DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Serene Spring

Gebreide DROPS top met kantpatroon en raglan van ”Belle”. Wordt van boven naar beneden gebreid. Maat: S - XXXL.

DROPS Extra 0-1104
DROPS design: Model nr. vs-003
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BELLE van Garnstudio
300-350-350-400-450-500 gr. kleur nr. 02, naturel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (60 en 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (60 en 80 cm) 3,5 mm - voor de rand in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.14€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.3. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st voor de markeerder als volgt: brei tot er 2 st over zijn voor de markeerder, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder 1 st na de markeerder als volgt: 2 r samen.

RAGLAN:
Meerder verschillend voor de raglan voor de verschillende maten:

MAAT S-M:
Meerder 1 st aan beide zijkanten van elke markeerder (= 8 st gemeerderd) als volgt: 1 omsl, 1 gedraaid r, 1 r (= met markeerder), 1 gedraaid r, 1 omsl – brei de omsl niet gedraaid; er moeten gaatjes ontstaan. Herhaal dit meerderen om de nld nog 17-19 meer keer.

MAAT L-XL-XXL-XXXL:
Meerder elke nld aan de goede kant (= om de nld) als volgt:
Meerder 2 st aan beide zijkanten van elke markeerder (= 16 st gemeerderd in totaal) als volgt: 1 omsl, 1 r, 1 omsl, 1 gedraaid r, 1 r (= met markeerder), 1 gedraaid r, 1 omsl, 1 r, 1 omsl (brei de eerste en laatste omsl gedraaid r in de volgende nld, er moet geen gaatje komen, maar de twee middelste omslagen worden r gebreid, er moet hier wel een gaatje komen), Herhaal dit meerderen elke nld aan de goede kant nog 1-1-1-3 keer.

Meerder dan elke nld aan de goede kant (=nog steeds om de nld) als volgt:
Meerder 1 st aan beide zijkanten van elke markeerder (= 8 st gemeerderd in totaal) als volgt: : 1 omsl, 1 gedraaid r, 1 r (= met markeerder), 1 gedraaid r, 1 omsl – brei de omsl niet gedraaid; er moeten gaatjes ontstaan. Herhaal dit meerderen om de nld nog 19-20-22-21 keer in totaal.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Begin 1 st voor de markeerder en meerder als volgt: 1 omsl, 2 r (markeerder staat tussen deze 2 st), 1 omsl. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

TOP:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld, van boven naar beneden.

PAS:
Zet 134-134-140-144-144-148 st op met rondbreinld 3,5 mm en Belle. Brei A.1 (= 2 st) over alle st. Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, ga dan verder met rondbreinld 4 mm. Brei in de volgende nld alle st recht en meerder 16-20-14-22-42-46 st gelijkmatig = 150-154-154-166-186-194 st. Plaats in de volgende nld 4 markeerders – 1 in het midden van elke overgang tussen mouw en pand - in het werk als volgt: plaats de 1e markeerder in de laatste st van de vorige nld, 45-47-49-55-65-71 r (= voorpand), brei 1 st en plaats 2e markeerder in deze, 28-28-26-26-26-24 r (= mouw), brei 1 st en plaats 3e markeerder in deze, 45-47-49-55-65-71 r (= achterpand), brei 1 st r en plaats de 4e markeerder in deze, brei de rest van de nld r (=28-28-26-26-26-24 st = mouw). DENK OM DE STEKENVERHOUDING.

Deretter strikkes det slik – SAMTIDIG som det økes til RAGLAN – se forkl over: Strikk 14-15-16-19-24-27 rett, A.2 (= 17 m), strikk rett til det gjenstår 1-1-2-2-2-2 m før 2.merke, strikk RAGLAN - se forkl over, strikk rett til det gjenstår 1-1-2-2-2-2 m før 3.merke, strikk raglan, strikk rett til det gjenstår 1-1-2-2-2-2 m før 4.merke, strikk raglan, strikk rett til det gjenstår 1-1-2-2-2-2 m før 1.merke, strikk raglan. De økte m strikkes i glstrikk.

Brei dan als volgt - meerder TEGELIJKERTIJD voor de RAGLAN - zie uitleg boven. 14-15-16-19-24-27 r, A.2 (= de 17 middelste st van het voorpand), r tot er 1-1-2-2-2-2 st overblijft voor de 2e markeerder, brei de RAGLAN - zie uitleg boven, r tot er 1-1-2-2-2-2 st over zijn voor de 3e markeerder, brei de raglan, r tot er 1-1-2-2-2-2 st overblijft voor de 4e markeerder, brei raglan, r tot er 1-1-2-2-2-2 st over zijn voor de 1e markeerder, brei de raglan. Brei de gemeerderde st in tricotst.

Als A.2 een keer in de hoogte is gebreid, brei dan in tricotst over alle st. Als alle meerderingen gemaakt zijn, staan er 294-314-338-358-394-426 st op de nld. Het werk meet ongeveer 14-15-16-17-18-19 cm. Ga verder in tricotst en brei als volgt: Brei de eerste 81-87-95-103-117-129 st (= voorpand), zet de volgende 66-70-74-76-80-84 st op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-8 st op onder de mouw (plaats een markeerder in het midden tussen de nieuwe st), brei de volgende 81-87-95-103-117-129 st (= achterpand), zet de volgende 66-70-74-76-80-84 st op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-6-8-8-8 st op onder de mouw (plaats een markeerder in het midden tussen de nieuwe st) = 174-186-202-222-250-274 st over op de nld. Plaats 1 markeerder in het werk, MEET NU HET WERK VANAF HIER.

LIJF:
Ga verder in tricotst. Minder bij een hoogte van 3 cm 1 st aan elke kant van elke markeerder aan de zijkanten (= 4 st geminderd) - LEES TIP VOOR HET MINDEREN! Herhaal dit minderen elke 2½-4-4-4-4-4 cm nog 5-3-3-3-3-3 keer = 150-170-186-206-234-258 st. Meerder bij een hoogte van 20 cm voor alle maten, meerder 1 st aan elke kant van elke markeerder aan de zijkanten (= 4 st gemeerderd) - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN. Herhaal dit meerderen elke 2-4-4-4-4-4 cm nog 5-3-3-3-3-3 keer = 174-186-202-222-250-274 st. Ga bij een hoogte van 31-32-33-34-35-36 cm verder met rondbreinld 3,5 mm. Brei A.3 (= 2 st) over alle st. Kant alle st af.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet de st van de hulpdraad terug op de breinld zonder knop 4 mm en zet 6-6-6-8-8-8 st op onder de mouw = 72-76-80-84-88-92 st.
Brei 2 cm in tricotst, minder in de volgende nld 8 st gelijkmatig = 64-68-72-76-80-84 st. Ga verder met breinld zonder knop 3,5 mm. Brei A.3 over alle st. Kant alle st af. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 01.06.2015
Correctie: RAGLAN en PAS zijn herschreven.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 2 r samen
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Serene Spring

Lady-Orange

Serene Spring

Catherine, Ireland

Serene Spring

Kat Martinet, France

Serene Spring

Irene, Austria

Serene Spring

Edith, Germany

Serene Spring

Gabi, Germany

Serene Spring

Tiia N, Finland

Serene Spring

Green Bird, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS Extra 0-1104

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (65)

country flag Beate Bera wrote:

Ich verstehe die Raglanzunahmen nicht, kann mir auch nicht vorstellen, wie das aussehen soll. Kann mir jemand ein Detail- Foto von den Zunahmen senden? Vielleicht auch ein Foto vom fertigen Produkt, in dem man das Muster an den Ärmeln sehen kann? Ich bedanke mich im Voraus!

25.04.2015 - 23:05

DROPS Design answered:

Liebe Beate, an dieser Stelle können wir Ihnen kein weiteres Foto bieten. Aber wenn Sie sagen, welche Größe Sie stricken, kann ich Ihnen vielleicht genauer erklären, wie Sie die Raglanzunahmen stricken müssen.

26.04.2015 - 21:06

country flag Senta wrote:

In der Anleitung zum Ärmel steht: "Alle M im Muster A.5 str." das soll doch bestimmt A.3 heißen, wie für den Rumpfabschluss?

15.04.2015 - 09:56

DROPS Design answered:

Ja, das ist richtig, es wird gleich geändert, danke für den Hinweis!

15.04.2015 - 09:58

country flag Mareka Krentner wrote:

Encore une question, les 8 augmentations du raglan se font du côté des manches tous les 2 tours, 2 augmentations après le marqueur de la manche et 2 augmentations juste avant le dernier marqueur de la manche. Le devant et dos pas d'augmentation toujours les 45 mailles du début (taille s) jusqu'au manche . Merci de votre aide.

13.04.2015 - 19:26

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krentner, à chaque tour d'augmentation, on a 2 m en plus pour chaque pièce (manches, dos, devant), les jetés se tricotent à l'endroit et augmentent le nombre de mailles de chaque partie. Bon tricot!

14.04.2015 - 09:37

country flag Mareka Krentner wrote:

Bonjour, j'ai encore un problème, pour le raglan (taille S) quand vous dites augmenter 2 mailles à chaque marqueur, les 2 premières augmentations se situent juste après le 1er marqueur, là où il y a 45 mailles et où on commence le diagramme A2 ensuite. J'aimerai bien que vous me le confirmiez, merci de votre patience.

13.04.2015 - 15:45

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krentner, on augmente 2 m à chaque marqueur avec 1 jeté avant (1 m torse à l'end, 1 m end, 1 m torse à l'end) et 1 jeté après ces 3 m. Ces jetés sont les augmentations du raglan et "appartiennent" à la pièce concernée, le marqueur doit rester en place avant le jeté et vous conservez ainsi ces 3 m tricotées les unes au-dessus des autres. A.2 doit rester centré et on a 1 m en + de chaque côté à chaque augmentation. Bon tricot!

14.04.2015 - 09:29

country flag Vibeke wrote:

Når jeg skal dele efter udtagningerne til raglan, skal der så tælles masker fra første mærkning i starten af arbejdet? Hvis ja, ligger raglanudtagningerne jo skæve!! Altså, forstykket starter v/ raglan, tæller til forstykket (her 103), slutter 14 masker Før venstre raglans udtagninger, derefter skal der tælles til ærmet........Dette kan jeg ikke forstå!! Please help me!

10.04.2015 - 19:11

DROPS Design answered:

Hej Vibeke. Du taeller fra starten af pinden ikke fra start af raglan.

17.04.2015 - 15:34

country flag Mareka Krentner wrote:

Bonjour, une confirmation, quand on tricote le diagramme A2, c'est bien à droite que l'on commence, et pas à gauche ? Merci de votre patience

08.04.2015 - 09:26

Mareka Krentner answered:

Excusez-moi je n'avais pas encore la réponse sur mon ordinateur, maintenant je l'ai Merci beaucoup. Bonne journée printanière.

08.04.2015 - 09:28

country flag Mareka Krentner wrote:

Merci pour vos conseils, juste une confirmation quand on commence le diagramme A2 , on le lit bien de droite à gauche? et pas l'inverse. Merci de votre réponse

08.04.2015 - 08:33

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krentner, tout à fait, les diagrammes se lisent de droite à gauche tous les rangs (= on tricote ici en rond), en commençant en bas à droite (1 case = 1 m x 1 rang). Bon tricot!

08.04.2015 - 09:16

country flag Mareka Krentner wrote:

Bonjour, j'ai plusieurs interrogations concernant ce top en taille S, concernant le point fantaisie A2 on commence bien en bas du schéma à gauche et on remonte (38rg). une fois les 16 augmentations et la pose des 4 marqueurs on commence le 1er raglan et ensuite on fait 14 m et on commence le point fantaisie A2 mais quand j'arrive au 2ème marqueur je m’aperçois que le motif n'est pas du tout centré il reste plus de mailles. Merci de votre patience Bonne journée;

06.04.2015 - 14:54

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krentner, on tricote A.2 en même temps que l'on augmente pour le raglan. Après chaque tour d'augmentations pour le raglan, on a 2 m en plus pour chaque pièce (dos, devant, manches), alignez bien les mailles des raglans et continuez A.2. Bon tricot!

07.04.2015 - 09:46

country flag Krentner wrote:

Merci pour votre réponse, mais c'est pour le raglan que j'ai un soucis que veut dire "ne pas tricoter les jetés torses au tour suivant" qu'es ce qu'un jeté torse?merci de votre réponse

04.04.2015 - 10:18

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krennter, tricoter un jeté torse signifie le tricoter dans le brin arrière (cf vidéo ci-dessous), quand on ne doit pas le tricoter torse, on va le tricoter normalement, dans le brin avant, pour former un trou (jour). Bon tricot!

07.04.2015 - 08:40

country flag Krentner wrote:

Bonsoir,beaucoup de mal pour commencer ce top ,que veut dire dans le diagramme :1 jeté entre 2 mailles.Puis pour le raglan ne pas tricoter les jetés torses autour suivant, qu'es-ce qu'un jeté torse?Merci de votre réponse.

03.04.2015 - 21:37

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Krentner, au rang 5 de A.1 (par ex), vous tricotez tout le tour *2 m ens à l'end, 1 jeté* (= le jeté se trouve entre 2 m). Un jeté peut se tricoter soit dans le brin avant (grand "trou") soit torse = dans le brin arrière (trou plus petit) - la vidéo ci-dessous vous montre ces 2 façons de faire. Bon tricot!

04.04.2015 - 09:40