DROPS Polaris
DROPS Polaris
100% wol
vanaf 4.50 € /100g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 54.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Elise

Gebreide trui met raglan, hoge col en split in de zijkanten, van boven naar beneden gebreid. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid in 1 draad DROPS Polaris of 4 draden Air.

DROPS 184-8
DROPS Design: Patroon nr. po-094
Garengroep F of E + E
-----------------------------------------------------------
Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS POLARIS van garnstudio (behoort tot garengroep F)
1200-1300-1400-1500-1700-1900 gr kleur 01, naturel
Of gebruik:
DROPS AIR van Garnstudio (behoort tot garengroep C)
600-650- 700-750- 850-950 gr kleur 01, naturel

DROPS RONDBREINAALD (60 en 80 cm) MAAT 15 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 7 steken en 8 naalden tricotsteek met 1 draad Polaris of 4 draden Air is 10 cm breed en 10 cm hoog.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Polaris
DROPS Polaris
100% wol
vanaf 4.50 € /100g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 54.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

TIP VOOR HET WISSELEN VAN DRAAD (voor als u Polaris gebruikt):
Wanneer u wisselt van bol met Polaris, deelt u de laatste 15 cm van de oude draad in tweeën – knip een van de delen af, en doe hetzelfde met de nieuwe draad. Leg de eerste en de laatste 15 cm over elkaar zodat u de normale dikte van het garen krijgt en brei verder – op deze manier krijgt u geen zichtbare samenvoeging in het garen.

TIP VOOR HET MINDEREN-1:
Begin 2 steken voor de markeerdraad, 2 steken recht samen, (de markeerdraad zit hier), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

TIP VOOR HET MINDEREN-2:
LET OP: Om er voor te zorgen dat de minderingen afwisselend aan de rechter- en linkerkant van het werk worden gemaakt, mindert u als volgt:
In de maten S, M en L mindert u afwisselend op het begin en het eind van de naalden waarop u mindert.
In de maten XL, XXL en XXXL mindert u op het begin van de naald waarop u mindert (afwisselend aan de goede kant en aan de verkeerde kant van het werk).
Minder als volgt aan de goede kant: 2 steken recht samen.
Minder als volgt aan de verkeerde kant: 2 steken averecht samen.

MAGISCHE LUS:
Wanneer u in de rondte breit met een rondbreinaald welke te lang is voor het aantal steken, kunt u het volgende doen: De rondbreinaald moet lang zijn en een flexibele draad hebben. Duw de steken tot het midden van de draad. Deel de steken in het midden en haal de draad tussen de steken uit. Duw de steken tot het einde van de naald aan elke kant; zorg ervoor dat de steken niet gedraaid zijn. De draad waarmee u breit is op de achterste naald en u begint met breien op de voorste naald. Trek de achterste naald eruit om de steken te breien op de voorste naald. Als de steken op de voorste naald zijn gebreid, keer dan het werk en duw de steken terug op de lege naald en brei de andere kant op dezelfde manier. Ga zo verder in de rondte, zorg ervoor dat u altijd de naald eruit haalt op de kant waar u de draad heeft.

RAGLAN:
Meerder voor de raglan aan elke kant van de markeerdraad (= 8 steken gemeerderd op de naald).
Meerder als volgt, begin 1 steek voor de markeerdraad: Maak 1 omslag, 2 steken recht (de markeerdraad zit in het midden van deze steken), maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te vermijden.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor het lijf):
Meerder 1 steek door een omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te vermijden.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Het werk wordt in de rondte gebreid met rondbreinaald en van boven naar beneden. De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald. Lees TIP VOOR HET WISSELEN VAN DRAAD (voor als u Polaris gebruikt)!

PAS:
Zet 40-40-44-44-48-52 steken op met rondbreinaald 15 mm en 1 draad Polaris of 4 draden Air. Brei 9 cm boordsteek (2 recht/ 2 averecht). Voeg 4 markeerdraden in het werk zonder de steken te breien, als volgt: De eerste markeerdraad op het begin van de naald, de tweede markeerdraad na 14-14-16-16-18-20 steken (= achterpand), de derde markeerdraad na 6 nieuwe steken (= mouw), de vierde markeerdraad na 14-14-16-16-18-20 nieuwe steken (= voorpand), er zijn nu 6 steken over voor de eerste markeerdraad (= mouw). Brei 1 naald recht terwijl u 1 steek aan elke kant van elke markeerdraad mindert – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 = 32-32-36-36-40-44 steken. LET OP: In ons assortiment hebben we geen kortere rondbreinaalden dan 60 cm in naald 15 mm. U heeft nu steken geminderd zodat de omtrek van het werk kleiner is dan 60 cm in maten S - XXL. Brei daarom verder met de MAGISCHE LUS – zie uitleg hierboven totdat u genoeg steken heeft gemeerderd om de rondbreinaald 60 of 80 cm te gebruiken, zoals normaal.
Brei tricotsteek, begin TEGELIJKERTIJD op naald 2 met de meerderingen voor de raglan – zie uitleg hierboven. Meerder op deze manier iedere 2e naald 8-10-10-11-12-14 keer = 96-112-116-124-136-156 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
De meerderingen voor de raglan zijn nu klaar in maten M, L, XXL en XXXL. In maten S en XL breit u nog 1 naald terwijl u 1 steek meerdert op de voor- en achterpanden op dezelfde manier (meerder niet op de mouwen) = 4 steken gemeerderd.
Er zijn nu 100-112-116-128-136-156 steken op de naald. Het werk meet ongeveer 21-25-25-29-30-35 cm vanaf na de boordsteek en naar beneden. Ga nog 3-0-2-1-0-0 naalden verder zonder meerderingen. Het werk meet ongeveer 25-25-28-30-30-35 cm vanaf na de boordsteek en naar beneden.
Brei de volgende naald als volgt: Brei 30-32-34-38-40-46 steken (= achterpand), plaats de volgende 20-24-24-26-28-32 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 4-4-4-4-6-6 steken op onder de mouw, brei 30-32-34-38-40-46 steken (= voorpand), plaats de volgende 20-24-24-26-28-32 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 4-4-4-4-6-6 steken op onder de mouw. Voeg een markeerdraad in, in het werk. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

LIJF:
= 68-72-76-84-92-104 steken. Ga verder met tricotsteek. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant in het midden van de nieuw opgezette steken (= 2-2-2-2-3-3 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad) en 34-36-38-42-46-52 steken tussen de markeerdraden voor de achter- en voorpanden.
Meerder nu aan de zijkanten als volgt – lees TIP VOOR HET MEERDEREN:
Als het werk 5 cm meet, meerder dan 1 steek voor elke markeerdraad.
Als het werk 8 cm meet, meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.
Als het werk 10 cm meet, meerder dan 1 steek voor elke markeerdraad.
Als het werk 12 cm meet, meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.
Er zijn nu 76-80-84-92-100-112 steken op de naald.
Ga nu verder als volgt in de verschillende maten:

Maten S, L, XL en XXL:
Ga verder in de rondte met tricotsteek tot het werk 17-18-18-20 cm meet.

Maten M en XXXL:
Ga verder in de rondte met tricotsteek tot het werk -17 cm meet en meerder tegelijkertijd als volgt:
Als het werk 14 cm meet, meerder dan 1 steek voor elke markeerdraad.
Als het werk 16 cm meet, meerder dan 1 steek na elke markeerdraad.

ALLE MATEN:
Er zijn nu 76-84-84-92-100-116 steken op de naald. Als het werk 17-19-18-18-20-17 cm meet, plaats dan de 38-42-42-46-50-58 steken op het achterpand op een hulpdraad. Ga verder in boordsteek heen en weer gebreid over de 38-42-42-46-50-58 steken op het voorpand. Begin aan de goede kant en brei dan als volgt: 2 steken RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn op de naald, 2 recht en eindig met 2 steken ribbelsteek.
Ga verder op deze manier tot de boordsteek 6 cm meet en het werk in totaal 52-54-56-58-60-62 cm meet vanaf de schouder naar beneden. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Plaats de steken van het achterpand terug op de naald en brei tricotsteek met 2 kantsteken in ribbelsteek aan elke kant voor 6 cm. Brei dan boordsteek heen en weer gebreid op dezelfde manier zoals voor het voorpand tot de boordsteek 6 cm meet. Het split op het voorpand is 6 cm lang; het split op het achterpand is 12 cm lang. Het werk meet in totaal ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm vanaf de schouder en naar beneden op het achterpand.

MOUW:
De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald en worden aan het einde samen genaaid. Plaats de 20-24-24-26-28-32 steken van de hulpdraad terug op de rondbreinaald 15 mm en zet 2-2-2-2-3-3 nieuwe steken op aan elke kant = 24-28-28-30-34-38 steken. Brei tricotsteek heen en weer over alle steken. Als het werk 4-4-2-4-4-2 cm meet, minder dan 1 steek aan de goede kant van het werk – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder afwisselend aan de linker en rechter kant van het werk iedere 2e-2e-2e-1e-1e-1e naald 8-12-12-14-14-18 keer (= 4-6-6-7-7-9 keer aan elke kant) = 16-16-16-16-20-20 steken. Als het werk 33-34-32-30-29-24 cm meet, brei dan 6 cm boordsteek (2 recht, 2 averecht). Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de naden onder de mouwen in de buitenste lus van de buitenste steek zodat de naad niet dik is. Naai de opening onder de mouwen dicht.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 184-8

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (12)

country flag Josefine wrote:

Hej Jeg forstår ikke helt hvilke materialer jeg skal bruge til denne sweater? Er det rundpind i 60 cm kun men hvad størrelse ? :)

30.12.2019 - 10:42

DROPS Design answered:

Hei Josefine. Du skal bruke str. nr. 15. DROPS RUNDPINDE (60 og 80 cm) nr 15 – eller de pinde du skal bruge for at få 7 masker og 8 pinde glatstrik på 10 cm i bredden og 10 cm i højden med 1 tråd Polaris eller 4 tråde Air. God Fornøyelse!

20.01.2020 - 11:35

country flag Eliina Härkönen wrote:

Erittäin hyvät ohjeet jopa minä onnistuin saamaan hyvän tuloksen Kaunis pusero

17.12.2019 - 17:51

country flag Claudia Carolina wrote:

È giusto diminuire maglie dopo il collo se si usa lo stesso ferro quindi non di misura inferiore per il collo come di solito consigliate alla fine delle coste collo diminuire maglie quando si passa a ferro misura maggiore?

22.08.2019 - 20:35

DROPS Design answered:

Buonasera Claudia, non ci sono errori nelle spiegazioni: le maglie vengono comunque diminuite perchè la lavorazione a coste tende a "tirare" il lavoro, che risulterebbe troppo molle se non si diminuissero le maglie. Buon lavoro!

22.08.2019 - 21:27

country flag Olga wrote:

Hvor mange nøster trengs til Str M?

26.03.2019 - 10:46

DROPS Design answered:

Hei Olga, For størrelse M trenger du 1300 g DROPS Polaris eller 650 g DROPS Air. Hver nøste er 50 g, så det blir 26 nøster Polaris eller 13 nøster Air. God fornøyelse!

27.03.2019 - 06:54

country flag Ragnhild wrote:

Egner dette mønsteret seg for nybegynnere?

02.12.2018 - 10:44

country flag Eloïse wrote:

Bonjour! Pourquoi faire des diminutions après le col pour augmenter exactement le même nombre de mailles le tour suivant? Est-ce pour ajuster le col et resserrer un peu le travail après les côtes 2/2? Un commentaire précédent en anglais (que je parle parfaitement) évoque ce réajustement, mais je n'en saisis pas bien l\'intérêt. Merci de m'éclairer.

30.10.2018 - 12:41

DROPS Design answered:

Bonjour Éloïse, on diminue à la fin du col pour ajuster à la bonne taille (circonférence), puis on augmente pour le raglan, de chaque côté de chacun des 4 marqueurs. Bon tricot!

30.10.2018 - 14:39

country flag Eloïse_de_Bdp wrote:

Bonjour! \r\nPourquoi faire des diminutions après le col pour augmenter exactement le même nombre de mailles le tour suivant? Est-ce pour ajuster le col et resserrer un peu le travail après les côtes 2/2? Un commentaire précédent en anglais (que je parle parfaitement) évoque ce réajustement, mais je n\'en saisis pas bien l\'intérêt. Merci de m\'éclairer.

30.10.2018 - 12:39

country flag åshild Hodne wrote:

Hei. Kan dere hjelpe meg å finne et mønster på en enkel damegenser, må bruke tykke pinner, raglanfelling, starte nede, ikke hårete garn.... Åshild

05.09.2018 - 14:00

DROPS Design answered:

Hej Åshild, hvad med denne DROPS 164-12 med eller uden fletter i DROPS Eskimo eller 2 tråde fra garngruppe C DROPS Garngrupper God fornøjelse! :)

11.09.2018 - 09:35

country flag Amy wrote:

What do decrease in the yoke do? In particular the instruction says to decrease 1 stitch on each side of each marker thread. Can I omit this step?

25.04.2018 - 08:03

DROPS Design answered:

Dear Amy, these dec will get the measurements getting right, you first dec after ribbing (ribbing will tighten piece more than stocking will) then start to increase for raglan. Happy knitting!

25.04.2018 - 08:45

country flag Amy wrote:

Could you give me some tips on how I could turn it into a turtleneck? 40 stitches would be a bit too much

23.04.2018 - 10:54

DROPS Design answered:

Dear Amy, most of the time a turtleneck is worked over the same number of sts as a crew neck but just over more rows. For any assistance adjusting the pattern to your own taste please feel free to contact the store where you bought your yarn, even per mail telephone or social media. Happy knitting!

23.04.2018 - 11:23