouw meet ongeveer 32-31-30-28-27-25 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken (= gaatje)
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; brei op de volgende naald de omslag gedraaid (= GEEN gaatje)
symbols = 2 recht samen - LET OP: Op de naald gemarkeerd met een pijl, verplaatst u het begin van de naald 1 steek naar links; dus de eerste steek op de rechter naald zonder deze te breien, brei dan de herhaling in de rondte. De overgeslagen steek wordt op het einde gebreid. Brei op de volgende naald alle steken recht en dan op de volgende naald verplaats dan het begin van de naald weer naar waar het was.
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = naald met verplaatsing begin
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 200-30

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (11)

country flag Stefanie wrote:

Hallo zusammen, wie arbeite ich die Runde mit verschobenen Rundenbeginn im Muster A.2 (S+M+L) der Anleitung Costa del Sol Jumper? Für die Antwort bedanke ich mich bereits im Voraus.

05.10.2023 - 19:00

DROPS Design answered:

Liebe Stefanie, die erste Masche der Runde wie zum rechts abheben, dann das 1. Rapport stricken, die letzte Masche vom 1. Rapport zusammen mit der 1. Maschen vom 2. Rapport stricken (= das ist jetzt die letzte Masche vom 1. Rapport), 1 Umschlag (= 1. Masche vom 2. Rapport), stricken Sie so weiter bis Ende der Runde = der letzte Umschlag wird dann die 1. Masche vom 1. Rapport sein. Viel Spaß beim stricken!

06.10.2023 - 09:03

country flag Marie-Christine Barbe wrote:

Bonsoir et merci infiniment pour votre réponse rapide Cordialement

25.04.2022 - 20:30

country flag Marie-Christine Barbe wrote:

Bonjour, Après le rang décalé, faut-il tricoter un rang à l’endroit comme indiqué dans l’explication du diagramme ou reprendre le rang suivant à l’envers en recalant le dessin Merci d’avance

25.04.2022 - 09:07

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Barbe, après le tour avec la flèche, tricotez les mailles comme dans le diagramme = à l'envers - le tour commence de nouveau comme avant. Bon tricot!

25.04.2022 - 11:58

country flag Nadine Kaczorek wrote:

Bonjour, merci pour vos réponses et conseils. J'ai terminé mon pull, il est magnifique. Est-il possible de lire les questions des autres personnes quand elles ne sont pas dans notre langue ? Bonne journée

18.02.2020 - 07:45

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Kaczorek et merci. Vous pouvez utiliser un traducteur en ligne, ils ne sont pas fiables à 100% mais vous aurez une idée de ce qui se dit. Bon tricot!

18.02.2020 - 10:29

country flag Nadine Kaczorek wrote:

Bonjour, je suis au niveau du diagramme A3 sur 2 mailles, hélas je ne trouve pas le dessin du diagramme dans vos explications. Pouvez vous m'aider. Merci d'avance

14.02.2020 - 18:30

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Kaczorek, Vous trouverez A.3 sous la manche du schéma, tout en bas de page. Bon tricot!

17.02.2020 - 07:57

country flag Nadine Kaczorek wrote:

Bonjour, merci de votre réponse. Mais pour le diagramme A2, à la fin vous faites 4 mailles ensembles avec 2 jetés, nous n'avons plus 17 mailles mais 15. Est-ce normal ?

10.02.2020 - 10:27

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Kaczorek, les augmentations de A.2 se font au 1er rang (= 6 m end, 1 jeté, 1 m end, 1 jeté, 6 m end) et au 27ème rang (= le motif commence alors par 1 m end, 1 jeté, et se termine par 1 jeté = on augmente 2 m par motif), à chacun des autres rangs de A.2, chacun des jetés fait sera compensé par 1 diminution. Vous devez donc bien avoir 17 m comme le montre le diagramme (à l'avant-dernier rang, on diminue 2 m on fait 2 jetés = le nombre de mailles reste le même). Bon tricot!

10.02.2020 - 10:47

country flag Nadine Kaczorek wrote:

Bonjour, je viens de finir les diagrammes a1 et a2 pour la taille L. Je n'obtiens pas le nombre de mailles indiqué dans vos explications. J'en ai 336 avant de faire le rang d'ajustement au lieu de 357. Cela viendra-t-il des 4 mailles ensembles avec les 2 jetés de fin de dessin a2 ? Merci d'avance

09.02.2020 - 16:08

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Kaczorek, quand A.2 est terminé, vous devez avoir 17 mailles dans chaque diagramme, soit 13 fois A.2 (= 17 m) = 357 mailles. Bon tricot!

10.02.2020 - 09:34

country flag Marie Larsen wrote:

Hvad menes med ,, forskudt start,,

12.11.2019 - 13:44

DROPS Design answered:

Hej Marie, Hvor er du i opskriften?

14.11.2019 - 12:33

country flag Tatyana Pilnikov wrote:

There is mistake in diagram 2, sizes XL+XXL+XXXL. The next round after first arrow. The last stitch must be knit, not purl. In the diagram of smaller sizes there is not this mistake.

06.09.2019 - 16:53

country flag Toril Thoresen wrote:

I bolen leser jeg at jeg skal følge mønster A3(= 2 masker) over alle masker. Hva menes her? Hvor er mønster A3?

10.08.2019 - 18:22

DROPS Design answered:

Hej. Vi menar att du ska sticka A3 hela pinnen ut. Du hittar A3 vid sidan av måleskissen. Lycka till!

20.08.2019 - 09:59