DROPS Cotton Light uni colour 50% katoen, 50% polyester |
0.95 € /50g |
Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.be website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
DROPS Cotton Light uni colour 50% katoen, 50% polyester 0.95 € /50g Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.be website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Dit patroon is gecorrigeerd. Klik hier om de correcties te bekijken.
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant |
|
= averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant |
|
= 1 omsl tussen 2 st |
|
= 2 r samen |
|
= 1 r afh, 1 r, afgeh st overh |
|
= 2 av samen |
|
= zet 3 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld |
|
= zet 3 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Darling |
|||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||
Gebreide DROPS trui met kantpatroon en kabels van ”Cotton Light” of "Belle". Maat: S - XXXL.
DROPS 160-17 |
|||||||||||||||||||||||||
PATROON: Zie telpatronen A.1 tot en met A.5. Kies het telpatroon voor de juiste maat. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MINDEREN: Minder als volgt voor de 1e en 3e markeerder: Begin 2 st voor de markeerder en brei 2 r samen. Minder als volgt na de 2e en 4e markeerder: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh. TIP VOOR HET MEERDEREN: Meerder 1 st door 1 omsl te maken voor de 1e en 3e markeerder en na de 2e en 4e markeerder. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen. . ---------------------------------------------------------- LIJF: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld. Zet 256-272-304-324-356-388 st op met rondbreinld 3 mm en Cotton Light of Belle. Brei 1 nld recht. Brei de volgende nld als volgt: 1 av, * 2 r, 2 av *, herhaal van *-* 7-8-10-10-12-14 keer in totaal (= 28-32-40-40-48-56 st boordsteek), 2 r, brei A.1 (= 18 st), A.2 (= 30-30-30-40-40-40 st), A.1 (= 18 st), brei boordsteek (= 2 r/2 av) over de volgende 62-70-86-86-102-118 st (begin en eindig met 2 r), brei A.1 (= 18 st), A.2 (= 30-30-30-40-40-40 st), A.1 (= 18 st), brei boordsteek over de volgende 30-34-42-42-50-58 (begin en eindig met 2 r) en eindig de nld met 1 av. Ga zo verder in boordsteek tot laatste nld in A.1/A.2 overblijft. Brei de laatste nld als volgt: Brei in tricotst over de eerste 31-35-43-43-51-59 st en minder TEGELIJKERTIJD 7-7-9-7-9-11 st gelijkmatig over deze st, brei de laatste nld in A.1, A.2 en A.1 (= 10-10-10-12-12-12 st geminderd), brei in tricotst over de volgende 62-70-86-86-102-118 st en minder TEGELIJKERTIJD 14-14-18-14-18-22 st gelijkmatig over deze st, brei de laatste nld in A.1, A.2 en A.1 (= 10-10-10-12-12-12 st geminderd) en brei in tricotst over de laatste 31-35-43-43-51-59 st en minder TEGELIJKERTIJD 7-7-9-7-9-11 st gelijkmatig over deze st = 208-224-248-272-296-320 st over op de nld. Ga verder met rondbreinld 3,5 mm en brei 1 nld recht. Brei dan als volgt: brei 24-28-34-36-42-48 st in tricotst, plaats 1 markeerder, brei A.3 (= 16 st), A.4 (= 24-24-24-32-32-32 st), A.5 (= 16 st), plaats 1 markeerder, brei 48-56-68-72-84-96 st in tricotst, plaats 1 markeerder, brei A.3 (= 16 st), A.4 (= 24-24-24-32-32-32 st), A.5 (= 16 st), plaats 1 markeerder en brei de laatste 24-28-34-36-42-48 st in tricotst. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING Minder bij een hoogte van 8 cm 1 st aan de buitenkant van de 4 markeerders - LEES TIP VOOR HET MINDEREN (= 4 st geminderd). Herhaal dit minderen elke 2½-2½-2½-2½-4-4 cm 6-6-6-6-4-4 keer in totaal = 184-200-224-248-280-304 st. Meerder bij een hoogte van 24 cm 1 st aan de buitenkant (dus richting de zijkanten) van de 4 markeerders - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 4-4-4-5-5-5 cm in totaal 4 keer = 200-216-240-264-296-320 st. Brei bij een hoogte van 39-40-41-42-43-44 cm de volgende nld als volgt: kant 3-3-4-4-5-5 st af voor het armsgat, brei de volgende 94-102-112-124-138-150 st als hiervoor, kant 6-6-8-8-10-10 st af voor het armsgat, brei de volgende 94-102-112-124-138-150 st als hiervoor en kant de laatste 3-3-4-4-5-5 st af voor het armsgat. Eindig het voorpand en achterpand apart. ACHTERPAND: = 94-102-112-124-138-150 st. Ga verder heen en weer in tricotst en in patroon als hiervoor. Kant TEGELIJKERTIJD af voor de armsgaten aan het begin van elke nld aan elke kant als volgt: 0-0-0-1-1-2 keer 3 st, 0-1-2-2-4-4 keer 2 st en 1-3-4-3-6-7 keer 1 st = 92-92-96-104-104-108 st. Brei verder tot het werk 56-58-60-62-64-66 cm meet. Kant nu de middelste 44-44-44-52-52-52 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Ga verder en minder 1 st in de volgende nld langs de hals = 23-23-25-25-25-27 st over op de schouder. Ga verder tot een totale hoogte van 58-60-62-64-66-68 cm en kant alle st af. Herhaal op de andere schouder. VOORPAND: = 94-102-112-124-138-150 st. Ga verder heen en weer in tricotst en patroon als op het achterpand en kant TEGELIJKERTIJD af voor de armsgaten aan elke kant als op het achterpand = 92-92-96-104-104-108 st. Brei verder tot het werk 50-52-53-55-56-58 cm meet. Zet nu de middelste 22-22-22-30-30-30 st op een hulpdraad voor de hals en eindig elke schouder apart. Kant dan af aan het begin van elke nld langs de hals als volgt: 4 keer 2 st en 4 keer 1 st 4 keer = 23-23-25-25-25-27 st over op de schouder. Ga verder tot een totale hoogte van 58-60-62-64-66-68 cm en kant alle st af. MOUW: Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 56-60-60-64-68-68 st op met breinld zonder knop 3 mm en Cotton Light of Belle. Brei 1 nld recht. Brei dan boordsteek = 2 r/2 av. Minder als de boordsteek 4 cm meet 8-10-8-10-12-10 st gelijkmatig = 48-50-52-54-56-58 st. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld (= midden onder de mouw). Ga verder met breinld zonder knop 3,5 mm en brei in tricotst. Meerder bij een hoogte van 8-10-8-10-6-8 cm 2 st midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen elke 3½-2½-2½-2-2-1½ cm 12-15-16-18-19-22 keer in totaal = 72-80-84-90-94-102 st. Brei tot een hoogte van 49-49-48-47-45-44 cm (minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders) en kant dan 6-6-8-8-10-10 st af midden onder de mouw en brei heen en weer tot het werk klaar is. Kant af voor de mouwkop aan het begin van elke nld aan elke kant als volgt: 3-3-3-4-4-5 keer 2 st en 2-4-5-5-7-8 keer 1 st. Kant dan 2 st af aan elke kant tot het werk 55-56-56-56-57-57 cm meet. Kant 3 st af aan het begin van de volgende 2 nld en kant dan losjes alle st die over zijn af. Brei nog een mouw. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in de trui. HALSRAND: Neem ongeveer 100 tot 120 st op langs de hals (incl. de st op de hulpdraad aan het voorpand) met rondbreinld 3 mm en Cotton Light of Belle. Brei 1 nld av, brei 1 nld recht en brei 1 nld av. Kant dan losjes af met rechte st. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (33)
Catherine Vaesben wrote:
Dans les explications c'est note :tricoter les 43 m en jersey, en meme temps repartir9 diminutons au dessus de ces m ! faut-il que je fasse les diminutions dans les 43 m !!
02.02.2021 - 13:47DROPS Design answered:
Bonjour Mme Vaesben, tout à fait, vous diminuez 9 mailles à intervalles réguliers (cette leçon explique comment procéder) pour qu'il ne reste que: 43-9= 34 mailles jersey. Bon tricot!
02.02.2021 - 14:15Charra Monique wrote:
Bonjour, est-il possible d'adapter les explications du le modèle DROPS 160-17 pour tricoter séparément le devant et le dos? Merci pour votre réponse Monique Charra
29.11.2020 - 16:05DROPS Design answered:
Bonsoir, Si vous préférez tricoter en allers et retours au lieu d'en rond, vous pouvez naturellement ajuster les explications pour tricoter les pièces séparément et les assembler ensuite à la fin. Divisez le nombre de mailles par 2, ajoutez 1 maille lisière de chaque côté (pour les coutures) et tricotez le devant et le dos séparément. Vous pouvez lire ici: https://www.garnstudio.com/lesson.php?id=13&cid=8
29.11.2020 - 18:17Charra Monique wrote:
Bonjour, est-il possible d'adapter les explications du le modèle DROPS 160-17 pour tricoter séparément le devant et le dos? Merci pour votre réponse Monique Charra
29.11.2020 - 16:04DROPS Design answered:
Voir la response dessus
29.11.2020 - 18:19Nicole wrote:
Bonjour pouvez vous m'expliquer où me donner une vidéo sur les diagramme A3 et A5 je n'arrive pas à comprendre les jeté je tricotte à la française Mes trou sont pas de la même circonférence j'ai visualise votre diagramme de A4 si vous n'avez pas de vidéo pouvez vous me dire comment procéder pour tous les les jeté de se pul merci de vôtre aide
18.10.2020 - 10:25DROPS Design answered:
Bonjour Nicole, quelque soit la façon dont vous tenez votre fil, le jeté se fera de la même façon: au début de A.3: tricotez 2 mailles ensemble à l'endroit, placez le fil devant l'ouvrage puis de nouveau derrière (= 1 jeté) et tricotez 1 m env. à la fin de A.3, tricotez 1 m env, laissez le fil devant, tricotez 2 m ens à l'end et continuez le diagramme. N'hésitez pas à vous entrainer si besoin sur des échantillons pour que vos jetés aient la bonne taille et ne déforme pas l'ouvrage. Bon tricot!
19.10.2020 - 08:54Nicole wrote:
Bonjour merci pour vôtre réponse mais ma question est : les diminutions se font juste avant et après les diagramme?? et pas au niveau des côtés du pul juste cette question et pas le détails
30.09.2020 - 09:11DROPS Design answered:
Bonjour Nicole, tout à fait, les diminutions se font aux marqueurs, pas en début/fin de rang: le 1er marqueur est avant A.3, vous diminuez avant le 1er marqueur = avant A.3, le 2ème marqueur est après A.5, vous diminuez après le 2ème marqueur = après A.5; le 3ème marqueur est avant A.3 = comme le 1er marqueur, vous diminuez avant A.3 et le 4ème marqueur est après A.5 = comme le 2ème marqueur, vous diminuez après A.5. Bon tricot!
30.09.2020 - 10:54Nicole wrote:
Bonjour pour les diminution il y a 4 marqueur. sur le devant 2 à l'extrémité du diagramme ddos et devant J'en ai. Mis 2de plus sur les côté je dois diminuer sur les côtés du pul où de chaque côté juste avant le diagramme j'espère que vous comprendrais mon explication Jr vous remercie pour votre aide
29.09.2020 - 17:42DROPS Design answered:
Bonjour Nicole, les diminutions à 8 cm de hauteur totale se font aux 4 marqueurs que vous avez inséré, et vous allez maintenant diminuer (cf DIMINUTIONS) 1 m avant le 1er et le 3ème marqueur + 1 m après le 2ème et le 4ème marqueur - vous augmenterez ensuite - cf AUGMENTATIONS 1 m avant le 1er et le 3ème marqueur et 1 m après le 2ème et le 4ème marqueur. Vous diminuez d'abord 4 mailles par rang et augmentez ensuite 4 m par rang (toujours 1 m à chaque marqueur, soit avant, soit après). Bon tricot!
30.09.2020 - 08:05Brenda Freeman wrote:
For both front and back pieces - after the middle stitches have been separated, is the decreasing for the neck, at the neck edge only. The outer edges, later to be attached to the top of the sleeve, remaining straight up to the shoulders - or are the shoulders shaped as well as the neck?
18.07.2020 - 18:42DROPS Design answered:
Dear Mrs Freeman, yes correct, there is no shaping for shoulders, after you have slipped the middle stitches on a thread, you finish each shoulder separately binding off at the beginning of each row from neck towards shoulder. Happy knitting!
20.07.2020 - 09:29Eva Helena Björfors wrote:
Hej! Jag har försökt skriva ut ovanstående stickbeskrivning, men får bara ut bilder, ingen själva beskrivningen. Nu börjar jag också bli irriterad över att jag får till svar att mitt namn var för kort och att jag skrivit för lite i kommentarsfältet. Nu har jag ändrat kommentar till fråga, men det står fortfarande kommentar ovanför rutan. Hoppas nu att det mitt namn och mitt svar är lagom.
11.05.2020 - 11:38Eva Björfors wrote:
Nu har jag försökt skriva ut mönstret vid 2 tillfällen, men får inte själva stickbeskrivningen, bara bilderna.
11.05.2020 - 11:30Rous wrote:
Bonjour je fait le modèle darling 160/17 en rond circulaire pouvez vous m'expliquer comment faire des jeté en rond sur l'endroit et les tricoter sur le rang envers dans le même sens vue l'aiguille circulaire merci de votre aide
11.05.2020 - 07:18DROPS Design answered:
Bonjour Mme Rous, les jetés se font de la même façon en rond et en rangs, au tour suivant, tricotez les à l'endroit, dans le brin avant - cette vidéo montre pour un autre modèle comment tricoter le diagramme A.4, en rond, et devrait vous permettre ainsi de visualiser comment faire. Bon tricot!
11.05.2020 - 10:43