DROPS Flora
DROPS Flora
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 12.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Butterfly Queen

Gehaakt vest in een vierkant gehaakt met kantpatroon. Maat: S - XXXL Het werk wordt gehaakt in DROPS Flora.

DROPS 186-11
DROPS design: Patroon fl-033
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS FLORA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-250-300-300-350-400 g kleur nr 20, perzikroze

Het werk kan tevens gehaakt worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep A)” - zie link hieronder.

DROPS HAAKNAALD 3.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 22 stokjes x 12 toeren = 10 cm in de breedte en 10 cm in de hoogte.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Flora
DROPS Flora
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 12.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN (geldt voor A.4):
Vervang de eerste vaste op het begin van de toer door 1 losse.
Vervang het eerste driedubbele stokje op het begin van de toer door 5 lossen.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor midden onder de mouw):
Haak 5 lossen, sla 1 vaste + 1 lossenlus over, haak 1 vaste om de volgende lossenlus + 1 lossenlus (= 1 herhaling geminderd), ga verder in patroon zoals hiervoor tot er 1 lossenlus over is + 1 vaste op de vorige toer, sla deze steken over en eindig met 1 dubbel stokje in de eerste losse op het begin van de vorige toer (= 1 herhaling geminderd).
----------------------------------------------------------

VEST:
Wordt in de rondte gehaakt vanaf midden achter op de achterkant en naar buiten toe als een vierkant, haak dan heen en weer op de voorpanden. Haak de mouwen heen en weer vanaf het lijf, naai ze dan samen onder de mouw.

Haak 4 lossen op haaknaald 3.5 mm met Flora en vorm een ring met 1 halve vaste in de eerste losse. Haak dan in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1b 4 keer in totaal op de toer - telpatroon A.1a laat zien hoe de toeren beginnen en eindigen en wordt aanvullend op A.1b gehaakt. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als telpatroon A.1a en A.1b is gehaakt, knip de draad dan af en begin de volgende toer om de lossenlus tussen de laatst gehaakte stokjesgroep en hecht de draad aan met 1 halve vaste in deze lossenlus.
Haak nu in de rondte volgens telpatroon A.2 als volgt: * Haak A.2b, herhaal A.2c 6 keer in totaal in de breedte, A.2d *, herhaal van *-* 4 keer in totaal op de toer – telpatroon A.2a laat zien hoe de toeren beginnen en eindigen en worden aanvullend op A.2b/c/d gehaakt. Als telpatroon A.2a en A.2b helemaal zijn gehaakt, meet het vierkant ongeveer 36 x 36 cm. Er zijn nu 4 hoek lossenlussen (1 stokje + 6 lossen + 1 stokje) en 14 lossenlussen over elk van de zijkanten op het vierkant. LEES DE REST VAN HET LIJF VOORDAT U VERDER GAAT!

Ga verder met haken als volgt: * Haak A.3b om de hoek, herhaal A.3c tot er 1 lossenlus over is voor de hoek, haak dan A.3d om de volgende lossenlus *, herhaal van *-* 4 keer in totaal op de toer – telpatroon A.3a laat zien hoe de toeren beginnen en eindigen en worden aanvullend op A.3b/c/d gehaakt.
Haak tegelijkertijd bij een hoogte van ongeveer 36-38-40-42-44-46 cm x 36-38-40-42-44-46 cm de armsgaten als volgt: Haak A.3 zoals hiervoor tot de eerste hoek, haak om de lossenlus zoals hiervoor. Haak nu lossen tot het midden van de volgende zijkant (dus in het midden tussen de eerste en de tweede hoek) als volgt: Haak 1 losse voor iedere overgeslagen losse/vaste. Haak dan in patroon zoals hiervoor tot het midden tussen de 3e en 4e hoek. Haak nu lossen tot de 4e hoek als volgt: Haak 1 losse voor iedere overgeslagen losse/vaste, haak om de lossenlus in de hoek en de rest van de toer zoals hiervoor. Haak op de volgende toer A.3 zoals hiervoor opnieuw over alle steken (dus pas aan patroon aan over de armsgaten zodat de toer correct is).
Ga verder met A.3 in de rondte (herhaal de 9 toeren in de hoogte) tot het vierkant 68-70-72-74-76-78 cm x 68-70-72-74-76-78 cm meet (dus ongeveer 16 cm vanaf het armsgat in alle maten) – pas aan tot het einde na een toer met stokjesgroepen. Knip het garen af en voeg 1 markeerdraad in het werk (tussen de eerste en de tweede hoek).

VOORPAND:
Haak nu heen en weer tussen de eerste en de tweede hoek. LET OP! Haak de voorpanden zonder de meerderingen. Lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak A.4a om de hoek, herhaal A.4b tot er 1 lossenlus over is voor de hoek, haak A.4c om deze lossenlus en om de hoek. Ga verder in patroon zoals te zien is in het telpatroon en herhaal A.4 in de hoogte tot de toer met stokjesgroepen 2 keer in totaal in de hoogte is gehaakt, herhaal dan alleen de toeren met lossenlussen tot het werk ongeveer 19-20-21-22-23-24 cm meet vanaf de markeerdraad, haak dan de toer met stokjesgroepen 1 keer in alle maten. Het werk meet nu 21-22-23-24-25-26 cm vanaf de markeerdraad. Hecht af. Haak op dezelfde manier op de andere kant (dus haak heen en weer tussen de derde en de vierde hoek).

MOUW:
Haak de mouw gelijk vanaf het armsgat op het lijf. Haak heen en weer, van boven naar beneden en naai samen op het einde. Begin midden onder de mouw en haak als volgt: Denk om INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak A.4a om de eerste lossenlus, herhaal A.4b 15-16-17-18-19-20 keer in totaal in de breedte (pas aan om A.4b gelijkmatig over het armsgat te verdelen, dus óf er moeten 2 lossenlussen om dezelfde lossenlus gehaakt worden of sla 1 lossenlus over), haak A.4c om de laatste 2 lossenlussen. Ga verder met A.4 heen en weer gehaakt – Minder tegelijkertijd bij een hoogte van 4 cm (pas aan aan de volgende toer met lossen/vasten) 1 herhaling aan elke kant – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo ongeveer iedere 8-8-8-6-6-6 cm 3-3-3-4-4-4 keer in totaal = 12-13-14-15-16-17 lossenlussen van 6 steken na de laatste mindering. Ga verder tot het werk ongeveer 28 cm meet in alle maten - eindig na een toer met lossenlussen. Hecht af. Haak de andere mouw op dezelfde wijze aan de andere kant van het werk.

AFWERKING:
Naai de naden onder de mouwen dicht, naai in de buitenste steken en zorg ervoor dat de naad niet trekt.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 27.06.2018
Telpatroon A.1b is aangepast. A.2c wordt 6 keer herhaald (voorheen 7 keer). Er zijn 14 lossenlussen langs elke kant van het vierkant.

Telpatroon

symbols = vaste in de steek
symbols = vaste om de lossenlus
symbols = 3 lossen
symbols = 4 lossen
symbols = 6 lossen
symbols = 5 lossen
symbols = 8 lossen
symbols = 14 lossen
symbols = 8 lossen, 1 halve vaste in het dubbele stokje, 18 lossen, 1 halve vaste in het dubbele stokje, 8 lossen
symbols = stokje om de lossenlus
symbols = STOKJESGROEP: Haak als volgt om de lossenlus: 3 stokjes, 4 lossen, 3 stokjes
symbols = 2 STOKJES SAMEN GEHAAKT: Haak 2 stokjes om de ring van lossen maar wacht met de laatste omslag en doorhaling op beide van deze stokjes, maak een omslag en haal de draad door alle 3 lussen op de haaknaald.
symbols = dubbel stokje om de lossenlus
symbols = de toer begint met 3 lossenlussen en eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse aan het begin van de toer
symbols = de toer begint met 3 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse aan het begin van de toer, haak dan halve vaste tot de eerste lossenlus.
symbols = de toer begint met 1 losse en eindigt met 1 halve vaste in de 1e losse aan het begin van de toer, haak dan halve vasten tot de eerste losse.
symbols = de toer begint met 4 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 4e losse aan het begin van de toer. Hecht af. Begin de volgende toer om de lossenlus tussen de laatst gehaakte stokjesgroep - hecht het garen af met 1 halve vaste in de lossenlus.
symbols = 4 lossenlussen, vorm een ring met 1 halve vaste in de eerste losse - zie punt op de cirkel, de toer begint en eindigt hier
symbols = 7 lossen
symbols = 14 lossen
symbols = 2 losssen, 1 stokje om de 18-lossenlus, 2 lossen
symbols = 8 lossen, 1 half stokje in de eerste losse
symbols = dubbel stokje in het stokje
symbols = driedubbel stokje om de losse/lossenlus
symbols = deze toer is reeds gehaakt, begin op de volgende toer!
symbols = halve vaste in de ruimte waar de pijl naar wijst
symbols = laat zien waar de toer verder gaat
symbols = 1 losse
diagram
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 186-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (85)

country flag Sunny wrote:

I\'m wondering, is this pattern considered easy, intermediate or difficult

02.04.2024 - 16:41

DROPS Design answered:

Dear Sunny, I would not call it easy, as you would need to be able to follow a diagram, and do several different stitches/stitch combinations to do teh back-pattern. However, once you got through the center-back motif, there isn't much shaping, so probably I would call this an intermediate piece. Happy Crafting!

02.04.2024 - 23:52

country flag Ann Gentleman wrote:

I really want to make the Butterfly Queen jacket but despite trying to understand the schematic drawing I cannot see how to start and finish each row. This needs its own video, so if you can't supply this, please tell me if you know of anyone who has succeeded with this pattern, apart from the scientific person who devised the chart. I'm really upset that this is so difficult and I'm not a beginner!

23.08.2023 - 14:17

DROPS Design answered:

Dar Mrs Gentleman, the beginning of rounds are explained in the diagram, for ex. work A.1 a (see matching symbol for each round), beginning with 4 chains on first round, and on 2nd round (2 different symbols) and finishing with 1slip stitch in the 3th chain from beg of round. You can also find some finished projects on Ravelry. Happy crocheting!

23.08.2023 - 16:38

country flag Miranda wrote:

Ich habe die Jacke gestern das erste Mal ausgeführt und viel Lob kassiert. Danke für das schöne Muster wenn es auch recht kompliziert ist.

21.08.2023 - 09:58

country flag Daniela wrote:

In lingua italiana c'è un errore nella legenda, il ventaglietto nero non è "4 cat., 3 m.alte" ma "3 maglie alte,4 cat.,3 m.alte” come nelle altre lingue

29.06.2023 - 13:11

DROPS Design answered:

Buonasera Daniela, abbiamo corretto la legenda. Buon lavoro!

06.07.2023 - 16:52

country flag Connie Bach wrote:

Desuden er der et tegn ^ som jeg ingen forklaring finder på ! Det tegn < er jo ikke det samme

11.04.2023 - 15:49

country flag Connie Bach wrote:

Nederst i opskriften ? Små videoer der er urelevante i denne opskrift ! Jeg finder intet der fortæller om hvordan man skal gøre Intet på YouTube feks. ?

11.04.2023 - 15:46

DROPS Design answered:

Hej Connie, < tegnet betyder 3 luftmasker uanset hvordan det vender. Vi skriver en video på ønskelisten og håber at vi kan få den lagt ud så hurtigt som muligt :)

13.04.2023 - 12:00

country flag Connie Bach wrote:

Mega svær at følge den her opskrift ! Findes der dog ikke en video et sted, hvor man lige kan få lidt hjælp ? Diagrammerne er jo totalt uforståelige og runderne virker forkerte !

11.04.2023 - 13:03

DROPS Design answered:

Hej Connie, jo vi har en video, du finder den nederst i opskriften, her kan du helt sikkert se hvordan det skal se ud :)

11.04.2023 - 15:33

country flag Irene wrote:

Just to let you know, I can confirm that I made a mistake when working the pattern and now understand where I have gone wrong. There is no need for you to respond but I thank you for all the lovely patterns produced. Many thanks

12.02.2023 - 18:33

country flag Irene wrote:

Hello, I have completed the butterfly up to the end of diagram 2 A2b/c/d, but my work is not lying flat when I lay it on a flat surface, it is forming a dish shape. /will this correct itself as I proceed or have I done something wrong please.

12.02.2023 - 17:33

DROPS Design answered:

Dear Irene, if the center is higher or risen compared to the rest of the garment when laying flat, then there is an issue with gauge; the center was worked more tightly than the rest of the garment. You could try to correct this by blocking the garment (wet it slightly, and let it dry and block it). Happy crocheting!

13.02.2023 - 00:27

country flag Irene wrote:

Hello, I have completed the butterfly up to the end of diagram 2 A2b/c/d, but my work is not lying flat when I lay it on a flat surface, it is forming a dish shape. /will this correct itself as I proceed or have I done something wrong please.

12.02.2023 - 17:31

DROPS Design answered:

Dear Irene, if the center is higher or risen compared to the rest of the garment when laying flat, then there is an issue with gauge; the center was worked more tightly than the rest of the garment. You could try to correct this by blocking the garment (wet it slightly, and let it dry and block it). Happy crocheting!

13.02.2023 - 00:27