DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Mahala

Gebreide trui in DROPS Bomull-Lin of DROPS Paris. Het werk wordt gebreid met kantpatroon en ribbelsteek. Maten S – XXXL.

DROPS 200-20
DROPS Design: Patroon nr. l-151
Garengroep C of A + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS BOMULL-LIN van garnstudio (behoort tot garengroep C)
500-550-600-650-700-800 g kleur 03, lichtbeige
Of gebruik:
DROPS PARIS van garnstudio (behoort tot garengroep C)
550-600-650-750-800-900 g kleur 26, beige

STEKENVERHOUDING:
15 steken in de breedte en 19 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
15 steken in de breedte en 29 naalden in de hoogte met ribbelsteek = 10 x 10 cm.
14 steken in de breedte met kantpatroon A.1b = 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: lengte 60 cm of 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 6 MM: lengte 60 cm of 80 cm voor de mouwen.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.7. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN-1 (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert/meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 72 steken) minus de kantsteken (dus 2 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken minderingen/meerderingen (dus 4) = 17.5.
In dit voorbeeld, mindert u door afwisselend elke 16e en 17e steek en elke 17e en 18e steek samen te breien.
Bij het meerderen maakt u 1 omslag na afwisselend elke 17e en 18e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de hals):
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder 1 steek na de 3 steken in ribbelsteek vanaf de hals als volgt: 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over (= 1 steek geminderd).
Minder 1 steek voor de 3 steken in ribbelsteek vanaf de hals als volgt: brei tot er 5 steken over zijn voor de hals, 2 recht samen en brei 3 steken in ribbelsteek (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de mouwen):
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken aan de binnenkant van de 1 kantsteek aan elke kant. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in patroon A.7.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt heen en weer gebreid in delen en op het einde samengenaaid. De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Bomull-Lin wordt na het wassen gelijkmatiger. Als het kledingstuk klaar is spoel het dan uit en leg het in de juiste afmetingen (zie tekening) plat neer te drogen.

ACHTERPAND:
Zet 72-78-84-90-100-108 steken op met rondbreinaald 5.5 mm en Bomull-Lin of Paris. Brei RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, heen en weer gebreid voor 5-6-6-7-7-8 cm. Brei nu in patroon A.1a met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant van het werk. Minder op de naald met een zwarte ster, 4-4-4-6-6-6 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN-1 = 68-74-80-84-94-102 steken. Meerder op de naald met een witte ster 4-4-4-6-6-6 steken verdeeld – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN -1 = 72-78-84-90-100-108 steken. Ga verder met dezelfde minderingen op elke naald met een zwart ster en meerderingen op elke naald met een witte ster. Dit is ter compensatie voor de verschillende stekenverhoudingen in de verschillende structuren. De kantsteek aan elke kant wordt verder recht gebreid tot de gewenste lengte. DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Als A.1a klaar is in de hoogte ga dan verder met A.1b voor 10-10-11-11-12-12 cm, brei dan A.1c.
Brei nu in patroon A.2a. Als A.2a klaar is in de hoogte brei dan A.2b voor 10-10-11-11-12-12 cm; tegelijkertijd als het werk 42-43-44-45-46-47 cm meet (als de stekenverhouding juist is bent u nog steeds met A.2b bezig) kant u 2-2-2-4-6-6 steken af op het begin van de volgende 2 naalden voor de armsgaten = 64-70-76-76-82-90 steken. Ga verder in patroon zoals hiervoor en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Als A.2b is gebreid voor 10-10-11-11-12-12 cm ga dan verder met A.2c, brei dan de eerste 10 naalden in A.3. Er zijn nu 68-74-80-82-88-96 steken op de naald. Kant dan de middelste 22-24-22-24-26-26 steken voor de hals af en brei elk schouder apart verder. Ga verder met tricotsteek en 3 steken in ribbelsteek richting de hals; minder tegelijkertijd op de volgende naald vanaf de hals 1 steek aan de binnenkant van de 3 kantsteken in ribbelsteek – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 = 22-24-28-28-30-34 steken. Als u 6 naalden tricotsteek heeft gebreid, ga verder met ribbelsteek voor ongeveer 2-3-3-4-4-5 cm. Het werk meet in totaal 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder naar beneden. Kant af. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
Zet op en brei patroon op dezelfde manier als het achterpand. Kant ook steken af voor de armsgaten op dezelfde manier. Als er 1 naald over is in A.2c zijn er 68-74-80-82-88-96 steken op de naald. De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de verkeerde kant:
Brei zoals hiervoor over de eerste 25-27-31-31-33-37 steken voordat u ze op 1 hulpdraad plaatst voor de rechterschouder, kant de volgende 18-20-18-20-22-22 steken af voor de hals en brei zoals hiervoor over de overgebleven 25-27-31-31-33-37 steken = linkerschouder.
Brei in patroon als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, A.4 tot er 8 steken over zijn, A.5 over de volgende 8 steken. Op de naald met de zwarte cirkel mindert u 2 steken verdeeld over A.4 in alle maten (u mindert ook 1 steek in A.5) = 22-24-28-28-30-34 steken. Op de naald met de witte cirkel meerdert u 2 steken verdeeld over A.4 in alle maten (er zijn daarnaast nog 2 steken geminderd in A.5, dus een totaal van 3 geminderde steken in A.5) = 22-24-28-28-30-34 steken. Brei verder tot A.4 en A.5 klaar zijn in de hoogte. Ga dan verder met ribbelsteek voor ongeveer 2-3-3-4-4-5 cm; pas aan zodat het overeenkomt met het achterpand. Kant af. Het werk meet in totaal 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder naar beneden. De rechterschouder wordt als volgt gebreid:
Begin aan de goede kant (= vanaf de hals) en brei A.6 over de eerste 8 steken, A.4 tot er 1 steek over is en 1 kantsteek in ribbelsteek. Op de naald met de zwarte cirkel mindert u 2 steken verdeeld in alle maten (u mindert ook 1 steek in A.6) = 22-24-28-28-30-34 steken. Op de naald met de witte cirkel meerdert u 2 steken verdeeld in alle maten (er zijn daarnaast nog 2 steken geminderd in A.6, dus een totaal van 3 geminderde steken in A.6) = 22-24-28-28-30-34 steken. Brei verder tot A.4 en A.6 klaar zijn in de hoogte. Ga dan verder met ribbelsteek voor 2-3-3-4-4-5 cm – pas aan zodat het overeenkomt met de linkerschouder en het achterpand. Kant af.

MOUW:
U gebruikt rondbreinaald 5.5 mm als u in kantpatroon en ribbelsteek breit en rondbreinaald 6 mm als u in tricotsteek breit (dus naalden 15-20 en 27-34 in A.7). Dit is ter compensatie van de verschillende stekenverhouding en als u in tricotsteek breit en kantpatroon/ribbelsteek.
Zet 34-36-36-38-40-42 steken op met rondbreinaald 5.5 mm en Bomull-Lin of Paris. Brei 2 ribbels. Brei dan patroon A.7 met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant tot de gewenste lengte. Als het werk 6-6-7-7-7-8 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant van het werk – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de mouwen). Meerder zo in de verschillende maten:
Maat S: Meerder ongeveer iedere 7 cm in totaal 7 keer.
Maat M: Meerder iedere 5 cm in totaal 9 keer.
Maat L: Meerder ongeveer iedere 4 cm in totaal 10 keer.
Maat XL: Meerder ongeveer iedere 4 cm in totaal 10 keer.
Maat XXL: Meerder afwisselend iedere 3 cm en iedere 4 cm in totaal 11 keer.
Maat XXXL: Meerder ongeveer iedere 3 cm in totaal 11 keer.
Als alle meerderingen klaar zijn, zijn er 50-54-56-58-62-64 steken op de naald. Brei verder tot het werk 52-51-50-50-49-47 cm meet – pas zo aan dat u eindigt na een deel in ribbelsteek of een deel in tricotsteek. Kant af. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden met maassteken. Zorg ervoor dat de naad niet strak is. Naai de mouwen aan het lijf aan de binnenkant van de kantsteek op het lijf en de afkantrand op de mouwen. Naai de mouwnaden aan de binnenkant van de 1 kantsteek aan elke kant en ga verder naar beneden de zijnaden. U kunt ongeveer 10-15 cm over laten voor de split op de onderkant van het lijf, indien gewenst. Herhaal aan de andere kant.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 14.05.2019
Correctie: - er is een aangepast telpatroon geplaatst - met zwarte en witte sterren op de juiste plaatsen (naalden waar gemeerderd en geminderd moet worden)

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = recht op de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag averecht zodat er een gaatje ontstaat
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = mindernaald: minder 4-4-4-6-6-6 steken verdeeld op deze naald - lees beschrijving in de tekst
symbols = meerdernaald: meerder 4-4-4-6-6-6 steken verdeeld op deze naald - lees beschrijving in de tekst
symbols = mindernaald: minder 2 steken op deze naald - lees beschrijving in tekst
symbols = meerdernaald: meerder 2 steken verdeeld op deze naald - lees beschrijving in de tekst
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 200-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (22)

country flag Audrée wrote:

Comme plusieurs l'ont déjà remarqué mais sans réponse, il a une erreur au niveau des emmanchures. Je tricote la taille (M) On dit de rabattre pour les emmanchures 2 mailles au début des 2 rangs suivants = 70 mailles. " Quand je travaille le diagramme 2b, (avant de diminuer pour les emmanchures) j'ai 78 mailles, si je rabat pour les emmanchures 2 mailles au début des 2 rangs suivants, j'ai 74 mailles et non 70? Merci .

09.05.2019 - 12:05

DROPS Design answered:

Bonjour Audrée, nos stylistes vérifient le modèle, une correction sera probablement apportée prochainement. Merci pour votre patience.

10.05.2019 - 08:34

country flag Gitte wrote:

Jeg strikker str. XL. Ja, jeg syntes at have kontrolleret flere gange, at jeg har fulgt stjernerne.

08.05.2019 - 11:36

DROPS Design answered:

Hej Gitte, vi skal se på det, det må have noget med ud- og indtagningerne i mønsteret at gøre... Det kan være at vi kan beskrive det tydeligere og da vil der blive lagt en rettelse ud :)

13.05.2019 - 09:32

country flag Gitte Mejldal wrote:

På bagstykket kan jeg ikke få antal masker til at passe. Når jeg strikker A.2b og når til arbejdet er 46 cm inden A.2b er færdigt har jeg 100 m og vil lukke af til ærmegab, så slutter jeg med 88 m og ikke 82 m som i opskriften. Og efter A.3 slutter jeg med 82 m og ikke 88 m som i opskriften. Håber I kan hjælpe - tak.

07.05.2019 - 21:32

DROPS Design answered:

Hej Gitte, Hvilken størrelse strikker du? Husker du ind- og udtagningerne ved stjernerne?

08.05.2019 - 09:41

country flag Joke wrote:

Heel graag uitsluitsel over de vraag of de witte ster en zwarte ster verwisseld moeten worden. Dus;zwarte ster meerderen, witte ster minderen, zoals Kristin al aangaf. het is heel logisch : het gaatjespatroon breit breder uit. Ik heb het patroon in meerdere talen bekeken, toch steeds dezelfde aanwijzing.Ben benieuwd in welke taal het oorspronkelijke patroon is geschreven.

07.05.2019 - 19:04

DROPS Design answered:

Dag Joke,

Het klopt inderdaad dat de zwarte en witte ster niet goed stonden. Er is nu een correctie gekomen op het patroon.

15.05.2019 - 21:18

country flag Louise St-Jacques wrote:

J'ai le même problème que Manon (Canada), après le rabat des emmanchures de 2 mailles au début des 2 rangs (au dos), je me retrouve avec 78 mailles et non 76 (pour la taille L). Une réponse s.v.p.

29.04.2019 - 21:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme St-Jacques, nos stylistes vont vérifier le modèle, une correction sera probablement apportée prochainement. Merci pour votre patience.

10.05.2019 - 08:33

country flag Manon wrote:

Bonjour, tricoter A.2b pendant 10-10-11-11-12-12 cm; en même temps, quand l'ouvrage mesure 42-43-44-45-46-47 cm (si la tension est juste, on tricote toujours A.2b), rabattre pour les emmanchures 2-2-2-4-6-6 mailles au début des 2 rangs suivants = 64-70-76-76-82-90 mailles. " Quand je travaille le diagramme 2b, j'ai 78 mailles, si je rabat pour les emmanchures 2 mailles au début des 2 rangs suivants, j'ai 74 mailles et non 70? Merci pour vos précieux conseils.

29.04.2019 - 13:04

DROPS Design answered:

Bonjour Manon, nos stylistes vérifient le modèle, une correction devrait bientôt être apportée, merci pour votre retour et votre patience.

10.05.2019 - 08:31

country flag Ola wrote:

Manon, ce modèle était mon premier pull que j'ai tricoté. Pour moi il était intermédiaire, mais pour quelqu'un avec plus de pratique, il peut être très facile. :)

29.04.2019 - 11:54

country flag Manon wrote:

Bonjour, Il serait intéressant d'ajouter à chaque patron si il s'agit d'un modèle débutant, intermédiaire ou avancé. Superbe modèle

25.04.2019 - 19:20

country flag Elke wrote:

Ich glaube in der Anleitung steckt ein Fehler bei den Zu- und Abnahmen. Wenn ich nach der Anleitung stricke, passt die Maschenzahl nach der Abnahme für die Armauschnitte nicht mehr. Dadurch das 4 Maschen für die Armauschnitte abgenommen werden verbleiben bei mir nur 64 Maschen, statt 68 Maschen beim Muster A2c . Habe ich da einen Denkfehler?

24.04.2019 - 12:00

DROPS Design answered:

Liebe Elke, über die restlichen 64 Maschen stricken Sie A.2b und A.2c wie zuvor: 1 Randmasche, A.2b (oder c) wiederholen bis nur 1 Masche bleibt, und dann mit 1 Randmasche beenden. Vergessen Sie nicht die Maschenanzahl bei den Sternchen anzupassen (= 1. Reihe in A.2c z.B.) Viel Spaß beim stricken!

24.04.2019 - 13:16

country flag Joke wrote:

Ik mis bij de afwerking de halsboord. Zo te zien ... steken opnemen en een paar naalden ribbels breien?

28.03.2019 - 11:03

DROPS Design answered:

Dag Joke,

De halsrand is al in het patroon van het voor- en achterpand verwerkt. Bij het achterpand bijvoorbeeld, kant je steken af als je de 1e 10 naalden van A.3 hebt gebreid, wat betekent dat je 2 ribbels hebt gebreid.

28.03.2019 - 12:21