DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.20 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 67-20
Maat: S/M - M/L - XL
Materiaal: DROPS Alpaca van Garnstudio,
200-200-250 gr nr. 7815, groen/turkoois
100-150-150 gr nr. 7300, appelgroen
100-100-100 gr nr. 3900, donkerrood
50-50–50 gr nr. 2923, oker
en gebruik: DROPS Cotton Viscose van Garnstudio,
50-50-50 gr nr. 06, roest

DROPS Rondbreinaald en breinaalden zonder knop 2,5 mm en 3,5 mm, of de breinaalden die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

DROPS Knoop Telemark nr. 611: 6 stk.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.20 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Steekverhouding:
23 st x 30 nld met Alpaca op breinld 3,5 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Gebruik indien nodig dikkere of dunnere naalden. Brei altijd een proeflapje!

Rand:
Brei 3 cm tricotsteek, 1 nld av (= omslagrand – meet steeds vanaf dit punt het werk), 3 cm tricotsteek.

Patroon:
Zie teltekening - M.1 tot M.5. Eén keer de teltekening = één rapport. De teltekening geeft het motief weer aan de goede kant.
Brei het hele patroon in tricotsteek.

Panden:
Brei het vest rond op de rondbreinld vanaf de omslagrand en knip de st middenvoor en in het armsgat later door. Brei heen en weer.
Zet 213-243-273 st (inclusief 1 kantst aan weerszijden middenvoor) op met rondbreinld 2,5 mm en groen/turkoois. Brei heen en weer. Brei de rand – zie de beschrijving hierboven. Wissel naar rondbreinld 3,5 mm. Brei rond. Brei volgens teltekening M.1 en daarna volgens teltekening M.2 tot de gewenste afmetingen – meerder tegelijkertijd in de 1e nld middenvoor 3 st = 216-246-276 st (deze st + 2 kantsteek = 5 st om naderhand door te knippen, brei deze st niet mee in het patroon), brei verder rond op de breinld. Let op de steekverhouding. Brei bij een hoogte van34-35-36 cm de naald als volgt: 5 st om door te knippen middenvoor, 48-54-61 st voorpand, kant 10-12-14 st af voor het armsgat, 95-109-121 st achterpand, kant 10-12-14 st af voor het armsgat, 48-54-61 st voorpand. Zet in de volgende nld aan weerszijden 5 nieuwe st op boven de afgekante st voor het armsgat (deze st zijn om naderhand door te knippen, brei deze st niet mee in het patroon). Kant daarna 0-3-8 keer 1 st af voor het armsgat aan weerszijden van de 5 gemeerderde st in iedere nld, en daarna 2-6-7 keer 1 st in iedere 2e nld = 198-196-198 st. Kant bij een hoogte van ca 47-49-51 cm de middelste 20-20-22 + 5 st middenvoor af voor de hals = 173-171-171 st. Brei het werk verder heen en weer op de breinld. Kant daarna af aan beide halszijden in iedere 2e nld: 3-3-3 keer 2 st en 4-4-4 keer 1 st = 153-151-151 st. Kant bij een hoogte van 52-54-56 cm de middelste 33-35-35 st middenachter af voor de hals. Kant daarna middenachter aan beide halszijden af in iedere 2e nld: 1-1-1 keer 2 st en 1-1-1 keer 1 st = 57-55-55 st aan weerszijden van de halsminderingen voor en achter. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 54-56-58 cm.

Mouwen:
Zet 60-60-60 st op met breinaalden zonder knop 2,5 mm en groen/turkoois. Brei heen en weer op de breinld. Brei de rand – zie de beschrijving hierboven. Wissel naar breinaalden zonder knop 3,5 mm. Brei rond. Brei verder volgens teltekening M.4 en daarna volgens teltekening M.5. Na M.5 is de totale hoogte ca 15-15-15 cm. Brei dan verder volgens teltekening M.2 tot de gewenste afmetingen. Meerder na M.5 14-16-18 keer 2 st midden in de ondermouw in Maat S/M: Om en om iedere 7e en 8e nld, Maat M/L: Iedere 6e nld, Maat XL: Iedere 5e nld = 88-92-96 st – brei de gemeerderde st mee in het Patroon. Deel het werk bij een hoogte van 50-48-46 cm midden in de ondermouw en brei verder heen en weer op de breinld. Brei verder tot een hoogte van 52-50,5-49 cm. Zet nu aan weerszijden st op een hulpnld in iedere 2e nld: 2-2-2 keer 3 st, 1-2-2 keer 2 st, 0-2-6 keer 1 st, 1-2-2 keer 2 st en 2-2-2 keer 3 st. De totale hoogte is nu ca 56-57-58 cm. Zet alle st terug op de breinld. Brei met groen 2-2-2 cm averechte tricotsteek en meerder tegelijkertijd gelijkmatig verdeeld in de 1e nld: 10 st. Kant alle st af.

Afwerken:
Rijg een merkdraad midden in de gemeerderde st middenvoor en aan de zijkant bij de gemeerderde st in de armsgaten. Werk met de naaimachine (bijvoorbeeld zigzagsteek of locksteek) de zomen rond de merkdraden af: 1e zoom = ½ st van de merkdraad, 2e zoom= ½ st van de 1e zoom. Knip de st in de armsgaten en middenvoor door. Sluit de schoudernaden.

Voorbies + halsboord:
Neem st op langs de linker voorbies en rond de hals tot middenachter. Neem ca 165 tot 180 st op met rondbreinld 2,5 mm en groen/turkoois. Brei volgens teltekening M.3 – meerder in de 1e nld 2 st op de overgang tussen voorbies en hals. Meerder daarna in iedere 2e nld 2 st, zodat er een gelijkmatige en nette overgang ontstaat. Brei na M.3 1 nld av (gezien aan de goede kant) = omslagrand. Brei daarna 9 nld tricotsteek voor het beleg volgens teltekening M.3 – maar brei de teltekening van boven naar benedenminder tegelijkertijd in iedere 2e nld 2 st op de overgang tussen de voorbies en de hals, minder een aantal dat gelijk is aan het aantal meerderingen. Kant alle st af. Herhaal dit langs het rechter voorpand en de hals, maar brei na 1 cm gelijkmatig verdeeld 6-6-6 knoopsgaten in de voorbies. 1 knoopsgat = kant 2 st af. Zet in de volgende nld 2 nieuwe st op boven de afgekant st. Denk ook aan de knoopsgaten in het beleg. Sluit de halsnaad middenachter. Sla de voorbies + halsboord dubbel naar binnen en zoom dit vast. Sla de randen onderaan de panden en de mouwen dubbel naar binnen en zoom ze vast. Zet de mouwen in de panden. Leg het beleg over de knipranden van de armsgaten in de panden en zoom de beleggen vast. Naai de knopen aan.

Telpatroon

symbols = groen/turkoois
symbols = appelgroen
symbols = donkerrood
symbols = roest
symbols = oker
symbols = M.4 + M.6 + M.5
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 67-20

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (23)

country flag Monique wrote:

Goedendag, kan ik voor dit patroon ook Fabel garden gebruiken of kom ik dan met de steeks in de problemen met een superwash garen? MVG Monique

19.12.2023 - 19:35

DROPS Design answered:

Dag Monique,

DROPS Fabel valt in dezelfde garencategorie (/dikte), dus daar kun je het prima mee vervangen. Maak voor de zekerheid wel even een proeflapje.

20.12.2023 - 18:45

country flag Pascale wrote:

Pour le modèle DROPS 67-20 Tangelwood.Comment faire quand on ne peut pas faire de mailles Speek ?

03.12.2023 - 07:58

DROPS Design answered:

Bonjour Pascale, ajoutez 1 maille lisière de chaque côté au début et de chaque côté du dos/côté emmanchure des devants lors de la division pour les emmanchures? Bon tricot!

04.12.2023 - 08:09

country flag Hillary wrote:

The instructions in the pattern say to follow pattern 1, then pattern 2. But the diagrams are labelled m2, m3 etc. Please clarify, as reading the pattern as it stands makes no sense. I have knitted several of your patterns, with great success. Hope this one will be no different! Many thanks

30.11.2023 - 20:16

DROPS Design answered:

Hi Hillary, The M.1 and M.2 are the same as pattern 1 and pattern 2. Happy knitting!

01.12.2023 - 07:52

country flag Christina wrote:

Hi, I have just read Lisa's question above. Please can you clarify how the stitch number in the body (213) works when the pattern is a 15/30 stitch repeat? Do I miss 1 stitch at the start of the pattern and end 2 stitches from the end of the last repeat, rather than completing it? I am super-excited to be making this so want to make sure I do everything right! Thank you.

11.01.2023 - 15:06

DROPS Design answered:

Dear Christina, you cast on 213 sts then work folded ege, then cast on 3 sts on mid front = 216 sts and work the 5 middle stitches (= the 3 new sts + 1 st on each side) won't be work in the pattern, so that there are 211 sts worked as follows: repeat the diagram over 15/30 sts and finish with the first stitch in the diagram to let the pattern being symmetrical. Happy knitting!

11.01.2023 - 15:17

country flag Carina wrote:

1. Stickas kanten fram o tillbaka och runt först när mönstret börjar? 2. Det står ”öka 3 msk på första varvet” - är det första varvet på kanten el mönstret?

21.06.2022 - 08:54

DROPS Design answered:

Hej Carina. Ja det stämmer. Kanten stickas fram och tillbaka. Efter kanten börjar du sticka runt samtidigt som du då på första varvet ökar 3 m mitt fram (dessa m + 2 kantm = 5 m är till att klippa upp i efteråt och stickas inte in i mönstret). Mvh DROPS Design

21.06.2022 - 11:50

country flag Carolien Van De Glind wrote:

Als je iedere naald mindert en iedere 2e naald, dan klopt het patroon toch niet meer? Dan verspringt het toch? Wat doe ik om dat te voorkomen.

06.06.2022 - 07:12

country flag Carolien Van De Glind wrote:

Als je voor de mouwen hebt afgekant en in de volgende baan weer 5 steken hebt gemeerderd voor het doorknippen moet je daarna 3x 1steek afkanten voor het armsgaten en nog 6x 1 steek. Hoe doe je dat zodat het patroon blijft doorlopen?

05.06.2022 - 18:46

DROPS Design answered:

Dag Carolien,

Je laat het patroon zo ver mogelijk doorlopen, maar waar er steken zijn geminderd kun je natuurlijk niet verder breien. Het gaat erom dat het patroon in de hoogte doorloopt.

05.06.2022 - 20:34

country flag Hazel Gunn wrote:

What are “steeks” there is no such word in the English language?

23.03.2022 - 15:32

DROPS Design answered:

Dear Mrs Gunn, the "steeks" stitches are extra stitches cast on and cut afterwards to allow you continuing working in the round - see video for steeks on armholes + on front bands. Happy knitting!

23.03.2022 - 16:26

country flag Laura Stel wrote:

Ik zou graag dit vest maken maar waarom wordt er voor de kleur roest een andere garen kwaliteit gebruikt? Kan dit niet met alpaca of moeten de randen met een sterkere wol?

22.02.2022 - 16:25

DROPS Design answered:

Dag Laura,

Klopt, hiervoor wordt Cotton Viscose gebruikt en dit is helaas uit de handel. Waarschijnlijk is hier destijds voor gekozen vanwege het glanzend karakter van dat garen. Je zou daarvoor in de plaats daarvan gewoon 1 bol Alpaca kunnen nemen in die kleur.

22.02.2022 - 18:50

country flag Diana wrote:

Hallo daar. Bij een mouwhoogte van 50-48-46 cm de mouw verder afbreien. Kklopt dit? . Ik verwacht bij een grotere maat 50 cm aan te houden . Hartelijke breigroet

03.12.2021 - 16:43

DROPS Design answered:

Dag Diana,

Dat klopt hoor, de grotere maten hebben een langere mouwkop en een kortere mouw. (Zie ook de maattekening onderaan het patroon.)

08.12.2021 - 10:35