DROPS 196-13
DROPS design: Patroon de-187
Garengroep A
----------------------------------------------------------

Afmetingen: Breedte: ongeveer 42 cm lang (van punt tot punt): ongeveer 194 cm
Materiaal:
DROPS DELIGHT van garnstudio (behoort tot garengroep A)
300 g kleur 19, zonsondergang aan zee

----------------------------------------------------------
BENODIGDHEDEN VOOR HET WERK:

STEKENVERHOUDING:
20 stokjes in de breedte en 11.5 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.
Patroon A.1 meet ongeveer 11 cm vanaf het midden naar buiten tot de hoek (= 21 cm in diameter van hoek tot hoek).

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 4 mm
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te weinig steken heeft op 10 cm haak dan verder met een grotere haaknaald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm haak dan verder met een kleinere haaknaald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. Telpatroon A.3 laat de haakrichting zien voor de 3 delen.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

STOLA - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt in 3 delen gehaakt. Haak eerst een vierkant in de rondte in het midden van de stola. Haak dan heen en weer gehaakt in 2 delen naar buiten toe vanaf de zijkant van het diagonale vierkant. Zie telpatroon A.3.

VIERKANT:
Wordt in de rondte gehaakt vanaf het midden naar buiten toe.
Haak 5 lossen op haaknaald 4 mm met Delight en vorm een ring met 1 halve vaste in de eerste losse. Haak dan in de rondte volgens het telpatroon als volgt: A.1a laat zien hoe de toeren beginnen en eindigen en worden aanvullend op A.1b/A.1c gehaakt, haak A.1b 1 keer in totaal en A.1c 3 keer in totaal. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Haak tot A.1 klaar is.
Herhaal dan de laatste 2 toeren met meerderingen zoals hiervoor, dus er zijn 4 stokjesgroepen meer op de toer na iedere herhaling van de 2 toeren. Ga verder met dit patroon tot het vierkant ongeveer 21 cm meet vanaf het midden naar buiten toe tot de hoek (= 42 cm in diameter van hoek tot hoek), pas aan op het einde na een toer met stokjes. Knip het garen niet af.

EERSTE HELFT:
Haak nu heen en weer over de eerste 2 zijkanten van het vierkant. Haak de eerste toer als volgt aan de goede kant: Haak A.2a over de eerste 2 lossenlussen, herhaal A.2b tot de eerste hoek, haak A.2c om de hoek, herhaal A.2d tot er 2 lossenlussen over zijn, eindig met A.2e. Herhaal A.2 tot de gewenste afmetingen. Als het werk ongeveer 97 cm meet, gemeten vanaf het midden van de hoek tot de buitenste punt (= ongeveer 118 cm in volledige lengte), eindig na een toer met dubbele stokjesgroepen. Hecht af.

TWEEDE HELFT:
Haak nu heen en weer over de andere 2 zijkanten van het vierkant. Begin aan de goede kant en hecht de draad aan met 1 halve vaste om de lossenlus in de hoek. Haak op dezelfde manier als op de eerste helft. De hele omslagdoek meet ongeveer 194 cm van punt tot punt.

Telpatroon

symbols = 2 lossen
symbols = 4 lossen
symbols = 6 lossen
symbols = 1 vaste om de lossenlus
symbols = 1 stokje om de lossenring
symbols = dubbel stokje in de steek
symbols = 1 dubbel stokje om de lossenlus
symbols = 1 driedubbel stokje om de lossenlus
symbols = (3 dubbele stokjes + 2 lossen + 3 dubbele stokjes) om de lossenlus
symbols = (1 stokje + 6 lossen + 1 stokje) om de lossenlus/in dubbel stokje
symbols = Begin de toer met 3 lossen, haak dan 6 lossen + 1 stokje in de 4e losse op het begin van vorige toer. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer, haak dan halve vasten tot het midden van de eerste lossenlus
symbols = de toer begint met 3 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer
symbols = de toer begint met 4 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer
symbols = haakrichting
symbols = 5 lossen, vorm een ring met 1 halve vaste in de eerste losse - zie punt op de cirkel, de toer begint en eindigt hier
symbols = de toer is reeds gehaakt, begin op de volgende toer!
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 196-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (16)

country flag Vera Adina Gundersen wrote:

Hei!. Jeg har heklet diag. 2, men forstår ikke hvordan jeg skal fortsette etter de radene som er vist i diagrammet. (altså rad 4 og utover ) rad 3 er jo ikke lik rad 1, så hos meg blir alt feil når jeg prøver. Det hadde vært fint med et diagram som viste noen fler rader utover på lengden i sjalet.

01.11.2023 - 16:53

DROPS Design answered:

Hei Vera. Når du skriver diag 2, mener du diagram A.2 (a, b, c, d, og e)? I så fall er første rad du ser allerede heklet, det er den samme rad som siste rad i diagram A.1 (se/les stjerne i diagramteksten). Så det er bare de 2 siste radene du ser av diagram A.2 som skal gjentas. mvh DROPS Design

06.11.2023 - 12:54

country flag Tiia Pelkonen wrote:

Olisiko mallipiirroksesta olemassa vaikka 6 tai 10 kerroksinen versio? En hahmota miten reunan silmukat tulisi neljännen kerroksen jälkeen laittaa

05.05.2022 - 23:07

country flag Anne-Marie wrote:

Er ontbreekt 2x een T in het telpatroon van de beide helften. Bij A.2a moet tussen het driedubbele stokje en de 4 lossen nog een vaste. Bij A.2e moet tussen de 4 lossen en de 4 lossen een vaste. Zo krijg je niet de grote gaten aan de randen. En het zou duidelijker zijn als er bij A.2e aangegeven staat wat de haakrichting daar is.

22.09.2021 - 21:46

country flag Meg wrote:

Het vierkant is klaar, de eerste toer van A2 ook en klopt met het vierkant maar dan? A2e begint dan met 2 x 4LS. waar in de rest van het patroon in de 6 LS. normaal ST. 6 LS ST. zouden moeten komen. Als je doorhaakt en eindigt bij A2.a dan valt er ook een enorm gat. Ik heb nu al 3 x uitgehaald. Geen pretje met deze wol. Het patroon zet zich voort maar niet bij de hoeken?

20.12.2019 - 15:01

DROPS Design answered:

Dag Meg,

Je begint A.2 bij de pijl en waar de pijl heen wijst. De toer waar een sterretje bij staat is al gehaakt en staat er alleen bij om te laten zien hoe de steken van de volgende toer in die toer gehaakt moeten worden. Je begint dus rechts onder in het telpatroon: met 4 lossen, 1 vaste om de lossenlus en dan 6 lossen, enzovoort.

26.12.2019 - 19:22

country flag Bergitha Lohr wrote:

Het patroon is op zich niet echt lastig, alleen wel voor de linkshandigen. Vooral de 2 helften, die moet ik van links naar rechts haken, dat had ik eerst niet goed door en was eigenlijk maar wat aan het prutsen. heb uiteindelijk , ik was al met laatste deel bezig, alles uitgehaald en ben weer overnieuw begonnen.

24.08.2019 - 10:55

country flag Amdlf69 wrote:

Hallo, habe leider nochmals ne Frage. Bei A2a und A2e fehlen da nicht auch feste Maschen zwischen den Luftmaschen? Danke

15.11.2018 - 17:38

DROPS Design answered:

Liebe Amdlf69, da fehlen nicht die feste Maschen, in A.2e (letzte Reihe) beginnen Sie mit 4 Lm (= 1. 3-fach-Stb), dann 4 Lm (= 1. LmBogen), dann häkeln Sie A.2d (mit 1 feste Masche anfangen). Am Ende dieser Reihe wird A.2a mit 1 feste Masche anfangen (nach der letzten feste Masche in A.2b), und mit 1 3-fach-Stb enden. Viel Spaß beim häkeln!

16.11.2018 - 08:25

country flag Amdlf69 wrote:

Hallo, kleine Frage fehlt in der 6. Reihe am Ende von A1b. und am Anfang von A1c. nicht zwei Luftmaschen. Weil am Anfang von A1b. und am Ende von A1c. hat es welche? Beim A2c. hat es ja auch immer 2 Luftmaschen. Danke für eine prompte Antwort bin es nämlich am häkeln und finde es ein super.

12.11.2018 - 17:28

DROPS Design answered:

Liebe Amdlf69, wahrscheinlich muss man hier auch 2 Lm in A.1b und A.1c häkeln, unser DesignTeam wird das noch mal prüfen und korrigieren. Danke für den Hinweis, viel Spaß beim häkeln!

13.11.2018 - 08:19

country flag Els wrote:

Dank voor eerder advies. Ben eruit, vierkant is gelukt en ook de 1e toer van deel 1 maar bij toer 2 moet ik het werk omdraaien, begin ik dan bij A2a of bij A2e? Ik ben geeindigd met n 3dst , begin ik dan met een 3 d stokje?

04.10.2018 - 15:56

DROPS Design answered:

Dag Els, Dan begin je bij A.2e (dus je keert en begint waar je geëindigd bent), dus met 3 lossen.

06.10.2018 - 09:52

country flag Els wrote:

Help, ik haak prima maar het lezen van het patroon lukt me niet, is nieuw. Youtube brengt me niet veel verder. Wie helpt me even op weg? Na het sluiten van de lossenring, start je met 3 lossen is stokje nummer 1 dan 4 lossen en zo tot je 4 stokjes met 4 lossenbogen hebt. Klopt dat?ik begrijp van het patroon ook niet wat de lange lijnen betekenen aan de onderkant en in het midden. Vast bedankt

02.10.2018 - 20:22

DROPS Design answered:

Dag Els, Ja, dat klopt helemaal zoals je het beschrijft. De lijnen zijn scheidingslijnen tussen verschillende telpatronen.

04.10.2018 - 12:20

country flag Margreet wrote:

Ik ben het met Angie eens dat er in de vijfde toer van het vierkant rond het dubbelstokje twee keer een aanduiding mist: voor en na het dubbelstokje moeten volgens mij 2 lossen worden gehaakt (een boogje in het telpatroon). Dan worden die punten hetzelfde als het begin van de toer.

02.10.2018 - 18:14