Ice Dancer |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gebreid aansluitend vest in DROPS Lima. Het werk wordt heen en weer gebreid vanaf midden voor met kantpatroon, kabels en sjaalkraag. Maat: S - XXXL
DROPS 197-25 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.8. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. VERKORTE TOEREN IN DE VOORBIES: Brei verkorte toeren over de steken in de voorbies om te voorkomen dat het gaat krimpen in de hoogte. Brei dan als volgt aan de goede kant iedere 20e naald: 5 recht (= rechter voorbies), keer het werk en brei terug. Brei 1 naald over alle steken zoals hiervoor. Keer het werk en brei 5 recht (= linker voorbies), keer het werk en brei terug. Keer het werk en brei 1 naald over alle steken zoals hiervoor. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (geldt voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt. Meerder 2 steken in elk deel met de markeerdraad als volgt: Brei tot het eerste deel in tricotsteek en de markeerdraad, 1 recht, 1 omslag, recht tot er 1 steek over is in het deel met tricotsteek, 1 omslag, 1 recht (= 2 steken gemeerderd). Herhaal op elk van de overgebleven delen met tricotsteek en markeerdraad (= 8 steken gemeerderd op iedere naald met meerderingen). Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de kraag): Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt. Meerder 1 steek door een omslag te maken aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek op de voorbies midden voor. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (geldt voor de mouwen): Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad onder de mouw, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad is in het midden van deze steken), maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor het lijf): Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt! Minder 2 steken in elk van de 8 delen met 20-22-24-24-24-24 steken in tricotsteek als volgt: Brei tot het eerste deel met tricotsteek, 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over, brei tot er 2 steken over zijn in dit deel met tricotsteek, brei de laatste 2 steken recht samen (= 2 steken geminderd). Herhaal op elk van de overgebleven 7 delen met tricotsteek (= 16 steken geminderd op iedere naald met minderingen). KNOOPSGATEN: Minder voor de knoopsgaten op de rechter voorbies als het kledingstuk gedragen wordt (dus minder op het begin van de naald aan de goede kant). 1 KNOOPSGAT = brei de derde en de vierde steek vanaf de rand samen en maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslag recht = gaatje. Minder voor de knoopsgaten bij een hoogte van: S: 27, 36, 45 en 54 cm M: 28, 37, 46 en 55 cm L: 29, 38, 47 en 56 cm XL: 30, 39, 48 en 57 cm XXL: 31, 40, 49 en 58 cm XXXL: 32, 41, 50 en 59 cm ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinaald tot het armsgat, brei dan het voor- en achterpand apart heen en weer. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald. LIJF: Zet 323-339-355-391-391-427 steken op de rondbreinaald 3.5 mm met Lima. Brei 1 ribbel in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 2 naalden in tricotsteek met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor. Brei nu in patroon aan de goede kant in de verschillende maten als volgt: Maat S, M en L: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, A.1 (= 9 steken), A.3 (= 18 steken), * tricotsteek over de volgende 20-22-24 steken, A.1 over de volgende 9 steken *, brei van *-* 3 keer in totaal, tricotsteek over de volgende 20-22-24 steken, A.5 over de volgende 18 steken, A.1 over de volgende 9 steken, A.3 over de volgende 18 steken, * tricotsteek over de volgende 20-22-24 steken, A.1 over de volgende 9 steken *, brei van *-* 3 keer in totaal, tricotsteek over de volgende 20-22-24 steken, A.5, A.1, 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Maat XL, XXL en XXXL: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, A.1 (= 9 steken), A.7 (= 18 steken), A.1 over de volgende 9-9-18 steken (= 1-1-2 herhalingen in totaal), * tricotsteek over de volgende 24-24-24 steken, A.1 over de volgende 9 steken *, brei van *-* 3 keer in totaal, tricotsteek over de volgende 24-24-24 steken, A.1 over de volgende 9-9-18 steken (= 1-1-2 herhalingen in totaal), A.7 over de volgende 18 steken, A.1 over de volgende 9 steken, A.7 over de volgende 18 steken, A.1 over de volgende 9-9-18 steken (= 1-1-2 herhalingen in totaal), * tricotsteek over de volgende 24-24-24 steken, A.1 over de volgende 9 steken *, brei van *-* 3 keer in totaal, tricotsteek over de volgende 24-24-24 steken, A.1 over de volgende 9-9-18 steken (= 1-1-2 herhalingen in totaal), A.7 over de volgende 18 steken, A.1 over de volgende 9 steken, 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Alle maten: Meerder op de eerste naald steken in elk telpatroon, de meerderingen zijn te zien in het telpatroon (= 17-17-17-21-21-25 steken gemeerderd) = 340-356-372-412-412-452 steken. Brei voorbiessteken in ribbelsteek tot de gewenste afmetingen en brei op iedere 20e naald VERKORTE TOEREN IN DE VOORBIES – lees uitleg hierboven. Als A.1, A.3, A.5 en A.7 in de hoogte zijn gebreid, brei dan A.2 over A.1, A.4 over A.3, A.6 over A.5 en A.8 over A.7 tot de gewenste afmetingen. DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Begin bij een hoogte van 9-6-7-11-8-9 cm, met minderen in ieder deel met 20-22-24-24-24-24 steken in tricotsteek – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 5-5-5-4-5-5 cm 8-9-9-10-9-9 keer in totaal = 212-212-228-252-268-308 steken. Als alle minderingen gemaakt zijn, zijn er 4-4-6-4-6-6 steken in tricotsteek in iedere deel met tricotsteek. Denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies - lees uitleg hierboven. Voeg bij een hoogte van 47-48-49-50-51-52 cm 4 markeerdraden in het werk als volgt: Voeg een markeerdraad in, in het 2e, 3e, 6e, en 7e deel met tricotsteek. Dus de 2 middelste delen in tricotsteek aan elke kant van het werk. Meerder op de volgende naald aan de goede kant, in ieder deel met de markeerdraad - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1! Meerder zo iedere 4-4-4-4-2-2 cm 1-2-3-3-3-3 keer in totaal = 220-228-252-276-292-332 steken. Brei bij een hoogte van 58-59-60-61-62-63 cm, de volgende naald op de verkeerde kant als volgt: Brei de eerste 56-58-64-70-74-84 steken (= rechter voorpand), kant de volgende 8 steken onder de mouw af, brei de volgende 92-96-108-120-128-148 steken (= achterpand), kant de volgende 8 steken onder de mouw af, brei de laatste 56-58-64-70-74-84 steken op de naald (= linker voorpand). Knip het garen af. Zet de steken voor het rechter en het linker voorpand op aparte hulpdraden en brei het achterpand. ACHTERPAND: = 92-96-108-120-128-148 steken. Ga verder in patroon heen en weer gebreid op dezelfde manier, maar brei kantsteek aan elke kant in ribbelsteek, kant TEGELIJKERTIJD kant af voor het armsgat aan het begin van iedere naald aan elke kant van het werk als volgt: Kant 0-0-0-0-0-2 keer 3 steken af, 1-2-3-3-3-3 keer 2 steken en 1-1-3-2-3-2 keer 1 steek = 86-86-90-104-110-120 steken. Kant bij een hoogte van 74-76-78-80-82-84 cm de middelste 24-24-26-26-28-28 steken af voor de hals en eindig elk schouder apart = 31-31-32-39-41-46 steken. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot het werk 75-77-79-81-83-85 cm meet. Brei nu 1 ribbel over alle steken, minder tegelijkertijd 3-3-3-4-4-6 steken verdeeld = 28-28-29-35-37-40 steken. Kant af. Brei de andere schouder op dezelfde manier. RECHTER VOORPAND: = 56-58-64-70-74-84 steken. Ga verder in patroon heen en weer gebreid op dezelfde manier. Begin op de eerste naald met meerderen voor de kraag - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 4e naald 8-8-10-10-12-12 keer in totaal, kant TEGELIJKERTIJD af voor het armsgat op het begin van iedere naald vanaf de zijkant op dezelfde manier als op het achterpand. Als alle afkantingen voor het armsgat gemaakt zijn en alle meerderingen voor de kraag klaar zijn, zijn er 61-61-65-72-77-82 steken op de naald. Ga verder tot het werk 75-77-79-81-83-85 cm meet, pas zo aan dat de volgende naald wordt gebreid aan de goede kant: Brei de eerste 30-30-33-33-36-36 steken recht voordat u ze op een hulpdraad zet (= kraag), brei de volgende 31-31-32-39-41-46 steken recht. Minder tegelijkertijd 3-3-3-4-4-6 steken verdeeld = 28-28-29-35-37-40 steken voor de schouder. Keer het werk en brei recht over de steken voor de schouder, keer het werk en kant af. Zet de steken van de hulpdraad terug op de rondbreinaald en brei 1 naald recht op de verkeerde kant. Brei dan de sjaalkraag in ribbelsteek, begin vanaf midden voor als volgt: * Brei 2 naalden heen en weer gebreid over de eerste 18-18-20-20-21-22 steken, brei 2 naalden heen en weer gebreid over alle steken *, brei van *-* tot de kraag 6-6-6-6-7-7 cm meet op zijn kortst. Kant af. LINKER VOORPAND: = 56-58-64-70-74-84 steken. Ga verder in patroon heen en weer gebreid op dezelfde manier. ‘Begin op de eerste naald met meerderen voor de kraag - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Meerder zo iedere 4e naald 8-8-10-10-12-12 keer in totaal, kant TEGELIJKERTIJD af voor het armsgat op het begin van iedere naald vanaf de zijkant op dezelfde manier als op het achterpand en rechter voorpand. Als alle afkantingen voor het armsgat en alle meerderingen voor de kraag klaar zijn, zijn er 61-61-65-72-77-82 steken op de naald. Ga verder tot het werk 75-77-79-81-83-85 cm meet, pas zo aan dat de volgende naald gebreid wordt op de verkeerde kant: Brei de eerste 30-30-33-33-36-36 steken voordat u ze op een hulpdraad zet (= kraag), brei de volgende 31-31-32-39-41-46 steken recht, Minder tegelijkertijd 3-3-3-4-4-6 steken verdeeld = 28-28-29-35-37-40 steken voor de schouder, keer het werk en kant af. Zet de steken van de hulpdraad terug op de rondbreinaald en brei 1 naald recht aan de goede kant. Brei dan de sjaalkraag in ribbelsteek, begin vanaf midden voor als volgt: * Brei 2 naalden heen en weer gebreid over de eerste 18-18-20-20-21-22 steken, brei 2 naalden heen en weer gebreid over alle steken *, brei van *-* tot de kraag 6-6-6-6-7-7 cm meet op zijn kortst. Kant af. MOUW: Brei de mouw in de rondte op breinaalden zonder knop. Zet 52-54-56-58-60-60 steken op breinaalden zonder knop maat 3.5 mm met Lima. Brei 1 ribbel. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 1 naald in tricotsteek. Brei dan als volgt: 8-9-10-11-12-12 steken in tricotsteek, A.1 (= 9 steken), A.7 (= 18 steken), A.1, 8-9-10-11-12-12 steken in tricotsteek, voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald. Ga zo verder in patroon. Als A.1 en A.7 in de hoogte zijn gebreid, ga dan verder met A.2 over A.1 en A.8 over A.7. Meerder bij een hoogte van 8 cm, 1 steek aan elke kant van de markeerdraad - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3. Meerder zo iedere 3-3-3-3-1-1 cm 9-8-5-2-0-7 keer en iedere 4-2-2-2-2-2 cm 1-3-7-11-14-9 keer = 76-80-84-88-92-96 steken. Brei de gemeerderde steken in tricotsteek. Kant bij een hoogte van 46-45-44-43-40-38 cm (minder voor de grotere maten vanwege een langere mouwkop en bredere schouders), af voor de mouwkop op het begin van iedere naald aan elke kant als volgt: Kant 1 keer 4 steken af, 4-3-3-3-3-3 keer 2 steken, 2-6-7-6-9-10 keer 1 steek, 3-1-1-1-3-3 keer 2 steken en 2-3-3-4-2-2 keer 3 steken = 24-26-28-28-30-32 steken. Kant de overgebleven steken af. Het werk meet 55-55-55-54-53-52 cm. Brei een andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in de trui. Naai de sjaalkraag samen midden achter en naai het aan de halslijn. Naai de knopen op tot de linker voorbies. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (90)
Mevrouw Van Leeuwen wrote:
De eerste naald beginnen met patroon. Aan het eind hou ik 21 steken over (excl 5 ribbel). En klopt het aantal steken in het patroon wel? A1=10 steken....A3=20 steken... enz. Geteld vanaf de tweede naald in de patronen.
16.03.2024 - 11:18DROPS Design answered:
Dag Van Leeuwen,
Ja, het patroon klopt. A.1 begint met 9 steken en heeft vanaf de 2e naald 10 steken. A.3 begint met 18 steken en heeft vanaf de tweede naald 20 steken.
17.03.2024 - 18:52Tineke Klapwijk wrote:
In mijn berekening kom ik ook uit op die 391 steken, maar in het breiwerk zelf houd ik 20 steken over vóór de bies. Ik neem aan dat ik telpatronen A1 en A7 aansluitend op elkaar moet breien, en niet met een steek ertussen of zoiets. Anders heb je meer dan die 391 steken nodig.
15.03.2024 - 11:52Tineke wrote:
Ik wil maat XL breien. Voor het lijf heb ik 391 steken opgezet. Bij de 5de toer moet ik na de bies afwisselend A1, A7 en stukjes in tricotsteek breien. Als laatste weer 5 steken voor de bies. Voordat ik bij die bies ben heb ik nog 20 steken over op mijn naald, waarvan ik niet snap dat ik die overhoud. Wat heb ik dan fout gedaan?
14.03.2024 - 22:18DROPS Design answered:
Dag Tineke,
Ik heb het uitgerekend en ik kom precies uit met de steken. Na de paragraaf over het lijf (dus waarbij je steken opzet) ga je verder met de paragraaf voor maat XL tot en met XXXL en omdat je maat XL breit, kies je in die paragraaf steeds het eerste getal van de reeks getallen. Op een gegeven moment staan er sterretjes. Wat tussen 2 sterretjes staat, dat brei je in totaal 3 keer. Misschien helpt het om even uit te schrijven in je eigen maat en dan even het aantal steken bij elkaar op te tellen.
15.03.2024 - 10:44Tineke Klapwijk wrote:
Ik wil nou eindelijk dit vest breien, maar ik kom er niet uit. Het antwoord op mijn eerdere vraag hierover heeft me niet geholpen. Ook andere breisters kunnen me er niet bij helpen. We vermoeden dat er een fout in het patroon moet zitten. Ik zou heel graag iemand van Drops willen spreken, om uit te leggen wat het probleem is, en om over een oplossing te kunnen overleggen. Maar ik weet niet hoe ik iemand kan bereiken. Please, help!!
14.03.2024 - 19:39DROPS Design answered:
Dag Tineke,
Wanneer je aangeeft welke maat je wilt breien en waar je precies tegenaan loopt, dan kunnen we je hopelijk beter helpen.
14.03.2024 - 21:57Debbie wrote:
I have tried knitting the xxxl size 4 different times and cannot get the numbers to work, I am increasing the correct amount of sts, but I am left with 25sts at the end of the row not including the garter stitch bands. Please tell me where I am going wrong, absolutely love this pattern and I am desperate to knit it, many thanks
07.03.2024 - 23:47DROPS Design answered:
Dear Debbie, work as follows: 5 sts in garter stitch, A.1 (= 9 sts), A.7 (= 18 sts), A.1 (= 18 sts), *24 sts in stocking stitch, A.1 (= 9 sts) *, work from *-* 3 times in total, 24 sts in stocking stitch, (33 x 3 = 99 sts), 24 sts in stocking st, A.1 (18 sts), A.7(= 18 sts), A.1 (= 9sts), A.7 ( 18 sts), A.1(18sts), *24 sts in stotcking stitch, A.1 ( 9 sts)*, work from *-* 3 times in total (99 sts), 24 sts in stocking stitch, A.1( 18 sts), A.7 ( 18 sts), A.1 (9 sts), 5 sts in garter stitch. =5+9+18+18+99+24+18+18+9+18+18+99+24+18+18+9+5 = 427 sts. Happy knitting!
08.03.2024 - 08:50Gitte Frandsen wrote:
Er det korrekt at der i opskriften Drops Design 197-25 Ice Danser skal være 5 kantm. a1, a3, (20 m, a1) (x 3) 20m , a5, a1, a3, (20 m, a1) (x3) 20 m a5, a1, 5 kantm. Skal der ikke være 2 x a5 på ryggen og a3 på forstykkerne. Synes det andet virker forkert da a5 er bredere end a3
25.02.2024 - 10:53DROPS Design answered:
Hej Gitte, A.1 er midt bagpå. Du skal have A.5 på den ene side af A.1 og A.3 på den anden side (både A.5 og A.3 består af 18 masker) :)
01.03.2024 - 14:39Kirsti Mäkinen wrote:
Jatketaanko "reunan lyhennetyt kerrokset" myös huivi kauluksessa?
23.02.2024 - 09:09DROPS Design answered:
Kyllä, myös huivikauluksessa neulotaan kyseisiä lyhennettyjä kerroksia.
21.03.2024 - 17:34Tineke Klapwijk wrote:
Mijn vraag gaat over telpatronen A1 en A7. Wat doe ik met de steek 'die er niet is', als een zwart blokje in het patroon? Aan het eind van de eerste toer (maat XL) met de telpatronen houd ik 12 steken over. Zijn dat die 12 keer het zwarte blokje? En hoe los ik dat op?
21.01.2024 - 14:39DROPS Design answered:
Dag Tineke,
Als je het aantal blokjes telt in de breedte van het telpatroon, dan zie je ook dat er geen 18 steken zijn maar, 16 steken. Als je het telpatroon uit zo knippen, dan zou je de zwarte blokjes er ook uit moeten knippen. Dus wanneer je de volgende ste(e)k(en) op de linker naald breit, dan brei je de steek die gelijk na het zwarte blokje komt.
21.01.2024 - 19:39Susanne Striegl wrote:
Wie errechne ich den Wollbedarf?
02.01.2024 - 18:51DROPS Design answered:
Liebe Frau Striegl, die benötige Wollmenge für jede Grösse finden Sie unter dem Kopfteil, zusammen mit den Grössen und Nadeln bzw Maschenprobe, dh in S brauchen Sie z.B.k 750 g DROPS Lima / 50 g das Knäuel = 15 Knäuel. Viel Spaß beim stricken!
03.01.2024 - 08:23Cornelia Vogelsang wrote:
Könnte ich hiervon einr PDF haben?
01.04.2023 - 11:53DROPS Design answered:
Liebe Cornelia, wenn Sie auf den Button "Drucken" klicken, können Sie sich ein pdf der Anleitung erstellen, wenn Sie in den Druckeinstellungen den Druck als pdf wählen.
06.04.2023 - 08:56