DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Stone Fields

Gebreide trui met raglan in DROPS Sky. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden in ribbelsteek en tricotsteek. Maat: S - XXXL

DROPS 202-8
DROPS design: Patroon sk-035
Garengroep B
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS SKY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
250-300-300-350-400-400 g kleur 07, licht zeegroen

STEKENVERHOUDING:
19 steken in de breedte en 25 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 mm
DROPS RONDBREINAALD 5 mm : Lengte 40 en 60 of 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm – voor rand in ribbelsteek.
DROPS RONDBREINAALD 4 mm : Lengte 60 of 80 cm voor de randen in ribbelsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden, dus 1 naald averecht en brei 1 naald recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert/meerdert, gebruik het totaal aantal steken waarover geminderd/gemeerderd moet worden (dus 96 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen/meerderingen (dus 8) = 12.
In dit voorbeeld mindert door iedere 11e en 12e steek samen te breien.
Bij het verdeeld meerderen maakt u 1 omslag na iedere 12e steek. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET BREIEN:
Vanwege de ribbels trekt de pas samen in de hoogte als u het werk plat neerlegt, het opmeten moet daarom gedaan worden terwijl u het werk omhoog houdt. Als de pas nog te kort is ga dan verder in patroon zoals hiervoor (zonder te meerderen.)

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek, 2 recht (de markeerdraad is in het midden van deze steken), brei de volgende 2 steken recht samen.
----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Brei na de pas het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

PAS:
Zet 96-100-104-112-120-124 steken op rondbreinaald 4 mm met Sky. Brei 4 ribbels in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven. Brei 1 naald in tricotsteek en minder 8-8-8-12-12-12 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 88-92-96-100-108-112 steken. Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Voeg hier 1 markeerdraad in - MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Begin op de volgende naald met het patroon en meerder voor de raglan als volgt:
(Het begin van de naald is midden achter.) Brei 5-6-7-8-9-10 steken in tricotsteek (= helft van het achterpand), 1 omslag, 16 averecht (= ribbel, begin de eerste naald met averecht), 1 omslag, brei 2-2-2-2-4-4 steken in tricotsteek (= mouw), 1 omslag, 16 averecht (= ribbel), 1 omslag, brei 10-12-14-16-18-20 steken in tricotsteek (= voorpand), 1 omslag, 16 averecht (= ribbel),1 omslag, brei 2-2-2-2-4-4 steken in tricotsteek (= mouw), 1 omslag, 16 averecht (= ribbel), 1 omslag en brei 5-6-7-8-9-10 steken in tricotsteek (= helft van het achterpand) tot midden achter. Brei 1 naald recht, brei de omslagen gedraaid (= de gemeerderde steken worden gebreid in tricotsteek).
De eerste meerdering voor de raglan is nu klaar (= 8 steken gemeerderd op de naald). Ga verder met tricotsteek / ribbelsteek en meerder 1 steek aan elke kant van de 16 steken in ribbelsteek tussen de mouwen en het lijf, en meerder om de naald 25-27-29-32-34-36 keer in totaal (inclusief de eerste meerdering uitgelegd hierboven).
Na de laatste meerdering voor de raglan zijn er 288-308-328-356-380-400 steken op de naald.
De pas meet ongeveer 20-22-23-26-27-29 cm vanaf de markeerdraad - LEES TIP VOOR HET BREIEN!

Brei de volgende naald als volgt: Brei 30-33-36-40-43-46 steken in tricotsteek, 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek (= helft van het achterpand), zet de volgende 60-66-70-74-76-80 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei in ribbelsteek over de volgende 12-11-11-12-14-14 steken, brei in tricotsteek over de volgende 60-66-72-80-86-92 steken, brei 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek (= voorpand), zet de volgende 60-66-70-74-76-80 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek, brei in tricotsteek over de laatste 30-33-36-40-43-46 steken (= helft van het achterpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder.
MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 184-192-208-228-252-264 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 nieuw opgezette steken onder de mouw aan elke kant. Begin de naald op een van de markeerdraad en neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte.
LEES HET VOLGENHET DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!
Ga verder in de rondte met tricotsteek en in ribbelsteek over de steken in de zijkant (= de steken in ribbelsteek die op elke kant van het voor-/achterpand staan en de nieuw opgezette steken onder de mouw), maak TEGELIJKERTIJD in iedere tweede naald 1 omslag op de buitenkant van elk deel in ribbelsteek richting midden voor en midden achter zoals hiervoor (= 4 steken gemeerderd in totaal op de naald) en minder 2 steken in het midden van elk deel in ribbelsteek door de middelste 4 steken 2 aan 2 samen te breien (= 4 steken geminderd in totaal op de naald). Meerder/minder zo tot er nog 8 steken in ribbelsteek aan elke kant van het kledingstuk over zijn. LET OP: Het aantal steken op de naald blijft hetzelfde, maar de steken in ribbelsteek verdwijnen geleidelijk aan en er komen meer steken in tricotsteek.
Ga verder in tricotsteek en 8 steken in ribbelsteek aan elke kant tot het werk 23-23-24-23-24-25 cm meet vanaf de scheiding (ongeveer 48-50-52-54-56-59 cm vanaf de schouder). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei in ribbelsteek voor 6 cm. Kant dan losjes af. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-65 cm vanaf schouder.

MOUW:
Zet de 60-66-70-74-76-80 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 68-74-80-84-88-92 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken onder de mouw en begin de naald hier.
Ga verder in de rondte met tricotsteek en in ribbelsteek over de steken op de onderkant van de mouw (= de ribbelsteken op de mouw en de nieuw opgezette steken onder de mouw), maak TEGELIJKERTIJD in iedere tweede naald 1 omslag op de buitenkat van elk deel in ribbelsteek zoals hiervoor (= 2 steken gemeerderd in totaal op de naald) en minder 2 steken in het midden van elk deel in ribbelsteek door de middelste 4 steken 2 aan 2 samen te breien (= 2 steken geminderd in totaal op de naald). LET OP: Het aantal steken blijft hetzelfde op de naald maar de steken in ribbelsteek verdwijnen geleidelijk aan en er komen meer steken in tricotsteek. Meerder/minder zo tot er geen steken in ribbelsteek over zijn, en ga dan verder in tricotsteek over alle steken. Minder nu 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6e-5e-4e-4e-4e-4e naald 13-15-17-18-18-19 keer in totaal = 42-44-46-48-50-54 steken. Brei tot de mouw 37-36-35-33-32-31 cm meet vanaf de scheiding (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas). Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en brei 6 cm in ribbelsteek.
De mouw meet ongeveer 43-42-41-39-38-37 cm vanaf de scheiding. Kant dan losjes af. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 01.03.2019
Correctie - PAS: Brei de volgende naald als volgt: Brei 30-33-36-40-43-46 steken in tricotsteek, 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek (= helft van het achterpand), zet de volgende 60-66-70-74-76-80 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei in ribbelsteek over de volgende 12-11-11-12-14-14 steken, brei in tricotsteek over de volgende 60-66-72-80-86-92 steken, brei 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek (= voorpand), zet de volgende 60-66-70-74-76-80 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 12-11-11-12-14-14 steken in ribbelsteek, brei in tricotsteek over de laatste 30-33-36-40-43-46 steken (= helft van het achterpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 202-8

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (91)

country flag Paula wrote:

Hola! Las hebras se hacen en las vueltas donde los 16 puntos se hacen al revés? Porque entonces no quedan igual las de un lado y las de otro.

28.02.2024 - 23:55

DROPS Design answered:

Hola Paula, los aumentos se hacen a cada lado (antes y después) de los 16 puntos de revés, formando las líneas del raglán. En la siguiente vuelta las hebras se trabajan de derecho retorcido. ¿Puedes aclarar por qué no te quedan iguales estos puntos?

29.02.2024 - 22:59

country flag Idella Meier wrote:

You have so many great videos. I have looked for one on the Stonefield for where you do increases on knits and purls. I can’t find one. Is there one?

03.02.2024 - 20:48

country flag Kat wrote:

Hi, have just started knitting this lovely pattern. When I first read it, I thought „hm, no increases on the collar, won‘t it stick up?“ Decided to just go with it, but exactly what I expected has happened, the collar (the 4 ribs of garter knitted on the smaller needles) are sticking up and it looks more like a mandarin collar than a crewneck. Where did I go wrong?

28.10.2023 - 14:23

DROPS Design answered:

Dear Kat, you don't have any increases on the collar but rather you decrease later on for the beginning of the raglan. You have extra stitches when working the collar so it should be more loose than the next part of the piece. If the collar sticks up it's most likely due to the gauge. Happy knitting!

29.10.2023 - 22:19

country flag Idella Meier wrote:

The pattern doesn’t seem to explain how to increase very well . If you do a yarn over in knit before and after your maker do you knit one stitch first then do the yarn over. If you do it this way how do you do that with the 2 stitches. I hope someone can explain this better then how it explains it in the pattern.

26.10.2023 - 23:57

DROPS Design answered:

Dear Mrs Meier, to increase for raglan, make a yarn over, on next round knit the yarn overs twisted; You increase for the raglan on either side of the 16 sts in garter stitch on each raglan line: work until the 16 sts, make 1 yarn over, work the 16 sts in garter stitch, make 1 yarn over; repeat like this at each raglan line for each increase. Happy knitting!

27.10.2023 - 09:31

country flag Idella Meier wrote:

I am a fairly need knitter and do not read patterns well. Do you put your marker where it says yarn over . This is right after you change your knitting needles from the 4 to 5 mm. Is there any more instructions that could make me understand better for this sweater. Thank you so much

14.10.2023 - 06:43

DROPS Design answered:

Dear Idella, the marker indicated there is inserted in the piece just to measure, so it can be inserted anywhere in the round, although it's normally inserted at the beginning of the round. This marker will stay in this row and not move downward as you continue working. You can personally insert markers in the piece when working the increases so as to remember where to work the increases. All relevant videos and lessons can be found after the pattern instructions and you can always ask your specific questions here. Happy knitting!

16.10.2023 - 00:25

country flag Diane wrote:

Bonjour, en mesurant sur le dessus de la manche je peux qu'à partir du début du tricot, donc de la manche entière avec la bordure du col. J'ai 69cm au lieu de 61cm. Le bout m'arrive déjà en bas du poignet mais par contre, pour ne pas que la manche roule, je me rend compte que je vais devoir faire tout de même une bordure. J'essaierai de 3cm au lieu de 6.

07.05.2023 - 21:28

country flag Diane wrote:

Bonjour, je tricote la 4e taille et je suis rendue à faire les 6cm en mousse au bout de la manche mais je me suis rendue compte qu'elle mesure 41 cm sans ces 6 cm de bordure. J'ai mesuré depuis le marqueur mis au début de la partie de la manche. La partie qu'il fallait rapetisser à tous les 4rangs, est-ce bien 69 rangs qu'il fallait faire?

02.05.2023 - 01:41

DROPS Design answered:

Bonjour Diane, effectivement, autrement dit, ces 69 rangs doivent mesurer environ 28 cm - mesurez la longueur de la manche au milieu du dessus de la manche (pas le long du milieu sous la manche). Bon tricot!

02.05.2023 - 09:56

country flag Pia wrote:

Hej! Tröjan blev jättefin och mönstret var lätt att följa. MEN den är så noppig, vad ska jag göra för att få den fin igen?

11.10.2022 - 16:58

DROPS Design answered:

Hej Pia. Du kan använda en noppborttagare på tröjan för att få den fin igen. Testa på ett mindre synligt ställe först bara, men det ska gå helt fint. Mvh DROPS Design

13.10.2022 - 13:55

country flag Christina Anderson wrote:

How much ease is intended for this sweater - for the life of me I cannot figure out how much ease to allow in sizing this sweater! thanks in advance!

18.09.2022 - 19:12

DROPS Design answered:

Hi Christina, the positive ease is the difference between chest circumference on the schematic drawing at the bottom of each pattern and your chest circumfence . If you think it is hard to decide what size to make, if can be a good idea to measure a sweater you have and like the size of. Then you can pick the size by looking at the schematic drawing and find the correct size there. For more information please see the lesson Drops HERE. Happy knitting!

19.09.2022 - 07:44

country flag Dominique wrote:

Merci mais je réalise que je n'ai pas les mêmes dessins sur l'empiècement... car j'ai maintenu seulement 2 mailles jersey sur les manches et 10 sur le milieu dos/devant au lieu de créer les augmentations en jersey j'ai tricoté mousse, d'où le nombre et j'étais donc perdue. Je vais récupérer mes diminutions en reprenant au 16ème rang pour finir mes manches et le résultat graphique n'est pas mal aussi. Laine très douce et très agréable à tricoter.

14.02.2022 - 16:25