DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
DROPS SS24

Videira

Gebreide poncho in 1 draad DROPS BabyAlpaca Silk en 1 draad DROPS Kid-Silk. Het werk wordt heen en weer gebreid met kabels en bobbels. Maat: S - XXXL

DROPS 195-9
DROPS design: Patroon bs-142
Garengroep A + A of C
----------------------------------------------------------

Maat: S/M – L/XL – XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS BABYALPACA SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
200-200-250 g kleur 8465, grijs
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep C)
75-100-100 g kleur 10, grijs

----------------------------------------------------------
BENODIGDHEDEN VOOR HET WERK:

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte in tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 mm, lengte 60 cm.
DROPS KABELNAALD - voor de kabels.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4. (A.4 geldt voor maat L/XL en XXL/XXXL).

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

PONCHO - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Heen en weer gebreid op de rondbreinaald in een stuk en op het eind samengenaaid.

Zet 76-86-94 steken op de rondbreinaald 5 mm met 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). Brei 3 ribbels in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven. Brei nu in patroon als volgt: Brei 4 steken in ribbelsteek, 3-5-9 steken in tricotsteek, A.1a over de volgende 12 steken, A.2a over de volgende 38 steken, A.3a over de volgende 12 steken, A.4a (= 6 steken) 0-1-1 keer in de breedte (dus brei A.4 niet in maat S/M), 3-5-9 steken in tricotsteek, 4 steken in ribbelsteek. Meerder op de eerste naald in het telpatroon 8-10-10 steken = 84-96-104 steken.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1a tot A.1b in de hoogte zijn gebreid, ga dan verder met A.1b, A.2b, A.3b en A.4b op dezelfde manier. Herhaal A.1b tot A.4b in de hoogte tot het werk ongeveer 127-135-150 cm meet – pas aan op het einde na een hele herhaling in de hoogte. Brei 3 ribbels en minder TEGELIJKERTIJD op eerste naald 8-10-10 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MINDEREN = 76-86-94 steken. Kant af.

AFWERKING:
Plaats een lange kant tegen een korte kant en naai samen (de tegenovergestelde lange kant vormt nu een punt midden voor).

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = Bobbel: Meerder 3 steken door 1 steek in de voorste en de achterste lus van de steek te breien tot er 4 steken zijn, brei 3 naalden in tricotsteek heen en weer gebreid over deze 4 steken. Brei de 4 steken recht samen = 1 steek.
symbols = 1 steek afhalen op een kabelnaald en houd deze achter het werk, 2 recht, 1 averecht van de kabelnaald
symbols = zet 2 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 1 averecht, 2 recht van de kabelnaald
symbols = 1 steek afhalen op een kabelnaald en houd deze achter het werk, 3 recht, 1 averecht van de kabelnaald
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 1 averecht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze achter het werk, 3 recht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 3 recht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen
symbols = dit vierkant is geen steek, ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 195-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Sybille wrote:

Bonjour ! Quand c'est indiqué 3 côtes au point mousse ça veut dire 6 rangs ? Merci!

12.03.2024 - 08:12

DROPS Design answered:

Bonjour Sybille, tout à fait, comme il faut 2 rangs endroit pour 1 côte mousse, cf POINT MOUSSE au début des explications, il faudra tricoter 6 rangs endroit pour avoir 3 côtes mousse. Bon tricot!

12.03.2024 - 13:02

country flag Christine wrote:

Ich glaube, ich weiß jetzt, wie Drops das Diagramm meint. Erheblich einfacher (und meist üblich ) werden Rückreihen „richtig“ gekennzeichnet, d.h. eine symbolische linke Masche bleibt symbolisch eine linke Masche oder es wird geschrieben. „Maschen stricken, wie sie erscheinen“. Drops erstellt das Diagramm nach optischem Muster, nicht nach Masche.

20.04.2021 - 13:08

country flag Christine wrote:

Hallo, ich habe eine dumme Frage: Sind in dem Diagramm die Hin-und Rückreihen aufgezeigt oder nur die Hinreihen? Denn wenn das Sternchen im Kästchen bedeutet: „hin links, rück rechts“, würde das Diagramm nur die Hinreihen zeigen. Andererseits schreiben Sie, dass Drops immer Hin-und Rückreihen aufzeigt, dann wäre das meines Erachtens nicht korrekt. Ich bitte um Antwort, danke. Beste Grüße, Christine

20.04.2021 - 10:05

DROPS Design answered:

Liebe Christine, alle Reihen sind gezeichnet, dh die Hin- sowie die Rückreihen, bein den Hinreihen werden die Maschen von den Zöpfen glatt rechts gestrickt (= hinreihen rechts, rückreihen links), und die Sternchen werden glatt links gestrickt (= hinreihen links, rückreihen rechts). Die Hinreihen lesen Sie rechts nach links und die Rückreihen links nach rechts - hier lesen Sie mehr über Diagramme. Viel Spaß beim stricken!

20.04.2021 - 13:14

country flag Corinne GARBACIAK wrote:

Bonjour, Je souhaite ce modèle en big mérino. Pouvez-vous m'indiquer combien de pelotes j'aurais besoin pour la taille S/M ? Merci. Corinne

08.02.2021 - 19:30

DROPS Design answered:

Bonjour Corinne, vous auriez besoin de 650 g de DROPS Big Merino (13 pelotes). Bon tricot!

08.02.2021 - 20:06

country flag Leila wrote:

Bonsoir. Svp pour les mailles en jersey comment on commence à les tricoté a l'endroit ou a l'envers de fait que la première fois on les tricote sur un point de mousse les maille ce présentent à l'envers J'espère j'étais assez claire Merci d'avance pour votre réponse

02.02.2021 - 21:10

DROPS Design answered:

Bonjour Leila, dès que vous avez tricotez vos 3 côtes mousse sur toutes les mailles et que vous commencez les diagrammes, ce 1er rang se tricote sur l'endroit, les 3-5-9 mailles jersey vont ainsi se tricoter à l'endroit sur l'endroit. En début de rang vous aurez ainsi: 4 m point mousse, 3-5-9 m endroit (= jersey endroit) et vous terminez par 3-5-9 m endroit (= jersey endroit) et 4 m point mousse. Bon tricot!

03.02.2021 - 08:51

country flag Anita wrote:

Kan den strikkefasthed, I angiver, virkelig passe? Jeg rammer normalt altid den angivne strikkefasthed, men her mangler jeg en hel centimeter både i højden og bredden. Dvs at jeg nok skal en hel pindestørrelse op, og så bliver den jo alt for løs?

29.01.2021 - 18:39

DROPS Design answered:

Hei Anita. Ja, strikkefastheten som er oppgitt skal stemme (2 tråder, 1 tråd Baby Alpaca Silk + 1 tråd DROPS Kid-Silk). mvh DROPS design

01.02.2021 - 14:01

country flag Elfrieda wrote:

Er staat in het patroon aan het eind als je bijna klaar bent en de onderste rand nog moet breien "zie tip voor het minderen", maar nergens in het patroon zie ik die tip staan, moet het minderen op dezelfde plekken waar de meerderingen in het telpatroon worden aangegeven?

07.06.2020 - 20:12

DROPS Design answered:

Dag Elfrieda,

Dat staat er inderdaad niet duidelijk bij, maar je mindert verdeeld over de naald en je kunt het beste de minderingen boven de kabels doen.

04.07.2020 - 16:36

country flag Vanessa wrote:

-Question 1 : Dans la description, vous mentionnez une deuxième laine qui est ''gris'' plutôt que ''gris moyen''... je ne comprends pas à quel moment/endroit se fait le changement de couleur. Sur l'image, il semble n'y avoir qu'une seule couleur. -Question 2 : Combien de pelotes de laine ce projet nécessite? Au début, il est mention de 200g, mais il semble que ce n'est pas assez de laine pour ce genre de projet..? MERCI BEAUCOUP!

19.04.2020 - 19:34

DROPS Design answered:

Bonjour Vanessa, ce poncho se tricote avec 1 fil BabyAlpaca Silk + 1 fil Kid-Silk (= 2 fils en même temps comme s'il n'y en avait qu'un seul). En taille S/M par exemple il vous faudra 200 g BabyAlpaca Silk/50 g la pelote soit 4 pelotes +75 g Kid-Silk/ 25 g la pelote = 3 pelotes (4 pelotes de 25 g en taille L/XL). Bon tricot!

20.04.2020 - 10:44

country flag Marion wrote:

Hi. I do not have much experience with working with diagrams. Are the rows 1-18, or is each row an odd row. Thank you.

28.01.2020 - 21:11

DROPS Design answered:

Hi Marion, Each row in the diagram corresponds to 1 row in the piece. The odd-numbered rows are from the right side and worked right to left, the even-numbered rows are from the wrong side and worked left to right. Happy knitting!

29.01.2020 - 07:30

country flag Mirka wrote:

Pekny a jednoduchy model. Stoji za to vyzkouset, neni na nem nic tezkeho. Zvladne ho kazdy, kdo umi plest salu 😉. Diky za navod.

01.05.2019 - 21:12