DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 149-42
DROPS design: Model nr. de-102
Garengroep A
-----------------------------------------------------------
Maat: S/M - L/XL - XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS DELIGHT van Garnstudio
500-500-600 gr. kleur nr. 02, pruim/beige/heide

DROPS RONDBREINLD (40 of 60 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 40 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
1 hele waaier meet ongeveer 18 cm in de breedte en 15 cm in de hoogte.
2 DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 cm) 3 mm – voor de randen in ribbelst langs de split en voor de hals.
DROPS PARELMOERKNOOP NR. 521: 1 knoop.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u de maat breder/smaller of langer/korter wilt maken, brei dan meer/minder waaiers in de breedte en meer/minder nld in de hoogte; let wel op dat de plaatsing van de waaiers de halslijn kan beïnvloeden.
----------------------------------------------------------

TRUI:
De trui bestaat uit meerdere "waaiers” die gaandeweg aan elkaar worden gebreid. Begin aan de onderkant van het voorpand in de volgorde waarin de waaiers zijn genummerd – zie A.1 (kies het telpatroon voor de juiste maat). Neem nieuwe st altijd op aan de goede kant van het werk.

VOORPAND:

WAAIER 1A:
Zet 61 st op met rondbreinld 4 mm en Delight en brei als volgt:
Nld 1 (= goede kant): brei alle st recht.
Nld 2 (= verkeerde kant): brei alle st recht.
Nld 3: 2 st r samen, 9 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 6 st r *, herhaal van *-* 5 keer in totaal, 3 st r, 2 st r samen = 49 st.
Nld 4-7: brei alle st recht.
Nld 8 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 49 st.
Nld 9-10: brei alle st recht.
Nld 11: 2 st r samen, 7 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 4 st r *, herhaal van *-* 5 keer in totaal, 3 st r, 2 st r samen = 37 st.
Nld 12-15: brei alle st recht.
Nld 16 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 37 st.
Nld 17-18: brei alle st recht.
Nld 19: 2 st r samen, 5 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 7 st r *, herhaal van *-* 2 keer in totaal, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 5 st r, 2 st r samen = 29 st.
Nld 20-26: brei alle st recht.
Nld 27: 2 st r samen, 3 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 5 st r *, herhaal van *-* 2 keer in totaal, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 3 st r, 2 st r samen = 21 st.
Nld 28-29: brei alle st recht.
Nld 30 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 21 st.
Nld 31-34: brei alle st recht.
Nld 35: 2 st r samen, 7 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 7 st r, 2 st r samen = 17 st.
Nld 36-42: brei alle st recht.
Nld 43: 2 st r samen, 5 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 5 st r, 2 st r samen = 13 st.
Nld 44-48: brei alle st recht.
Nld 49: 2 st r samen, 3 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 3 st r, 2 st r samen = 9 st.
Nld 50-54: brei alle st recht.
Nld 55: 2 st r samen, 1 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 1 st r, 2 st r samen = 5 st.
Nld 56-58: brei alle st recht.
Nld 59: 1 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 1 st r = 3 st.
Nld 60: brei alle st recht.
Nld 61: 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh = 1 st.
Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st en zet vast.

Brei WAAIER 2A, 3A en 4A etc. op de 1e rij op dezelfde manier.
1e rij met waaiers is nu klaar.

WAAIER 1B:
Neem 30 st op langs linkerkant WAAIER 1A (gezien aan de goede kant) – dus neem 1 st op in elke ribbel in ribbelst en ongeveer 1 st in elke nld met gaatjes en neem dan 31 st op langs rechterkant van WAAIER 2A (gezien aan de goede kant) = 61 st op de nld. Brei dan WAAIER 1A maar vanaf de 2e nld (dus begin met recht aan de verkeerde kant).

Brei WAAIER 2B, 3B etc. op de 2e rij op dezelfde manier.

HALVE WAAIER AAN LINKERKANT VAN WERK (gezien aan de goede kant als het werk plat ligt) – WAAIER 1C:
Neem 31 st op langs de linkerkant (gezien aan de goede kant) van de laatste waaier op de eerste rij.
Nld 1 (= goede kant): brei alle st recht.
Nld 2 (= verkeerde kant): brei alle st recht.
Nld 3: 2 st r samen, 9 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 6 st r *, herhaal van *-* 2 keer in totaal, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 25 st.
Nld 4-7: brei alle st recht.
Nld 8 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 25 st.
Nld 9-10: brei alle st recht.
Nld 11: 2 st r samen, 7 st r, * 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 4 st r *, herhaal van *-* 2 keer in totaal, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 19 st.
Nld 12-15: brei alle st recht.
Nld 16 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 19 st.
Nld 17-18: brei alle st recht.
Nld 19: 2 st r samen, 5 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 7 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 15 st.
Nld 20-26: brei alle st recht.
Nld 27: 2 st r samen, 3 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh, 5 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 11 st.
Nld 28-29: brei alle st recht.
Nld 30 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 11 st.
Nld 31-34: brei alle st recht.
Nld 35: 2 st r samen, 7 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 9 st.
Nld 36-42: brei alle st recht.
Nld 43: 2 st r samen, 5 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 7 st.
Nld 44-48: brei alle st recht.
Nld 49: 2 st r samen, 3 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 5 st.
Nld 50-54: brei alle st recht.
Nld 55: 2 st r samen, 1 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 3 st.
Nld 56-60: brei alle st recht.
Nld 61: 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh = 1 st.
Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st en zet vast.

HALVE WAAIER AAN RECHTERKANT VAN WERK (gezien aan de goede kant als het werk plat ligt) – WAAIER 2C:
Neem 31 st op langs rechterkant WAAIER 1A (gezien aan de goede kant). Brei dan als WAAIER 1C maar in spiegelbeeld (dus lees in 2e-10e-18e-26e-34e-42e-48e-54e en 60e nld de zin van achteren naar voren maar begin met 2 st r samen en eindig met 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh – dus brei bijvoorbeeld de 2e nld als volgt: 2 st r samen, * 6 st r, 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh *, herhaal van *-* 2 keer in totaal, 9 st r, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh = 25 st).

2e rij met waaiers is nu klaar.

WAAIER 1D:
Neem 30 st op langs linkerkant WAAIER 2C (gezien aan de goede kant) – dus neem 1 st op in elke ribbel in ribbelst en ongeveer 1 st in elke nld met gaatjes, neem 1 st op in de punt aan de bovenkant van WAAIER 1A en neem dan 30 st op langs rechterkant WAAIER 1B (gezien aan de goede kant) = 61 st op de nld. Brei dan WAAIER 1A maar vanaf de 2e nld (dus begin met recht aan de verkeerde kant).

Brei WAAIER 2D, 3D, 4D etc. op dezelfde manier.
3e rijd met waaiers is nu klaar.

Ga verder met WAAIER 1E, 2E, 3E etc. op dezelfde manier.

WAAIER 1F:
Brei als WAAIER 1C maar neem 30 st op langs linkerkant van laatste waaier op 3e rij en neem ook 1 st op in de punt aan de bovenkant van WAAIER 1C = 31 st op de nld. Brei dan als WAAIER 1C.

WAAIER 2F:
Neem 1 st op in de punt aan de bovenkant van waaier 2C, neem dan 30 st op langs rechterkant WAAIER 1D (gezien aan de goede kant) = 31 st op de nld. Brei dan als WAAIER 2C.
4e rij met waaiers is nu klaar.

Ga verder met WAAIER 1G, 2G, 3G etc. als hiervoor.
5e rij met waaiers is nu klaar.

Maak in de volgende nld (= 6e nld) een split middenvoor, dus brei 2 halve waaiers in plaats van 1 hele waaier. Brei WAAIER 1H, 2H etc. op dezelfde manier als WAAIER 1D en plaats ze volgens tekening A.1, brei dan een HALVE WAAIER 1I op dezelfde manier als 1F zowel aan linkerkant van werk als aan rechterkant van split middenvoor. Brei HALVE WAAIER 2I aan rechterkant van werk en aan linkerkant van split middenvoor.
6e rij met waaiers is nu klaar.

Brei 7e rij met waaiers als waaiers van 3e rij.

Brei dan een afwerkrand met halve cirkels om de lijn aan de bovenkant recht te maken als volgt:
HALVE CIRKEL TUSSEN ELKE WAAIER (WAAIER 1K, 2K etc):
Neem aan de goede kant 61 st op langs rand tussen 2 waaiers – dus neem 1 st op in elke ribbel en ongeveer 1 st in elke nld met gaatjes en 1 st in het midden van twee waaiers in de punt aan de bovenkant van de waaier van de rij eronder.
Brei dan als volgt:

Nld 1 (= verkeerde kant): brei alle st recht.
Nld 2 (= goede kant): brei alle st recht.
Nld 3: brei alle st recht.
Nld 4: * 3 st r, 2 st r samen *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft en eindig met 1 st r = 49 st.
Nld 5: 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 49 st/omsl.
Nld 6: brei alle st recht.
Nld 7 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 49 st/omsl.
Nld 8-14: brei alle st recht.
Nld 15 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 49 st/omsl.
Nld 16-17: brei alle st recht.
Nld 18: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 25 st.
Nld 19-25: brei alle st recht.
Nld 26: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 13 st.
Nld 27: brei alle st recht.
Nld 28: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 7 st.
Nld 29: brei alle st recht.
Nld 30: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 4 st.
Nld 31: brei alle st recht.
Nld 32: 1 st r afh, 3 st r samen en afgeh st overh = 1 st over.
Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st en zet vast.

KWART CIRKEL AAN BUITENKANT AAN LINKERKANT VAN WERK – WAAIER 1L:
Neem 30 st op langs linkerkant (gezien aan de goede kant) van laatste waaier op 7e rij, neem ook 1 st op in de punt aan de bovenkant van WAAIER 1I = 31 st op de nld. Brei dan als volgt:

Nld 1 (= verkeerde kant): brei alle st recht.
Nld 2 (= goede kant): brei alle st recht.
Nld 3: brei alle st recht.
Nld 4: * 3 st r, 2 st r samen *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft en eindig met 1 st r = 25 st.
Nld 5: 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 25 st/omsl.
Nld 6: brei alle st recht.
Nld 7 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 25 st/omsl.
Nld 8-14: brei alle st recht.
Nld 15 (= verkeerde kant): 1 st r, * 1 omsl, 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 25 st/omsl.
Nld 16-17: brei alle st recht.
Nld 18: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 13 st.
Nld 19-25: brei alle st recht.
Nld 26: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 7 st.
Nld 27-29: brei alle st recht.
Nld 30: brei alle st 2 aan 2 r samen tot er 1 st overblijft, eindig met 1 st r = 4 st.
Nld 31: brei alle st recht.
Nld 32: 1 st r afh, 3 st r samen en afgeh st overh = 1 st.
Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st en zet vast.

KWART CIRKEL AAN BUITENKANT AAN RECHTERKANT VAN WERK – WAAIER 2L:
Neem 1 st op in de punt aan de bovenkant van WAAIER 2I, neem dan 30 st op langs rechterkant op eerste waaier van 7e rij = 31 st op de nld. Brei dan als WAAIER 1L.

ACHTERPAND:
Brei als het voorpand maar zonder split en halsopening middenvoor. Dus brei in de 6e rij 1 hele waaier middenachter in plaats van 2 halve en brei in de 8e rij een halve cirkel middenachter zodat de rand aan de bovenkant recht is.

MOUW:
Brei de mouw in de breedte, dus begin onder de mouw, brei rondom naar boven en weer naar beneden (zie breirichting op de tekening).
Zet 32-36-26 st op (incl. 1 kant st aan de zijkant) met rondbreinld 4 mm en Delight. Brei in ribbelst heen en weer tot het werk 30-32-34 cm meet en kant dan losjes alle st af. Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in de trui naast de kant st en naai de onderarm- en zijnaden samen naast de kant st.

RIBBELST LANGS SPLIT MIDDENVOOR:
Zet 4 st op met 1 breinld zonder knop 3 mm en Delight. Brei 1 nld recht (= verkeerde kant), keer het werk. Begin aan de onderkant van linkerkant split (als het werk gedragen is) en neem de buitenste st in ribbelst langs de split op (met rechternld), brei de eerste st op de linker nld, afgeh st overh, brei de rest van de nld, keer het werk, brei recht aan de verkeerde kant over de 4 st, keer het werk, * neem buitenste st op in ribbelst langs split (met rechternld), brei eerste st op linker nld, afgeh st overh, brei de rest van de nld recht, keer het werk, recht aan de verkeerde kant over de 4 st, keer het werk, herhaal deze 2 nld van *-* tot er 1 st is opgenomen in ongeveer elke st in ribbelst langs de hele split, kant dan alle st af. Herhaal langs rechterkant split maar begin aan de bovenkant aan de goede kant.

HALSRAND:
Neem aan de goede kant ongeveer 100 tot 110 st op langs de hals (ook over de randen in ribbelst aan het voorpand) met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Brei 1 nld recht aan de goede kant en maak TEGELIJKERTIJD 1 knoopsgat aan de rechterkant als volgt: brei de tweede en derde st vanaf de kant samen en maak 1 omsl. Brei 2 nld recht en kant dan af met recht aan de verkeerde kant.

Telpatroon

symbols = breirichting
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Rainbow Scallop (DK ver.)

Nyte, United States

149-42 Scallop

Nyte, Denmark

Scallop

Katarzyna, Poland

Laat een opmerking achter voor DROPS 149-42

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (78)

country flag MoniqueB wrote:

Ouah !!! magnifique

30.05.2013 - 17:38

country flag Grasso wrote:

Particolare il gioco dei colori

30.05.2013 - 16:23

country flag Jutta wrote:

Now that is something different !!! great design!

30.05.2013 - 15:59

Francesca wrote:

I would make this in a single colour,perhaps, or in lighter colours.

30.05.2013 - 15:46

country flag Hanna wrote:

Ugh!

30.05.2013 - 15:39

country flag Orange wrote:

Würde ich sofort nacharbeiten!

30.05.2013 - 15:20

country flag Böbel wrote:

Interessant Schuppenpulli

30.05.2013 - 14:57

country flag Carolin wrote:

Really ... ?

30.05.2013 - 14:46