DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.30€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Hamptons Holiday

Gebreide trui met ballonmouwen in DROPS Sky. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan en gestreepte mouwen. Maten S - XXXL.

DROPS 199-11
DROPS Design: Patroon nr. sk-030
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS SKY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
300-300-350-350-400-400 g kleur 15, licht mint
50-50-50-100-100-100 g kleur 01, wit

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: lengte 40 cm en 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 MM.
DROPS RONDBREINAALD 3 MM: lengte 40 cm en 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.30€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 92 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 8) = 11.5. In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend elke 11e en 12e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Bij het minderen, breit u afwisselend elke 10e en 11e en elke 11e en 12e steek recht samen.

RAGLAN:
Meerder voor de raglan in elke overgang tussen het lijf en de mouwen als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen recht zodat er gaatjes ontstaan. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. Er zijn in totaal 8 steken gemeerderd op elke meerdernaald.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de mouwen):
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

STREPEN (voor de mouwen):
1½ cm met wit.
2 cm met licht mint.
1½ cm met wit.
2 cm met licht mint.
7 cm met wit.
2 cm met licht mint.
1½ cm met wit.
Brei dan met licht mint tot de gewenste lengte.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De pas en het lijf worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald vanaf midden achter, van boven naar beneden. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.

PAS:
Zet 92-96-100-108-112-112 steken op met rondbreinaald 3 mm en licht mint. Brei 1 naald recht. Brei dan 2 cm boordsteek (= 2 recht / 2 averecht). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei 1 naald recht terwijl u 8-4-8-8-4-4 steken verdeeld meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 100-100-108-116-116-116 steken.
Brei de volgende naald, terwijl u tegelijkertijd 4 markeerdraden in het werk voegt als volgt: brei 18-18-20-22-22-22 recht (= helft van het achterpand), voeg de eerste markeerdraad hier in, 14 recht (= mouw), voeg de tweede markeerdraad hier in, 36-36-40-44-44-44 recht (= voorpand), voeg de derde markeerdraad hier in, 14 recht (= mouw), voeg de vierde markeerdraad hier in en brei de overgebleven 18-18-20-22-22-22 steken recht (= helft van het achterpand).
Ga verder met tricotsteek – meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald voor de raglan in elke overgang tussen het lijf en de mouwen – lees beschrijving hierboven. Ga verder met meerderen voor de raglan iedere 2e naald in totaal 27-30-31-34-37-41 keer aan elke kant van alle 4 markeerdraden. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Na de laatste meerdering zijn er 316-340-356-388-412-444 steken op de naald en meet het werk ongeveer 21-23-24-26-28-31 cm vanaf de opzetrand midden achter. Brei verder zonder verdere meerderingen tot het werk 22-24-25-28-29-33 cm meet. Brei de volgende naald als volgt:
Brei 45-48-51-56-61-67 steken zoals hiervoor (= helft van het achterpand), plaats de volgende 68-74-76-82-84-88 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-12-12-12-16 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 90-96-102-112-122-134 steken (= voorpand), plaats de volgende 68-74-76-82-84-88 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-12-12-12-16 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 45-48-51-56-61-67 steken zoals hiervoor (= helft van het achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

LIJF:
= 196-212-228-248-268-300 steken. Ga verder met tricotsteek. Als het werk 29-29-30-29-30-28 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald recht terwijl u 40-44-48-52-56-64 steken verdeeld meerdert = 236-256-276-300-324-364 steken. Ga verder met rondbreinaald 3 mm en brei 2 cm boordsteek (= 2 recht/ 2 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met naald 4 mm. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Plaats de 68-74-76-82-84-88 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-10-12-12-12-16 opgezette steken onder de mouw = 76-84-88-94-96-104 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-10-12-12-12-16 steken onder de mouw en neem het mee tijdens het breien in de hoogte; het wordt gebruikt bij het meerderen midden onder de mouw. Begin de naald bij de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Als het werk 7 cm meet vanaf de scheiding meerder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 2½-3-2½-3-2½-3 cm in totaal 12-10-11-10-11-9 keer = 100-104-110-114-118-122 steken. Brei TEGELIJKERTIJD STREPEN – lees beschrijving hierboven, als het werk 19-17-17-15-14-12 cm meet. Brei verder tot de mouw 42-40-40-38-37-34 cm meet vanaf de scheiding – of tot de gewenste lengte (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u 4-0-6-2-6-2 steken verdeeld mindert - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 96-104-104-112-112-120 steken. Brei 1 naald terwijl alle steken 2 aan 2 worden samengebreid = 48-52-52-56-56-60 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm en brei boordsteek (= 2 recht/ 2 averecht) voor 5 cm. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt kunt u afkanten met naald 4 mm. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 199-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (6)

country flag Nelleke wrote:

Hallo, Ik heb deze trui gebreid met deze sky wol partij 1589, colour 3 voor mijn dochter. V Helaas liet de trui meteen heel veel haren los bij het dragen . Haar zitbank zat vol en haar buitenjas ook aan de binnenkant met haren van de wol. Geprobeerd in de vriezer te leggen . Helaas niet gelukt. Daardoor toch geprobeerd in wasmachine met wolprogramma of dat hielp, helaas vervilt en daardoor gekrompen. Ik vraag me af hoe dat komt? Hebben jullie iets veranderd aan de wol? Gr, nelleke

13.01.2023 - 15:46

country flag Britt-Marie Romero wrote:

Hej Halsringningen blir inte som på bilden. Något är fel i mönstret. Jag går en ganska trång rund hals. Har ni skrivit fel i mönstret?

05.03.2021 - 22:06

DROPS Design answered:

Hej Britt-Marie, maskeantallet stemmer med målene i måleskitsen. Men sørg for at slå maskerne løst op, eller slå op med dobbelt tråd, så kanten bliver elastisk. God fornøjelse!

11.03.2021 - 09:58

country flag Trude Grimeland wrote:

Mener det er en feil i mønsteret. Det står « Økes det til RAGLAN i hver omgang». Hvis man gjør det måler arbeidet nøyaktig halvparten av hva det skal etter 30 økninger. Prøver nå med hver annen omgang. En annen ting er at halsen har et litt båthals inntrykk på bildet. Følger man oppskriften blir det en relativ trang helt rund hals.

31.07.2020 - 21:57

country flag Natalia wrote:

Se que tenéis un video donde se explica como asegurar el cuello de un jersey para que no ceda, pero no lo encuentro. Me lo podéis poner? Gracias

12.06.2020 - 17:00

DROPS Design answered:

Hola Natalia. Creo que te refieres a este vídeo:

13.06.2020 - 20:05

country flag Esme wrote:

El jersey se empieza desde la cabeza, para una talla L indican 100 puntos pero los veo pocos para el escote que tiene el jersey de la foto... son correcto los 100 puntos?

21.10.2019 - 22:24

DROPS Design answered:

Hola Esme. El patrón es correcto. Tienes que comprobar que la tensión del tejido es igual a la que indica el patrón. También recomendar que, si el borde de montaje queda tenso, monta los puntos con una aguja de mayor tamaño y después trabajar la primera fila con la aguja indicada en el patrón.

21.10.2019 - 23:39

country flag Lone wrote:

Den er så fin, har lovet at strikke den til mit barnebarn - håber opskriften kommer snart

15.02.2019 - 13:11