Morven |
||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||
Gebreide trui met V-hals, textuur- en kantpatroon. Maat: S - XXXL Het werk wordt gebreid in DROPS Flora.
DROPS 184-28 |
||||||||||||||||
INFORMATIE VOOR HET PATROON: RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.5. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de V-hals): Minder voor de V-hals aan de binnenkant van de 7 kantsteken in ribbelsteek. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt. Minder als volgt na de 7 kantsteken in ribbelsteek: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd). Minder als volgt voor de 7 kantsteken in ribbelsteek: Begin 2 steken voor de 7 kantsteken en brei 2 recht samen (= 1 steek geminderd). TIP VOOR HET MEERDEREN (voor midden onder de mouw): Begin 5 steken voor de steek met de markeerdraad, maak 1 omslag, 1 recht, A.4 (= 9 steken), 1 recht, maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. ---------------------------------------------------------- TRUI: Brei van onder naar boven. Brei het voor- en achterpand op de rondbreinaald in delen tot na de split, brei dan het werk in de rondte op de rondbreinaald tot het armsgat en brei daarna heen en weer gebreid op de rondbreinaald in delen tot de gewenste lengte. Brei de mouwen heen en weer gebreid op de rondbreinaald na de split, brei dan in de rondte op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald. ACHTERPAND: Zet 109-119-129-141-155-169 steken op de rondbreinaald 2.5 mm met Flora. Brei in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven, voor 6 cm (eindig na 1 naald recht op de verkeerde kant). Leg het werk terzijde en brei het voorpand. VOORPAND: Zet 109-119-129-141-155-169 steken op en brei ribbelsteek zoals op het achterpand voor 6 cm (eindig na 1 naald recht op de verkeerde kant). Plaats nu de delen samen zoals uitgelegd onder LIJF: LIJF: Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei de 109-119-129-141-155-169 steken van het voorpand met recht, zet 1 nieuwe steek op de naald, brei de 109-119-129-141-155-169 steken van het achterpand met recht en zet 1 nieuwe steek op de naald = 220-240-260-284-312-340 steken. Brei 1 naald recht over alle steken. Brei de volgende naald als volgt: Brei A.1A over de eerste 24-27-30-33-33-36 steken (= 8-9-10-11-11-12 herhalingen van 3 steken), A.2 (= 19 steken), 23-27-31-37-51-59 steken in tricotsteek, A.3 (= 19 steken), A.1B over de volgende 24-27-30-33-33-36 steken (= 8-9-10-11-11-12 herhalingen van 3 steken), A.1C (= 1 steek), A.1A over de volgende 24-27-30-33-33-36 steken, A.2 (= 19 steken), 23-27-31-37-51-59 steken in tricotsteek, A.3 (= 19 steken), A.1B over de volgende 24-27-30-33-33-36 steken en eindig met A.1C (= 1 steek). Ga zo verder in patroon (A.2 en A.3 zijn diagonaal zoals driehoeken naar buiten richting elke kant en er zijn steeds meer tricotsteken midden voor en midden achter). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als er 9 steken in structuurpatroon over zijn aan elke kant van het lijf, voeg dan 1 markeerdraad in, in het midden van deze 9 steken aan elke kant - neem de markeerdraden in de hoogte mee tijdens het breien. Brei nu A.4 over de middelste 9 steken aan elke kant, ga verder met de andere steken in tricotsteek. Kant bij een hoogte van 35-36-37-39-40-41 cm, 1 steek af aan elke kant voor de armsgaten (dus kant de steek met de markeerdraad af). Knip het garen af. Brei dan het voor- en achterpand apart verder. ACHTERPAND: = 109-119-129-141-155-169 steken. Brei 1 naald averecht op de verkeerde kant (ga verder in patroon aan elke kant zoals hiervoor) en zet TEGELIJKERTIJD 1 nieuwe steek op aan elke kant voor de naad = 111-121-131-143-157-171 steken. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, A.5A (= 4 steken), brei in tricotsteek tot er 5 steken over zijn op de naald, brei A.5B (= 4 steken) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga zo verder in patroon. Kant bij een hoogte van 52-54-56-59-61-63 cm de middelste 25-25-27-27-29-29 steken af voor de hals en eindig elk schouder apart. Ga verder met tricotsteek, A5 en 1 kantsteek in ribbelsteek richting de zijkant. Kant daarnaast 1 steek af voor de hals op het begin van de volgende 2 naalden vanaf de hals = 41-46-50-56-62-69 steken over op de schouder. Brei tot het werk ongeveer 54-56-58-61-63-65 cm meet, pas zo aan dat de volgende naald op de verkeerde kant wordt gebreid. Brei 1 naald recht op de verkeerde kant en kant af met recht aan de goede kant maar om een strakke afkantrand te voorkomen maakt u 1 omslag na iedere 5e steek terwijl u afkant (kant de omslagen af als normale steken). Brei de andere schouder op dezelfde manier. VOORPAND: = 109-119-129-141-155-169 steken. Brei 1 naald averecht op de verkeerde kant (ga verder in patroon aan elke kant zoals hiervoor) en zet TEGELIJKERTIJD 1 nieuwe steek op aan elke kant voor de naad = 111-121-131-143-157-171 steken. Brei dan 4 naalden in tricotsteek met 1 kantsteek in ribbelsteek en A.5A/A.5B aan elke kant – brei TEGELIJKERTIJD de middelste 7 steken in ribbelsteek. Brei de volgende naald aan de goede kant na de 2 ribbels als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, A.5A (= 4 steken), 47-52-57-63-70-77 steken in tricotsteek, zet deze 52-57-62-68-75-82 steken op 1 hulpdraad of laat ze op een naald, brei recht tot er 5 steken over zijn op de naald, brei A.5B (= 4 steken) en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Brei terug op de verkeerde kant met 1 kantsteek in ribbelsteek, A.5B (= 4 steken) en averecht tot er 7 steken over zijn op de naald richting midden voor, brei deze 7 steken recht. Ga zo verder heen en weer gebreid met 7 kantsteken in ribbelsteek richting midden voor, tricotsteek, A.5B en 1 kantsteek in ribbelsteek richting de zijkant. Minder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant, voor de V-hals - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere andere naald (dus iedere naald aan de goede kant) 5-5-6-6-7-7 keer in totaal, op iedere 4e naald 4 keer in totaal in alle maten en dan op iedere 6e naald 2 keer in totaal in alle maten = 48-53-57-63-69-76 steken. Brei tot het werk 54-56-58-61-63-65 cm meet, pas zo aan dat volgende naald gebreid wordt op de verkeerde kant. Brei 1 naald recht op de verkeerde kant en brei 1 naald recht aan de goede kant over alle steken. Kant op de volgende naald (verkeerde kant), de eerste 41-46-50-56-62-69 steken af voor de schouder = 7 steken over op de naald, brei deze steken recht. Ga verder in ribbelsteek heen en weer gebreid over de 7 steken tot de rand in ribbelsteek ongeveer 7-7-8-8-8-8 cm meet vanaf de schouder en kant af (= halsrand). Zet de steken aan de andere kant van het werk terug op de rondbreinaald 3 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 7 steken in ribbelsteek richting midden voor (neem op in de achterkant van de steken). Brei heen en weer op dezelfde manier als aan de andere kant maar ga verder met A.5A richting het armsgat en minder voor de V-hals voor de 7 kantsteken richting midden voor (aan de goede kant). Bij een hoogte van 54-56-58-61-63-65 cm en als er 1 naald gebreid is met recht op de verkeerde kant over alle steken, brei dan de volgende naald als volgt aan de goede kant: Kant de eerste 41-46-50-56-62-69 steken af = 7 steken over op de naald, brei deze steken recht. Ga verder in ribbelsteek heen en weer gebreid over de 7 steken tot de rand in ribbelsteek ongeveer 7-7-8-8-8-8 cm meet vanaf de schouder en kant dan af (= halsrand). MOUW: Zet 51-53-55-57-59-61 steken op de rondbreinaald 2.5 mm met Flora. Brei in ribbelsteek heen en weer op de naald voor 6 cm. Brei dan het werk in de rondte, verplaats de steken op de breinaalden zonder knop maat 3 mm – het begin van de naald, dus de opening op de rand in ribbelsteek = midden onder de mouw. Brei in tricotsteek in de rondte met A.4 over de middelste 9 steken onder de mouw. Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek van A.4 en neem de markeerdraad in de hoogte mee tijdens het breien. Meerder bij een hoogte van 8 cm, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder 19-21-22-24-25-26 keer in totaal, in S: Op iedere 7e naald, in M en L: Op iedere 6e naald, in XL: Op iedere 5e naald, in XXL: Afwisselend op iedere 4e en 5e naald, in XXXL: Op iedere 4e naald = 89-95-99-105-109-113 steken. Kant bij een hoogte van 51-50-49-47-45-44 cm alle steken af, maar om een strakke afkantrand te voorkomen maakt u 1 omslag na iedere 5e steek terwijl u afkant (kant de omslagen als normale steken). Brei een andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de schoudernaden aan de binnenkant van de afkantrand zodat er 2 ribbels zijn op het midden van de bovenkant van de schouder. Naai de halsrand samen midden achter (de naad moet richting de verkeerde kant zijn). Naai de halsrand tot de halslijn in de achterkant van de hals. Naai de mouwen in de trui aan de binnenkant van de 1 kantsteek. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (22)
Ellen wrote:
Hva menes med 9 masker steukturmønster? Betyr det 9 masker med midtmasken under ermet?
05.01.2023 - 18:29DROPS Design answered:
Hei Ellen. Mønstret du strikker / diagrammer = strukturmønster, og når det gjenstår totalt 9 masker med strukturmønster i hver side på bolen settes det 1 merketråd i den midterste av disse 9 maskene i hver side – la merketrådene følge med videre oppover. Detter er da under ermet ja. mvh DROPS Design
06.01.2023 - 14:03Petra Stammkötter wrote:
Ich verstehe leider die Diagramme im Rumpfteil nicht. Sind hier nun lediglich jede zweite Runde, also 1, 3, 5 usw. Eingezeichnet oder ist jede Runde eingezeichnet? Mir erschließt sich das nicht und ich finde die Bezeichnung Hin+und Rückreihen sehr irreführend
28.08.2022 - 21:10DROPS Design answered:
Liebe Frau Stammkötter, beide Hin- und Rückreihe sind im Diagram gezeichnet; Hinreihen lesen Sie rechts nach links und Rückreihen lesen Sie links nach rechts. A.1A (als Beispiel) stricken Sie so: 1. Reihe (Hinreihe): 3 M rechts, 2. Reihe (RückReihe): 1 M links, 2 M re. So bekommen Sie ein RippenMuster: 2 M kraus rechts, 1 Masche glatt rechts. Viel Spaß beim stricken!
29.08.2022 - 09:03Karen Bondy wrote:
After you complete the 10 rows of pattern A1A and B do you switch to stockinette for those stitches or do you stay in pattern?
11.06.2020 - 19:33DROPS Design answered:
Dear Mrs Bondy, after you have worked the 10 rows of A.1A and A.1B repeat these rows in height until there are 9 sts remaining in pattern (due to A.2 and A.3) to work A.4. Happy knitting!
12.06.2020 - 07:47JR wrote:
I'm having trouble with knowing where to start the 9 stitch pattern under the arm in the pattern A.2 and A.3 as I am not seeing a place where 9 stitches would be left in the "texture"?
14.12.2019 - 01:01DROPS Design answered:
Dear JR, when working A.2 and A.3 on body, the lace/texture pattern will goes diagonally = there will be more stocking stitch in the middle of front/back piece and less stitches worked in texture pattern between the yarn overs (see end of A.2 and beg of A.3 in diagram). When only 9 stitches in texture pattern remain in each side, you then work A.4 over these 9 stitches (= starting and ending with the lace pattern as before + texture as before). Happy knitting!
16.12.2019 - 07:50JR wrote:
I am just having some trouble understanding the below section: When 9 stitches in textured pattern remain in each side of body, insert 1 marker thread in the middle of these 9 stitches in each side . Now work A.4 over the middle 9 stitches in each side. And do I continue these 9 stitches until said measurement is reached?
10.12.2019 - 20:22DROPS Design answered:
Dear JR, yes, you continue working A.4 over these 9 stitches on each side undtil piece measures 35-36-37-39-40-41 cm and now cast off the stitch with the marker thread on each side and continue each piece separately. Happy knitting!
11.12.2019 - 08:18Karen Bondy wrote:
Beautiful. I can't wait to start
03.08.2019 - 19:36Kuntz wrote:
Bonjour je ne comprend pas se que deviennent les 33 mailles de A1A et les 33 mailles de A1B. Vu que A2 et A3 on toujours 19 mailles chacun ?
26.07.2019 - 12:30DROPS Design answered:
Bonjour Mme Kuntz! Continuer le point fantaisie, les diagrammes A.2 et A.3 vont partir en diagonale sur les côtés comme des triangles, et on aura plus de mailles jersey au milieu devant et au milieu dos. Le nombre totale de mailles est le meme. Bon tricot!
27.07.2019 - 00:02Maartje Van Onselen wrote:
Hoe brei ik een kantsteek?
20.05.2019 - 19:07DROPS Design answered:
Dag Maartje,
Een kantsteek brei je in ribbelsteek, dus zowel de heengaande als de teruggaande naald recht.
22.05.2019 - 13:01ANNE B wrote:
MERCI il me semblait bien que A2 et A3 mangeaient les autres diagrammes!!!!! Bravo et merci pour cette prompte bienveillance à répondre,
30.04.2019 - 10:11ANNE B wrote:
Merci de votre prompte réponse, mais désolée ne vois pas comment arriver à ces 9 mailles? Où sont elles? Faut il répéter A1A et A1B pour obtenir même hauteur que diagrammes A2 et A3? Merci
29.04.2019 - 17:57DROPS Design answered:
Bonjour Anne B, vous allez continuer A.2 et A.3 pour continuer les diagonales ajourées, le nombre de mailles entre A.2 et A.3 (= A.1, A.1B et A.1C) vont progressivement diminuer, "mangées" par A.2 et A.3, quand il restera 9 mailles en point texturé de chaque côté, tricotez alors A.4 sur ces 9 m. Bon tricot!
30.04.2019 - 09:48