DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 1.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Gentle Waves

Top met kantpatroon en A-lijn, gebreid van boven naar beneden. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Belle.

DROPS 190-14
DROPS-design: Patroon vs-040
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
300-300-350-350-400-450 g kleur nr 15, denimblauw

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep B)” - zie link hieronder.

DROPS RONDBREINAALD (80 cm) MAAT 4.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 20 steken en 26 naalden in tricotsteek = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 1.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt.
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen. Brei de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad in de zijkant, maak 1 omslag, 2 recht, maak 1 omslag. Herhaal aan de andere kant. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei de nieuwe steken in tricotsteek.
----------------------------------------------------------

TOP:
Wordt van boven naar beneden gebreid. Brei eerst het voor- en achterpand apart, heen en weer gebreid naar beneden tot de armsgaten, brei dan het lijf in de rondte.

ACHTERPAND:
Brei de rechterschouder als volgt:
Zet 16-17-17-18-19-20 steken op rondbreinaald 4.5 mm met Belle.
NAALD 1 (= goede kant): 3 steken in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven (= richting de hals), 10-11-11-12-13-14 recht, 3 steken in ribbelsteek (= richting het armsgat).
NAALD 2: 3 kantsteken in ribbelsteek, averecht tot er 3 steken over zijn, 3 kantsteken in ribbelsteek.
Herhaal de 1e en 2e naald 8 keer (= 9 keer in totaal) = 18 naalden.
Meerder op de volgende naald 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek richting de hals - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 17-18-18-19-20-21 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant en leg het werk terzijde. Het werk meet ongeveer 8 cm vanaf de opzetrand naar beneden.
Brei de linkerschouder als volgt:
Zet op en brei zoals de rechterschouder maar dan omgekeerd. Dus bij het meerderen 1 steek richting de hals meerdert u 1 steek voor de 3 steken in ribbelsteek richting de hals op de 19e naald. Brei 1 naald op de verkeerde kant.
Brei nu de rechter- en linkerschouder samen als volgt:
Keer het werk (= linkerschouder) en brei zoals hiervoor over alle steken en zet 35-35-37-37-39-39 nieuwe steek op voor de hals aan het einde van de naald, brei dan de 17-18-18-19-20-21 steken van de rechterschouder op de naald = 69-71-73-75-79-81 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei de nieuwe steken opgezet voor de hals midden achter in ribbelsteek, brei de andere steken op het achterpand in tricotsteek en ribbelsteek zoals hiervoor.

Als er 2 ribbels zijn gebreid over de nieuwe steken voor de hals, brei dan in patroon terwijl u tegelijkertijd meerdert voor het armsgat. Begin aan de goede kant en brei als volgt: 3 steken in ribbelsteek, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, A.1 (= 7 steken), A.2 (= 23 steken), A.1, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, 3 steken in ribbelsteek. Ga zo verder heen en weer gebreid. Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 13-12-12-10-10-9 cm vanaf de opzetrand op de schouder, 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek aan elke kant voor het armsgat. Meerder zo op iedere naald aan de goede kant 3-5-7-10-12-16 keer in totaal = 75-81-87-95-103-113 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant na de laatste meerdering en leg het werk terzijde. Het werk meet 15-16-17-18-19-21 cm vanaf de schouder naar beneden.

VOORPAND:
Zet op en brei op dezelfde manier als het achterpand.
Als alle meerderingen voor het armsgat klaar zijn = 75-81-87-95-103-113 steken op de naald. Brei na de laatste meerdering 1 naald op de verkeerde kant.

Brei nu als volgt aan de goede kant: Keer het werk en brei over alle steken op het voorpand, zet 4-6-8-10-12-14 nieuwe steken op voor het armsgat, voeg een markeerdraad in, in het midden van deze nieuwe steken (= 2-3-4-5-6-7 steken aan elke kant van de markeerdraad), brei de 75-81-87-95-103-113 steken van het achterpand op dezelfde rondbreinaald, en zet 4-6-8-10-12-14 nieuwe steken op voor het armsgat, voeg een markeerdraad in, in het midden van deze nieuwe steken (= 2-3-4-5-6-7 steken aan elke kant van de markeerdraad). MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 158-174-190-210-230-254 steken. MEET NU HET WERK VANAF HIER! Voeg een markeerdraad in aan elke kant, het midden van de nieuw opgezette steken onder elke mouw = 2-3-4-5-6-7 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad). Brei dan in de rondte op de rondbreinaald. Brei patroon en tricotsteek zoals hiervoor, maar over de middelste 10-12-14-16-18-20 steken aan elke kant (dus 5-6-7-8-9-10 steken aan elke kant van de markeerdraad aan elke kant) breit u in ribbelsteek. Als er 2 ribbels zijn gebreid over de steken aan elke kant, ga dan verder in tricotsteek, A.1 en A.2 zoals hiervoor. Meerder bij een hoogte van 4 cm, 2 steken aan elke kant van het werk - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2! Meerder zo iedere 6e-6e-7e-7e-7e-7e naald 13 keer in totaal = 210-226-242-262-282-306 steken. Ga verder tot het werk 40-41-42-43-44-44 cm meet (56-58-60-62-64-66 cm in totaal vanaf de schouder). Brei 2 ribbels. Kant af met recht. Om een strakke afkantrand te voorkomen maakt u 1 omslag na ongeveer iedere 6e steek. Kant de omslagen als normale steken af.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Zorg ervoor om een strakke naad te voorkomen.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen, haal de afgehaalde steek over de gebreide steken
symbols = brei een knoop als volgt: 1 recht, 1 averecht, 1 recht, 1 averecht, 1 recht in dezelfde steek, haal de 2e overgehaalde steek over de buitenste steek op de rechter naald, haal de volgende steek over de buitenste steek op de naald, en ga zo verder tot er 4 steken in totaal overgehaald zijn over de buitenste steek.
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 190-14

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Tina wrote:

Hallo, welches Größensystem S-3XL liegt dieser Anleitung (die Maße in Italien sind andere als in UK, sind anders als in USA oder Deutschland)? Ich möchte diese Anleitung in eine US M stricken, entspricht es dieser angegebenen M? Danke, viele Grüße Tina

19.07.2022 - 21:35

DROPS Design answered:

Liebe Tina, die genauen Maße finden Sie in der Maßskizze. Um die richtige Größe zu ermitteln, orientieren Sie sich am besten an einem Kleidungsstück, das Ihnen gut passt, messen es aus, vergleichen die Maße mit der Maßskizze und sehen dann, welche Größe die richtige ist. In unseren Anleitungen sind die Größen für die verschiedenen Länder alle gleich, d.h. es liegen dieselben Maße zugrunde. Viel Spaß beim Stricken!

25.07.2022 - 18:49

country flag Stora ärmhål wrote:

När jag tittar närmare på bilden ser man behån i ärmhålet. Ska ärmhålet vara så långt ned?

24.01.2022 - 18:51

DROPS Design answered:

Hej. Om du ser på måttskissen så ser du hur många cm ärmhålet är så du kan mäta på dig själv hur långt ner det kommer hamna. Mvh DROPS Design

25.01.2022 - 09:24

country flag Hind wrote:

Hello, when i cast on new stitches for back/front/armhole I end up getting some loose stitches at the junction point even though i keep my yarn quite tight while casting .. is there anyway to avoid this?

30.06.2021 - 10:42

DROPS Design answered:

Dear Hind, maybe this technique might help? Your yarn store might have even more tipps for you and will share them with you even per mail or telephone. Happy knitting!

30.06.2021 - 13:24

country flag Coco wrote:

Désolé mais j’ai encore une question. Au dos, voir dite de faire 2 côtes mousse, c’est bien 4 rangs endroit? Car vous notez 2 côtes mousses donc multiplier par 2? POINT MOUSSE (en allers et retours): 1 côte mousse = tricoter 2 rangs endroit. Avec tous mes remerciements

28.08.2020 - 11:06

DROPS Design answered:

Bonjour Coto, tout à fait 2 côtes mousse = 4 rangs endroit, on tricote ces 2 côtes mousse sur les mailles de l'encolure seulement, pendant ces 4 rangs, les autres mailles seront tricotées comme avant. Bon tricot!

28.08.2020 - 13:08

country flag Coco wrote:

Bonjour, je souhaiterais savoir au début du tricot ( le dos) vous dites d’augmenter d’une maille tout les rangs endroits. Mais par la suite , doit on tricoter c’est augmentations au points mousse comme les 3 mailles de bordures ou en jerseys comme les mailles des épaules ? Merci pour votre aide. Cordialement

18.08.2020 - 23:04

DROPS Design answered:

Bonjour Coco, les augmentations pour l'encolure et pour les emmanchures se tricotent en jersey à 3 mailles point mousse du bord- cf AUGMENTATIONS-1. Vous augmentez sur l'endroit en début de rang après les 3 premières mailles point mousse et augmentez en fin de rang avant les 3 dernières mailles point mousse. Bon tricot!

19.08.2020 - 08:11

country flag Dorthe Hansen wrote:

Hvor langt er ærmegabet ,? før de 2 stykker skal sættes sammen ? Det kan da ikke passe det kun er 15 cm målt fra stroppen .?

01.06.2020 - 15:57

DROPS Design answered:

Hej Dorthe, Ja det stemmer, 15 cm i den mindste størrelse

05.06.2020 - 09:49

country flag Comnie wrote:

Når modellen er strikket oppefra og ned, skal jeg så strikke mønsterrsporten oppefra og ned, eller er der taget højde for det i opskriften, så jeg bare starter nedefra i diagrammet?

04.08.2019 - 18:57

DROPS Design answered:

Hej Comnie, ja du starter bare nedefra i diagrammet som du plejer. God fornøjelse!

09.08.2019 - 09:07

country flag Barbara Krause wrote:

Moin wann beginnt das Muster? Ist Vorderteil wie Rückseite mit Muster? Dankeschön

29.06.2019 - 23:11

DROPS Design answered:

Liebe Frau Krause, Rücken und Vorderteil sind beide gleich, dh Sie stricken zuerst Rückenteil (1. Schulter, dann 2. Schulter, dann schlagen Sie die Maschen für den Halsauschnitt und stricken Muster in der Mitte und nehmen für die Armlöcher zu), Nach der letzen Zunahmen werden Sie beide Teile in der Runde stricken (und neuen Maschen für die Armlöcher dazwischen anschlagen). Viel Spaß beim stricken!

01.07.2019 - 07:05

country flag Margret wrote:

Hallo liebe Dropse,bei A1 sind doch die Rückreihen links gestrickt so wie abgebildetes Original zeigt.Dann wäre die Strickanleitungen. Falsch,da die Rückreihen fehlen(linke R) Oder sind nur die Hinreihen angegeben,dann wären es sicher aber nur 2rechte Reihen!? Komme gerad nicht klar bitte Info,danke und freundlichen Gruß Margret

10.06.2019 - 20:24

DROPS Design answered:

Liebe Magret, die Diagramme zeigen alle Reihen, da bei den Rückreihen stricken Sie: 1 M re (= sieht wie eine linke Masche von der Vorderseite), 5 M links (= glatt rechts) und 1 M re (= sieht wie eine linke Masche von der Vorderseite). Viel Spaß beim stricken!

11.06.2019 - 12:06

country flag Lyfit wrote:

I would appreciate the type of yarn to be specified such as lace, dk, worsted etc.

12.09.2018 - 15:47

DROPS Design answered:

Dear Mrs Lyfit, you will find all relevant informations about the yarn under its shadecard - Remember your DROPS store will provide you any further informations even per mail or telephone. Happy knitting!

13.09.2018 - 09:09