DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Josephine

Gebreide DROPS jurk met raglan en kabels, wordt van boven naar beneden gebreid van ”Karisma”. Maat S-XXXL.

DROPS 172-14
DROPS design: Model nr. u-792
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL – XXXL
Materiaal:
DROPS KARISMA van Garnstudio
700-800-850-950-1050-1150 gr. kleur nr. 39, donker oudroze

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (60 en 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (60 cm) 3,5 mm voor de boordsteek - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 st x 30 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2.

RAGLAN:
Meerder als volgt voor A.1a: brei tot er 1 st over is voor A.1a, 1 omsl, 1 r.
Meerder als volgt na A.1a: 1 r, 1 omsl.
Brei op de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Meerder 1 st r door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2:
Meerder 1 st av door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid av om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (mouw):
Minder als volgt voor A.1b: brei tot er 3 st over zijn voor A.1b, 2 r samen, 1 r.
Minder als volgt na A.1b: 1 r, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh

TIP VOOR HET MINDEREN (lijf):
Minder als volgt voor de markeerder: brei tot er 6 st over zijn voor de markeerder, 2 r samen, 4 r.
Minder als volgt na de markeerder: 4 r, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om een strakke afkantrand te voorkomen kunt u afkanten met een nld die ½ maat dikker is.
----------------------------------------------------------

JURK:
Wordt in de rondte gebreid, van boven naar beneden. De nld begint middenachter.

PAS:
Zet 124-124-132-140-148-148 st op met rondbreinld 3,5 mm en Karisma. Brei 1 nld recht. Brei dan 6 nld boordsteek = 2 r/2 av. Ga verder met rondbreinld 4 mm. Brei in de eerste nld brei als volgt: brei de eerste 16-16-18-18-20-20 r en meerder 1-2-2-2-2-2 st gelijkmatig (= helft achterpand), brei A.1a (= 6 st in de eerste nld), brei de volgende 18-18-18-22-22-22 st r en meerder 2-2-2-2-4-4 st gelijkmatig (= rechtermouw), brei A.1a over de volgende 6 st, brei de volgende 32-32-36-36-40-40 st r en meerder 2-4-4-4-4-4 st gelijkmatig (= voorpand), brei A.1a over de volgende 6 st, brei de volgende 18-18-18-22-22-22 st r en meerder 2-2-2-2-4-4 st gelijkmatig (= linkermouw), brei A.1a over de volgende 6 st, brei de overgebleven 16-16-18-18-20-20 st r en meerder 1-2-2-2-2-2 st gelijkmatig (= helft achterpand) = 132-136-144-152-164-164 st (en 1 st die wordt geminderd in elke herhaling van A.1a op de nld = 4 st op de nld). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei op de volgende nld in patroon en meerder voor de raglan als volgt: LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT.

Ga verder in tricotst en A.1a in elke overgang tussen lijf en mouwen. Als A.1a klaar is in de hoogte, herhaal dan A.1b boven A.1a - LET OP: meerder op de laatste herhaling van A.1b in hoogte op de pas niet met omsl (dus er zijn 6 st in elke herhaling van A.1b als het meerderen voor de raglan klaar is). Begin TEGELIJKERTIJD op de 2e nld in A.1a met meerderen voor de RAGLAN - zie uitleg boven - aan elke kant van A.1a/A.1b. LET OP: meerder verschillend op het lijf en de mouwen.
RAGLAN - LIJF:
Meerder zo elke nld 0-0-0-7-9-12 keer, om de nld 19-22-23-23-24-26 keer en elke 4e nld 1-1-1-0-0-0 keer (= 20-23-24-30-33-38 keer in totaal).
RAGLAN - MOUWEN:
Meerder zo om de nld 13-18-23-22-20-18 keer en elke 4e nld 4-3-1-2-4-7 keer (= 17-21-24-24-24-25 keer in totaal).

Als alle meerderen gedaan is, staan er 280-312-336-368-392-416 st op de nld. Brei de volgende nld als volgt: brei 40-44-47-53-58-63 st (= helft achterpand), zet de volgende 60-68-74-78-80-82 st op een hulpdraad (= mouw), zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe st op onder de mouw, brei de volgende 80-88-94-106-116-126 st (= voorpand), zet de volgende 60-68-74-78-80-82 st op een hulpdraad (= mouw), zet 8-8-10-10-12-14 nieuwe st op onder de mouw, brei de laatste 40-44-47-53-58-63 st (= helft achterpand).

LIJF:
Er zijn nu 176-192-208-232-256-280 st voor het lijf. Ga verder in tricotst. Plaats een markeerder aan elke kant, in het midden tussen de 8-8-10-10-12-14 st die zijn opgezet onder de mouwen. MEET NU HET WERK VANAF HIER! Brei tot een hoogte van 4 cm, minder dan 1 st aan elke kant van de markeerders (= 4 st geminderd) - LEES TIP VOOR HET MINDEREN (lijf)! Minder zo elke 6e nld 2 keer in totaal = 168-184-200-224-248-272 st. Brei tot een hoogte van 7 cm, minder dan 25-30-35-37-39-41 st gelijkmatig = 143-154-165-187-209-231 st. LET OP: Dit is ter compensatie van de 26-28-30-34-38-42 st die gemeerderd zijn op de 1e nld in patroon A.2a. Brei nog een nld en eindig als er 2 st over zijn op de nld. Dit is nu het begin van de nld – zodat het patroon symmetrisch wordt.

Brei nu in PATROON als volgt: * A.2a (= 3 st in de 1e nld), 8 r * herhaal van *-* nog 12-13-14-16-18-20 keer in de rondte (= 13-14-15-17-19-21 patroonherhalingen) = 169-182-195-221-247-273 st. Ga zo verder in patroon in de rondte. Als A.2a klaar is in de hoogte, staan er 195-210-225-255-285-315 st op de nld. Brei dan A.2b boven A.2a tot het werk klaar is en meerder TEGELIJKERTIJD in de av-delen en de delen in tricotst als volgt:
MEERDER IN DE DELEN IN TRICOTST:
Brei tot een hoogte van 14 cm, meerder 2 st in elke herhaling in tricotst door een omsl te maken naast 1 st r aan elke kant van de herhaling – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (= 26-28-30-34-38-42 st gemeerderd op de nld). Meerder zo elke 8 cm 3 keer in totaal.
MEERDER IN DE AV-DELEN:
Brei tot een hoogte van 20 cm, meerder 1 av st in elke av-deel - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 26-28-30-34-38-42 st gemeerderd op de nld). Meerder zo elke 8 cm 3 keer in totaal.

Als alle meerderingen zijn gemaakt, staan er 351-378-405-459-513-567 st op de nld. Ga verder tot een totale hoogte van 83-86-89-92-95-97 cm gemeten vanaf de schouder – pas zo aan dat de laatste nld een 2e nld is in A.2b. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - LEES TIP VOOR HET AFKANTEN.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet st van een hulpdraad terug op breinld zonder knop 4 mm en neem 1 st op in elke van de 8-8-10-10-12-14 nieuwe st die opgezet zijn onder de mouw = 68-76-84-88-92-96 st. Plaats een markeerder in het midden tussen de nieuwe st onder de mouw. MEET NU HET WERK VAN HIER. Ga nu verder in tricotst en A.1a midden onder de mouw (dus 3 st in A.1a aan elke kant van de markeerder). Als A.1a klaar is in de hoogte, ga dan verder met A.1b boven A.1a. Brei tot een hoogte van 4 cm, minder dan 1 st aan elke kant van A.1b onder de mouw - LEES TIP VOOR HET MINDEREN (mouw). Minder zo elke 8e-6e-5e-4e-4e-4e nld 12-15-18-19-20-21 keer in totaal = 44-46-48-50-52-54 st.

Als de mouw 38-37-36-35-34-33 cm meet (minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders) - pas zo aan dat de volgende nld een 2e nld is in A.2b - meerder dan 8-6-8-6-8-6 st gelijkmatig over de st in tricotst = 52-52-56-56-60-60 st. Ga verder met breinld zonder knop 3,5 mm. Brei nu boordsteek (2 r/2 av) – pas zo aan dat u recht boven recht en averecht boven averecht breit over de 6 st boven A.2b. Als de boordsteek 6 cm met, kant dan af met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 18.09.2017
MOUW:...Als de mouw 38-37-36-35-34-33 cm meet (minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders) - pas zo aan dat de volgende nld een 2e nld is in A.2b - meerder dan 8-6-8-6-8-6 st gelijkmatig over de st in tricotst = 52-52-56-56-60-60 st.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = 1 omsl tussen 2 st, brei op de volgende nld de omsl r zodat een gaatje ontstaat.
symbols = 1 omsl tussen 2 st, brei op de volgende nld de omsl gedraaid av om een gaatjes te voorkomen.
symbols = 2 r st in 1 st, dus brei in voorste en achterste lus van st.
symbols = 3 r, haal eerst gebreide st over de andere 2 zodat deze steek om de laatste 2 st van de rechternld ligt (= 1 st geminderd)
symbols = deze st is geminderd
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 172-14

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (103)

country flag Jean wrote:

INC IN SECTIONS WITH P, should there be 2 P increases? The math for finishing with 378 sts doesn't fit if only increasing 1 P for 3 times. Are the increases in P and stockinette (when repeating A.2a in the body) suppose to be on the same round? I am confused by the 3 1/8" and 8" measurements. Should this measurement be taken from the beginning of the body?

25.09.2018 - 00:02

DROPS Design answered:

Dear Jean, in size M you have 14 repeats of A.2 and 28 P-sections (at the beg and end of each A.2), you have 210 sts and increase 2 sts in each of the stocking section a total of 3 times (= 28 sts inc x 3 = 84 sts inc in total) and dec 1 st in each P-section (28 sts inc x 3 times = 84 sts inc in total) = 210 + 84 + 84 = 378 sts. You inc in the stocking st sections after 14 cm then every 8th cm a total of 3 times and in the P sections after 20 cm every 8th cm a total of 3 times. The increases in stocking and in P will not happen on the same round - measure from the beg of body - see NOW MEASURE PIECE FROM HERE. Happy knitting!

25.09.2018 - 10:07

country flag Friederike wrote:

Hallo, wie oft/bis zu welcher Länge muss ich A.1b bei Gr. L in der Passe wiederholen? 20 cm oder 20 cm + 5 cm? Vielen Dank!

09.08.2018 - 08:41

DROPS Design answered:

Liebe Friederike, nach A.1a stricken Sie A.1b bis Passe ist fertig, dh bis alle Raglanzunahmen gestrickt sind. Viel Spaß beim stricken!

09.08.2018 - 08:55

country flag Ines wrote:

Hallo..... ich hab da mal ne Frage. Was hat es für einen Zweck am Rumpf 41 M abzunehmen um dann wieder 42 M zuzunehmen? Warum nicht gleich zum Muster übergehen und eine Masche dazwischen schmuggeln? Mfg

23.07.2018 - 11:49

DROPS Design answered:

Liebe Ines, der Übergang zwischen glatt rechts und A.2a wird so schöner aussehen. Viel Spaß beim stricken!

23.07.2018 - 12:53

country flag Ines wrote:

Hey, bei der Passe…stricke ich 1x A1a und dann nur noch A1b, oder A1a, A1b, A1a, A1b usw.? Mit freundlichen Grüßen Ines

18.07.2018 - 21:11

DROPS Design answered:

Liebe Ines, wenn A.1a einmal in der Höhe gestrickt wird, stricken Sie A.1b bis zur Ende, dh A.1b in der Höhe wiederholen. Viel Spaß beim stricken!

19.07.2018 - 09:27

country flag Anette Samuelsson wrote:

Hej Jag förstår inte hur många gånger jag ska repetera A.1a på höjden. Ska A.1b stickas på dom fyra sista varven bara?

21.06.2018 - 14:49

DROPS Design answered:

Hei Anette. Du skal kun strikke A.1a 1 gang i høyden. Videre gjentar du A.1b over A.1a oppover i høyden til etter at raglanen er ferdig. Du starter økingen til raglan på 2. omgang av A.1a som forklart i oppskriften. God fornøyelse.

25.06.2018 - 08:04

country flag Linnea wrote:

Hej! I "kjoldelen" står det att man ska öka räta m efter 14 cm och avigs efter 20 cm (sedan vardera var 8:e cm). För att få en helt jämn ökning borde man öka räta efter 14 cm och aviga efter 18 cm, så att det sedan blir ett varv med ökningar var 4:e cm. Nu kommer ökningarna istället att komma i \"vågor\" vid 14-20-22-28-30-36 cm, med bara 2 cm mellanrum på somliga ställen. Är detta för att få en viss effekt i kjolen?

09.03.2018 - 16:22

DROPS Design answered:

Hej Linnea, Jag förstår vad du menar... tror inte det har så stor betydelse, men om du vill flytta ökningen i de aviga maskorna så du har 4 cm mellan varje ökning, så gör det. :)

20.03.2018 - 11:22

country flag Linnea wrote:

Hej! I "kjoldelen" står det att man ska öka räta m efter 14 cm och avigs efter 20 cm (sedan vardera var 8:e cm). För att få en helt jämn ökning borde man öka räta efter 14 cm och aviga efter 18 cm, så att det sedan blir ett varv med ökningar var 4:e cm. Nu kommer ökningarna istället att komma i \"vågor\" vid 14-20-22-28-30-36 cm, med bara 2 cm mellanrum på somliga ställen. Är detta för att få en viss effekt i kjolen?

04.03.2018 - 12:13

country flag Mona Espelid wrote:

Hei. Har akkurat startet på kjolen. Kommet i gang med raglangøking. Jeg forstår det slik at man øker til bol hver omg, og til ermer hver 2.omg. Vil det si at man øker ulikt på sidene av A1a/A1b? Avhengig om det er mot erm, eller mot bol? Mvh Mona

29.12.2017 - 18:40

DROPS Design answered:

Hei Mona, Som du sier, øker du forskjellige omganger på bol og ermer. På bolen: hver omg 0-0-0-7-9-12 ganger, hver 2.omg 19-22-23-23-24-26 ganger og på hver 4.omg 1-1-1-0-0-0 ganger (= totalt 20-23-24-30-33-38 ganger). På ermene hver 2.omg 13-18-23-22-20-18 ganger og på hver 4.omg 4-3-1-2-4-7 ganger (= totalt 17-21-24-24-24-25 ganger). Håper dette hjelper og godt nytt år!

02.01.2018 - 11:47

country flag Esther wrote:

Hallo, ich verstehe nichtganz , wo bei den Ärmeln das Muster hin soll. Wirklich auf die Innen-/Unterseite? Warum ich es auf dem Bild nicht das Muster. Da sehen die Ärmel aus als seien sie glatt rechts gestrickt, bis zum Bündchen. Vielen Dank!

26.11.2017 - 19:19

DROPS Design answered:

Liebe Esther, die Ärmel sind glatt rechts mit Muster (= A.1a x 1 in der Höhe dann A.1b wiederholen) unten den Ärmeln (= innenseite). Viel Spaß beim stricken!

27.11.2017 - 10:35

country flag Doris wrote:

Hallo, Ich habe das Kleid Josephine nachgestrickt und es sieht wie auf dem Foto aus. Phantastisch.

07.09.2017 - 13:30