DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Lemon Cross

Gebreide DROPS bolero, wordt als een vierkant gebreid met een kantpatroon van ”Muskat”. Maat: S - XXXL.

DROPS 170-5
DROPS design: Model nr. r-694
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MUSKAT van Garnstudio
350-350-400-450-500-500 gr. kleur nr. 07, lichtgeel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 3,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in kantpatroon = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (60 cm) 3 mm – voor de boordsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 14.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

MAGISCHE CIRKEL:
Voorkom een gaatje in het midden met deze techniek: houd het draadeinde in uw linkerhand en maak een lus om uw linkerwijsvinger (van links naar rechts). Houd de lus tussen de duim en wijsvinger van uw linkerhand, steek de naald door de lus, pak de werkdraad op, haal de draad terug door de lus naar voren, maak 1 omslag (sla het garen van achteren naar voren over de naald) en haal de omslag door de steek op de naald, *steek de naald door de lus, 1 omsl, haal de omsl door de lus, 1 omsl, haal de omsl door de buitenste st op de rechternaald (dus de laatst gemaakte steek)*, herhaal van *-* tot er 12 st op de nld staan. Verdeel de st dan over breinld zonder knop 3,5 mm. Brei dan volgens het patroon – trek TEGELIJKERTIJD het draadeinde aan zodat het gaatje in het midden verdwijnt.

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.4. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder naast de kant st in ribbelst. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder als volgt na 1 kant st: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder als volgt voor 1 kant st: 2 r samen.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid av (dus brei in de achterste lus van de st) - brei de gemeerderde st av (gezien aan de goede kant).
----------------------------------------------------------

BOLERO:
Brei het achterpand als een vierkant vanaf middenachter. Begin met breinld zonder knop en ga verder met de rondbreinld indien nodig. Brei de mouwen heen en weer op de rondbreinld vanuit de zijkanten op het vierkant. Brei dan een rand langs de opening van de bolero.

ACHTERPAND:
Begin met een MAGISCHE CIRKEL – zie uitleg boven – met Muskat = 12 st verdeeld over 4 breinld zonder knop 3,5 mm. Brei in patroon in de rondte volgens telpatroon A.1, dus herhaal A.1 4 keer in totaal op de nld (1 patroonherhaling per breinld) en meerder volgens het telpatroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 klaar is, staan er 236 st op de nld (dus 59 st in elke herhaling). Brei de volgende nld als volgt: * Brei A.2A (= 29 st), A.2C (= 30 st) *, herhaal van *-* nog 3 keer. Ga verder in patroon en meerder volgens het telpatroon. Als A.2A/A.2C een keer in de hoogte zijn gebreid, staan er 268 st op de nld (dus 67 st in elke herhaling). Brei de volgende nld als volgt: * Brei A.2B (= 30 st), A.3 (= 7 st), brei A.2D (= 30 st) *, herhaal van *-* nog 3 keer. Ga zo verder in patroon tot er zijn 300-316-332-356-372-388 st op de nld staan (dus 75-79-83-89-93-97 st in elke herhaling) - LET OP: A.3 wordt steeds groter tussen A.2B/A.2D.

Houd nu de st langs kant 1 op de nld - zie telpatroon (= linkermouw). Zet de st langs kant 2 op een hulpdraad (= onderkant van het achterpand). Zet de st langs kant 3 op een hulpdraad (= rechtermouw). Zet de st langs kant 4 op een hulpdraad (=bovenkant van het achterpand, richting de hals).

LINKERMOUW:
= 75-79-83-89-93-97 st. LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT! Plaats 1 markeerder aan elke zijkant – MEET NU HET WERK VANAF HIER! Ga verder in patroon heen en weer op rondbreinld 3,5 mm volgens telpatroon A.2B/A.2D and A.3 als hiervoor met 1 kant st in RIBBELST aan elke kant – zie uitleg boven (pijl in A.3 laat zien waar het patroon verder gaat voor de verschillende maten in A.3).

LET OP: het meerderen aan elke kant is nu klaar (maak geen omsl meer buiten A.2B/A.2D - dus het aantal st blijft gelijk elke nld. A.3 wordt steeds breder en dus wordt A.2B/A.2D steeds smaller aan elke kant.
Minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 3-3-3-2-2-2 cm 1 st aan elke kant - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen aan elke kant elke 6e-6e-4e-4e-4e-4e nld in totaal 9-10-11-13-14-15 keer aan elke kant = 57-59-61-63-65-67 st over op de nld - LET OP: Als geen st meer over zijn in A.2B/A.2D aan elke kant, brei dan A.3 over alle st met 1 kant st in ribbelst aan elke kant - brei de st die niet in het patroon passen in tricotst als u mindert. Ga bij een hoogte van 26 cm vanaf de markeerders (of de gewenste lengte) verder met rondbreinld 3 mm. Brei 2 ribbels heen en weer (1e nld = goede kant) en kant dan losjes af met rechte steken aan de goede kant. De mouw meet ongeveer 27 cm vanaf de markeerders.

RECHTERMOUW:
Zet de 75-79-83-89-93-97 st van de hulpdraad langs kant 3 terug op rondbreinld 3,5 mm en brei heen en weer op de rondbreinld op dezelfde manier als op de linkermouw.

AFWERKING:
Vouw het werk dubbel in de lengte zodat de st van hulpdraad 2 en 4 van het achterpand (en de markeerders op elke mouw) op elkaar liggen. Naai de mouwnaden samen naast de kant st - begin aan de onderkant van elke mouw en naai tot de markeerders.

RAND:
Zet de st van hulpdraad 2 en 4 terug op de rondbreinld 3 mm = 150-158-166-178-186-194 st op de nld. Brei 1 nld recht en meerder 50-52-54-62-64-66 st gelijkmatig (meerder ongeveer elke 3e st) = 200-210-220-240-250-260 st. Brei 1 nld av en brei 1 nld recht. Ga dan verder in patroon in de rondte volgens telpatroon A.4. Als de rand 2 cm meet, meerder dan 1 st na elke herhaling - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 240-252-264-288-300-312 st. Herhaal dit meerderen als de rand 4 en 6 cm meet = 320-336-352-384-400-416 st (er zijn nu 3 av st tussen elke herhaling op de hele nld). Kant als de rand 7 cm meet af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 170-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Bernice Nicholl wrote:

Hi, Love your patterns. I'm a little confused with the sizing on chart A.3.If I need to knit an XL, do I knit until the XL arrow? Sorry I'm new to charts and still trying understand how they work.

29.01.2023 - 21:54

DROPS Design answered:

Dear Bernice, for size XL, you start working A.3 from the arrow marked with XL upwards. Happy knitting!

29.01.2023 - 22:26

country flag Elfrieda wrote:

Ik snap niet hoe ik de armen moet maken in patroon. Ik kom elke keer niet uit hoe kan dit?

20.09.2022 - 16:33

DROPS Design answered:

Dag Elfrieda,

Nadat je de steken van de hulpdraad op de naald hebt gezet brei je verder in patroon heen en weer volgens de telpatronen. Kan je aangeven wat er precies niet ui komt? Welke maat brei je? Misschien kunnen we je dan beter helpen?

21.09.2022 - 19:33

country flag Carmen-Gabriela wrote:

Hallo, ist es möglich auch "kleine" Vorderteile zu stricken, so dass es etwas besser zur vorderen Mitte "schließt"? Ja, man könnte die Blende/Schalkragen breiter stricken, aber so würde man am VT das schöne Muster nicht sehen. Gleiches für Mod. 160-25. Beide so schön, aber eher Shrug:(

28.04.2022 - 18:44

DROPS Design answered:

Liebe Carmen-Gabriela, solche Modellen werden meistens nicht wie bei Jacken "geschlossen", aber einigen andere Modellen für Boleros haben wir schon, vielleicht kann Ihnen ein davon inspirieren. Viel Spaß beim stricken!

29.04.2022 - 08:12

country flag Stephanie wrote:

How do continue in A2B and A2D for the sizes for the back piece? (A3 shows 4 rows to become Medium but A2B and A2D are 8 rows) Thanks

21.08.2020 - 17:18

DROPS Design answered:

Dear Stephanie, work A.2B/A.2D and A.3 at the same time, butwhen you reach the correct number of sts = 316 in size M, then slip the stitches on different strands/stitch holders and work first left sleeve then right sleeve then knit the edge around whole piece after you have sewn sleeves. Happy knitting!

24.08.2020 - 07:48

country flag Silke wrote:

Ist es denkbar, die Ärmel auch in Runden auf einem Nadelspiel zu stricken? Zusammennähen gehört nicht zu meiner Lieblingsbeschäftigung ;-)

21.04.2019 - 21:56

DROPS Design answered:

Liebe Silke, wahrscheinlich können Sie die Ärmel in Runden stricken, die Anleitungen der Ärmel sollen Sie aber so anpassen, denn Sie dann keine Randmasche habe, aber trozdem 2 Maschen abnehmen sollen. Viel Spaß beim stricken!

23.04.2019 - 12:55

country flag Solfrid wrote:

Jeg skal begynne på armen og forstår ikke hvordan a2b og d blir mindre? " kutter" jeg 2masker på hver runde fra ytterkantene? Og hva med dia. A3. Skal jeg begynne på nytt eller fortsette over str.M.? Klarer ikke å se for meg hvordan jeg kan klare armene.

26.10.2018 - 19:07

DROPS Design answered:

Hei Solfrid. Maskeantallet i A.2b og A.2d skal forbli det samme, så du lager ikke lenger kastene ytterst (mot venstre i A.2d og mot høyre i A.2b). Mønsteret fortsetter å forskyves til hver sin side. Du fortsetter A.3 på samme måte som tidligere (se for deg at diagrammet fortsetter oppover og utover). A.3 vil øke utover, mens A.2b og A.2d vil forsvinne utover til hver side og tilslutt opphøre. God fornøyelse.

06.11.2018 - 09:27

country flag Svanhild Jenssen wrote:

Jeg har strikket bakstykket etter mønsteret og har strikket hele A.2B pga.2D. Det gjenstår en omgang rett. Under Venstre ermet står det at en skal strikke etter diagram A.2B/A.2D osv. Hvor skal jeg begynne på dette diagrammet. Noen har stilt samme spørsmål tidligere, svaret var en skulle fortsette der en stoppet. Dette forstår jeg ikke fordi jeg har strikket hele diagrammet på slutten av bakstykket.

10.07.2018 - 23:30

DROPS Design answered:

Hei Svanhild. Du fortsetter bare A.2B og A.2D på samme måte som tidligere (se for deg at diagrammet fortsetter på samme måte oppover). Men når du begynner på ermet økes det ikke i ytterkantene (= masketallet forblir det samme). Altså: du fortsetter å strikker A.2B, A.3 A.2D som før, og etter hvert som A.3 øker utover «spiser den opp» A.2B og A.2D i hver side. Tilslutt strikkes kun A.3 over maskene på ermet. God fornøyelse.

13.07.2018 - 13:38

country flag Svanhild Jenssen wrote:

Hvorfor strikkes ermet fram og tilbake og ikke rundt på rundpinne

10.07.2018 - 23:09

DROPS Design answered:

Ermene strikkes frem og tilbake da dette gjør det enklere å fortsette mønsteret fra bakstykket. God fornøyelse

13.07.2018 - 13:36

country flag Marlen wrote:

Hallo, ich bin gerade dabei, den linken Ärmel anzufangen und die Anleitung verwirrt mich ein bisschen. Es heißt, die Umschläge AUßEN in A2B/A2D nicht mehr zu machen. Heißt das, die beiden Umschläge am rechten Rand bei A2B und am linken Rand bei A2D nicht mehr gemacht werden? Oder werden die Umschläge links außen und rechts außen im Diagramm nicht gemacht, was allerdings die Musterfolge in der Mitte stören würde. Vielen lieben Dank im Voraus.

17.06.2018 - 20:49

DROPS Design answered:

Liebe Marlen, nur der 1. Umschlag in A.2B (= Zunahme) und der letzte Umschlag in A.2D (= Zunahme) werden nicht mehr gestrickt. Alle anderen Umschlage (mit Abnahmen) sollen wie zuvor gestrickt sein. Viel Spaß beim stricken!

18.06.2018 - 09:04

country flag Marlen wrote:

Hallo, liebes Drops Team. Ich habe eine Frage zur Maschenprobe: Dort ist von einem Lochmuster die Rede. Koennen Sie bitte praezisieren, welches Muster gemeint ist? Bei den Charts sehe ich zwei verschiedene. Vielen Dank im Voraus!

31.01.2018 - 23:06

DROPS Design answered:

Liebe Marlen, Maschenprobe muß 21 M x 28 Reihen in allen Muster, dh A.1, A.2 und A.3 sein. Viel Spaß beim stricken!

01.02.2018 - 08:45