DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Eir

Gebreide DROPS trui met Noors patroon en ronde pas van boven naar beneden gebreid van "Nepal". Maat: S - XXXL.

DROPS 156-12
DROPS design: Model nr. ne-153
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS NEPAL van Garnstudio
600-650-700-800-850-950 gr. kleur nr. 7120, licht grijsgroen
150-150-150-150-200-200 gr. kleur nr. 0100, naturel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 4 mm - voor de boordsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 37.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. Brei het hele patroon in tricotst. Kies het telpatronen voor de juiste maat.

TIP VOOR HET METEN:
Vanwege het gewicht van het garen is het belangrijk om alle maten te meten terwijl u het werk omhoog houdt, anders wordt de trui te lang tijdens het dragen.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door een st van de vorige nld op te nemen, brei deze st r.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder als volgt na de markeerder: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder als volgt 2 st voor de markeerder: 2 r samen.
----------------------------------------------------------

PAS:
Wordt van boven naar beneden gebreid in de rondte op de rondbreinld.
Zet 102-102-108-108-114-114 st op met rondbreinld 4 mm en licht grijsgroen. Brei boordsteek 1 r/2 av over alle st. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei bij een hoogte van 14-14-15-15-16-16 cm 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 26-22-24-20-22-18 st gelijkmatig = 76-80-84-88-92-96 st. Ga verder met rondbreinld 5 mm. Brei dan een ronding heen en weer voor de hals vanaf middenachter als volgt: plaats 1 markeerder aan het begin van de rondte. 9-10-11-12-13-14 r, keer het werk en 18-20-22-24-26-28 av. Keer het werk, 27-29-31-33-35-37 r, keer het werk en 36-38-40-42-44-46 r. Keer het werk en 45-47-49-51-53-55 r, keer het werk en 54-56-58-60-62-64 av. Keer het werk en brei r over alle st tot markeerder.
Brei nu in de rondte. Brei 1 nld recht en meerder TEGELIJKERTIJD 34-41-48-55-62-80 st gelijkmatig = 110-121-132-143-154-176 st. Brei dan en meerder volgens A.1 – kies het telpatroon voor de juiste maat. Het patroon begint bij de pijl in het telpatroon voor juiste maat. Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, staan er 220-242-264-286-308-352 st op de nld. Het werk meet ongeveer 23-24-25-26-27-28 cm - TIP VOOR HET METEN. Brei 1 nld recht met licht grijsgroen en meerder TEGELIJKERTIJD 8-10-8-10-16-0 st gelijkmatig = 228-252-272-296-324-352 st. Brei de eerste 32-36-40-44-49-54 st (= helft van het achterpand), zet de volgende 51-55-57-61-65-69 st op een hulpdraad voor de mouw, zet 8 st op onder deze st, brei de volgende 63-71-79-87-97-107 st (= voorpand), zet de volgende 51-55-57-61-65-69 st op een hulpdraad voor de mouw, zet 8 st op onder deze st, brei de overgebleven 31-35-39-43-49-53 st = 142-158-174-190-210-230 st.

LIJF:
Brei 1 nld in tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 2-4-0-2-0-4 st gelijkmatig = 144-162-174-192-210-234 st. Brei A.2 (= 6 st) en minder TEGELIJKERTIJD in de laatste nld 2-4-0-2-0-4 st gelijkmatig = 142-158-174-190-210-230 st.

Ga als A.2 een keer in de hoogte is gebreid verder met licht grijsgroen. Plaats 6 markeerders in het werk als volgt: brei 15-16-17-17-18-20 st, plaats 1e markeerder, brei 21-24-27-31-35-38 st, plaats 2e markeerder (geeft de zijkant aan), brei 21-24-27-31-35-38 st, plaats 3e markeerder, brei 29-31-33-33-35-39 st, plaats 4e markeerder, brei 21-24-27-31-35-38 st, plaats 5e markeerder (geeft de zijkant aan) brei 21-24-27-31-35-38 st, plaats 6e markeerder, brei de overgebleven 14-15-16-16-17-19 st. Neem de markeerders gaandeweg mee naar boven. Minder dan als volgt: minder na de 3e en 6e markeerder en voor 1e en 4e markeerder - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen elke 1-1-1,5-1,5-3,5-3,5 cm 4-4-4-3-2-2 keer in totaal =126-142-158-178-202-222 st op de nld.

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
Meerder bij een hoogte van 38-40-42-44-46-48 cm na de 3e en 6e markeerder en voor de 4e en 1e markeerder - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN. Herhaal dit meerderen elke 4½ cm 5 keer in totaal. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 38-40-42-44-46-48 cm 1 st aan elke kant van de 2e en 5e markeerder (= aan de zijkanten). Herhaal dit meerderen aan de zijkanten elke 6-9-9-9-9-6 cm 4-3-3-3-3-4 keer in totaal. Als alle meerderingen gemaakt zijn, staan er 162-174-190-210-234-258 st op de nld. Brei tot het werk 62-64-66-68-70-72 cm meet. Brei 1 nld recht en meerder TEGELIJKERTIJD 42-45-50-66-78-90 st gelijkmatig = 204-219-240-276-312-348 st. Ga verder met rondbreinld 4 mm en brei boordsteek = 1 r/2 av. Kant bij een hoogte van 70-72-74-76-78-80 cm af met recht boven recht en averecht boven averecht.

MOUW:
Zet de st van de hulpdraad terug op de rondbreinld 5 mm (= 51-55-57-61-65-69 st). Zet 8 st op midden onder de mouw = 59-63-65-69-73-77 st. Plaats 1 markeerder in het werk. MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Brei A.2– LET OP: pas zo aan dat het patroon in het midden komt, de pijl in het telpatroon markeert de middelste st op de bovenkant van de mouw. Begin TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 4 cm vanaf de markeerder met minderen – denk om de TIP VOOR HET MINDEREN! Herhaal dit minderen elke 2-1½-1½-1½-1½-1 cm nog 8-10-11-10-12-14 keer = 41-41-41-47-47-47 st over. Meerder bij een hoogte van 34 cm 4 st gelijkmatig = 45-45-45-51-51-51 st. Ga verder met breinld zonder knop 4 mm. Brei boordsteek = 1 r/2 av. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht bij een hoogte van 42 cm. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = licht grijsgroen
symbols = naturel
symbols = 1 omsl tussen 2 st, brei de omsl de volgende nld gedraaid r
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 156-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (53)

country flag Nicol wrote:

Hallo liebes Drops-Team, ich hätte eine generelle Frage bei der Anleitung: ich habe nun schön öfter festgestellt, dass in der Beschreibung steht (nachdem man das hohe Halsbündchen gestrickt hat), dass erst Maschen abgenommen werden sollen, die ein paar wenige Reihen später wieder aufgenommen werden, und irgendwie mag sich mir der Grund dafür nicht erschließen. Schon im Voraus lieben Dank fürs "aufklären". :)

28.10.2019 - 14:18

DROPS Design answered:

Liebe Nicol, beim Hals strickt man Bündchen/Rippenmuster mit kleineren Nadeln, dann muss man abnehmen bei der 1. Runde mit der grösseren Nadeln um den richtigen Umfang zu haben, dann strickt man hier verkürzten Reihen und dann wird es zugenommen, damit es die richtige Breite und die richtige Maschenanzahl für das Muster gibt. Viel Spaß beim stricken!

04.11.2019 - 12:59

country flag Caroline wrote:

Dear Drops, Thank you very much for your quick reply about knitting the sleeve. Please could you tell me how to find the middle stitch on top of the sleeve as I'm not sure what this is. Best wishes Caroline

23.05.2019 - 09:31

DROPS Design answered:

Dear Caroline, the middle stitch on top of sleeve is the one in the middle of the round (start counting from beg of the round = mid under arm) - read more about how to center a diagram here. Happy knitting!

23.05.2019 - 09:57

country flag Caroline wrote:

Hello drops, I've just started the sleeve using the M sizes, and I have 63 sts in accordance with your pattern. I now need to knit chart A2 which is a pattern of 6-stitch repeats. As 63 is not divisible by 6, I can't see how this will work without losing the pattern at some point under the sleeve, which will look a mess. Please could you give me some advice about what to do here. Best wishes Caroline

21.05.2019 - 08:56

DROPS Design answered:

Hi Caroline, Under the sleeve the pattern will not fit as you say and you will be decreasing as you go as well. So stop working A.2 wherever you are at the end of the round and start the next round where you began A.2 on the previous round - the most important thing is to get the stitch with the arrow (middle stitch in A.2) to match the middle stitch on top of sleeve. I hope this helps and happy knitting!

21.05.2019 - 09:52

country flag Anita Danell wrote:

Hej! På mönstret är det precis i början (vid markeringarna S M L ) som ett sprund/ 2 ben de första varven. Vad ska jag göra där, hoppa över en maska? För det är väl ingen utökning eftersom det inte är markerat med ökningssymbolen? Vänliga hälsningar Anita Danell

22.02.2019 - 15:29

DROPS Design answered:

Hej, här ska du bara fortsätta till följande ruta i diagrammet. Senare ökas det maskor, så då fortsätter diagrammet som vanligt.

22.02.2019 - 16:26

country flag Marion wrote:

Skal jeg på 1. økning øke 1 maske etter hver 5. maske, og så etter hver 6. maske annenhver gang? Og på neste omgang øke etter hver 13. maske?

16.08.2018 - 11:57

DROPS Design answered:

Hei Marion Ja, det stemmer at du på 5 omgang øker helt på starten av omgangen, og så videre etter hver 5 og 6 maske annenhver gang. Det stemmer også at du på 6 omgang øker først etter 11 masker, og så etter 13 masker på resten av omgangen. Om du syntes det er vanskelig å holde oversikten kan du sette 1 merke mellom hver rapport av mønsteret så er det lettere å se hvor du er i arbeidet ditt. God fornøyelse.

23.08.2018 - 11:33

country flag Marion wrote:

Hei. Jeg kommer helt feil ut når jeg øker i mønsteret, men greier ikke å se hvor jeg gjør feil. Savner at det står hvor mange masker en skal ha på pinnen etter hver økning!

16.08.2018 - 11:42

DROPS Design answered:

Se svar på spørsmål over :)

23.08.2018 - 11:33

country flag Monica Ruud wrote:

Hei. Skal strikke Drops 156-12 aldri strikket ovenfra og ned og finner ikke noen video jeg kan se på. Kan du hjelpe meg så jeg garantert noe å lære etter. Vennlig hilsen Monica Ruud

02.08.2018 - 17:46

DROPS Design answered:

Hei Monica. Du skal strikke på samme måte som du ville strikket om du strikket nedenfra og opp, bare at du øker når du ville felt, og feller når du ville økt – Men dette står forklart i oppskriften, så det er bare å gjøre akkurat som det står: Du begynner altså med halskanten, når denne er ferdig strikkes det forhøyning i nakken (forkortede pinner) så strikkes bærestykke (mønster leses som vanlig fra nederste til øverst, fra høyre mot venstre), alle økinger er markert i diagrammet. Videre settes masker av til ermer, nye masker legges opp og bolen strikkes nedover. God fornøyelse.

17.08.2018 - 13:24

country flag Lousha wrote:

According to the pattern I'm supposed to put the sleeve stitches on holders once A1 chart is fully worked. But according to the picture that is pretty much at the stomach... Certainly much lower than the armpit. So if I knit like this, I won't be able to lift my arms up. Is this a mistake in the pattern or just some strange design?

07.06.2018 - 19:31

DROPS Design answered:

Dear Lousha, you will divide sts for sleeves and body after A.1 has been worked (deep armholes - see measurements in chart: 23-28 cm)) and then work A.2 on body - make sure your tension in height is right (=22 rows stocking st = 10 cm). Happy knitting!

08.06.2018 - 08:17

LYDIA CARSERAS wrote:

I do not understand how to make the elevated back neck on your video. It is very confusing. Do I start from the center of the back neck if knitting in the round for a top down jumper? Do you have any written instructions for this specific method? It would be nice if you explained things verbally because it is very very confusing. Can you please give more detailed instructions. Thanks

30.03.2018 - 17:18

DROPS Design answered:

Dear Lydia, since the videos are available for all the languages the site uses, we cannot add verbal explanations other than the written instructions given to the videos. For this particular sweater the elevation starts at the middle back, and you knit short rows (where you turn the piece mid-row) back and forth according to the description. Happy Knitting!

01.04.2018 - 12:57

country flag Pia Östgård wrote:

Menar att det ej står hur många maskor och var jag ska minska!!!

20.01.2018 - 22:31