DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Blue Leaf

Gebreid DROPS over-sized vest met kantpatroon en sjaalkraag van ”Vivaldi”. Maat: S - XXXL

DROPS 149-31
DROPS design: Model nr. oo-104
Garengroep C
-----------------------------------------------------------
Maat: S/M - L/XL - XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS VIVALDI van Garnstudio
150-200-250 gr. kleur nr. 30, grijspaars

DROPS RONDBREINLD (60 en 80 cm) 8 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 12 st x 17 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.4. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.
Het telpatroon is opgedeeld in 3 delen. Omdat er wordt geminderd en gemeerderd in de verschillende delen, zal het telpatroon onvolledig lijken. Maar het aantal st aan het eind van elke nld als gelijk blijven.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder naast de kant st in ribbelst. Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder voor 1 kant st als volgt: 2 st r samen.
Minder na 1 kant st als volgt: 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.

TIP VOOR HET BREIEN 1:
Om te zorgen dat de patroonherhaling mooi eindigt, gaat u verder met telpatroon A.3 in plaats van A.2 (rechtervoorpand) en A.1 in plaats van A.2 (linkervoorpand).

VERKORTE TOEREN:
Voor een betere pasvorm van de kraag breit u verkorte toeren in ribbelst als volgt: * 2 nld heen en weer over 15 st, 2 nld over alle st *, herhaal van *-* nog 1 keer.

TIP VOOR HET BREIEN 2:
Als er minder st zijn aan elke kant van de mouw en kantpatroon A.4 gaat verder, dan zullen de strepen in het kantpatroon verdwijen. Brei de die niet meer in het patroon passen in tricotst.
----------------------------------------------------------

VEST:

RECHTERVOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet LOSJES 59-64-70 st op (incl. 3-3-3 voorbies st middenvoor en 1 kant st in ribbelst) met rondbreinld 8 mm en Vivaldi. Brei 2 RIBBELS in ribbelst - zie uitleg boven. Brei dan als volgt aan de goede kant: 3-3-3 voorbies st in ribbelst, PATROON volgens telpatroon A.1 (= 12 st), A.2 over de volgende 26-26-39 st, A.3 (= 15 st), 2-7-0 st in ribbelst, 1-1-1 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon en in ribbelst aan de zijkant en op de voorbies. Kant bij een hoogte van 50-54-59 cm 2-7-13 st af aan de kant voor het armsgat in de volgende nld aan de verkeerde kant = 57-57-57 st op de nld. Ga dan verder in patroon met 3 voorbies st in ribbelst en 1-1-1 kant st in ribbelst aan de zijkant. LET OP! Ga voor maat XXL/XXXL verder met 1 kant st in ribbelst en A.3 in plaats van A.2 over de buitenste herhaling met A.2 (herhaling aan de zijkant richting het armsgat) als volgt: 3 voorbies st in ribbelst, A.1 (= 12 st), A.2 over de volgende 26 st, A.3 (= 15 st), 1 kant st in ribbelst.
Kant bij een hoogte van 70-76-83 cm de buitenste 27 st aan de verkeerde kant af = 30 st over op de nld voor de kraag. Brei dan als volgt aan de verkeerde kant: A.3, A.1, 3 voorbies st in ribbelst - Lees TIP VOOR HET BREIEN 1! Brei als de kraag ongeveer 10 cm meet VERKORTE TOEREN, begin aan de goede kant - zie uitleg boven. Kant losjes alle st af.

LINKERVOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet LOSJES 59-64-70 st op (incl. 3-3-3 voorbies st middenvoor en 1 kant st in ribbelst) met rondbreinld 8 mm en Vivaldi. Brei 2 RIBBELS in ribbelst - zie uitleg boven. Brei dan als volgt aan de goede kant: 1-1-1 kant st in ribbelst, 2-7-0 st in ribbelst, A.1 (= 12 st), A.2 over de volgende 26-26-39 st, A.3 (= 15 st), 3 voorbies st in ribbelst. Ga zo verder in patroon en in ribbelst aan de zijkant en op de voorbies. Kant bij een hoogte van 50-54-59 cm 2-7-13 st af aan de zijkant voor het armsgat aan de goede kant = 57-57-57 st op de nld. Ga dan verder in patroon met 3 voorbies st in ribbelst en 1-1-1 kant st in ribbelst aan de zijkant. LET OP! Ga voor maat XXL/XXXL verder met 1 kant st in ribbelst en A.1 in plaats van A.2 over de buitenste herhaling van A.2 (herhaling aan de zijkant richting het armsgat) als volgt: 1-1-1 kant st in ribbelst, A.1 (= 12 st), A.2 over de volgende 26 st, A.3 (= 15 st), 3 voorbies st in ribbelst.
Kant bij een hoogte van 70-76-83 cm de buitenste 27 st af aan de goede kant = 30 st over op de nld voor de kraag. Brei dan als volgt aan de goede kant: A.1, A.3, 3 voorbies st in ribbelst - Lees TIP VOOR HET BREIEN 1! Brei als de kraag ongeveer 10 cm meet VERKORTE TOEREN, begin aan de verkeerde kant - zie uitleg boven. Kant losjes alle st af.

ACHTERPAND:
Zet LOSJES 85-95-107 st op incl. 1-1-1 kant st aan elke kant met rondbreinld 8 mm en Vivaldi. Brei 2 ribbels in ribbelst - zie uitleg boven. Brei dan als volgt aan de goede kant: 1-1-1 kant st, 2-7-0 st in ribbelst, A.1 (= 12 st), A.2 over de volgende 52-52-78 st, A.3 (= 15 st), 2-7-0 st in ribbelst, 1-1-1 kant st. Ga zo verder in patroon met kant st in ribbelst aan elke kant. Kant bij een hoogte van 50-54-59 cm 2-7-13 st af aan het begin van de volgende 2 nld = 81-81-81 st op de nld. Ga verder in patroon op dezelfde manier en met 1 kant st in ribbelst aan elke kant. LET OP! Ga voor maat XXL/XXXL verder met 1 kant st in ribbelst en A.1 in plaats van A.2 (rechterkant) en A.3 in plaats van A.2 (linkerkant) aan de zijkanten richting de armsgaten.
Kant bij een hoogte van 68-74-81 cm de middelste 27-27-27 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Kant losjes af bij een hoogte van 70-76-83 cm.
Naai de schoudernaden van de voorpanddelen en het achterpand netjes samen in de buitenste st.

MOUW:
De mouw wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Begin aan de onderkant van het armsgat en neem 68-74-82 st op naast de kant st in ribbelst langs het armsgat = ongeveer 1 st in elke nld. Brei 1 nld av, minder TEGELIJKERTIJD 18-20-22 st gelijkmatig (brei ongeveer elke 3e en 4e st av samen) = 50-54-60 st incl. 1 kant st in ribbelst aan elke kant. Brei dan als volgt aan de goede kant: 1 kant st in ribbelst, 5-7-7 st in tricotst, * A.4, 6-6-8 st in tricotst *, herhaal van *-* nog 2 keer (= 3 keer in totaal), A.4, 5-7-7 st in tricotst, 1 kant st in ribbelst. Ga verder heen en weer op dezelfde manier in patroon, tricotst en 1 kant st in ribbelst aan elke kant. Minder als de mouw 3 cm meet 1 st aan elke kant van het werk door 2 st r samen te breien. Ga verder als hiervoor en minder TEGELIJKERTIJD 1 st aan elke kant elke 3-3½-2½ cm nog 9-9-12 keer (= 10-10-13 keer in totaal) – Lees TIP VOOR HET BREIEN 2! Als het minderen klaar is, staan er nog 30-34-34 st op de nld incl. 1 kant st in ribbelst aan elke kant. Brei tot de mouw 39-41-43 cm meet. Brei dan 2 ribbels in ribbelst en kant losjes af met 2 draden.
Brei nog een mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouwnaden samen. Naai de zijnaden samen in de buitenste lusjes van de buitenste st. Naai de kraag samen middenachter. Naai de kraag gelijkmatig en netjes langs de halsrand.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 2 st r samen
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 1 st r afh, 2 st r samen, afgeh st overh
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 149-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (35)

country flag Leonie Marks wrote:

Hi, there are a couple of pattens I've pulled off the internet that I'd like to do, but some of the listed yarns have been discontinued. I do have what I think it a good alternative, but would be grateful if you could please let me know what the meterage per ball is on the following: Melody, Vivaldi, and Bomul-Lin. Many thanks. I have made up a few of your pattens in the past, and they look really good.

13.10.2022 - 15:47

DROPS Design answered:

Dear Mrs Marks, you can always use our yarn converter to see the suggested alternatives and the new amount of yarns - find the discontinued yarns here - note that Melody and Bomull-Lin are not discontinued. Happy knitting!

13.10.2022 - 16:32

country flag Hege Myklebust wrote:

På toppen av framstykket - når ein går over til kragen, står det "Videre fortsettes det slik fra vrangen: A3, A1..." Betyr det at ein skal strikka mønsteret frå vranga, slik at retta blir vranga, på ein måte? Skal kragen brettast ut? På biletet ser ein ikkje kragen pga håret til modellen...

29.10.2014 - 17:12

DROPS Design answered:

Hej Hege, nej du fortsætter bare på samme måde som du har gjort hele tiden, samtidig som du strikker de forkortede pinde. God fornøjelse!

30.10.2014 - 09:23

country flag Drops Design NL wrote:

Goed om te horen en veel breiplezier!

01.08.2014 - 14:06

country flag Corinne wrote:

Bedankt! Ik heb proeflapje gemaakt en alles klopte, maar ik was gewoon bang dat ik veel te los aan het breien was!:-)

01.08.2014 - 10:19

country flag Corinne wrote:

Het is prachtig garen, en ik ben er druk mee bezig, maar door de dikke pennen (op de wol staat nr 4) worden de steken wel erg grof. Klopt dit?

31.07.2014 - 15:36

DROPS Design answered:

Hebt u een proeflapje gebreid en uw stekenverhouding gecontroleerd met het patroon? Door de keuze van een grote maat naald, krijgt u een open effect, dit is geen fout, maar een keuze van de designafdeling voor dit patroon.

01.08.2014 - 08:49

country flag Corinne wrote:

Het is prachtig garen, en ik ben er druk mee bezig, maar door de dikke pennen (op de wol staat nr 4) worden de steken wel erg grof. Klopt dit?

31.07.2014 - 15:36

country flag Bente wrote:

Heisann! Kan vi ta det på norsk? Mønster A1, det står 12 masker men jeg ender opp med 13 masker. Hvordan løser jeg dett...?

24.04.2014 - 21:08

DROPS Design answered:

Hei Bente. Naar du strikker videre (A.3) tages der ind igen. Saa kommer det totale antal masker til at stemme. God fornöjelse videre.

25.04.2014 - 12:35

country flag Bente wrote:

Heisann! Kan vi ta det på norsk? Mønster A1, det står 12 masker men jeg ender opp med 13 masker. Hvordan løser jeg dett...?

24.04.2014 - 21:07

country flag Lizjune wrote:

Sorry to be a pest, but Chart A1 says it has 12 stitches. What you listed in your response equals 13. What is supposed to happen with the extra stitch- or is this a typo and the total number of stitches (listed at the bottom of the chart) is supposed to be 13?

28.02.2014 - 03:14

DROPS Design answered:

Dear Lizjune, you are correct, sorry, the diagram will be checked and I will come back to you asap. Thank you.

28.02.2014 - 10:51

country flag Lizjune wrote:

Reading your chart for this pattern, the very first row of A.1: per the chart row 1 should have 12 stitches but in counting the stitches shown, I end up with 13. The problem seems to be with the yo markings--how to read these? The videos do not work for me. Please help!

27.02.2014 - 07:07

DROPS Design answered:

Dear Lizjune, you should keep same number of sts all the way, each YO is compensated by 1 dec, row 1 A.1 is worked as follows:K2 tog, K2, YO, K1, YO, slip 1 as if to K, K1, psso, YO, K5. Happy knitting!

27.02.2014 - 12:14