DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.31 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 20.79€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Orange Crush

Gebreide DROPS trui met boordsteek en raglan, van boven naar beneden gebreid van ”Nepal”. Maat: S - XXXL.

DROPS 158-18
DROPS design: Model nr. ne-166
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS NEPAL van Garnstudio
450-500-550-600-650-700 gr. kleur nr. 2920, oranje

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (60 of 80 cm) 5,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 st x 20 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 5 mm - voor de boordsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.31 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 20.79€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Heen en weer gebreid op de nld: meerder 1 st aan de goede kant door 1 omsl te maken, brei in de volgende nld de omsl gedraaid av.
In de rondte op de nld: meerder 1 st door 1 omsl te maken, brei de omsl de volgende nld gedraaid r.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st voor de markeerder als volgt: brei tot er 2 st over zijn voor de markeerder, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder 1 st na de markeerder als volgt: 2 r samen.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Wordt van boven naar beneden gebreid in de rondte op de rondbreinld/breinld zonder knop.
Brei eerst heen en weer tot de st zijn opgezet voor het voorpand en brei dan in de rondte. Neem st op voor halsrand aan het einde.

RAGLAN:
Zet 48-50-52-52-52-58 st op met rondbreinld 5,5 mm en Nepal.
NLD 1 (= verkeerde kant): brei alle st av. Plaats 1 markeerder 8-8-8-8-6-6 st vanaf elke kant om de zijkanten aan te geven (= 8-8-8-8-6-6 st op de mouw aan elke kant en 32-34-36-36-40-46 st op het achterpand tussen de markeerders). Neem de markeerders gaandeweg mee in het werk.
NLD 2 (= goede kant): 2 r, * meerder 1 st - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN, r tot er 2 st over zijn voor de volgende markeerder, meerder 1 st, 4 r (markeerder staat in het midden tussen van deze st), meerder 1 st, r tot er 2 st over zijn voor de volgende markeerder, meerder 1 st, 4 r (markeerder staat in het midden tussen deze st), meerder 1 st *, r tot er 2 st over zijn op de nld, meerder 1 st, 2 r = 6 st gemeerderd st. Zet nu 4 nieuwe st op voor het voorpand = 58-60-62-62-62-68 st. (LET OP: herhaal *-* in 4e en 6e nld zoals onder beschreven staat).
NLD 3: brei alle st av, zet aan het einde van de nld 4 nieuwe st op = 62-64-66-66-66-72 st. Plaats 1 nieuwe markeerder 4 st vanaf elke kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (= 4 st op het voorpand aan elke kant, 4 markeerders in totaal in het werk).
NLD 4: 6 r, (1e markeerder is na de eerste 4 st), herhaal van *-* vanaf de 2e nld, r tot er 2 st over zijn voor de laatste markeerder, meerder 1 st, 6 r (laatste markeerder is voor de laatste 4 st) = 6 st gemeerderd. Zet 4 st op = 72-74-76-76-76-82 st.
NLD 5: brei alle st av, zet aan het einde van nld 4 st op = 76-78-80-80-80-86 st (= 8 st op het voorpand aan elke kant).
NLD 6: 10 r, (1e markeerder is na de eerste 8 st), herhaal van *-* van de 2e nld, r tot er 2 st over zijn voor de laatste markeerder, meerder 1 st, 10 r = 6 st gemeerderd (laatste markeerder is voor de laatste 8 st). Zet 11-12-13-13-15-18 st op = 93-96-99-99-101-110 st.
NLD 7: av, zet aan het einde van nld 11-12-13-13-15-18 st op = 104-108-112-112-116-128 st op de nld (= 19-20-21-21-23-26 st op het voorpand aan elke kant, 38-40-42-42-46-52 st op het achterpand en 14-14-14-14-12-12 st op elke mouw). DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Brei dan het werk verder in de rondte als volgt:
NLD 1: * r tot er 2 st over zijn voor de volgende markeerder, meerder 1 st, 4 r (markeerder staat tussen deze st), meerder 1 st *, herhaal van *-* nog 3 keer (= 4 keer in totaal), brei de overgebleven st r (= 8 st gemeerderd) = 112-116-120-120-124-136 st.
NLD 2: brei alle st recht.
Meerder nu 8 st op de nld op dezelfde manier - dus meerder 1 st aan elke kant van elke markeerder - om de nld nog 10-11-12-17-20-21 keer (11-12-13-18-21-22 keer meerderen in totaal op het voorpand), dan elke 4e nld 3-3-3-1-0-0 keer = 216-228-240-264-284-304 st (= 66-70-74-80-88-96 st op het voorpand en achterpand, 42-44-46-52-54-56 st op elke mouw).
LET OP! Plaats 1 markeerder in het midden op het voorpand (om het voorpand te markeren waar de raglan lager is). Brei de volgende nld als volgt: brei 66-70-74-80-88-96 st op het voorpand, * zet de volgende 42-44-46-52-54-56 st (= mouw) op 1 hulpdraad, zet 6-8-10-12-14-16 st op voor het armsgat, plaats een markeerder in het midden tussen deze nieuwe st *, brei de volgende 66-70-74-80-88-96 st op het achterpand, herhaal van *-* nog 1 keer = 144-156-168-184-204-224 st voor het lijf.

LIJF:
Brei dan in tricotst. Meerder bij een hoogte van 10 cm vanaf de nieuwe st onder de mouw 1 st aan elke kant van de markeerders aan de zijkant als volgt: brei tot er 1 st over is voor de eerste markeerder, 1 omsl, 2 st in tricotst, 1 omsl, Herhaal dit meerderen aan de andere kant (= 4 st gemeerderd) = 148-160-172-188-208-228 st. Herhaal dit meerderen bij een hoogte van 20-22-24-26-28-30 cm = 152-164-176-192-212-232 st.
Meerder bij een hoogte van 55-57-59-61-63-65 cm in totaal (meet op het achterpand) 8 st gelijkmatig verdeeld over de nld = 160-172-184-200-220-240 st. Ga de volgende nld verder met rondbreinld 5 mm en brei boordsteek als volgt: * 2 r, 2 av *, herhaal van *-* de hele nld tot de boordsteek 3 cm meet. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

MOUW:
Zet de 42-44-46-52-54-56 st van de hulpdraad terug op de breinld zonder knop 5,5 mm. Zet 6-8-10-12-14-16 st op aan het einde van de nld = 48-52-56-64-68-72 st. Plaats een markeerder in het midden tussen de nieuwe st onder de mouw. MEET NU DE WERK VANAF HIER. Ga verder en brei 3 cm in tricotst in de rondte.
Minder in de volgende nld 1 st - LEES TIP VOOR HET MINDEREN - aan elke kant van de markeerder. Herhaal dit minderen elke 5-4-3½-2½-2-2 cm nog 6-7-8-12-13-14 keer = 34-36-38-38-40-42 st. Ga verder in tricotst tot het werk 38-37-37-36-35-33 cm meet. Ga in de volgende nld verder met breinld zonder knop 5 mm. Brei in tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 6-4-6-6-8-6 st gelijkmatig = 40-40-44-44-48-48 st. Ga verder en brei boordsteek als volgt: * 2 r, 2 av *, herhaal van *-* de hele nld. Kant als de boordsteek 5 cm meet losjes alle st af met recht boven recht en averecht boven averecht, de mouw meet ongeveer 43-42-42-41-40-38 cm (minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders).

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

HALSRAND:
Begin middenachter en neem 88-92-96-96-100-112 st op met rondbreinld 5 mm langs de hals. Brei dan boordsteek als volgt: 1 r, * 2 av, 2 r *, herhaal van *-* tot er 3 st over zijn, 2 av, 1 r. Ga zo verder tot de boordsteek 5 cm meet. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 158-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (43)

country flag MJ wrote:

I have just finished Row 7. To have the working yarn on the right needle in order to join in the round, I end up with the wrong side facing out. Am I doing something wrong?

15.01.2019 - 22:50

DROPS Design answered:

Dear Mj, last row (= row 7) has been worked from WS, turn piece to work next round from RS and work round 1 from RS as explained, at the end of round 1, join in the round, insert a marker to mark the beg of round and work round 2. Happy knitting!

16.01.2019 - 08:30

country flag Benedetta wrote:

Grazie!

15.01.2019 - 15:44

country flag Benedetta wrote:

Buongiorno e grazie per l'aiuto! Ho finito l'ultimo aumento degli 11 dello sprone. Adesso devo aumentare ogni 4 ferri x 3 volte, ma sempre prima e dopo ogni segnapunti, o solo le maniche o solo davanti/dietro? Grazie

15.01.2019 - 12:02

DROPS Design answered:

Buongiorno Benedetta. Sì, deve aumentare sia prima che dopo ogni segnapunti. Buon lavoro!

15.01.2019 - 12:17

country flag Benedetta wrote:

Buonasera, sono all'inizio del 4 ferro. 6 dir, (il primo segnapunti é dopo le prime 4 maglie) etc.... Non capisco il seguito se devo contare anche le 4 m avviate.Potete spiegarmi tutto il ferro? Grazie mille

13.01.2019 - 20:44

DROPS Design answered:

Buonasera Benedetta. Le prime 4 m sul ferro sono le 4 m avviate alla fine del terzo ferro. Al ferro 3 ha anche inserito altri 2 segnapunti: dopo le prime 4 m e prima delle ultime 4 m. Lavora 6 m (le 4 avviate al ferro precedente, segno, 2 m), segue le istruzioni tra gli * come indicato al ferro 2, lavora a dir finché non rimangono 2 m prima dell’ultimo segnapunti (in tutto rimangono 6 m sul ferro: 2 m, segnapunti, 4 m) aumenta 1 m, e poi lavora le ultime 6 m sul ferro. Su questo ferro aumenta 10 m. Buon lavoro!

13.01.2019 - 21:58

country flag Bärbel wrote:

Der Übergang von geraden Reihen stricken auf Stricken in Runden geht von links stricken auf rechts stricken (weilen Runden gestrickt werden muss) nicht. Wie gehe ich vor?

23.08.2018 - 11:36

DROPS Design answered:

Liebe Bärbel, die letzte Reihe, die Sie stricken, ist ja eine Rück-Reihe. Die nächste Reihe wäre also eine Hin-Reihe, wenn Sie dann die Arbeit zur Runde schließen, stricken Sie automatisch auf der Vorderseite der Arbeit, wie es für Runden ja normal ist. Gutes Gelingen!

26.08.2018 - 10:15

country flag Mathieu Anne-Marie wrote:

Bonjour, je suis arrivée à la fin des premières augmentations répétées tous les 2 rgs soit dans ma taille 10 (S). j\'ai été jusque 11 puisque il est indiqué 11 au total et c\'est là que j\'ai un doute car j\'ai 200m. Hors si je dois maintenant augmenter 3 fois 8 mailles tous les 4 rgs, je vais avoir plus de 216 m... Je ne comprends pas pourquoi on distingue devant et dos. Merci de votre réponse. Anne-Marie

16.04.2018 - 18:07

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Mathieu, Après le 1er tour, vous augmentez 8 m et avez 112 m au total. Vous répétez ces augmentations encore 10 fois tous les 2 tours et 3 fois tous les 4 tours soit (10x8 + 3x4) = 104 augmentations au total + les 112 m = 216 m. On distingue le devant et le dos car on a commencé en rangs et on a augmenté davantage pour le dos que pour le devant. Bon tricot!

17.04.2018 - 09:52

country flag Rianne Wiesje Kompier Krijnen wrote:

In het patroon staat "Plaats 1 markeerder 8-8-8-8-6-6 st vanaf elke kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (= 8-8-8-8-6-6 st op de mouw aan elke kant en 32-34-36-36-40-46 st op het achterpand tussen de markeerders. Wat bedoelt men met middenvoor in deze zin??? Middenvoor is toch het deel dat ontstaat door het opzetten van extra steken aan weerszijden van het werk?

08.02.2018 - 15:25

DROPS Design answered:

Hoi Rianne, Dat klopt inderdaad. Je voegt 8 st vanaf elke kant een markeerdraad in, maar die 8 steken zijn eigenlijk de mouwen en de steken van het voorpand moet je nog opzetten. Ik heb het woordje middenvoor verwijderd, want dat is alleen maar verwarrend. Bedankt voor het doorgeven.

16.02.2018 - 12:05

country flag Marie wrote:

Excusez moi, je n'avais pas bien lu les explications. Je retire ma question précédente.

17.09.2017 - 20:18

country flag Marie Laure KAMINSKI wrote:

Bonjour Je ne comrends pas le raglan: il ne peut pas se faire sur 7 rangs, mais sur beaucoup plus de rangs. Merci d'avance pour vos explications.

17.09.2017 - 20:15

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Kaminski, les 7 premiers rangs décrivent comment tricoter les augmentations du raglan et comment augmenter en même temps pour l'encolure devant. Continuez ensuite en rond en augmentant tous les 2 tours, puis éventuellement tous les 4 tours comme indiqué pour votre taille. Bon tricot!

18.09.2017 - 09:21

Fran Hoffman wrote:

I have studied the schematic for this sweater and cannot determine the bust size. You referred another questioner to the schematic. Can you just tell me what are the bust sizes?

17.09.2016 - 17:13

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hoffman, the measurement chart at the bottom of the page does not have a bust measure for this model, but you can find the bottom measures (hip measure) in cm: use this to find the right size. Happy knitting!

18.09.2016 - 23:28