DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.91€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Rays of Spring

Gebreid vest in ribbelsteek met verkorte toeren en strepen van DROPS Fabel. Maten S - XXXL.

DROPS 178-26
DROPS Design: Patroon nr. fa-373
Garengroep A
-----------------------------------------------------------
Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS FABEL van Garnstudio (hoort bij garengroep A)
300-300-350-350-400-450 gr. kleur 623, rose mist
150-200-200-200-250-250 gr. kleur 100, naturel

DROPS RONDBREINAALD (80 cm) 3,5 MM – of de maat breinaalden die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 23 steken en 45 naalden in ribbelsteek of 23 steken en 30 naalden in tricotsteek is 10 cm in de breedte en 10 cm in de hoogte.

DROPS PARELMOERKNOPEN, gebogen (wit) NR. 521: 3 stuks voor alle maten.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.91€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TIP VOOR HET BREIEN:
Ribbelsteek is vrij elastisch en het kledingstuk zal tijdens het dragen nog wat uitrekken, zowel in de lengte als de breedte en zal dus ruimer worden dan de afmetingen op de tekening onderaan. U kunt er daarom voor kiezen een maat kleiner te breien dan u normaal zou kiezen.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

TIP VOOR HET METEN:
Meet vanaf de opzetrand. Meet onder het armsgat, waar het werk het smalst is.

VERKORTE TOEREN:
De verkorte toeren worden altijd met naturel en in ribbelsteek gebreid. 1 herhaling van de verkorte toeren is 1 ribbel over alle steken, 9 ribbels met verkorte toeren, 1 ribbel over alle steken, 9 ribbels met verkorte toeren en 1 ribbel over alle steken.

Plaats 1 markeerdraad in de 86e steek aan de goede kant.
Ga verder met naturel en brei verkorte toeren als volgt (naald 1 = aan de goede kant):
NAALD 1: brei alle steken recht = 143-148-152-157-161-166 steken.
NAALD 2: brei alle steken recht.
NAALD 3: brei 86 steken recht.
NAALD 4: keer en brei de teruggaande naald, brei 85 steken, 2 steken recht in de laatste steek.
NAALD 5: 77 steken recht.
NAALD 6: keer en brei de teruggaande naald, brei 76 steken, 2 steken recht in de laatste steek.
Ga verder met verkorte toeren en in ribbelsteek, keer 10 steken eerder elke naald aan de goede kant en meerder 1 steek aan het einde van elke naald aan de verkeerde kant.
Ga zo verder tot er 14 steken zijn gebreid voor het keren, keer en 2 steken recht in de laatste steek. Er zijn nu 9 ribbels met verkorte toeren. Brei 2 naalden over alle de steken op de naald.

Ga verder en brei als volgt – aan de goede kant:
NAALD 1: 2 recht samen (= 1 steek op de naald), 13 recht.
NAALD 2: keer en brei recht terug.
NAALD 3: 2 recht samen (= 1 steek op de naald), 22 recht.
NAALD 4: keer en brei recht terug.
NAALD 5: 2 recht samen (= 1 steek op de naald), 31 recht.
NAALD 6: keer en brei recht terug.
Ga verder met verkorte toeren en ribbelsteek, keer 10 steken dichter bij de steek met de markeerdraad elke keer dat u keert en brei 2 recht samen aan het begin van elke naald op de goede kant. Ga zo verder tot er 86 steken zijn gebreid voor het keren, keer en brei tot het einde van de naald. Brei 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant = 143-148-152-157-161-166 steken op de naald.
Aan de linkerkant van het werk/op de schouder van de vest: 1 herhaling met verkorte toeren = 3 ribbels in naturel.

STREPEN:
* Brei 1 ribbel (= 2 naalden) met rose mist, brei 1 ribbel (= 2 naalden) met naturel *, herhaal van *-*. De strepen worden gebreid tussen de herhalingen met verkorte toeren op voorpand en achterpand. De zijkanten en voorbiezen worden gebreid met rose mist.

STREPEN MOUW:
* Brei 1 ribbel (= 2 naalden) met naturel, 1 ribbel (= 2 naalden) met rose mist *, herhaal van *-* 8 cm lang. De rest van de mouw wordt in tricotsteek gebreid met de verkeerde kant buiten met rose mist (= averecht aan de goede kant en recht aan de verkeerde kant).
----------------------------------------------------------

ACHTERPAND:
Het werk is wordt heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Brei in RIBBELSTEEK = alle naalden recht. Zet en brei vanaf de linkerkant, zie de pijlen op de tekening voor de breirichting. LEES TIP VOOR HET BREIEN!

Zet losjes 102-104-106-109-111-113 steken op met rondbreinaald 3,5 mm en rose mist. Brei 5-11-13-15-19-21 naalden (naald 1 = aan de verkeerde kant). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Zet aan het einde van de volgende naald (= aan de goede kant) 3 nieuwe steken op voor het armsgat. Ga verder en zet 3 nieuwe steken op aan het einde van elke 6e naald: 0-0-1-2-4-5 keer = 105-107-112-118-126-131 steken. Zet aan het einde van de volgende naald aan de goede kant 38-41-40-39-35-35 nieuwe steken op = 143-148-152-157-161-166 steken. Ga verder en brei ribbelsteek over alle steken tot een hoogte van 9-10-11-12-14-16 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant is).

Ga verder en brei 1 herhaling met VERKORTE TOEREN – zie uitleg boven – met naturel. Ga verder met STREPEN - zie uitleg boven, over alle steken tot een hoogte van 17-19-21-23-26-28 cm – LEES TIP VOOR HET METEN. Kant nu 5 steken af aan het begin van de volgende naald aan de verkeerde kant voor de hals = 138-143-147-152-156-161 steken. Ga verder in ribbelsteek over alle steken tot een hoogte van 20-22-24-26-30-32 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid). Brei 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel.

Ga verder met strepen en ribbelsteek tot een hoogte van 25-27-29-31-36-38 cm. Zet nu 5 nieuwe steken op aan het einde van de volgende naald aan de goede kant = 143-148-152-157-161-166 steken. Ga verder heen en weer over alle de steken tot een hoogte van 32-35-38-41-47-49 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid). Brei 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel. Brei het werk verder af in ribbelsteek en met rose mist.

Brei tot een hoogte van ongeveer 40-43-45-47-52-54 cm. Kant nu 38-41-40-39-35-35 steken af aan het begin van de volgende naald aan de verkeerde kant voor het armsgat = 105-107-112-118-126-131 steken. Kant op de volgende naald aan de verkeerde kant 3 steken af aan het begin van de naald. Ga verder en kant af aan het begin van elke 6e naald: 0-0-1-2-4-5 keer 3 steken = 102-104-106-109-111-113 steken. Brei heen en weer tot een hoogte van 42-46-50-54-62-66 cm. Kant losjes alle st af.

RECHTERVOORPAND:
Zet op en brei vanaf de rand middenvoor. Zie de pijlen op de tekening voor de breirichting. Zet losjes 102-104-106-109-111-113 steken op met rondbreinaald 3,5 mm en rose mist. Ga verder met breien en meerder voor het armsgat als op het achterpand = 143-148-152-157-161-166 steken. Brei tot een hoogte van 6-7-8-9-12-14 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid) en brei dan 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel. Ga verder en brei in ribbelsteek en strepen over alle steken. Brei tot een hoogte van 13-15-17-17-19-21 cm – LEES TIP VOOR HET METEN - (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid) en brei dan 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel. Ga verder en brei ribbelsteek met rose mist. Brei tot een hoogte van 3-3-3-5-6-6 cm na de laatste verkorte toeren (het werk meet nu in totaal ongeveer 17-19-21-23-26-28 cm). Kant nu af voor de hals aan het begin van elke naald aan de verkeerde kant: 1 keer 9-9-11-9-11-8 steken, 7 keer 5 steken en 1-1-1-2-2-4 keer 2 steken = 97-102-104-109-111-115 steken. Brei 5 naalden heen en weer over alle de steken met rose mist. Maak nu knoopsgaten, brei als volgt aan de goede kant: brei 56-61-63-68-70-74 steken, * 2 recht samen, maak 1 omslag, brei 16 steken *, herhaal van *-* in totaal 2 keer, 2 recht samen, maak 1 omslag, brei de laatste 3 steken = 3 knoopsgaten. Brei 5 naalden heen en weer over alle de steken met rose mist. Kant losjes alle st af.

LINKERVOORPAND:
Zet op en brei vanaf middenvoor richting de zijkant. Zet losjes 97-102-104-109-111-115 steken op met rondbreinaald 3,5 mm en rose mist. Brei 11 naalden (naald 1 = van goede kant) heen en weer over alle steken. Ga dan verder en meerder voor de hals aan het einde van elke naald aan de goede kant: 1-1-1-2-2-4 keer 2 steken, 7 keer 5 steken en 1 keer 9-9-11-9-11-8 steken = 143-148-152-157-161-166 steken. Ga verder heen en weer over alle steken tot een hoogte van ongeveer 10-10-10-12-13-14 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid). Brei 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel. Ga verder in ribbelsteek en met strepen heen en weer over alle steken tot een hoogte van ongeveer 17-18-19-20-20-21 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant wordt gebreid). Brei 1 herhaling van de verkorte toeren met naturel. Ga verder en brei ribbelsteek met rose mist. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 4-4-3-2-2-2 cm na de laatste verkorte toeren de eerste 38-41-40-39-35-35 steken af aan de verkeerde kant voor het armsgat. Kant op de volgende naald aan de verkeerde kant 3 steken af aan het begin van de naald. Ga verder en kant af aan het begin van elke 6e naald: 0-0-1-2-4-5 keer 3 steken = 102-104-106-109-111-113 steken. Ga verder heen en weer over alle steken tot een hoogte van 6-7-8-9-12-14 cm na de laatste verkorte toeren. Kant losjes alle st af.

MOUW:
De mouw wordt heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Zet losjes 48-50-52-54-56-58 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 3,5 mm en rose mist. Brei RIBBELSTEEK en STREPEN MOUW – zie uitleg boven. Meerder bij een hoogte van 5-5-5-5-5-8 cm 1 steek aan elke kant. Ga verder met meerderen elke 3-2½-2-1½-1½-1 cm in totaal 12-14-16-19-20-22 keer = 72-78-84-92-96-102 steken. Ga TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 8 cm verder met rose mist en in averechte tricotsteek (= recht aan de verkeerde kant, averecht aan de goede kant). Kant bij een hoogte van 41-41-40-40-38-37 cm 3 steken af aan elke kant voor de mouwkop. LET OP! Minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders. Ga verder en kant af voor de mouwkop aan het begin van elke naald aan de zijkant als volgt: 2-2-2-2-1-0 keer 2 steken en 10-12-14-15-24-28 keer 1 steek. Kant dan 2 steken af aan elke kant tot een hoogte van 47-48-48-49-49-50 cm. Kant nu 1 keer 3 steken af aan elke kant. Kant de overgebleven steken af bij een hoogte van ongeveer 48-49-49-50-50-51 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in het vest. Naai de mouw- en zijnaden samen naast de 1 kantsteek. Naai de knopen op het linkervoorpand.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 29.05.2017
RECHTER VOORPAND:... Kant nu af voor de hals aan het begin van elke naald aan de verkeerde kant: 1 keer 9-9-11-9-11-8 steken, 7 keer 5 steken en 1-1-1-2-2-4 keer 2 steken = 97-102-104-109-111-115 steken...

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 178-26

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (52)

country flag Victoria wrote:

Mido 1,63cm, cuantos ovillos necesito de cada colorexactamente?

13.02.2018 - 12:12

DROPS Design answered:

Hola Victoria. Cuando calculamos el material necesario hay que tener en cuenta la talla que vas a realizar. Tienes todas las medidas en el diagrama bajo el patrón. Si tienes duda para elegir entre dos tallas siempre elige la talla más grande.

17.02.2018 - 17:09

country flag Victoria wrote:

Mido ,63cm cuantos ovillos necesito de cada colorexactamente?

13.02.2018 - 12:11

DROPS Design answered:

Ver la respuesta arriba

17.02.2018 - 17:09

country flag Eliza wrote:

Mooi patroon maar soms lastig te volgen, denk door vertaling. Bij Rechtervoorpand, vierde zin staat Ga verder tot brei ??? en meerder voor het armsgat als op het achterpand... Moet ik bij mijn vraagtekens ook 11 naalden breien?

15.01.2018 - 19:48

DROPS Design answered:

Hallo Eliza, Oeps, dat was inderdaad een vertaalfoutje, ga verder tot brei is nu veranderd naar gaverder met breien. De meerderingen maak je net als dat je dat gedaan hebt op het achterpand.

17.01.2018 - 11:32

country flag Justyna wrote:

Witam, Robię tył, mam 104 oczka (rozmiar M) 11 rzędów, dodałam 3 oczka na podkrój rękawów. Następnie czytam: ,,Dalej nabierać 3 oczka na końcu rzędu co 6 rzędów: 0 razy = 107 oczek. ... Powinnam przerobić 6 rzędów bez dodawania oczek czy też od razu dodać co następuje później: Na końcu następnego rzędu na prawej stronie robótki, nabrać 41 oczek =148 oczek. Dalej przerabiać aż dł. robótki wynosi 10 cm Z góry dziękuję i pozdrawiam :)

17.12.2017 - 19:03

DROPS Design answered:

Witam, należy od razu przejść do sekcji: "Na końcu następnego rzędu na prawej stronie robótki, nabrać 41 oczek =148 oczek". Pozdrawiamy

18.12.2017 - 09:53

country flag Bettina wrote:

Ich habe diese Jacke in Fabel, wooden rose und natur gestrickt. Das Muster habe ich meiner Größe angepasst, d.h. etwas länger gestrickt und die Spitzen unten nicht ganz so lang, den Halsauschnitt vorne spitz zulaufend. Das ist wieder eine Jacke geworden, die nicht jeder hat! Super! Die stricke ich auf jeden Fall nochmal in anderen Farben!

22.08.2017 - 16:51

country flag Kirsten Petersen wrote:

Ryg. Måletipset nævnes første gang ved den første rapport. Vil det sige, at man ved det første stykke af ryggen skal måle fra den første opslåningskant og ikke fra hvor arbejdet er smallest?

01.07.2017 - 09:52

DROPS Design answered:

Hej, ja du skal måle fra opslåningskanten, og når du begynder på vendepindene skal du måle i den korteste side. God fornøjelse!

05.07.2017 - 08:49

country flag Angela wrote:

Entschuldigung. In meiner zweiten Frage sollte es "3 Krausrippen" heißen. Das hatten wir ja geklärt. ;o)

24.06.2017 - 18:47

country flag Angela wrote:

Danke für die Antwort. Doch mir ist noch nicht klar, wo die 6 Krausrippen am Schluß der verkürzten Reihen laut Beschreibung gestrickt werden sollen. In der Anleitung steht an der linken Seite/an der Schulter - doch das ist beim Rückenteil an der Anschlagseite. Da bin ich doch schon vorbei? Bitte helft mir! Ich verstehe es nicht.

24.06.2017 - 18:45

DROPS Design answered:

Liebe Angela, beim Rückreihen beginnen die Reihen unten (= am untere Kante der Jacke): Reihe 1 + 2 sind über alle Maschen gestrickt (= 1 Krausrippe oben gegen Hals), dann stricken Sie verkürzte Reihe (= 9 Krausrippen im verkürzten Reihen, und 2 Reihen über alle Maschen. Dann noch verkürzten Reihen (= 9 Krausrippen) und endlich noch 2 Reihen über alle Maschen. Viel Spaß beim stricken!

26.06.2017 - 09:07

country flag Angela wrote:

Mich irritiert der letzte Satz im Abschnitt "Verkürzte Reihen" wo es heißt : "An der linken Seite der Arbeit/an der Schulter der Jacke: 1 Rapport mit verkürzten Reihen=3 Krausrippen (=2 Reihen kraus rechts) in Natur." Wo soll ich denn diese Krausrippen stricken? An der Schulter bin ich doch schon vorbei? Oder soll ich am linken Rand neue Maschen aufnehmen? Davon steht da aber nichts. Und sind nicht 3 Krausrippen = 6 Reihen kraus rechts, da 1 Krausrippe = 2 Reihen kraus rechts sind?

22.06.2017 - 20:27

DROPS Design answered:

Liebe Angela, 3 Krausrippen sind 6 Reihe rechts (Korrektion wird gemacht) - ein Rapport mit verkürzten Reihen besteht aus: 1 Krausrippe über alle Maschen, 9 Krausrippen mit verkürzten Reihen, 1 Krausrippe über alle Maschen, 9 Krausrippen mit verkürzten Reihen und 1 Krausrippe über alle Maschen. Viel Spaß beim stricken!

23.06.2017 - 08:19

country flag Yoruba wrote:

In Ihrer Anleitung wird für die Maschenprobe in glatt rechts angeben: 23 Reihen und 30 Reihen ergeben 10 x 10 cm??? Unklar Maschenanzahl Vorderteil, meine Maschenprobe 30 M + 34 R = 10 x 10 cm, aus Ihrer Skizze geht aber nicht eindeutig hervor, wie viele cm es nun genau sind, da zwei Zahlen dort stehen, einmal 37 und dann die Zahlen für die 6 Größen. Könnten Sie mir bitte angeben, wie viele cm für den Anschlag nötig sind? Vielen Dank für Ihre Hilfe.

03.06.2017 - 12:19

DROPS Design answered:

Liebe Yoruba, die verkürzten Reihen werden in alle Größe über 37 cm in der Breite gestrickt. Je nach der Größe wird der Anschlag eine unterschiedliche Breite haben. Z.B in der 1. Größe ist die Jacke 62 cm lang: 18 cm Armloch, 37 cm verkürzten Reihen und 7 cm dazwischen (62-18-37). Viel Spaß beim stricken!

06.06.2017 - 08:35