DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 52.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Blue Annabelle

Gehaakt lang vest in DROPS Cotton Merino. Het werk wordt van boven naar beneden gehaakt met kantpatroon en bobbels. Maat: S - XXXL

DROPS 199-33
DROPS design: Patroon cm-104
Garengroep B
----------------------------------------------------------

MAAT:
S/M – L/XL – XXL/XXXL

MATERIAAL:
DROPS COTTON MERINO van garnstudio (behoort tot garengroep B)
700-800-1000 g kleur 09, ijsblauw

STEKENVERHOUDING:
18 stokjes in de breedte en 9 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 4 mm
De haaknaald is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een grotere haaknaald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, haak dan verder met een kleinere haaknaald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 52.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.8.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Op het begin van iedere toer vervangt u het eerste stokje met 3 lossen.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN:
Meerder 1 steek door 2 stokjes in dezelfde steek te haken.
Minder 1 steek door 2 stokjes samen te haken als volgt: * Maak 1 omslag, voeg de haaknaald in de volgende steek, haal garen op, maak 1 omslag en haal het garen door de 2 eerste lussen op de haaknaald *, herhaal van *-* 1 keer, maak 1 omslag en haal het garen door alle 3 lussen op haaknaald.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Haak het werk heen en weer in delen, van boven naar beneden en naai op het eind samen. Haak de mouwen heen en weer, van boven naar beneden en naai samen op het einde.

ACHTERPAND:
Haak 176-200-224 lossen (inclusief 3 lossen om het werk mee te keren) op haaknaald 4 mm met Cotton Merino. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 2 stokjes), 1 stokje in elk van de volgende 4 lossen, * sla 1 losse over, 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, haak van *-* de hele toer = 146-166-186 stokjes.
Haak A.1 over de eerste 3 steken – lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN, herhaal A.3a tot er 3 steken over zijn (= 7-8-9 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken. Als A.3a is gehaakt, ga dan verder met A.3b en dan met A.3c, herhaal A.1 in de hoogte tot de gewenste afmetingen. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als A.3 helemaal is gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.5 tot er 3 steken over zijn (= 9-10-11 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken – pas TEGELIJKERTIJD het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 150-166-182 steken op de toer gemarkeerd met Ø-1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-0-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-0-1 keer in de hoogte. Op de toer gemarkeerd met Ø-2 past u het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 146-166-186 steken.
Als A.5 helemaal is gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.3b tot er 3 steken over zijn (= 7-8-9 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken.
Als A.3b helemaal is gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.5 tot er 3 steken over zijn (= 9-10-11 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken – pas TEGELIJKERTIJD het aantal steken aan door verdeeld te minderen/meerderen naar 150-166-182 steken op de toer gemarkeerd met Ø-1. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-1-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-1-1 keer in de hoogte. Pas op de toer gemarkeerd met Ø-2 het aantal steken aan door verdeeld te minderen/meerderen naar 146-166-186 steken.
Als A.5 helemaal klaar is in de hoogte, hecht dan af. Het werk meet ongeveer 71-75-79 cm.

RECHTER VOORPAND:
Haak 80-93-104 lossen (inclusief 3 lossen om het werk mee te keren) op haaknaald 4 mm met Cotton Merino. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 2 stokjes), 1 stokje in elk van de volgende 4-5-4 lossen, * sla 1 losse over, 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, haak van *-* de hele toer = 66-77-86 stokjes.
Haak A.1 over de eerste 3 steken – lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN, herhaal A.3a tot er 3-14-3 steken over zijn (= 3-3-4 keer in de breedte), haak A.4a (= 11 steken) 0-1-0 keer in totaal en eindig door A.1 te haken over de laatste 3 steken. Als A.3a en A.4a zijn gehaakt, ga dan verder met A.3b en A.4b, herhaal A.1 in de hoogte tot de gewenste afmetingen – Meerder tegelijkertijd 10-7-6 steken verdeeld op de toer gemarkeerd met Ø-3 = 76-84-92 steken. Als A.3b en A.4b zijn gehaakt, ga dan verder met A.3c en A.4c – Meerder tegelijkertijd 3-2-3 steken verdeeld op de toer gemarkeerd met Ø-4 = 79-86-95 steken.
Als A.3 en A.4 helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.5 tot er 12-3-12 steken over zijn (= 4-5-5 keer in de breedte), haak A.6 (= 9 steken) 1-0-1 keer in totaal en eindig met A.1 over de laatste 3 steken. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-0-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-0-1 keer in de hoogte. Pas op de toer gemarkeerd met Ø-2 het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 77-86-97 steken.
Als A.5 en A.6 helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, haak A.4b (= over 11 steken) 1-0-1 keer in totaal, herhaal A.3b tot er 3 steken over zijn (= 3-3-4 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken.
Als A.3b en A.4b helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, haak A.6 (= 9 steken) 1-0-1 keer in totaal, herhaal A.5 tot er 3 steken over zijn (= 4-5-5 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken – pas TEGELIJKERTIJD het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 79-86-95 steken op de toer gemarkeerd met Ø-1 – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-1-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-1-1 keer in de hoogte. Op de toer gemarkeerd met Ø-2 past u het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 77-86-97 steken.
Als A.5 en A.6 helemaal klaar zijn in de hoogte, hecht dan af. Het werk meet ongeveer 71-75-79 cm.

LINKER VOORPAND:
Haak 80-93-104 lossen (inclusief 3 lossen om het werk mee te keren) op haaknaald 4 mm met Cotton Merino. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 2 stokjes), 1 stokje in elk van de volgende 4-5-4 lossen, * sla 1 losse over, 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, haak van *-* de hele toer = 66-77-86 stokjes.
Haak A.1 over de eerste 3 steken - denk om INFORMATIE VOOR HET HAKEN, haak A.2b (= 11 steken) 0-1-0 keer in totaal, herhaal A.3a tot er 3 steken over zijn (= 3-3-4 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste 3 steken. Als A.2a en A.3a zijn gehaakt, ga dan verder met A.2b en A.3b, herhaal A.1 in de hoogte tot de gewenste afmetingen – Meerder tegelijkertijd 10-7-6 steken verdeeld op de toer gemarkeerd met Ø-3 = 76-84-92 steken. Als A.2b en A.3b zijn gehaakt, ga dan verder met A.2c en A.3c – Meerder tegelijkertijd 3-2-3 steken verdeeld op de toer gemarkeerd met Ø-4 = 79-86-95 steken.
Als A.2 en A.3 helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.8 tot er 12-3-12 steken over zijn (= 3-3-4 keer in de breedte), haak A.7 (= 9 steken) 1-0-1 keer in totaal en eindig met A.1 over de laatste 3 steken. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-0-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-0-1 keer in de hoogte. Op de toer gemarkeerd met Ø-2 past u het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 77-86-97 steken.
Als A.7 en A.8 helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.3b tot er 14-3-14 steken over zijn (= 3-3-4 keer in de breedte), haak A.2b (= over 11 steken) 1-0-1 keer in totaal en eindig met A.1 over de laatste 3 steken.
Als A.2b en A.3b helemaal zijn gehaakt, ga dan verder als volgt (begin de eerste toer op de verkeerde kant):
Haak A.1 over de eerste 3 steken, herhaal A.8 tot er 12-3-12 steken over zijn (= 4-5-5 keer in de breedte), haak A.7 (= 9 steken) 1-0-1 keer in totaal en eindig met A.1 over de laatste 3 steken – pas TEGELIJKERTIJD het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 79-86-95 steken op de toer gemarkeerd met Ø-1. Als A.x in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.x 0-1-1 keer in de hoogte. Als A.y in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.y 0-1-1 keer in de hoogte. Op de toer gemarkeerd met Ø-2 past u het aantal steken aan door verdeeld te meerderen/minderen naar 77-86-97 steken.
Als A.5 en A.6 helemaal klaar zijn in de hoogte, hecht dan af. Het werk meet ongeveer 71-75-79 cm.

MOUW:
Haak 99-123-123 lossen op haaknaald 4 mm met Cotton Merino. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 2 stokjes), 1 stokje in elk van de volgende 5-3-3 lossen, * sla 1 losse over, 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, haak van *-* de hele toer = 82-102-102 stokjes. Haak dan als volgt (eerste toer aan de goede kant): Haak A.1 over de eerste steek, herhaal A.3b tot er 1 steek over is (= 4-5-5 keer in de breedte), eindig met A.1 over de laatste steek. Als A.3a is gehaakt, ga dan verder met A.3b en dan met A.3c, herhaal A.1 in de hoogte tot de gewenste afmetingen. Als A.3 helemaal klaar is in de hoogte, hecht dan af. Haak de andere mouw op dezelfde wijze.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Begin ongeveer 23-28-28 cm naar beneden vanaf de schouder en naai de zijnaden dicht, laat ongeveer 30 cm over aan de onderkant voor de split. Naai de onderarmnaden dicht en naai de mouwen in de trui.

GEDRAAID KOORD:
Knip 2 lengtes Cotton Merino garen van 6 meter elk. Draai de draden samen tot er weerstand op komt, vouw de streng dubbel zodat het opnieuw uit zichzelf draait. Maak een knoop op elk einde. Leg de streng dubbel, rijg de lus door een van de gaatjes op het rechter voorpand (ongeveer 25-26-27 cm naar beneden vanaf de schouder). Haal dan de einden door de lussen en trek aan. Maak een andere koord en hecht deze aan het linker voorpand.

Telpatroon

symbols = toer begint met 3 lossen
symbols = toer is reeds gehaakt! Begin op de volgende toer (dus op de pijl)
symbols = Begin het telpatroon hier (= eerste toer in telpatroon)
symbols = stokje om losse/lossenlus
symbols = stokje in de steek
symbols = 1 losse
symbols = 3 lossen
symbols = 1 vaste in de steek
symbols = 1 vaste om de lossenlus
symbols = 5 lossen
symbols = 6 lossen
symbols = OBBEL: Haak dan als volgt om de lossenlus hieronder: 1 halve vaste, 4 dubbele stokjes maar wacht met de laatste omslag en doorhaling op elk van deze dubbele stokjes, 1 halve vaste, maak een omslag en haal door alle 7 lussen op de haaknaald, LET OP, op het achterpand: Aan het einde van de toer haakt u deze bobbel niet (zodat het werk aan beide kanten gelijk is).
symbols = meerder- /mindertoer (= Ø-1 tot Ø-4)
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 199-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (17)

country flag Elisabeth wrote:

Also I don't understand what the number with Ø sign means in general - is that an interval (i.e. I have to do an increase every 3 stiches with Ø3) or is that a number of stitches I have to add to the row? (so I just have to do an increase 3 times?) Or is there something else? I'm fairly new to crocheting with a pattern, so it's a bit confusing and I could really use some help (your tutorials and FAQs were super helpful though)!

01.06.2023 - 16:15

DROPS Design answered:

Dear Elisabeth, this symbol is the one you can find in the diagrams for example you can find Ø-1 on the 2nd row A.5 and A.6; Ø-2 just above A.y in the same diagram, etc.. this symbol (+ its number) are then explained in the written pattern, when you meet this symbol in the diagram, you have to work as explained in the written pattern. Happy crocheting!

01.06.2023 - 16:57

country flag Elisabeth wrote:

Hello! I've recently started crocheting this one and I seem to have a problem with increase in A.3b and A.3c, like I can do it technically, but I don't get how to count it. How many stitches are supposed to be in a row with a Ø3 once I'm done with it (considering there are 146 in S/M size to begin with and 20 on this diagram)? And with Ø4 in A.3c? Where am I supposed to add it? Like the row in A.3b has a stack of double crochets in one chain space - do I just add one extra there?

01.06.2023 - 16:09

DROPS Design answered:

Dear Elisabeth, you are working on back piece over 146 sts - this means you have decreased by Ø-2 already, and then work A.1 (3 sts), repeat A.3b a total of 7 times (= A.3b = 20 sts x 7 = 140 sts), and finish with A.1 over the last 3 stitches. Can this help? The symbols Ø-3 and Ø-4 are not worked on back piece, only apply to front piece. Happy crocheting!

01.06.2023 - 16:55

country flag Jeannette wrote:

Ik ben begonnen met het rugpand maar als ik het patroon volg klopt er niks van als je kijkt naar de foto. Ik denk dat er goed moet worden gekeken naar de volgorde in het patroon. Ik wil hem heel graag maken maar dan moet hij wel kloppen

26.03.2023 - 11:42

country flag Jessica wrote:

What is the purpose of skipping chains in the beginning of each piece? As here: “Work 80-93-104 chain stitches (including 3 chain stitches to turn with) on hook size 4 mm = US 6 with Cotton Merino. Turn and work 1 double crochet in 4th chain stitch from hook (= 2 double crochets), 1 double crochet in each of the next 4-5-4 chain stitches, * skip 1 chain stitch, 1 double crochet in each of the next 5 chain stitches”.

25.08.2022 - 04:33

DROPS Design answered:

Dear Jessica, most of the time the foundation chain is tighter than the rest of the piece, working more chain stitches at the beginning and then skipping chains evenly will allow to give a loose edge. If your chain stitches are as large as 1 stitch in width, you can cast on the number of sts required - just make sure your foundation chain won't be tight. Happy crocheting!

25.08.2022 - 09:42

country flag Jessica wrote:

I’ve gone over the FAQ and the lessons but I have no idea what this means “ Work A.1 over the first 3 stitches – read CROCHET INFORMATION, repeat A.3a until 3 stitches remain (= 7-8-9 times in width), finish by working A.1 over the last 3 stitches. When A.3a has been worked, continue A.3b and then on A.3c, repeat A.1 vertically until finished measurements.”….. A.1 seems to be a stack of multiple rows and I don’t understand how it could be worked three times in one row to being with.

18.08.2022 - 22:38

DROPS Design answered:

Dear Jessica, this lesson explains how to read crochet diagrams, Work A.1 over the first 3 sts means to repeat A.1 3 times (= 1 double crochet (US-English) x 3 ), then repeat 7,8 or 9 times the 20 sts in A.3, 3 sts remain on row which you work as shown in A.1 ( = 3 double crochets). Happy crocheting!

19.08.2022 - 08:59

country flag Ann wrote:

Hej Jag undrar om måtten på den vackra kofta. Modellen ser ut att drunkna i den hon har på sig… vilken storlek har hon på sig?

11.07.2022 - 12:44

DROPS Design answered:

Hej Ann. Modellen har oftast storlek S eller M på sig. Det bästa är om du tar mått på ett plagg du redan har och jämför med måtten på måttskissen längst ner på mönstret och väljer den storlek som ligger närmast. Mvh DROPS Design

11.07.2022 - 14:23

country flag Sandra Langer wrote:

Leider komme ich beim Rückenteil mit dem Muster nicht hin mit 71 cm. Scheint eine andere Baumwolle zu sein auf dem Bild. Wenn ich alles gehäkelt habe sind es nur53cm.

04.07.2022 - 22:07

country flag Deb wrote:

Is this pattern written any differently?? I purchased the yarn to make this sweater but I don’t read diagrams and I don’t understand the A6… Ab and all that lingo. I just need rows and stitch instructions. Is there any help?? I can follow patterns usually but this one is difficult for me. Thank you for your help.

17.08.2021 - 22:49

DROPS Design answered:

Dear Deb we usually do not give written out patterns not only because our patterns are available in several languages, but also because we believe that as opposed to written out patterns with diagrams you not only see the very next step, but the "bigger picture", how the stitches and also rows relate to each other. However, we do have a lesson on how to read knitting charts HERE, and you can always ask for help (either in person, or over the phone) in the store where youu bought your DROPS yarn from. Happy Stitching!

17.08.2021 - 23:27

country flag Andrea wrote:

Dieses Modell finde ich sehr hübsch und möchte es gern nachhäkeln. Allerdings mag ich Noppen nicht und möchte sie womöglich vermeiden. Daher die Frage: Gibt es eine weniger plastische, also flache Alternative? Wenn ja, bin ich für einen Hinweis sehr dankbar! Die Wolle liegt schon bereit... :-)

01.07.2021 - 16:07

DROPS Design answered:

Liebe Andrea, Sie können entweder gar keine Noppen stricken, oder vielleicht einfach nur 4 Stäbchen oder 4 Doppelstäbchen zusammenhäkeln (und vielleicht eben nur 1 Stb/1 DStb in A.3b z.B.) ? Am besten häkeln Sie eine Maschenprobe mit unterschiedlichen Möglichkeiten, so können Sie entscheiden. Viel Spaß beim häkeln!

01.07.2021 - 16:50

country flag Freja wrote:

Hej. På billedet af bagsiden, kan jeg se at der skal være en nedringning ved nakken. Hvordan skal den laves? Det virker som om, bagstykket bare hækles fuldkommen lige i toppen og så ender man ikke med det samme, som på billedet, hvilket jeg synes ville være meget ærgerligt. Men det kan også være, at den laves senere i opskriften?

19.06.2021 - 09:50

DROPS Design answered:

Hei Freja. Her står modellen med svai i ryggen og jakken har nok glidd bakover slik at det ser ut som om det er en nedringning ved nakken. Det er ikke forklart noen nedringning bak i nakken i oppskriften. mvh DROPS design

21.06.2021 - 11:01