DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 36.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Sienna

Gebreide trui met raglan in DROPS Merino Extra Fine. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kabels en kantpatroon. Maten S - XXXL.

DROPS 197-37
DROPS Design: Patroon nr. me-151
Garengroep B
-------------------------------------------------------

Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MERINO EXTRA FINE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
500-600-650-700-750-850 g kleur 33, rose

-------------------------------------------------------
BENODIGDHEDEN VOOR HET WERK:

STEKENVERHOUDING:
20 steken in de breedte en 26 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: lengte 40 cm en 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: lengte 40 en 80 cm voor de boordsteek.
DROPS KABELNAALD – voor de kabels.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 36.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

VERHOGING (achterkant van de hals):
Sla dit deel over als u geen verhoging wilt.
Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald = midden achter. Begin aan de goede kant en brei 8-8-9-9-10-10 steken recht voorbij de markeerdraad, keer het werk, trek de draad aan en brei 6-16-18-18-20-20 steken averecht aan de verkeerde kant, keer het werk, trek de draad aan en brei 24-24-27-27-30-30 steken recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 32-32-36-36-40-40 steken averecht, keer het werk, trek de draad aan en brei 40-40-45-45-50-50 steken recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 48-48-54-54-60-60 steken averecht, keer het werk, trek de draad aan en brei 56-56-63-63-70-70 steken recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 64-64-72-72-80-80 steken averecht, keer het werk, trek de draad aan en brei recht tot midden achter. Brei 7-8-9-11-12-14 steken recht voorbij de markeerdraad. Brei dan de PAS zoals beschreven in de tekst.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat.

RAGLAN:
Meerder 1 steek aan elke kant van A.1 (= 22 steken) in elke overgang tussen het lijf en de mouwen (= 8 steken gemeerderd op de naald). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 4 steken), 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 212 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 42) = 5.1.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, (de markeerdraad is hier), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden.
U kunt een verhoging aan de achterkant van de hals breien voor een betere pasvorm, zodat de pas ietwat hoger is aan de achterkant. Deze verhoging kunt u ook overslaan; de hals is dan op de voor- en achterkant hetzelfde – zie beschrijving van verhoging hierboven. Na de pas wordt het lijf in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop.

HALS:
Zet 112-120-124-128-136-136 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en Merino Extra Fine. Brei 1 naald recht. Brei dan 4 cm boordsteek in de rondte (= 2 recht / 2 averecht). Brei 1 naald recht terwijl u 4 steken verdeeld op de naald mindert = 108-116-120-124-132-132 steken. Brei 1 naald averecht. Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. U kunt nu een VERHOGING in de achterkant van de hals breien – lees beschrijving hierboven of ga gelijk verder met de PAS.

PAS:
Voeg hier 1 markeerdraad in - HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte. ** brei 4 recht, dan * 1 omslag, 1 recht *, herhaal van *-* in totaal 3 keer, 1 recht, * 1 omslag, 1 recht *, herhaal van *-* in totaal 3 keer (= deze 7 steken meerderen naar 13 steken), 18-20-20-18-20-16 recht, * 1 omslag, 1 recht *, herhaal van *-* in totaal 3 keer, 1 recht, * 1 omslag, 1 recht *, herhaal van *-* in totaal 3 keer (= deze 7 steken meerderen naar 13 steken), 18-20-22-26-28-32 recht **, brei vanaf **-** in totaal 2 keer = 132-140-144-148-156-156 steken. Brei 1 naald recht; de omslagen worden gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen.
Brei de volgende naald als volgt: * A.1a (= 22 steken), 8-10-10-8-10-6 steken tricotsteek (= mouw), A.1a (= 22 steken), 14-16-18-22-24-28 steken in tricotsteek (= voor-/achterpand) *, brei van *-* in totaal 2 keer.

LEES HET VOLGENDE DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!
Ga verder met dit patroon (als A.1a in de hoogte is gebreid brei dan A.1b in totaal 2-3-3-3-3-4 keer in de hoogte, brei dan A.1c), meerder tegelijkertijd aan elke kant van elke A.1 voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven. Meerder iedere 2e naald in totaal 18-21-24-27-29-32 keer, dan iedere 4e naald in totaal 3 keer. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Na de laatste meerdering voor de raglan zijn er 300-332-360-388-412-436 steken op de naald. Ga verder met tricotsteek en A.1c zonder meerderingen tot het werk 22-24-26-29-30-33 cm meet vanaf de markeerdraad op het begin van de pas – pas zo aan dat u 1 naald over heeft in A.1c. Brei de volgende naald als volgt (ga verder met die laatste naald van A.1c en tricotsteek over de overgebleven steken) Brei 17-17-17-17-19-19 steken (achterpand), plaats de volgende 60-68-74-78-80-82 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei 90-98-106-116-126-136 steken (=voorpand), plaats de volgende 60-68-74-78-80-82 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-10-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in zijkant onder de mouw), brei de laatste 73-81-89-99-105-115 steken (=achterpand). Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

LIJF:
= 196-212-232-252-276-296 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder elke mouw. Begin de naald op een van deze markeerdraden en neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte.
Ga verder met tricotsteek en brei A.2 (= 42-42-44-44-50-50 steken) over de 8-8-10-10-12-12 nieuw opgezette steken onder de mouwen en 17-17-17-17-19-19 steken aan elke kant hiervan (dus 21-21-22-22-25-25 steken aan elke kant van de markeerdraden aan elke kant).
Als A.2 in de hoogte is gebreid, meet het werk ongeveer 15-15-16-16-18-18 cm vanaf de scheiding. Ga verder met tricotsteek. Als het werk 16-16-17-17-19-19 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraden – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 4-4-4-4-3-3 cm in totaal 4 keer = 212-228-248-268-292-312 steken. Als het werk 31-31-31-30-31-30 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald recht terwijl u 40-44-48-52-56-60 steken verdeeld op de naald meerdert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 252-272-296-320-348-372 steken.
Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) voor 3 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht – om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met naald 4.5 mm. De trui meet ongeveer 60-62-64-66-68-70 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Plaats de 60-68-74-78-80-82 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en neem 1 steek op in elk van de 8-8-10-10-12-12 opgezette steken onder de mouw = 68-76-84-88-92-94 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 8-8-10-10-12-12 steken onder de mouw en begin de naald hier.
Brei A.3 (= 18-18-20-20-18-18 steken) midden onder de mouw zodat er 9-9-10-10-9-9 steken van A.3 zijn aan elke kant van de markeerdraad. De overgebleven steken worden recht gebreid. Als A.3 helemaal in de hoogte is gebreid, heeft u 6-6-8-8-6-6 steken geminderd = 62-70-76-80-86-88 steken. Minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2-1½-1-1-1 cm in totaal 9-12-14-15-17-17 keer = 44-46-48-50-52-54 steken. Ga verder tot de mouw 38-37-35-33-32-30 cm meet vanaf de scheiding (minder voor de grotere maten vanwege een langere pas). Brei 1 naald recht terwijl u 4-6-8-6-8-10 steken verdeeld op de naald meerdert = 48-52-56-56-60-64 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei boordsteek (= 2 recht / 2 averecht) voor 5 cm. De mouw meet ongeveer 43-42-40-38-37-35 cm vanaf de scheiding. Kant losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht – om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u afkanten met naald 4.5 mm. Vouw de mouw ongeveer 5 cm naar boven. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 19.10.2018
Correctie in de laatste paragraaf van de pas: Brei de volgende naald als volgt: * A.1a (= 22 steken), 8-10-10-8-10-6 steken tricotsteek (= mouw), A.1a (= 22 steken), 14-16-18-22-24-28 steken in tricotsteek (= voor-/achterpand) *, brei van *-* in totaal 2 keer.
En correctie in het aantal steken die u moet breien voor het achterpand, wanneer u het werk verdeeld voor het lijf en de mouwen.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag recht/averecht breien - zie de volgende naald in telpatroon – zodat er een gaatje ontstaat!
symbols = maak 2 omslagen tussen 2 steken. Brei op de volgende naald, de eerste omslag averecht in de voorkant van de lus en brei de tweede omslag averecht in de achterste lus – er ontstaat een gaatje = 2 steken
symbols = 2 averecht samen
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = 3 recht samen (= 2 steken geminderd)
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken (= 2 steken geminderd)
symbols = plaats 3 steken op de kabelnaald achter het werk, 3 recht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 2 steken op de kabelnaald achter het werk, 3 recht, 2 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 3 steken op de kabelnaald achter het werk, 2 recht, 3 recht van de kabelnaald
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 197-37

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Lene wrote:

Den rettelse der er foretaget, hvor skal den strikkes. Er det hele opskriften eller hvor er fejlen? I hvilken afsnit. Synes ikke der er forskel. Mvh Lene

09.04.2022 - 11:08

DROPS Design answered:

Hei Lene. Under rettelse linken (rød) står det hvor og hva som er rettet. Selve oppskriften er også rettet slik at det samsvarer. Har du f.eks skrevet ut denne oppskriften før 19.10.2018 (altså før feilen ble oppdaget) vil du se at det er forskjell. mvh DROPS Design

19.04.2022 - 08:57

country flag Anne wrote:

Bonjour, Je souhaite réaliser la réhausse dos mais je ne comprends pas l'ordre avec l'empiècement. L'empiècement est à commencer une fois le raglan terminé ou l'empiècement et la rehausse se font simultanément? Merci d'avance.

07.09.2021 - 23:18

DROPS Design answered:

Bonjour Anne, si vous voulez réaliser la réhausse, tricotez-la juste après le col, l'empiècement se fera après la réhausse, c'est à ce moment là seulement que vous tricoterez les points fantaisie et les augmentations du raglan. Bon tricot!

08.09.2021 - 07:41

country flag Barbara Rainbird wrote:

Hello, how do I knit the 2 yarn overs in the next row. Do I knit in the front on one and the back of the next?

16.03.2021 - 18:12

DROPS Design answered:

Hi Barbara, please see the video HERE. The video shows how to knit into 2 yarn overs. In our case we will purl both yarn overs (on the next round, purl the first yarn over in the front loop and purl the second yarn over in the back loop). Happy knitting!

16.03.2021 - 18:50

country flag Oana wrote:

Hello! Can you please clarify where the correction fits? Ot got me confused... Thanks!

17.12.2020 - 00:14

DROPS Design answered:

Dear Oana, the corrections only apply if you printed the pattern before they have been added, if you just print it, then online pattern is correct. Happy knitting!

17.12.2020 - 08:55

country flag Olga Guga wrote:

Estoy haciendome este modelo, no entiendo como tengo que seguir luego de terminado A1c. Según leo se continúa con A2 según talla, pero A1c tiene 22 puntos, y A2, 44 puntos, es el doble, no se como encajar esos puntos . Muchas gracias por su aclaración, espero la respuesta.

13.11.2020 - 17:02

DROPS Design answered:

Hola Olga! Tienes que tejer A.2 (=44 puntos) sobre los 10 puntos nuevos montados bajo las mangas y 17 puntos a cada lado de estos (17+10+17 =44 puntos). Es decir 22 puntos a cada lado de los hilos marcadores a cada lado. Buen trabajo!

19.11.2020 - 10:55

country flag Mariana wrote:

El diagrama A.3 pata ralla S-M está herrado, en la línea 7 muestra hacer 2 reducciones entre los 3 puntos de revés, pero en la sgte línea siguen habiendo 3 puntos. Lo mismo en la siguiente reducción, quedan 4 puntos derechos pero en la siguiente línea sigue mostrando 6 puntos derechos. Es todo esto... Correcto?

28.05.2020 - 08:49

DROPS Design answered:

Hola Mariana. El diagrama es correcto. Se disminuye el número total de puntos, pero el diagrama se desplaza (lo que ves en el diagrama tiene una forma casi tridimensional). Como puedes ver en el diagrama en la primera fila hay 18 puntos y en la octava fila hay 16 puntos.

07.06.2020 - 20:52

country flag Adriana wrote:

Preferisco lavorare dal basso posso avere la spiegazione ?

30.09.2019 - 19:08

DROPS Design answered:

Buonasera Adriana, in questa sede non ci è possibile fornire un aiuto così personalizzato. Può provare a rivolgersi al suo rivenditore DROPS di fiducia oppure a cercare fra i nostri modelli quelli con la costruzione dal basso. Buon lavoro!

30.09.2019 - 19:18

country flag Hedda wrote:

I beskrivningen av oket står det bl.a. att man skall upprepa från stjärna till stjärna totalt 3 gånger. Detta betyder ju att sekvensen skall stickas totalt 4 gånger. Det tog mig lite tid att förstå att det som avses är att sekvensen skall upprepas 2 gånger så att den stickas totalt 3 gånger.

25.07.2019 - 13:31

country flag Asteria wrote:

Correctie: die 7 steken voorbij de markeerdraad zijn wel nodig om in het midden van het pand uit te komen.

02.03.2019 - 21:41

country flag Asteria wrote:

Bij maat S staat er een fout in de beschrijving van de VERHOGING. Als je het patroon zou breien zoals het er staat, komt de verhoging niet in het midden uit. De juiste beschriving moet volgens mij dit zijn: Tweede naald is niet 6 steken recht, maar 16. En aan het eind moet je tot aan het midden breien, en niet ook nog eens een keer de 7 steken voorbij de markeerdraad. Op die manier krijg je een mooie verhoging exact in het midden van de trui.

01.03.2019 - 10:28