DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 22.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Love Story

Gebreide jurk met kantpatroon en ¾ mouwen. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Paris.

DROPS 188-3
DROPS design: Patroon w-688
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van garnstudio (behoort tot garengroep C)
850-950-1050-1150-1250-1400 g kleur nr 17, naturel

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
“Alternatief garen (garengroep C)” - zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 en 80 cm) MAAT 5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 steken en 22 naalden in tricotsteek = breedte 10 cm en 10 cm in de hoogte.

DROPS RONDBREINAALD (60 of 80 cm) MAAT 4 mm - voor de naald met gaatjes in de taille en de rand in ribbelsteek rondom de hals.

ACCESSOIRES: 4 kleine houten kralen voor de gedraaide koorden.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 22.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.3).
De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET OPMETEN:
Als u in golfpatroon breit, gaat het werk golven aan de onderrand. Alle lengte afmetingen worden gedan vanaf waar het golven het kortst is.

TIP VOOR HET MINDEREN-1 (geldt voor het rokgedeelte op de jurk):
Minder als volgt na de markeerdraad: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd).
Minder als volgt voor de markeerdraad: Begin 2 steken voor de markeerdraad, brei 2 recht samen (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (geldt voor de armsgaten):
Minder aan de binnenkant van de 3 kantsteken in ribbelsteek. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt.
Minder na de 3 kantsteken als volgt: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd).
Minder voor de 3 kantsteken als volgt: Begin 2 steken voor de 3 kantsteken en brei 2 recht samen (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MINDEREN-3:
Zo berekent u hoe vaak er geminderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 180 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 8) = 22.5.
In dit voorbeeld breit u afwisselend iedere 21e en 22e steek en iedere 22e en 23e steek samen.

TIP VOOR HET MEERDEREN (geldt voor de zijkanten op de jurk en midden onder de mouwen):
Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Meerder aan elke kant van de markeerdraden in de zijkanten op de jurk en aan elke kant van de markeerdraad midden onder de mouw als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerder, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 4 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

JURK:
Brei in de rondte op de rondbreinaald vanaf de onderrand en tot waar het split begint midden voor, brei dan het werk heen en weer vanaf midden voor. Na de minderingen voor de armsgaten breit u het voor- en achterpand apart heen en weer. De mouwen worden in de rondte gebreid op een korte rondbreinaald van onder naar boven, ga verder met breinaald zonder knop indien nodig.

ROK:
Zet een beetje losjes 247-266-285-323-342-380 steken op de rondbreinaald 5 mm met Paris. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK in de rondte - zie uitleg hierboven. Brei dan A.1 (= 13-14-15-17-18-20 herhalingen van 19 steken). DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
LET OP! Op de naald gemarkeerd met pijl-1 in A.1 verplaatst u het begin van de naald 2 steken naar links zodat het patroon past. Op de naald gemarkeerd met pijl-2 in A.1 verplaatst u het begin van de naald 1 steek naar links.
Als A.1 is gebreid, zijn er 156-168-180-204-216-240 steken op de naald.
Brei dan in tricotsteek. Voeg bij een hoogte van 28 cm - lees TIP VOOR HET OPMETEN, 4 markeerdraden in werk als volgt: Voeg de 1e markeerdraad in na de eerste 18-21-24-30-32-38 steken, voeg de 2e markeerdraad in na de volgende 42-42-42-42-44-44 steken, voeg de 3e markeerdraad in na de volgende 36-42-48-60-64-76 steken en voeg de 4e markeerdraad in na de volgende 42-42-42-42-44-44 steken. Er zijn 18-21-24-30-32-38 steken over op de naald na de laatste markeerdraad. Neem de markeerdraden in de hoogte mee tijdens het breien.
Minder op de volgende naald, na de 1e en de 3e markeerdraad en voor de 2e en de 4e markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 (= 4 steken geminderd). Minder zo iedere 4½-4½-5½-5½-6-6 cm 7-7-6-6-6-6 keer in totaal op iedere markeerdraad = 128-140-156-180-192-216 steken. Verwijder alle markeerdraden.
Brei bij een hoogte van 59-60-61-62-63-64 cm (de minderingen zijn nu klaar), 1 naald recht en minder 0-0-0-8-0-4 steken verdeeld = 128-140-156-172-192-212 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei A.2 in de rondte. Als A.2 klaar is, voeg dan 1 markeerdraad in op het begin van de naald (= in de zijkant), voeg 1 markeerdraad in na 32-35-39-43-48-53 steken (= midden voor) en 1 markeerdraad na 32-35-39-43-48-53 steken (= in de zijkant), er zijn 64-70-78-86-96-106 steken tussen de markeerdraden op het achterpand. Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Knip het garen af. Brei nu het werk heen en weer op de rondbreinaald vanaf de markeerdraad midden voor.
Begin de eerste naald aan de goede kant op de markeerdraad midden voor en brei dan als volgt: A.3B (= 12-12-14-14-16-16 steken), 40-46-50-58-64-74 steken in tricotsteek (de markeerdraad in de zijkant is in het midden van deze 40-46-50-58-64-74 steken), brei A.3A (= 12-12-14-14-16-16 steken), A.3B (= 12-12-14-14-16-16 steken), 40-46-50-58-64-74 steken in tricotsteek (de markeerdraad in de zijkant is in het midden van deze 40-46-50-58-64-74 steken) en eindig met A.3A (= 12-12-14-14-16-16 steken). Ga zo verder in patroon heen en weer gebreid.
Meerder bij een hoogte van 3 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van de markeerdraden in de zijkanten - lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 steken gemeerderd). Herhaal het meerderen bij een hoogte van 6-6-7-7-8-8 cm vanaf de scheiding = 136-148-164-180-200-220 steken.
Brei bij een hoogte van 70-72-74-76-78-80 cm, 2 ribbels over de middelste 12-12-14-18-22-26 steken aan elke kant (dus brei 6-6-7-9-11-13 steken in ribbelsteek aan elke kant van beide markeerdraden – brei de andere steken zoals hiervoor).
Kant op de eerste naald aan de goede kant na de ribbels 6-6-8-12-16-20 steken af aan elke kant voor de armsgaten (kant 3-3-4-6-8-10 steken af aan elke kant van beide markeerdraden). Brei het voor- en achterpand apart verder.

LINKER VOORPAND (als het kledingstuk gedragen wordt):
= 31-34-37-39-42-45 steken. Ga verder heen en weer gebreid met A.3A richting midden voor, tricotsteek en 3 kantsteken in ribbelsteek richting het armsgat (brei de eerste naald op de verkeerde kant).
Als er 3 naalden heen en weer zijn gebreid, minder dan voor het armsgat op de volgende naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo op iedere andere naald (dus iedere naald aan de goede kant) 2-3-5-6-8-11 keer in totaal = 29-31-32-33-34-34 steken.
Ga verder in patroon heen en weer gebreid zoals hiervoor met 3 kantsteken in ribbelsteek richting het armsgat, tricotsteek en A.3A richting midden voor tot het werk ongeveer 84-87-90-93-96-99 cm meet (pas zo aan dat de volgende naald gebreid wordt op de verkeerde kant en pas aan tot het einde na een hele herhaling in de hoogte indien mogelijk).
Zet nu de eerste 7-8-8-9-10-10 steken op 1 hulpdraad voor de hals maar om te voorkomen dat het garen afgeknipt moet worden, breit u ze eerst voordat u ze op de hulpdraad zet. Ga verder met afkanten voor de hals op het begin van iedere naald vanaf midden voor (dus op het begin van elke naald op de verkeerde kant) als volgt: Kant 2 keer 2 steken af en 3 keer 1 steek = 15-16-17-17-17-17 steken over op de schouder. Brei tot er 1 naald over is voordat het werk 90-93-96-99-102-105 cm meet, brei 1 naald recht op de verkeerde kant en kant af met recht aan de goede kant.

RECHTER VOORPAND:
= 31-34-37-39-42-45 steken. Ga verder heen en weer gebreid met 3 kantsteken in ribbelsteek richting het armsgat, tricotsteek en A.3B richting midden voor (brei de eerste naald op de verkeerde kant).
Als er 3 naalden heen en weer zijn gebreid, minder dan voor het armsgat op de volgende naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo op iedere andere naald (dus iedere naald aan de goede kant) 2-3-5-6-8-11 keer in totaal = 29-31-32-33-34-34 steken.
Ga verder in patroon heen en weer gebreid zoals hiervoor met A.3B richting midden voor, tricotsteek en 3 kantsteken in ribbelsteek richting het armsgat tot het werk ongeveer 84-87-90-93-96-99 cm meet (pas zo aan dat de volgende naald wordt gebreid aan de goede kant en eindig op dezelfde naald in A.3 als op het linker voorpand).
Zet nu de eerste 7-8-8-9-10-10 steken op 1 hulpdraad voor de hals maar om te voorkomen dat het garen afgeknipt moet worden, breit u ze eerst voordat u ze op de hulpdraad zet. Ga verder met afkanten voor de hals op het begin van iedere naald vanaf midden voor (dus op het begin van elke naald aan de goede kant) als volgt: Kant 2 keer 2 steken af en 3 keer 1 steek = 15-16-17-17-17-17 steken over op de schouder. Brei tot er 1 naald over is voordat het werk 90-93-96-99-102-105 cm meet, brei 1 naald recht op de verkeerde kant en kant af met recht aan de goede kant.

ACHTERPAND:
= 62-68-74-78-84-90 steken. Ga verder heen en weer gebreid met 3 kantsteken in ribbelsteek aan elke kant, tricotsteek en A.3A/A.3B midden achter (brei de eerste naald op de verkeerde kant).
Als er 3 naalden heen en weer zijn gebreid, minder dan voor het armsgat aan elke kant op de volgende naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 (= 2 steken geminderd). Minder zo op iedere andere naald (dus iedere naald aan de goede kant) 2-3-5-6-8-11 keer in totaal = 58-62-64-66-68-68 steken.
Ga verder in patroon heen en weer gebreid zoals hiervoor met A.3A/A.3B midden achter, tricotsteek en 3 kantsteken in ribbelsteek aan elke kant richting de armsgaten tot het werk 88-91-94-97-100-103 cm meet.
Kant nu de middelste 26-28-28-30-32-32 steken af voor de hals en eindig elk schouder apart. Ga verder zoals hiervoor over de schoudersteken en kant 1 steek af voor de hals op de volgende naald vanaf de hals = 15-16-17-17-17-17 steken over op de schouder. Brei tot er 1 naald over is voordat het werk 90-93-96-99-102-105 cm meet, brei 1 naald recht op de verkeerde kant en kant af met recht aan de goede kant. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

MOUW:
Zet een beetje losjes 76-76-76-95-95-95 steken op de korte rondbreinaald 5 mm. Brei 2 ribbels in de rondte. Brei dan A.4 (= 4-4-4-5-5-5 herhalingen van 19 steken). LET OP! Op de naald gemarkeerd met pijl-3 in A.4 verplaats het begin van de naald 2 steken naar links zodat het patroon past.
Als A.4 is gebreid, zijn er 48-48-48-60-60-60 steken op de naald. Brei in tricotsteek tot het werk 20 cm meet - denk om TIP VOOR HET OPMETEN. Brei 1 naald recht en minder 6-4-2-12-10-8 steken verdeeld = 42-44-46-48-50-52 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en A.2. Ga na A.2 verder met breinaalden zonder knop maat 5 mm.
Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (= midden onder de mouw). Brei in tricotsteek in de rondte. Meerder bij een hoogte van 25-25-25-26-26-26 cm, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder 7-9-9-11-12-14 keer in S: Op iedere 4e naald, in M en L: Op iedere naald, in XL: in iedere tweede naald, in XXL: Afwisselend op iedere en iedere andere naald en maat XXXL: Op iedere naald = 56-62-64-70-74-80 steken.
Kant bij een hoogte van 38-38-37-37-35-34 cm, de middelste 6 steken onder de mouw af (kant 3 steken af aan elke kant van de markeerdraad).
Brei nu de mouwkop heen en weer op de rondbreinaald, dus ga verder met tricotsteek en kant af op het begin van iedere naald aan elke kant als volgt: Kant 2 keer 2 steken af en 3-3-3-5-6-8 keer 1 steek. Kant dan 2 steken af op het begin van iedere naald aan elke kant tot het werk 45-45-45-46-46-47 cm meet. Kant 3 steken af op het begin van de volgende 2 naalden en kant dan de overgebleven steken af. De mouw meet ongeveer 46-46-46-47-47-48 cm. Brei een andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in de trui - de rand in ribbelsteek langs de armsgaten moet op de buitenkant van de mouw komen (dus plaats de rand in ribbelsteek een beetje over de rand langs de mouwkop). Naai de opening middenvoor dicht, begin aan de onderkant en naai naar boven tot er 10 cm over is voor de halslijn (of de gewenste lengte) – naai in de buitenste lus van de buitenste steek zodat de naad plat is.


HALSRAND:
Begin midden voor en neem aan de goede kant ongeveer 72 tot 88 steken op rondom de hals (inclusief de steken op de hulpdraden op de voorkant) op de rondbreinaald 4 mm. Brei 1 naald recht op de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht op de verkeerde kant. Kant af met recht aan de goede kant.

GEDRAAID KOORD:
Knip 2 draden Paris van 3 meter elk. Draai de draden samen tot ze beginnen te krullen, vouw de draad dubbel, zodat het opnieuw begint te draaien. Maak een knoop op elk einde. Hecht een kleine houten kraal in elk einde van het koord. Maak 2 kwasten en hecht een kwast aan elk einde van het koord, onder de houten kraal aan elke kant. 1 kwast = knip 12 draden Paris van 11 cm elk. Knip 1 draad van ongeveer 25 cm om de kwast mee aan te hechten en plaats deze draad in het midden van de 12 draden. Vouw de draad dubbel en zet een knoop met de nieuwe draad om de kwast (ongeveer 1 cm vanaf de bovenkant), maak stevig vast en naai de kwast aan het koord zoals uitgelegd hieronder. Maak de andere kwast op dezelfde manier. Leg de streng met kwasten dubbel en rijg de lus door een steek op de bovenkant van het split op de voorkant op de jurk, haal het einde van het koord door de lus. Maak een zelfde koord met houten kralen en kwasten en hecht het op de bovenkant van het split op de andere kant.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 27.04.2018
Informatie toegevoegd over het dichtnaaien van de opening op het voorpand

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag in tricotsteek zodat er een gaatje ontstaat
symbols = maak 2 omslagen tussen 2 steken, brei op de volgende naald één omslag recht, laat de andere van de naald glijden om een groter gaatje te maken
symbols = 2 recht samen
symbols = 3 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = haal 1 steek recht af, brei 2 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
symbols = 1 steek recht afhalen, 3 steken recht samen, haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 188-3

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (57)

country flag Sheila Meise wrote:

Please explain the expression ‘displace 2 stitches’ in simple terms

22.10.2018 - 17:33

DROPS Design answered:

Dear Mrs Meise, on the row with the arrow 1 in A.1 (and the arrow 3 in A.4), slip the first 2 sts at the beg of round onto the right needle without working them, place the marker from beg of round there and start now repeating diagrams from here. The 2 slipped sts will be worked together with the last st last repeat on the round. Happy knitting!

23.10.2018 - 08:49

country flag Jaana wrote:

Detta är en väldigt snygg klänning. Jag har stickat den men tycker det är svårt att sy fast ärmarna snyggt. Jag vet inte vilken typ av stygn blir snyggast och om jag ska syd rån från rätsidan eller från avigsidan. Har ni något bra tips för detta? Tack på förhand Mvh Jaana

24.08.2018 - 21:01

DROPS Design answered:

Hej, den rätstickade kanten längs ärmhålen skall ligga utanpå (lite över) ärmkullen. Du kan använda samma monterings-teknik som denna - se montering här

30.08.2018 - 14:16

country flag Joan Schroeder wrote:

Prøver lige det rigtige sted! Når jeg strikker A.1 og A.4 kan jeg ikke få det til at danne et "V". I f.eks. A.1 har jeg flyttet omg. 2 masker og hullerne i rk 27 er fint symetriske med hullerne i rk 23. Når jeg så kommer til rk 29, så kommer 2. hul til at ligge oveni i 2. hul i række 27 og danner så ikke et "V". Hvad går galt?

10.08.2018 - 20:28

DROPS Design answered:

Hej Joan, på række 29 skal du have 9 m imellem omslagene (du starter altså diagrammet med 1 omslag), de sidste 3 masker i diagrammet strikkes sammen til 1 maske. God fornøjelse!

14.08.2018 - 14:43

country flag Joan Schroeder wrote:

Jeg har problemer med at få dannet et "V" i både A.1 og A.4. Rk 27 i A.1er fint symetriske med hullerne i rk 23, men når jeg kommer til række 29, så kommer 2. hul til at ligge oveni sidste hul i rk 27. Jeg har flyttet omgangen to masker, men kan stadig ikke få "V"ét dannet. Har forsøgt at strikke hele mønsteret, men det ser helt forkert ud.

10.08.2018 - 20:18

country flag Gloria wrote:

Bonjour et merci pour ce magnifique modèle. je suis actuellement au début de la poitrine et je rencontre une difficulté. Ai-je mal compris le patron ou les motifs "chevrons" (A.3A et A.3B) se retrouvent à l'avant ET à l'arrière ? C'est ce que je comprends, mais je trouve cela étrange que les photos ne montrent pas les détails du dos, dans ce cas... merci d'avance pour vos réponse et votre patience!

29.06.2018 - 14:12

DROPS Design answered:

Bonjour Gloria, on tricote effectivement A.3A et A.3B sur chaque devant et sur le dos. Bon tricot!

29.06.2018 - 15:06

country flag Lizzie wrote:

How would you mix sizes? I am smaller on the bottom and bigger on top (by 1 size).

26.06.2018 - 05:48

DROPS Design answered:

Dear Lizzie, we are unfortunately not able to adjust every pattern to every single request, please contact the store where you bought the yarn (even per mail, telephone or via social media) for any assistance. Happy knitting!

26.06.2018 - 08:48

country flag Gro wrote:

Hvordan er det å strikke denne kjolen i Drops Bomull-Lin? Holder den fasongen eller vil den utvide seg? Har kun strikket med Paris en gang og da synes jeg plagget ble veldig tungt. Tenkte derfor å prøve et annet garn.

20.06.2018 - 15:13

DROPS Design answered:

Hei Gro. Bomull-Lin oppfører seg ganske likt som Paris, da det er mye bomull i begge. De tilhører også begge garngruppe C, så det er ikke noe problem å bytte Paris med Bomull-Lin. På garnkalkulatoren vår kan du finne ut hvor mange gram garn du trenger av andre garntyper for å få tilsvarende mengde som i Paris, så her kan du sjekke vekten til plagget i forskjellige kvaliteter. God fornøyelse.

22.06.2018 - 07:52

country flag Kerstin wrote:

Liebes Drops Team, ich bin bei A1, wo man 2 M versetzt beginnt. Am Ende des Rapports soll je 1 M abgehoben, dann 3 (2) zusammengestrickt und die abgehobene Masche darübergezogen werden. So ergibt sich bei mir aber nicht das gewünschte Strickmuster. (Die linken Maschen des Dreiecks ziehen sich nicht zur Mitte hin, sondern laufen nach oben). Irgendwas mache ich falsch... Gibt es für diese Technik eine Video-Anleitung? Ich konnte leider keine finden.

14.06.2018 - 19:26

DROPS Design answered:

Liebe Kerstin, bei der Reihe mit dem Pfeil 1 (2) verschieben Sie das RundeAnfang von 2 (1) Masche, dh die ersten 2 (die erste Masche) auf der rechte Nadel abheben (ohne sie zu stricken), und die nächsten Runde beginnen jetzt hier, die 2 (1) Masche, die Sie am Anfang der Runde abghoben haben, werden (wird) im letzten Rapport der Runde gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

15.06.2018 - 08:21

country flag Kerstin wrote:

Liebes Drops Team, ich bin bei A1, wo man 2 M versetzt beginnt. Am Ende des Rapports soll je 1 M abgehoben, dann 3 (2) zusammengestrickt und die abgehobene Masche darübergezogen werden. So ergibt sich bei mir aber nicht das gewünschte Strickmuster. (Die linken Maschen des Dreiecks ziehen sich nicht zur Mitte hin, sondern laufen nach oben). Irgendwas mache ich falsch... Gibt es für diese Technik eine Video-Anleitung? Ich konnte leider keine finden.

14.06.2018 - 19:19

country flag Christina wrote:

Jeg vil gerne strikke den i to farver. Ærmerne set fra neden og op til lige over hulkanten, samt nederst på kjolen til den bølgede kant mellem “juletræerne” - disse vil jeg gerne strikke i en kontrastfarve. Kan det regnes ud?

01.06.2018 - 12:49

DROPS Design answered:

Hej Christina, det har vi desværre ikke nogle regnestykker på, men den sidste farve kan jo let regnes ud, når du er klar med den første, så du kan evt vente med at købe farve nr 2. God fornøjelse!

04.06.2018 - 09:32