DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 59.76€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Comfort Chronicles

Gebreide DROPS poncho met mouwen, splitten, vierkantjes in kabels en structuurpatroon van ”Nepal”. Één-maat

DROPS 172-22
DROPS design: Model nr. ne-221
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: één maat
Materiaal:
DROPS NEPAL van Garnstudio
1200 gr. kleur nr. 0100, naturel

DROPS RONDBREINLD (40 en 60 cm) 5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS KABELNLD - voor de kabels.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 59.76€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

RIBBELST (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 nld. * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.5. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.


STROKEN:
Strook 1: vierkant 1, 2, en 3.
Strook 2: vierkant 3, 1, en 4 (= mindering voor de hals).
Strook 3: vierkant 2, 3, en 1.

VIERKANTJES:

Eerste vierkant op een strook: Zet 38 st op met rondbreinld 5 mm en Nepal. Brei 1 nld recht aan de goede kant en brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Brei het vierkant zoals staat uitgelegd. Eindig met 1 nld r aan de verkeerde kant.

Tweede vierkant op een strook: brei 1 nld recht aan de goede kant en brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Brei het vierkant zoals staat uitgelegd. Eindig met 1 nld r aan de verkeerde kant.

Laatste vierkant op een strook: brei 1 nld recht aan de goede kant en brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Brei het vierkant zoals staat uitgelegd. Eindig met brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant. Kant af aan de verkeerde kant met r over alle st.
----------------------------------------------------------

PONCHO:
Brei voorpand en achterpand als 2 gelijke delen, behalve vierkant 4 waarop geminderd wordt voor de hals. Brei voor elk deel 3 stroken met 3 verschillende vierkantjes. Er zijn 4 verschillende vierkantjes in totaal. Naai de stroken aan elkaar in de breedte. LEES STROKEN en VIERKANTJES, zie telpatroon. Brei stroken heen en weer op de rondbreinld. DENK OM DE STEKENVERHOUDING

VIERKANT 1:
Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 12 st gelijkmatig (meerder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 50 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei A.1a. Brei dan A.1b 2 keer in totaal in de hoogte, eindig met A.1c. Brei vervolgens 1 nld recht aan de goede kant en minder TEGELIJKERTIJD 12 st gelijkmatig (minder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 38 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant.

VIERKANT 2:
Brei 1 nld recht aan de goede kant en neerder TEGELIJKERTIJD 7 st gelijkmatig (meerder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 45 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei dan A.2a, A.2b 9 keer in totaal in de breedte en eindig met A.2c. Herhaal A.2 in de hoogte tot het vierkant ongeveer 1 cm korter is dan het afgewerkte VIERKANT 1 (pas zo aan dat het na nld aan de verkeerde kant is). Brei nu 1 nld recht aan de goede kant en minder TEGELIJKERTIJD 7 st gelijkmatig (minder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 38 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant.

VIERKANT 3:
Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 18 st gelijkmatig (meerder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 56 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei dan A.3a, A.3b 3 keer in totaal in de breedte en eindig met A.3c. Ga zo verder en herhaal A.3 in de hoogte tot het vierkant ongeveer 1 cm korter is dan het afgewerkte VIERKANT 1 (pas zo aan dat er 3 nld zijn gebreid na de laatste kabel). Brei nu 1 nld recht aan de goede kant en minder TEGELIJKERTIJD 18 st gelijkmatig (minder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 38 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant.

VIERKANT 4 - ACHTERPAND:
Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 2 st gelijkmatig (meerder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 40 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei dan A.4 met 2 st in RIBBELST - zie uitleg boven - aan elke kant. Herhaal A.4 in de breedte en in de hoogte - TEGELIJKERTIJD Brei tot een hoogte van 20 cm, kant dan af voor de hals als volgt, begin aan de goede kant: brei de eerste 7 st, kant de volgende 26 st af, brei de overgebleven 7 st als hiervoor. LET OP: 1 kant st richting de hals wordt in ribbelst gebreid vanaf nu. Eindig dan elke schouder apart als volgt: Kant in de volgende nld langs de hals 1 st af = 6 st over voor de schouder. Ga zo verder tot het vierkant ongeveer 1 cm korter is dan het afgewerkte VIERKANT 1 (pas zo aan dat het na een halve of hele herhaling in de hoogte is). Brei nu 1 nld recht aan de goede kant, brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant. Kant af en brei dan de andere schouder op dezelfde manier.

VIERKANT 4 - VOORPAND:
Brei 1 nld recht aan de goede kant en neerder TEGELIJKERTIJD 2 st gelijkmatig (meerder niet over de 2 buitenste st aan elke kant) = 40 st. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei dan A.4 met 2 st in RIBBELST - zie uitleg boven - in elke kant. Herhaal A.4 in de breedte en in de hoogte – brei TEGELIJKERTIJD tot een hoogte van 18 cm (pas zo aan dat het na een hele of halve herhaling in de hoogte is) en kant dan af voor de hals als volgt, begin aan de goede kant: brei de eerste 12 st in patroon als hiervoor, zet de volgende 16 st op een hulpdraad voor de hals, en brei de overgebleven 12 st als hiervoor. Kant dan af voor de hals elke nld langs de hals als volgt: 1 keer 3 st, 1 keer 2 st en 1 keer 1 st = 6 st over voor de schouder. Ga zo verder tot het vierkant ongeveer 1 cm korter is dan het afgewerkte VIERKANT 1 (en pas aan het VIERKANT 4 op het achterpand aan). Brei nu 1 nld recht aan de goede kant, brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant. Kant af en brei dan de andere schouder op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de stroken samen zoals op de tekening te zien is - naai in de buitenste lusjes van de kant st om een dikke naad te voorkomen. Naai de schoudernaden samen.

HALS:
Wordt in de rondte gebreid op een korte rondbreinld.
Begin aan de goede kant met Nepal en rondbreinld 5 mm midden op een schouder en neem 96 st op (incl. de 16 st van de hulpdraad op het voorpand). Brei 1 nld av. Brei nu in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga zo verder tot de hals 13 cm meet. Kant af met * 1 r, 1 av *, herhaal van *-* tot alle st zijn afgekant (dit is om een strakke afkantrand te voorkomen). Vouw de halsboord om naar beneden.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op een korte rondbreinld.
Zet 106 st op met rondbreinld 5 mm en Nepal. Brei 4 ribbels. Brei 1 nld recht en meerder TEGELIJKERTIJD 6 st gelijkmatig = 112 st. Brei dan A.5a over alle st (= 14 patroonherhalingen op de nld). Als A.5a klaar is in de hoogte, brei dan A.5b. Herhaal dan A.5b in de hoogte tot het werk 19 cm meet. Kant alle st af. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Zet de mouw vast tot ongeveer 33 cm vanaf de schouder, de overgebleven 39 cm = split. Zet de andere mouw vast aan de andere kant op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 17.10.2016
Correctie: telpatroon A.1b aangepast

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld
symbols = zet 1 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 3 r, 1 av van de kabelnld
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 1 av, 3 r van de kabelnld
symbols = breirichting
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 172-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (21)

country flag Nicole wrote:

Ist doch sehr anspruchsvoll. Ich entschuldige mich schon vorab fürs nerven 😬

16.03.2017 - 22:37

country flag Nicole wrote:

Außerdem hab ich das Q. 1 angefangen und was überlesen. Ich habe die Rückreihen gestrickt wie sie erscheinen. Also wäre das doppelt so lang. Ist ist mir aufgefallen das ganz oben steht dir Rückreihen werden im Diagramm auch angezeigt. Dann wären die RM aber nicht kraus sondern glatt???

16.03.2017 - 22:36

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, die Rückreihe lesen Sie von links nach rechts im Diagram, jede ungerade Reihe ist eine Hin-R (= 1., 3., 5. usw R, diese werden rechts nach links gelesen) und jede gerade Reihe ist eine Rück-R (= 2., 4., 6. usw R, die werden links nach rechts gelesen) . Viel Spaß beim stricken!

17.03.2017 - 08:44

country flag Nicole wrote:

Hallo nochmal. Das Quadrat 1 endet mit nur der Hinreihe aber sowohl oben bei "Quadrat eines Streifens" als auch "Quadrat 2" beginnen beide jeweils mit dem Hinweis "Hinreihe". Da passt doch was nicht, oder seh ich das falsch. Wo ist die Rückreihen abgeblieben. So ist es übrigens bei allen Q. Am oberen Ende zum abketten verstehe ich es ja aber mittendrin?

16.03.2017 - 22:29

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, wenn Sie das erste Quadrat eines Streifens stricken, sollen Sie mit 1 Hin-R re und 1 Rück-R re stricken, dann mit 1 Rück-R re enden, siehe "QUADRATE". Dazwischen sollen Sie das Quadrat wie beschrieben stricken. Viel Spaß beim stricken!

17.03.2017 - 08:42

country flag Nicole wrote:

Hallo, wie werden die Randmaschen hier gestrickt? Lt. dem Video müsste ich es Kraus rechts Stricken. Also genau so wie im Diagramm angezeigt? Da zählen somit die Randmaschen wie ganz normale Maschen?

15.03.2017 - 20:42

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, die Randmaschen werden gestrickt, wie im Diagram gezeigt, dh es gibt 2 M Krausrechts auf beiden Seiten. Viel Spaß beim stricken!

16.03.2017 - 08:50

country flag Christelle wrote:

Bonjour, J'aime beaucoup cette tunique mais je préférerais la réaliser avec la laine Drops Brushed Alpaca Silk, pour un rendu plus moelleux. Est ce possible ? Merci à vous,cordialement. Christelle

24.01.2017 - 09:39

DROPS Design answered:

Bonjour Christelle, Nepal et Brushed Alpaca Silk ont des propriétés différentes et le rendu sera différent - lisez en plus ici et demandez conseil à votre magasin DROPS. Bon tricot!

24.01.2017 - 10:00

country flag Cindy Brashear wrote:

I am having trouble with square 3 it says to increase the number of stitches to 56. And follow the diagram. However in A3a. There's only 12 stitches and if you repeat those stitches 3 times like it says, there are quite a few stitches leftover. Am I missing something?

26.11.2016 - 05:41

DROPS Design answered:

Dear Mrs Brashear, work these 56 sts as follows: 12 sts in A.3a, then work a total of 3 times the 11 sts in A.3b (= over the next 33 sts), and finish with the 11 sts in A.1c = 12 + 33 + 11 = 56 sts. Happy knitting!

28.11.2016 - 09:09

country flag Anita wrote:

Ang Rute 3 i denne oppskriften. Det står at vi skal øke med 18 masker slik at vi skal jobbe med totalt 56 masker. Uansett hvordan jeg vrir og vender på det får jeg ikke mønster A.3a, A.3b og A3.c til å gå opp med 56 masker?? Mvh Anita

30.10.2016 - 12:44

DROPS Design answered:

Hej Anita. A.3a = 12 m, A.3b 3 gange = 11x3 = 33 og A.3c = 11 m = totalt 56 m

31.10.2016 - 15:25

country flag ROSINA wrote:

No tengo claro las instrucciones, se teje de una sola pieza o cuadro por cuadro y despues se unen?

27.10.2016 - 20:10

DROPS Design answered:

Hola ROSINA, se hace una tira de varios cuadrados. Fíjate en el diagrama debajo del patrón. Luego se unen las tiras.

30.10.2016 - 11:50

country flag ROYER Sylvie wrote:

Je relève une petite erreur sur le diagramme du carré 1 de 50 m. en comptant à partir du haut à gauche, la case située à l'intersection de la 19ème colonne avec la 7ème ligne devrait contenir une croix (soit une maille endroit sur l'envers) pour une bonne symétrie.

27.09.2016 - 20:32

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Royer et merci pour votre retour, notre équipe va ré-étudier le diagramme. Bon tricot!

28.09.2016 - 09:41

country flag Veronica wrote:

Los graficos de este poncho estan solo en vuelta de ida o es ida y vuelta?

12.09.2016 - 21:42

DROPS Design answered:

Hola Veronica, es de todas las filas, es decir, de ida y vuelta. Ten en cuenta para l avuelta que está vista por el lado derecho y tienes que trabajarlo por el lado contrario.

17.09.2016 - 16:01