DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.84€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Regal Splendour

Gebreide DROPS jurk met raglan, kabels en structuurpatroon, wordt van boven naar beneden gebreid van "Nepal". Maat: S - XXXL.

DROPS 165-8
DROPS design: Model nr. ne-176
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS NEPAL van Garnstudio
800-900-1000-1100-1200-1300 gr. kleur nr. 6314, denimblauw

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 5,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 st x 20 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 4,5 mm - voor de ribbelst en de boordsteek.
DROPS KABELNLD - voor kabels.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 39.84€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte gebreid):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. 1 ribbel = 2 nld.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.5. Kies het telpatroon voor de juiste maat (voor A.3 en A.4). De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Alle patronen worden in de rondte gebreid.

RAGLAN:
Meerder voor de raglan voor/na A.1 in elke overgang tussen mouwen en lijf.
Meerder richting rechts VOOR a.1:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.
Meerder richting links NA A.1:
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus.

TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor het lijf):
Minder bij de 4 markeerders.
Minder als volgt voor A.3A: begin 2 st voor de markeerder, 2 r samen.
Minder als volgt na A.3B: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor midden onder de mouw):
Begin 3 st voor de markeerder, 2 r samen, 2 r (markeerder staat in het midden tussen deze twee st), 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de lijf):
Meerder bij de 4 markeerders.
Meerder als volgt: Maak 1 omsl voor A.3A en na A.3B. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

PAS:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld van boven naar beneden.
Zet 62-62-62-70-70-70 st op met rondbreinld 4,5 mm en Nepal. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Brei 1 nld recht en meerder 18 st gelijkmatig in alle maten = 80-80-80 88-88-88 st.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT:
Ga verder met rondbreinld 5,5 mm, brei de volgende nld als volgt: Meerder 1 st voor de RAGLAN – zie uitleg boven, brei A.1 (= 4 st in de raglanlijn), meerder 1 st voor de raglan, brei de 6 st gemarkeerd in telpatroon A.2A (= rechtermouw), meerder 1 st, A.1 (= 4 st), meerder 1 st, brei de 14-14-14-16-16-16 st gemarkeerd in telpatroon A.3A en brei de 12-12-12-14-14-14 st gemarkeerd in telpatroon A.3B (= voorpand), meerder 1 st, A.1 (= 4 st), meerder 1 st, brei de 6 st gemarkeerd in telpatroon A.2B (= linkermouw), meerder 1 st, A.1 (= 4 st), meerder 1 st, brei de 14-14-14-16-16-16 st gemarkeerd in telpatroon A.3A en brei de 12-12-12-14-14-14 st gemarkeerd in telpatroon A.3B (= achterpand) = 88-88-88-96-96-96 st op de nld.

Ga zo verder in patroon en ga TEGELIJKERTIJD verder met meerderen voor de raglan aan elke kant van A.1 in elke overgang tussen mouwen en lijf - LET OP: Meerder verschillend op het lijf en de mouwen en brei de gemeerderde st in patroon (als er genoeg st zijn voor de hele patroonherhaling in de breedte, brei dan de gemeerderde st in tricotst):
LIJF: meerder elke nld nog 1-5-7-9-15-25 keer en dan om de nld 15-14-14-14-12-8 keer in totaal.
MOUW: meerder elke nld nog 3-5-3-3-1-3 keer en dan om de nld 14-14-16-17-19-19 keer in totaal.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als alle meerderingen gemaakt zijn, staan er 220-240-248-268-284-316 st op de nld. Zet nu de 46-50-50-52-52-56 st voor elke mouw op hulpdraden (dus de st boven A.2A/A.2B, 7-9-9-10-10-12 st in tricotst aan elke kant van deze st en 2 st van A.1 aan elke kant – LET OP: doe dit zonder de st te breien) = 128-140-148-164-180-204 st over op de nld.

LIJF:
MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe st op (= zijkant), brei 2-5-7-4-8-14 st in tricotst, ga verder in A.3A en A.3B over de volgende 60-60-60-74-74-74 st als hiervoor, 2-5-7-4-8-14 st in tricotst, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe st op (= andere zijkant), brei 2-5-7-4-8-14 st in tricotst, A.3A en A.3B over de volgende 60-60-60-74-74-74 st als hiervoor en 2-5-7-4-8-14 st in tricotst = 140-152-164-180-200-224 st op de nld.
Plaats 1 markeerder aan elke kant van de middelste 60-60-60-74-74-74 st op voorpand en achterpand (dus aan de buitenkant van A.3A/A.3B op voorpand en achterpand = 4 markeerders) en neem ze gaandeweg mee naar boven. Ga verder in de rondte met tricotst en A.3A/A.3B middenvoor en middenachter.
Minder bij een hoogte van 4-4-4-5-5-5 cm aan de buitenkant van A.3A/A.3B (dus op de delen in tricotst) - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-1 (= 4 st geminderd). Herhaal dit minderen elke 5-5-6-6-7-7 cm in totaal 3 keer voor alle maten = 128-140-152-168-188-212 st.

Brei tot een hoogte van 19-20-21-24-25-26 cm vanaf de armsgaten (waar st voor mouwen op hulpdraden zijn gezet; het werk meet ongeveer 38-40-42-46-48-50 cm vanaf de schouder) en meerder dan aan de buitenkant van A.3A/A.3B (dus op de delen in tricotst) - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 4-4-4-4-3-3 cm in totaal 8-8-8-8-10-10 keer = 160-172-184-200-228-252 st.
Brei tot een hoogte van ongeveer 51-52-53-52-53-54 cm vanaf de armsgaten – pas zo aan dat het na een heel kantmotief in A.3A/A.3B i9s – en brei de volgende nld als volgt: meerder 4-7-4-7-6-6 st over de volgende 10-13-16-13-20-26 st (maak 1 omsl na ongeveer elke 2e-2e-4e-2e-3e-4e st), brei A.4A over de volgende 31-31-31-38-38-38 st (kies het telpatroon voor de juiste maat), brei A.4B over de volgende 29-29-29-36-36-36 st (kies het telpatroon voor juiste maat), meerder 8-14-8-14-12-12 st gelijkmatig over de volgende 20-26-32-26-40-52 st (dus maak 1 omsl na ongeveer elke 2e-2e-4e-2e-3e-4e st), brei A.4A over de volgende 31-31-31-38-38-38 st, A.4B over de volgende 29-29-29-36-36-36 st en meerder 4-7-4-7-6-6 st gelijkmatig over de laatste 10-13-16-13-20-26 st = 196-220-220-248-272-296 st op de nld.

Ga verder met rondbreinld 4,5 mm en brei de volgende nld als volgt (brei de omsl gedraaid in boordsteek om gaatjes te voorkomen): 2 r, * 2 av, 4 r *, herhaal van *-* 2-3-3-3-4-5 keer in totaal, brei boordsteek over de volgende 70-70-70-84-84-84 st volgens telpatroon A.4A/A.4B, * 4 r, 2 av *, herhaal van *-* 4-6-6-6-8-10 keer in totaal, 4 r, brei boordsteek over de volgende 70-70-70-84-84-84 st volgens telpatroon A.4A/A.4B, * 4 r, 2 av *, herhaal van *-* 2-3-3-3-4-5 keer in totaal en eindig met 2 r.
Ga zo verder in boordsteek maar brei om te voorkomen dat de boordsteek teveel in elkaar trekt 1 nld recht over alle st na elke 3e nld in boordsteek.
Als de boordsteek 28-28-28-30-30-30 cm meet (hele jurk meet ongeveer 98-100-102-104-106-108 cm vanaf de schouder), brei dan 1 nld recht over alle st en kant LOSJES af met rechte st.

RECHTERMOUW:
Wordt in de rondte gebreid op een korte rondbreinld/breinld zonder knop.
Zet de st van de hulpdraad aan de rechterkant (gezien aan de goede kant) op een korte rondbreinld 5,5 mm. Brei 9-11-11-12-12-14 st in tricotst, brei in patroon volgens telpatroon A.2A (= 28 st), brei 9-11-11-12-12-14 st in tricotst en zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe st op aan het einde van de nld = 52-56-58-60-62-66 st op de nld. Plaats 1 markeerder in het midden van de 6-6-8-8-10-10 nieuwe st (= midden onder de mouw) – MEET NU HET WERK VANAF HIER. Ga verder in de rondte in tricotst en patroon. Minder als de mouw 4-4-4-3-2-3 cm meet 2 st midden onder de mouw - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-2. Herhaal dit minderen elke 8-5-8-6-5-6 cm in totaal 4-6-4-5-6-5 keer = 44-44-50-50-50-56 st.

Brei tot de mouw 31-31-31-28-28-28 cm meet en ga dan verder met breinld zonder knop 4,5 mm en brei de volgende rondte als volgt:
MAAT S en M en XXXL: 2 r, * 2 av, 4 r *, herhaal van *-* 1-1-2 keer in totaal, brei A.5 over de volgende 28 st, * 4 r, 2 av *, herhaal van *-* 1-1-2 keer in totaal en eindig met 2 r.
MAAT L en XL en XXL: 1 av, 4 r, 2 av, 4 r, brei A.5 over de volgende 28 st, 4 r, 2 av, 4 r en 1 av.
Ga zo 18-18-18-20-20-20 cm verder in boordsteek (hele mouw meet ongeveer 49-49-49-48-48-48 cm - LET OP: minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders), brei 1 nld recht over alle st en kant LOSJES af met rechte st.

LINKERMOUW:
Brei als rechter maar brei in patroon volgens A.2B (in plaats van A.2A).

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = 1 omsl tussen 2 st, brei in de volgende nld de omsl r zodat gaatjes ontstaan
symbols = 1 omsl tussen 2 st, brei in de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 165-8

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (68)

country flag Anne Lise wrote:

Bærestk, hvordan økes det til erme? Når diagram er ferdig strikket i høyden begynner det på nytt igjen da?

03.11.2022 - 17:01

DROPS Design answered:

Hei Anne Lise, Ja, diagrammene er gjentatt i høyden fram til riktig mål. Økningene til ermene er annerledes enn på bolen, som beskrevet i teksten. God fornøyelse!

04.11.2022 - 08:35

country flag AlexandraK wrote:

Hallo, liebes Drops-Team, ich habe einen Knoten im Kopf: ich habe die Krausrippen gestrickt, die 18 Maschen zugenommen. Dann 1 Umschlag/Raglanzunahme und die erste Runde fertig. Es sind 96 Maschen auf der Nadel. Soweit gut. Aber kommt wieder der Umschlag für die Raglanzunahme, den ich zuerst gemacht habe. Muss ich hier für die zweite Runde noch einen Umschlag machen? Oder sollen es 95 Maschen sein, so dass dieser Umschlag diese Runde sozusagen abschließt und A3B beendet? LG

07.09.2022 - 23:01

DROPS Design answered:

Liebe AlexandraK, nach der 1. Runde stricken Sie die Diagramme weiter wie zuvor, aber nun muss man für Vorder- bzw Rückenteil in jeder Runde zunehmen (= 9-15-25 Mal in jeder Runde) + für die Ärmel (3-1-3 Mal in jede Runde), so bei der 2. Runde nehmen Sie wieder 8 Maschen für Raglan, dann entweder nochmal 8 M. oder nur 4 (wenn man in jeder Runde für Rumpfteil aber nur in jeder 2. Runde für die Ärmel zunimmt). Viel Spaß beim stricken!

08.09.2022 - 09:15

country flag Meera Suresh wrote:

Please follow my thread. Could you please check your instructions again ? I changed the instructions and got it right. So that the next person won’t get the error. Not able to post a photo of my work if you have an email I can send it there.

16.01.2022 - 17:25

DROPS Design answered:

Dear Meera, the instructions seem to be correct. Are you sure you are reading the pattern correctly? Remember that the pattern is read from right to left and from the bottom up. Another comment with a similar problem said that their problem was due to a mistake while reading the diagram. In any case, we shall check the pattern again. Happy knitting!

05.02.2022 - 18:58

country flag Meera Suresh wrote:

Not able to reply in the same thread. But please check if labelling of A3A and A3B has to be interchanged. There seems to be an error. I am interchanging and going to try

11.01.2022 - 05:40

DROPS Design answered:

Dear Mrs Suresh, it looks right as on the picture: you work top down, first the lace pattern (last 14-16 sts in A.3A (the last 2 sts are the 2 middle stitches)+ first 12-14 sts in A.3B) then you will increase for raglan and will work the new stitches following A.3A/A.3B until diagram are completely done. Can this help?

11.01.2022 - 09:18

country flag Meera Suresh wrote:

Is there an error in this pattern ? I am always getting the A3 twist in the side and not center

10.01.2022 - 12:34

DROPS Design answered:

Dear Mrs Suresh, what do you mean with "twist in the side"? Can you please tell us more?

10.01.2022 - 16:06

country flag Granger wrote:

Bonjour je souhaite tricoter une robe en laine mais je ne sais pas combien de pelotes je dois prendre En taille 38/40 laine 50g ?merci

26.11.2021 - 12:48

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Granger, la quantité est toujours indiquée au poids dans l'en-tête, autrement dit, il vous faut par ex 800 g en taille S / 50 g la pelote Nepal = 16 pelotes DROPS Nepal en S - si vous voulez la réaliser dans une alternative, utilisez le convertisseur pour connaître la nouvelle quantité - découvrez ici les explications sur les tailles. Bon tricot!

26.11.2021 - 15:49

country flag Naomi wrote:

Oeps, sorry. Ik zie al wat ik fout doe. Ik lees het patroon van links naar rechts en niet van rechts naar links.

21.10.2021 - 15:48

country flag Naomi wrote:

Ik heb de indruk dat A3B het rechter voorpand is en A3A het linker, en dat je dus op de pas met A3B moet beginnen en niet met A3A. Als ik het patroon volg, komen de meerderingen van de raglan vóór de 14 gemarkeerde steken van A3A en ná de 12 van A3B. Dan kom ik nooit aan de kabel toe...

20.10.2021 - 19:23

country flag Lena Seignér wrote:

Hej Kan man inte köpa detta mönster? Jag har ingen möjlighet att skriva ut Tycker klningen är superfin Tack på förhand Lena

02.07.2021 - 12:58

DROPS Design answered:

Hej Lena. Vissa av våra återförsäljare erbjuder utskrift av mönstret om man inte kan skriva ut det själv för en mindre kostnad, se listan över återförsäljare här på vår hemsida. Mvh DROPS Design

02.07.2021 - 13:23

country flag Sanni wrote:

Er det rigtig læst der kun skal 62m til en L i halsen og der skal strikkes rundt og ikke frem og tilbage? Ved prøvestrik ligger det langt fra modellen ...

24.01.2021 - 16:26

DROPS Design answered:

Hei Sanni. Ja, det stemmer, men etter 2 RILLER økes det med 18 masker. Dette er et relativt tungt plagg som vil sige nedover og med 62 masker i halsen vil kjolen sitte bedre. mvh DROPS design

27.01.2021 - 16:03