DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Rosalina

Rok met waaierpatroon, gehaakt van boven naar beneden. Maat: S - XXXL Het werk wordt gehaakt in DROPS Muskat.

DROPS 190-28
DROPS design: Patroon r-729
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MUSKAT van garnstudio (behoort tot garengroep B)
350-400-450-500-550-600 g kleur 09, lichtbruin

Het werk kan tevens gehaakt worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep B)” - zie link hieronder.

DROPS HAAKNAALD 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 18 stokjes x 9 toeren = 10 cm in de breedte en 10 cm in de hoogte.

DROPS PARELMOERKNOOP GEBOGEN (wit), NO 521: 5 stuks voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. Telpatroon A.1 laat zien hoe iedere toer begint en eindigt (dus als u heen en weer haakt, haakt u niet 1 halve vaste in de losse op het begin van de toer).

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Op het begin van iedere toer met stokjes haakt u 3 lossen (vervangt niet het eerste stokje).
Op het begin van iedere toer met vasten haakt u 1 losse (vervangt niet de eerste vaste).

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder op toer 1, 4, 7, 11 en 12 in patroon A.2b (dus meerder 6 steken verdeeld 5 keer in totaal per herhaling van A.2b in de hoogte).
Meerder door 2 stokjes in/om dezelfde steek te haken. Om uit te rekenen hoe vaak u moet meerderen op de toer, neemt u het totaal aantal steken op de toer (dus 132 stokjes) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 6) = 22. Dus in dit voorbeeld meerdert u 1 stokje in/om/tussen iedere 22e steek.
----------------------------------------------------------

ROK:
Haak van boven naar beneden. Haak heen en weer tot de split in de zijkant klaar is, haak dan in de rondte.
Haak 142-156-170-184-212-233 lossen (inclusief 3 lossen om het werk mee te keren) op haaknaald 4 mm met Muskat. Haak de eerste toer als volgt: Haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 1 stokje) - lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN, 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen, * sla 1 losse over, 1 stokje in elk van de volgende 6 lossen *, haak van *-* = 120-132-144-156-180-198 stokjes. Haak 1 toer met 1 stokje in ieder stokje. Haak A.2a 20-22-24-26-30-33 keer in totaal in de breedte. Als A.2a is gehaakt, haak dan A.2b over A.2a (de eerste toer in A.2b is op de verkeerde kant) en meerder als volgt (dus meerder op de eerste toer en A.2b wordt in de hoogte herhaald): DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder 6 stokjes verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN - 16-16-17-18-18-20 keer in totaal = 216-228-246-264-288-318 steken. Voor iedere meerdering haakt u nog 1 herhaling van A.2b in de breedte Tegelijkertijd bij een hoogte van 11 cm, eindigt u de split in de zijkant en gaat u verder in de rondte, begin de toer in de zijkant. Hecht af bij een hoogte van 38-40-42-44-46-48 cm, eindig netjes volgens patroon.

RAND OP DE BOVENKANT:
Haak 1 vaste in iedere losse waar stokjes zijn gehaakt op de eerste toer =
120-132-144-156-180-198 vasten. Haak 3 toeren in totaal met vasten. Hecht af.

KNOOPSGAT LUSSEN:
Haak langs de opening op het voorpand knoopsgat lussen (begin op de onderkant). Haak 2 vasten om iedere toer met stokjes en 1 vaste om iedere toer met vasten als volgt: Haak 1 halve vaste om de eerste toer, 3 lossen, sla 1 cm over, * haak vasten om de volgende stokjes-/vastentoer, 3 lossen, sla ongeveer 1 cm over *, haak van *-* 4 keer in totaal en eindig met 2 vasten om de laatste 2 toeren met vasten op de bovenkant, keer het werk en haak terug als volgt: 1 vaste in iedere vaste en 3 vasten in iedere lossenlus. Hecht af.

KNOOP VOUWRAND:
Langs de andere kant van de opening haakt u 5 toeren met 1 vaste in iedere vaste heen en weer gehaakt (haak op de 1e toer 2 vasten om iedere toer met stokjes en 1 vaste om iedere toer met vasten), hecht af. Naai de knopen op de vouwrand.

Telpatroon

symbols = losse
symbols = vaste in de steek
symbols = vaste in de achterste lus van de steek aan de goede kant en in de voorste lus van de steek aan de verkeerde kant
symbols = vaste om de losse
symbols = stokje in de steek
symbols = stokje tussen 2 stokjes
symbols = stokje om de losse
symbols = sla 1 stokje over, haak 1 stokje in/om de het volgende stokje/losse, 1 stokje in de overgeslagen steek
symbols = stokjesgroep: Haak 1 stokje en het volgende stokje maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op de haaknaald), haak 2 stokjes in hetzelfde stokje op de zelfde manier, haal het garen door alle 4 lussen op de haaknaald.
symbols = 1 dubbel stokje in het eerste/laatste stokje in de waaier 2 toeren eronder (zorg ervoor dat u tegelijkertijd om de losse haakt op de toer in het midden)
symbols = meerder gelijkmatig - zie patroon
symbols = de eerste toer wordt niet gehaakt, deze is al gehaakt, het laat alleen zien hoe de volgende toer in de steken moet worden gehaakt
symbols = de toer begint met 3 lossen, en eindigt met een halve vaste in de eerste steek in A.2
symbols = de toer begint met 1 losse, en eindigt met 1 halve vaste in de steek in A.2
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Rosalina

Kaderus, Czech Republic

Rosalina

Shweta Kongari, India

Handmade work

Enza, Italy

Laat een opmerking achter voor DROPS 190-28

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (52)

country flag Anne Mari Sahlberg wrote:

A.2b: Er på rad 11 (2 staver i masken) Er det mening at jeg skal hekle dblstav i 1 maske deretter hoppe over enmaske, så 1 luftmaske og så hekle dbl.stav i maske igjen?

25.03.2019 - 13:06

DROPS Design answered:

Hei Anne-Marie. Det var en litt utydelig forklaing til det symbolet, vi har nå endret denne. Du hekler altså slik på rad 10: 1 luftmaske, 2 staver i den midterste fastmasken i viften, 1 luftmaske, 2 staver i luftmasken. Gjenta dette ut omgangen. På rad 11 hekler du slik: 1 dobbelstav i den første fastmasken i viften 2 rader under (du hekler da samtidig rundt luftmasken på forrige rad), 1 stav i hver av de neste 2 stavene, 1 dobbelstav i den siste fastmasken i viften 2 rader under, 1 stav i hver av de 2 stav. God fornøyeløse

02.04.2019 - 12:04

country flag Marianne wrote:

Mijn vraag is: moet de aangehaakte bies voor de knopen dubbelgeslagen worden vastgezet (stevigheid knopen)? Ik kan het antwoord nergens vinden. Alvast bedankt. Verder even melden dat dit een heel leuk patroon is!

11.03.2019 - 16:44

DROPS Design answered:

Dag Marianne,

Klopt, je vouwt de bies dubbel naar de binnenkant en op de buitenkant naai je de knopen door beide lagen heen.

12.03.2019 - 15:25

country flag Vicky wrote:

Hi, I don't understand what it means on row A. 2a it says work 24 times across the row. When I do 24 clusters of this stitch it only takes me to half way across the length. Should I carry this on to the end of the row before starting A. 2b or should I move on mid row? Many thanks for your help.

24.02.2019 - 23:20

DROPS Design answered:

Hi Vicky, Yes, A.2 a consists of 6 stitches and you repeat these 6 stitches 24 times on the row = 144 stitches, which takes you to the end of the row. Happy crocheting!

25.02.2019 - 06:45

country flag Jessi wrote:

Hallo. Mit welcher Maschenart ist die Maschenprobe zu fertigen?

02.02.2019 - 20:46

DROPS Design answered:

Liebe Jessi, die Maschenprobe wird mit Stäbchen gehäkelt: 18 Stäbchen und 9 Reihen = 10 x 10 cm. Viel Spaß beim häkeln!

04.02.2019 - 11:53

country flag Fr Schneider wrote:

Hallo,habe nun zwei mal das Diagramm gehäkelt,doch ich weiß nicht,ob ich immer weiter zunehmen soll,oder nicht.

21.01.2019 - 17:34

DROPS Design answered:

Liebe Frau Schneider, die Zunahmen häkeln Sie n Reihe/Runde 1, 4, 7, 11 und 12 von Muster A.2b und es wird insgesamt 16-16-17-18-18-20 Mal 6 Stäbchen zugenommen. Wenn alle Zunahme fertig sind, haben Sie 216-228-246-264-288-318 Maschen. Wenn Sie die richtige Maschenanzahl noch nicht haben, dann häkeln Sie wie zuvor mit Zunahmen weiter, bis alle Zunahmen gehäkelt sind. Viel Spaß beim häkeln!

22.01.2019 - 07:54

country flag Minoush wrote:

Vielen Dank für die Anleitung! Mein Rock (mit Drops Karisma) ist fertig, doch ich habe eine Frage: Warum wird in der 1. Reihe jede 6. Luftmasche übersprungen? Ich erkenne keinen Sinn darin. Danke für die Antwort.

10.01.2019 - 18:14

DROPS Design answered:

Liebe Minoush, oft ist die Anschlagskante mit den Luftmaschen am Anfang einer Arbeit etwas zu eng, deshalb häkelt man mehr Luftmaschen am Anfang und dann bei der 1. Reihe werden Luftmaschen übersprungen um die richtige Breite zu bekommen. Viel Spaß beim häkeln!

11.01.2019 - 09:03

country flag FR Schneider wrote:

Hallo,in der AnLeitung sind immer wieder die Sternchen*. Was beSeite der * Stern?

08.01.2019 - 19:26

DROPS Design answered:

Liebe Frau Schneider, den Teil zwischen Sternchen (* = von *bis *) müssen Sie wiederholen. Z.B ganz am Anfang wenn Sie lesen: * 1 Luftmasche überspringen, je 1 Stäbchen in die nächsten 6 Luftmaschen *, von *-* bis Reihenende wiederholen, bedeutet es Sie sollen so weiter häkeln, in dem Sie den Teil zwischen den Sternchen genauso wiederholen. Viel Spaß beim häkeln!

09.01.2019 - 08:21

country flag Saioa wrote:

Hola, podrían explicar mejor este punto: «en la 1ª fila/ vuelta trabajar 1 punto de cadeneta, en la siguiente fila/vuelta trabajar 1 punto bajo dentro del punto de cadeneta y el primer y último punto bajo en el diagrama.» Gracias!

18.11.2018 - 09:24

DROPS Design answered:

Hola Saioa. Hay una corrección en el diagrama. Trabajamos puntos altos dobles alrededor o dentro de los puntos. Aquí tienes el vídeo:

27.01.2019 - 19:00

country flag Lone Skov Pedersen wrote:

Har lige lavet denne søde nederdel i str S til min datter... den blev SÅ flot😄

28.10.2018 - 14:29

country flag Clea wrote:

Hvilken måleenhed står tallene på tegningen af nederdelen i? Det passer hverken med cm eller tommer... Umiddelbart tænker jeg, jeg skal have en small, men jeg vil lige være sikker. Mvh Clea

17.10.2018 - 14:50

DROPS Design answered:

Hei Clea. Målene på målskissen står i cm. Husk at vidden kun er den ene siden av plagget (Når det ligger flatt), så om du vil ha målene hele veien rundt må du gange med 2. God fonrøyelse.

18.10.2018 - 12:00