DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.40 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Strawberry Swing

Gebreide poncho trui met raglan in DROPS Brushed Alpaca Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon. Maat: S - XXXL

DROPS 202-19
DROPS design: Patroon as-109
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS BRUSHED ALPACA SILK van garnstudio (behoort tot garengroep C)
175-200-225-225-250-275 g kleur nr 07, rood

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 mm
DROPS RONDBREINAALD 5 mm, lengte 40 en 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm
DROPS RONDBREINAALD 4 mm, lengte 40 en 60 of 80 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.40 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert/mindert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 102 steken) en deel de steken door het aantal te maken meerderingen/minderingen (dus 8) = 12.8.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 13e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.
Bij het minderen breit u ongeveer iedere 12e en 13e steek samen.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.7. Vind uw maat in de telpatronen (geldt voor A.4 en A.5).

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel in de hoogte = 2 recht naalden.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

PONCHO TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt van boven naar beneden gebreid. Brei de hals en de pas in de rondte. Brei het lijf in de rondte naar beneden tot het split, brei dan het voor- en achterpand heen en weer op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

HALS:
Zet 102-108-108-114-120-126 steken op rondbreinaald 4 mm met Brushed Alpaca Silk. Brei 1 naald recht. Brei dan 11 cm boordsteek (= 3 recht/3 averecht). Brei 1 naald recht en meerder 8-2-2-16-10-4 steken verdeeld - lees MEERDER/TIP VOOR HET MINDEREN = 110-110-110-130-130-130 steken. Ga verder met rondbreinaald 5 mm en brei de pas zoals uitgelegd hieronder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

PAS:
Brei de eerste naald als volgt: Brei A.1 (= 8 steken), brei A.2 over de volgende 30-30-30-40-40-40 steken (= 3-3-3-4-4-4 herhalingen van 10 steken), brei A.3 (= 3 steken), brei 2 steken in tricotsteek (= raglanlijn), maak 1 omslag, brei 10 steken in tricotsteek (= mouw), maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= raglanlijn), brei A.1 (= 8 steken), brei A.2 over de volgende 30-30-30-40-40-40 steken (= 3-3-3-4-4-4 herhalingen van 10 steken), brei A.3 (= 3 steken), brei 2 steken in tricotsteek (= raglanlijn), maak 1 omslag, brei 10 steken in tricotsteek (= mouw), maak 1 omslag, brei 2 steken in tricotsteek (= raglanlijn). Er zijn nu 122-122-122-142-142-142 steken op de naald.
Ga zo verder in patroon. Dus op het voor- en achterpand meerdert u aan elke kant zoals te zien is in A.1 en A.3. Op de mouwen meerdert u aan elke kant met een omslag aan elke kant van de steken in tricotsteek. De raglanlijn is altijd op de 2 steken in tricotsteek. Meerder zo iedere andere naald 25-29-30-32-34-35 keer in totaal, brei op de volgende naald de omslagen recht op de mouwen (= gaatjes) en brei de gemeerderde steken in tricotsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als A.1 tot A.3 een keer in de hoogte zijn gebreid, zijn er 350-350-350-370-370-370 steken op de naald.
Brei dan als volgt over de 121-121-121-131-131-131 steken in A.1 tot A.3: Brei A.4 (= 8 steken), brei A.2 over de volgende 110-110-110-120-120-120 steken (= 11-11-11-12-12-12 herhalingen van 10 steken) en brei A.5 (= 3 steken). Ga verder met de mouwen zoals hiervoor maar als het meerderen klaar is eindig dan de mouwen zonder meerderingen. Om de lijn met gaatjes over de raglanlijn voort te zetten als de meerderingen op de mouwen klaar zijn, breit u A.6 (= 2 steken) over de eerste 2 steken na de raglanlijnen en A.7 over de laatste 2 steken voor de raglanlijn richting de mouw. Als u tot de naald gemarkeerd met een pijl in uw maat heeft gebreid, zijn er 390-418-438-462-486-506 steken op de naald en meet het werk ongeveer 23-26-29-28-32-35 cm. Ga verder in patroon en tricotsteek zoals hiervoor maar zonder te meerderingen tot het werk 26-28-30-31-33-35 cm meet. Om de lijn met gaatjes over de raglanlijn voort te zetten als alle meerderingen gemaakt zijn breit u A.6 en A.7 op dezelfde manier als op de mouw.
Brei de volgende naald als volgt: Brei 131-137-145-153-161-169 steken zoals hiervoor (= achterpand), zet de volgende 64-72-74-78-82-84 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, brei 131-137-145-153-161-169 steken zoals hiervoor (voorpand), zet de laatste 64-72-74-78-82-84 steken op 1 hulpdraad voor de mouw. Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER.

LIJF:
= 262-274-290-306-322-338 steken. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald, voeg 1 markeerdraad in na 131-137-145-153-161-169 steken. De markeerdraden geven de zijkanten aan.
Brei 0-3-2-1-0-4 steken in tricotsteek, herhaal A.2 tot er 1-4-3-2-1-5 steken over zijn voor de markeerdraad (= 13-13-14-15-16-16 herhalingen van 10 steken) – pas aan zodat u verder gaat in patroon op de juiste naald, brei 1-7-5-3-1-9 steken in tricotsteek (de markeerdraad zit tussen deze steken), herhaal A.2 tot er 1-4-3-2-1-5 steken over zijn op het begin van de naald (= 13-13-14-15-16-16 herhalingen van 10 steken) en brei de overgebleven 1-4-3-2-1-5 steken in tricotsteek.
Ga zo verder in patroon tot het werk 18-18-18-19-19-19 cm meet vanaf de scheiding – pas aan op het einde na een naald tussen 2 kantpatronen in de hoogte. Verdeel nu het werk op de markeerdraden en brei voor- en achterpand apart verder.

ACHTERPAND:
= 131-137-145-153-161-169 steken. Brei 1 naald recht aan de goede kant en minder 2-2-2-0-2-4 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 129-135-147-153-159-165 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei de volgende naald op de verkeerde kant als volgt: 3 steken in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven - * 3 averecht, 3 recht *, herhaal van *-* tot er 6 steken over zijn op de naald, eindig met 3 averecht en 3 steken in ribbelsteek. Ga zo verder met boordsteek voor 8 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht (om een strakke afkantrand te voorkomen gebruik rondbreinaald 5 mm).

VOORPAND:
Brei zoals op het achterpand.

MOUW:
Zet de 64-72-74-78-82-84 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op een korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm. Ga verder in tricotsteek tot het werk 12-10-9-8-6-5 cm meet vanaf de scheiding (minder voor de grotere maten vanwege bredere schouders en een langere mouwkop). Brei 1 naald recht en meerder 2-0-4-0-2-0 steken verdeeld = 66-72-78-78-84-84 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei boordsteek = 3 recht/3 averecht voor 8 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht (om een strakke afkantrand te voorkomen gebruikt u naald 5 mm). Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 08.04.2019
Correctie - LIJF: ...brei 1-7-5-3-1-9 steken in tricotsteek (de markeerdraad zit tussen deze steken), herhaal A.2 tot er 1-4-3-2-1-5 steken over zijn op het begin van de naald...

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken (= gaatje)
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid om gaatjes te voorkomen
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = laatste meerdering op het voorpand en achterpand
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Strawberry Swing

Anne, Norway

Strawberry Swing

Joe, France

Laat een opmerking achter voor DROPS 202-19

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (63)

country flag Celebi wrote:

Hallo, zählen die Raglanlinien (2 glatt rechts gestrickte Maschen) mit zum Ärmel oder Vorder- bzw. Rückenteil oder werden diese jeweils eine und eine beim Ärmel oder Vorder- bzw. Rückenteil mitgezählt?

23.02.2024 - 16:28

DROPS Design answered:

Liebe Celebi, die Maschen für die Raglanlinien gehören bei der Verteilung zu den Ärmeln. Viel spaß beim stricken!

23.02.2024 - 17:10

country flag Diana wrote:

Buongiorno. Sono arrivata al giro a diritto dopo il collo in cui fare i gettati per gli aumenti. Non ci dovrebbe essere dopo di questo un giro a diritto per lavorare gli aumenti? O si comincia subito con gli schemi A1, A2, ecc. ? Grazie per la risposta

26.10.2023 - 22:29

DROPS Design answered:

Buonasera Diana, dopo gli aumenti sul collo, si cambiano i ferri e si inizia la lavorazione dello sprone. Buon lavoro!

29.10.2023 - 23:14

country flag Merete Wøhlk wrote:

Fejl i str l Ryg og forstykke 290 masker. 145 til ryg Der skal tages 2 masker ind jævnt fordelt. Det er 143 masker, men der skal være 147 masker. I str large skal de to masker tages ud i stedet. Så passer ribben også Venlig hilsen Merete

13.07.2023 - 15:55

country flag Elodie wrote:

Bonjour je fais la taille XXL , j’ai fait toute mes augmentations mais je n’ai pas les 35 cms. Je n’arrive pas a centré mes motifs en faisant 4 mailles Jersey puis A2 (16 fois) et 5 mailles pour finir. Pourriez-vous m’aider je suis désespérée. Merci

25.03.2023 - 18:27

DROPS Design answered:

Bonjour Élodie, tricotez les 2 mailles au début de chaque manche en suivant A.6 (ainsi vous avez toujours 1 jeté comme les augmentations du raglan auparavant, mais en diminuant 1 maille aussitôt, on évite d'augmenter, on conserver juste le motif ajouré); et, lorsqu'il reste 2 mailles à la fin de la manche, avant les 2 mailles du raglan, tricotez A.7, (ainsi vous avez un motif ajouré comme les augmentations du raglan, mais sans augmenter). Bon tricot!

27.03.2023 - 09:10

country flag Joanna wrote:

Dzień dobry, nie ppotrafię zrozumieć opisu , jak ze 110 oczek ma być 122 oczka, żadne wyjaśnienie mi nie pomogło. Liczyłam i nic, co robię żle. Proszę o pomoc. Joanna.

29.01.2023 - 17:45

DROPS Design answered:

Witaj Joanno, w pierwszym okrążeniu schematów dodasz 4 narzuty w wyznaczonych miejscach (patrz opis; dodane 4 oczka) oraz dodajesz po 2 oczka w każdym schemacie A.1 i A.3 (8 dodanych oczek). 110+4+8=122 oczka. Pozdrawiamy!

30.01.2023 - 08:54

country flag Noëlle wrote:

Je ne comprends pas, est ce choses différentes ou les mêmes augmentations?\r\n\"Continuer ainsi. Autrement dit, on augmente pour le dos et le devant de chaque côté comme indiqué dans A.1 et A.3. On augmente pour les manches de chaque côté, après/avant les 2 mailles jersey. On a toujours 2 mailles jersey à chaque raglan\" merci

01.12.2022 - 16:34

DROPS Design answered:

Bonjour Noëlle, vous continuez à augmenter comme avant, autrement dit de chaque côté des 2 mailles jersey de chaque raglan - les augmentations du devant et du dos figurent dans les diagrammes A.1 et A.3, celles des manches se font après les 2 m jersey du raglan (au début de la manche) avant les 2 m jersey du raglan (à la fin de la manche). Bon tricot!

02.12.2022 - 08:23

country flag Joanna wrote:

Dzień dobry, zaczynam karczek, jestem po pierwszym okrążeniu, nie wiem jak przerabiać narzuty, wszystkie z dziurką, czy krzyżować oczka? Na zdjęciu widać tylko dziurki w reglanie. Dziękuję kolejny raz. Wdzięczna Joanna.

09.01.2022 - 12:52

DROPS Design answered:

Witaj Joasiu, patrz symbole schematów A.1 i A.3. Tam przy brzegu schematu gdzie są dodawane oczka masz 2 symbole, które oznaczają narzut: jeden to taka czarna kropeczka (owal z czarnym środkiem) - w następnym okrążeniu przerobisz oczko przekręcone w miejscu tego narzutu, aby uniknąć dziur. Jeżeli jest kropeczka pusta w środku (na skraju i w środku schematu), oznacza to narzut, który w następnym okrążeniu jest przerabiany normalnie tak jak schodzi z drutu, tutaj będzie dziurka. Pozdrawiamy i miłej pracy!

09.01.2022 - 15:41

country flag Joanna wrote:

Dzień dobry, z tego co zrozumiałam schemat A1 przerobić po 1x,\r\n schemat A2 powtórzyć 3X i dopiero potem schemat A3 itd? Z góry dziękuję. Pozdrawiam.

06.01.2022 - 11:31

DROPS Design answered:

Witaj Joanno, tak jest. Trzymaj się ściśle opisu. Powodzenia!

06.01.2022 - 12:36

country flag Joanna wrote:

Dzień dobry,\\r\\nNie mogę zrozumieć tych schematów, zaczynam karczek Sch, Przerobić 1-sze okrążenie następująco: schemat A.1 (= 8 oczek), powtarzać schemat A.2 ponad 30-30-30-40-40-40 następnymi oczkami (= 3-3-3-4-4-4 motywy po 10 o czek), A.3 (= 3 oczka), 2 oczka dżersejem (= reglan), to znaczy,że przerabiać w 1 okrążeniu sch. A1 ? Kiedy A22 i co znaczy 30? 3 motywy po 10 oczek. Wybaczcie, bardzo bym chciała zrobić ten sweterek, pomóżcie mi. Pozdrawiam.

02.01.2022 - 11:59

DROPS Design answered:

Witaj Joanno, w rozmiarze M mamy: A.1 (przerabiasz ponad 8 o., po 2 narzutach w 1-szym rzędzie będzie 10 o.), A.2 ponad 30 o. (czyli powt. ten schemat 3 razy), A.3 (3 o.> po narzutach w 1-szym rzędzie będzie 5 o.), 2 o. dżersejem (reglan), 1 narzut, 10 o. dżersejem (rękaw), 1 narzut, 2 o. dżersejem, A.1 (8>10 o.), A.2 ponad 30 oczkami, A.3 (3>5 o.), 2 o. dżersejem (reglan), 1 narzut, 10 o. dżersejem (rękaw), 1 narzut, 2 o. dżersejem = 122 o. Jak czytać schematy w robótce na drutach znajdziesz TUTAJ (patrz fragment dotyczący robótki przerabianej na okrągło). Pozdrawiamy!

02.01.2022 - 19:07

country flag Joanna wrote:

Przerobić 1 okrążenie na prawo, w tym samym czasie równomiernie dodając 8-2-2-16 -10-4 oczka - patrz DODAWANIE/ZAMYKANIE OCZEK = 110-110-110-130-130-130 oczek. Dalej przerabiać na drutach z żyłką na samym początku utknęłam. Sweter rozm. M , nie rozumiem ile oczek i gdzie dodać w 1 okr. 2, ale gdzie? Proszę o wyjaśnienie

01.01.2022 - 14:41

DROPS Design answered:

Witaj Joanno, równomiernie dodajesz 2 oczka w 1-szym okrążeniu na prawo za ściągaczem wykończenia dekoltu (czyli np. za 1-szym i 54-tym oczkiem wykonasz 1 narzut). W następnym okrążeniu należy przerobić oczka przekręcone w miejscu narzutów, aby uniknąć dziur. Pozdrawiamy!

01.01.2022 - 23:19