DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 19.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Key West Sweater

Trui met kantpatroon en A-lijn, gebreid van boven naar beneden. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Belle.

DROPS 186-14
DROPS design: Patroon vs-041
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
400-400-450-500-550-600 g kleur nr 15, denimblauw

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep B)” - zie link hieronder.

DROPS RONDBREINAALD (80 cm) MAAT 4.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 20 steken en 26 naalden in tricotsteek = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 19.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt.
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen. Brei de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad in de zijkant, maak 1 omslag, 2 recht, maak 1 omslag. Herhaal aan de andere kant. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei de nieuwe steken in tricotsteek.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Van boven naar beneden gebreid. Brei eerst het voor- en achterpand apart, heen en weer gebreid naar beneden tot de armsgaten, brei dan het lijf in de rondte. Brei de mouwen heen en weer op de rondbreinaald.

ACHTERPAND:
Brei de rechterschouder als volgt:
Zet 16-17-17-18-19-20 steken op rondbreinaald 4.5 mm met Belle.
NAALD 1 (= goede kant): 3 steken in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven (= richting de hals), 10-11-11-12-13-14 recht, 3 steken in ribbelsteek (= richting het armsgat).
NAALD 2: 3 kantsteken in ribbelsteek, averecht tot er 3 steken over zijn, 3 kantsteken in ribbelsteek.
Herhaal de 1e en 2e naald nog 3 keer (= 4 keer in totaal) = 8 naalden.
Meerder op de volgende naald 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek richting de hals - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 17-18-18-19-20-21 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant en leg het werk terzijde. Het werk meet ongeveer 4 cm vanaf de opzetrand en naar beneden.
Brei de linkerschouder als volgt:
Zet op en brei zoals de rechterschouder maar dan omgekeerd. Dus als u 1 steek meerdert richting de hals, meerdert u 1 steek voor de 3 steken in ribbelsteek richting de hals op de 9e naald. Brei 1 naald op de verkeerde kant.
Brei nu de linker- en rechterschouder samen als volgt:
Keer het werk (= linkerschouder) en brei zoals hiervoor over alle steken en zet 35-35-37-37-39-39 nieuwe steken op voor de hals aan het einde van de naald, brei dan de 17-18-18-19-20-21 steken van de rechterschouder op de naald = 69-71-73-75-79-81 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei de nieuw opgezette steken voor de hals midden voor in ribbelsteek, brei de andere steken op het achterpand in tricotsteek en ribbelsteek zoals hiervoor.
Als er 2 ribbels zijn gebreid over de nieuwe steken voor de hals, brei dan in patroon terwijl u tegelijkertijd meerdert voor het armsgat als volgt: LEES HET VOLGENHET DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!

Begin aan de goede kant en brei in patroon als volgt:
3 steken in ribbelsteek, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, A.1 (= 7 steken), brei vanaf de naald met met de ster in A.2 (= 23 steken), A.1, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, 3 steken in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon heen en weer gebreid (als de telpatronen in de hoogte zijn gebreid, herhaal ze dan in de hoogte tot de gewenste afmetingen).
Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 16-14-14-12-11-9 cm vanaf de opzetrand op de schouder, 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek aan elke kant voor het armsgat. Meerder zo op iedere naald aan de goede kant 3-5-7-10-12-16 keer in totaal = 75-81-87-95-103-113 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant na de laatste meerdering en let het werk terzijde. Het werk meet 18-18-19-20-20-21 cm vanaf de schouder naar beneden. Leg het werk terzijde en brei het voorpand.

VOORPAND:
Brei de linkerschouder als volgt:
Zet 16-17-17-18-19-20 steken op de rondbreinaald 4.5 mm met Belle.
NAALD 1 (= goede kant): 3 steken in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven (= richting de hals), 10-11-11-12-13-14 recht, 3 steken in ribbelsteek (= richting het armsgat).
NAALD 2: 3 kantsteken in ribbelsteek, averecht tot er 3 steken over zijn, 3 kantsteken in ribbelsteek.
Herhaal de 1e en de 2e naald 8 keer (= 9 keer in totaal) = 18 naalden.
Meerder op de volgende naald 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek richting de hals zoals op het achterpand = 17-18-18-19-20-21 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant en leg het werk terzijde. Het werk meet ongeveer 8 cm vanaf de opzetrand en naar beneden.
Brei de rechterschouder als volgt:
Zet op en brei als de linkerschouder maar dan omgekeerd. Dus als u 1 steek meerdert richting de hals, meerder dan 1 steek voor de 3 steken in ribbelsteek richting de hals op de 19e naald. Brei 1 naald op de verkeerde kant.
Brei nu de rechter- en linkerschouder samen als volgt:
Keer het werk (= rechterschouder) en brei zoals hiervoor over alle steken en zet 35-35-37-37-39-39 nieuwe steken op voor de hals aan het einde van de naald, brei dan de 17-18-18-19-20-21 steken van de linkerschouder op de naald = 69-71-73-75-79-81 steken. Brei de nieuw opgezette steken voor de hals midden voor in ribbelsteek, brei de andere steken op het voorpand in tricotsteek en ribbelsteek zoals hiervoor.
Als er 2 ribbels zijn gebreid over de nieuwe steken voor de hals, brei dan in patroon terwijl u tegelijkertijd meerdert voor het armsgat als volgt: LEES HET VOLGENDE DEEL HELEMAAL DOOR VOORDAT U VERDER GAAT!

Begin aan de goede kant en brei in patroon als volgt:
3 steken in ribbelsteek, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, A.1 (= 7 steken), brei vanaf de 1e naald in A.2 (= 23 steken), A.1, 13-14-15-16-18-19 steken in tricotsteek, 3 steken in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon heen en weer gebreid (als de telpatronen in de hoogte zijn gebreid, herhaal ze dan in de hoogte tot de gewenste afmetingen).
Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 16-14-14-12-11-9 cm vanaf de opzetrand op de schouder, 1 steek aan de binnenkant van de 3 steken in ribbelsteek aan elke kant voor het armsgat. Meerder zo op iedere naald aan de goede kant 3-5-7-10-12-16 keer in totaal = 75-81-87-95-103-113 steken. Brei 1 naald op de verkeerde kant na de laatste meerdering en leg het werk terzijde. Het werk meet 18-18-19-20-20-21 cm vanaf de schouder naar beneden.

Brei dan als volgt aan de goede kant: Keer het werk en brei over alle steken op het voorpand, zet 4-6-8-10-12-14 nieuwe steken op voor het armsgat, voeg een markeerdraad in, in het midden van deze nieuwe steken (= 2-3-4-5-6-7 steken aan elke kant van de markeerdraad), brei de 75-81-87-95-103-113 steken van het achterpand op dezelfde rondbreinaald, en zet 4-6-8-10-12-14 nieuwe steken op voor het armsgat, voeg een markeerdraad in, in het midden van deze nieuwe steken (= 2-3-4-5-6-7 steken aan elke kant van de markeerdraad).

LIJF:
= 158-174-190-210-230-254 steken. MEET NU HET WERK VANAF HIER! Brei dan in de rondte op de rondbreinaald. Brei in patroon en tricotsteek zoals hiervoor, maar over de middelste 10-12-14-16-18-20 steken aan elke kant (dus 5-6-7-8-9-10 steken aan elke kant van de markeerdraad aan elke kant) breit u in ribbelsteek. Als er 2 ribbels zijn gebreid over de steken aan elke kant, ga dan verder in tricotsteek, A.1 en A.2 zoals hiervoor. Meerder bij een hoogte van 4 cm, 2 steken aan elke kant van het werk - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2! Meerder zo iedere 7e-7e-7e-7e-8e-8e naald 13 keer in totaal = 210-226-242-262-282-306 steken. Ga verder tot het werk 37-39-40-41-43-44 cm meet (56-58-60-62-64-66 cm in totaal vanaf schouder). Brei 2 ribbels. Kant af met recht. Om een strakke afkantrand te voorkomen maakt u 1 omslag na ongeveer iedere 6e steek. Kant de omslagen af als normale steken.

MOUWEN:
Zet 48-50-52-54-56-60 steken op rondbreinaald 4.5 mm. Brei 2 ribbels heen en weer gebreid. Brei dan in tricotsteek met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Meerder bij een hoogte van 6-9-9-7-11-9 cm 1 steek aan de binnenkant van de 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder zo iedere 20e-14e-10e-8e-6e-6e naald 5-6-8-10-11-12 keer, dan bij een hoogte van 37-36-36-35-34-34 cm (= na de laatste meerdering) meerder om de naald 6 keer = 70-74-80-86-90-96 steken. De mouw meet ongeveer 42-41-41-40-39-39 cm. Kant nu af voor de mouwkop op het begin van iedere naald aan elke kant als volgt: Kant 1 keer 4-4-4-5-5-6 steken af, 5 keer 2 steken, 0-1-2-3-5-6 keer 1 steek, 4-5-5-5-5-5 keer 2 steken en 1 keer 4 steken = 18-16-20-22-22-24 steken. Kant de overgebleven steken af. De mouw meet ongeveer 50-51-52-52-52-53 cm. Brei een andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht met maassteken. Naai de mouw aan het lijf onder de rand in ribbelsteek. Naai de openingen onder de mouwen dicht. Zorg ervoor dat u een strakke naad voorkomt.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = brei een knoop als volgt: 1 recht, 1 averecht, 1 recht, 1 averecht, 1 recht in dezelfde steek, haal de 2e gebreide steek over de buitenste steek op de rechter naald, haal de volgende steek over de buitenste steek op de naald, en ga zo verder tot er 4 steken in totaal overgehaald zijn over de buitenste steek.
symbols = als u in patroon breit op het achterpand begin dan op deze naald. Als het hele telpatroon in de hoogte is gebreid, herhaal dan het telpatroon vanaf de 1e naald.
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Key West Sweater

Oksana, Lithuania

Key West Sweater

collectionsakiri, Austria

Laat een opmerking achter voor DROPS 186-14

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (20)

country flag Carmen Giguère wrote:

Merci de votre réponse. Je parlais de la hauteur des épaules du dos (4cm) et du devant (8cm). Aussi 14 cm pour commencer les augmentations n’arrivent pas aux mêmes rangs sur les grilles A1 et A2 pour le dos et le devant.

27.03.2023 - 15:03

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Giguère, comme indiqué auparavant, ajustez la dernier rang du devant sur le dernier rang du dos, tricotez quelques rangs supplémentaires pour le dos si besoin, ainsi, les diagrammes seront ajustés quand on les tricote en rond. Bon tricot!

27.03.2023 - 15:40

country flag Carmen Giguère wrote:

Étant donné que les épaules n’ont pas la même longueur, je n’arrive pas aux mêmes rangs pour commencer les augmentations pour les emmanchures à 14 cm. Après ces augmentations je devrai joindre le dos et le devant pour continuer le tricot en rond. En raison de mon commentaire ci-dessus, est-ce que je dois continuer à suivre ma grille différemment pour le dos et le devant afin de ne pas briser la continuité ? Merci de me répondre et d’offrir un aussi bon service.

27.03.2023 - 13:19

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Giguère, je ne comprends pas bien votre question, les épaules droite et gauche doivent être de la même longueur à chaque fois avant de les joindre pour tricoter le dos/le devant. Ajustez pour terminer le devant au même rang que le dos pour pouvoir ensuite tricoter le dos et le devant ensemble. Bon tricot!

27.03.2023 - 13:38

country flag Carmen Giguère wrote:

Puis-je avoir une photo du projet de dos, svp ?

16.03.2023 - 16:27

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Giguère, nous n'avons pas de photos du dos, il est exactement comme le devant, sauf que l'encolure est moins profonde: on réunit les 2 épaules du dos à 4 cm et celles du devant à 8 cm. Bon tricot!

16.03.2023 - 16:45

country flag Marianna wrote:

Hi! I have the Drops Belle yarn and I'm ready to make the sweater, but I just do not like the knots. Can you suggest an alternative stitch in place of the knot stitch? Thanks 😊

26.02.2023 - 02:13

DROPS Design answered:

Dear Marianna, you can just not work the knots, for example, by knitting the stitch that corresponds to the knot. Happy knitting!

26.02.2023 - 23:40

country flag Hanna Mourino wrote:

Hej! Jag har stickat en del vågmönstrade halsdukar från er Garnstudio och tycker det är skoj. Min undran är varför man stickar denna tröja uppifrån och jobbar nedåt? Går det inte att sticka/börja detta mönster nedifrån istället?

29.06.2022 - 15:42

DROPS Design answered:

Hei Hanna. Vi prøver å variere på oppskriftene, noen strikkes ovenfra og ned, andre nedenifra og opp. Slik prøver vi tilfredstiller alle som strikker. Noen liker at det strikkes ovenfra og ned, da man kan prøve plagget underveis. Men du kan fint strikke denne nedenifra og opp, bare husk å tenke motsatt, både selve oppskriften og diagrammet. mvh DROPS Design

04.07.2022 - 10:25

country flag Susanne Turn Pedersen wrote:

Jeg kan ikke få opskriften til at passe, jeg skal til ærmekuplen. Jeg laver str small. Der står jeg skal lukke x antal masker af, og når jeg tæller de masker sammen, bliver det til 26, men der står 18 i opskriften. Derudover skal denne aflukning laves på ca 10 pinde og give 10 cm, det kan jo ikke lade sig gøre. Jeg håber I kan hjælpe med at forklare, hvordan det skal laves?!? Vh Sanne

03.05.2020 - 19:31

DROPS Design answered:

Hej Susanne, du tager ind i hver side ifølge opskriften og har da 18 masker tilbage når ærmet måler 50 cm. Selve ærmekuplen er 8 cm i small. Det er hele omkredsen på ærmekuplen som passer ind i ærmegabet. God fornøjelse!

05.05.2020 - 09:03

country flag Josepha Korsten wrote:

Heb ik alleen de rondbreinaald nodig of ook andere naalden?

08.06.2019 - 12:43

DROPS Design answered:

Dag Josepha,

Je kunt deze trui inderdaad volledig met rondbreinaalden maken.

08.06.2019 - 15:32

country flag Josepha Korsten wrote:

Hallo, ik zou graag willen weten of je de trui helemaal rond breit zonder zij naden. Groetjes Josepha

07.06.2019 - 15:56

DROPS Design answered:

Dag Josepha,

Je hebt indedaad geen naden in dit patroon (behalve de schoudernaden). Het werk wordt van boven naar beneden gebreid. De voor- en achterpanden worden eerst los van elkaar gebreid en bij de armsgaten voeg je het voor en achterpand samen om verder in de rondte naar beneden te breien. De mouwen worden ook in de rondte gebreid.

13.06.2019 - 09:59

country flag Bettina wrote:

Muster A1: über 7 M. Bei 2 Umschlägen in dem Muster wird nur eine Masche wieder ausgeglichen. oder muss ich die überzogene Masche zweimal stricken ? Dann sind es nämlich wieder sieben Maschen anstatt 8. Ich verstehe es einfach nicht.Bitte um Hilfe.

12.01.2019 - 13:13

DROPS Design answered:

Liebe Bettina, bei der 1. Reihe in A.1 werden 2 Maschen abgenommen = 1 Masche wie zum Rechtsstricken abheben, 2 Maschen rechts zusammenstricken, die abgehobene Masche überziehen. Viel Spaß beim stricken!

14.01.2019 - 10:01

country flag Mira wrote:

Schöne Anleitung. Aber bei der linken Schulter des Vorderteils in der deutschen Anleitung ein Fehler: Dort steht "In der nächsten Reihe 1 Masche neben den 3 kraus rechten Maschen in Richtung Halsausschnitt ebenso wie beim Rückenteil abnehmen = 17-18-18-19-20-21 Maschen. " Statt abnehmen müsste hier zunehmen stehen.

18.12.2018 - 21:54