DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 149-34
DROPS design: Model nr. de-101
Garengroep A
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS DELIGHT van Garnstudio
350-400-450-450-500-550 gr. kleur nr. 04, lichtblauw.

DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 3.5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 23 st x 30 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 3 mm - voor de randen.
DROPS PARELMOERKNOOP NR. 521: 6-6-6-7-7-7 stuks.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer op rondbreinld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

STREEPPATROON:
* 4 ribbels (dus 8 nld r), 4 nld in tricotst *, herhaal van *-*.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl av als u in tricotst breit en recht als u in ribbelst breit.
----------------------------------------------------------

VEST:
Het werk wordt in delen gebreid. Het wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld vanwege het grote aantal st.

LINKERMOUW en VOORPAND:
Begin aan de kant van de mouw, zet dan nieuwe st op voor het voorpand en brei tot middenvoor.
Zet 58-58-58-66-66-66 st (incl. 1 kant st aan elke kant) op met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei 2 RIBBELS in ribbelst - zie uitleg boven (1e nld = goede kant). Ga verder met rondbreinld 3.5 mm en brei volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st in ribbelst, 2 st in tricotst, * 4 st in ribbelst, 4 st in tricotst *, herhaal van *-* 6-6-6-7-7-7 keer in totaal en eindig met 4 st in ribbelst, 2 st in tricotst en 1 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. Meerder bij een hoogte van 3 cm 1 st naast de kant st aan de linkerkant van het werk (gezien aan de goede kant – LET OP: meerder 1 st door 2 st te breien in dezelfde st en brei de gemeerderde st in patroon). Herhaal dit meerderen elke 4e nld nog 7 keer (= 8 keer meerderen in totaal onder de mouw) = 66-66-66-74-74-74 st. Brei tot een hoogte van 15 cm, brei dan in tricotst en zet TEGELIJKERTIJD in de 1e nld aan de goede kant 21-21-20-12-10-7 nieuwe st op aan het einde van de nld = 87-87-86-86-84-81 st. brei 1 nld av terug met 1 kant st in ribbelst aan elke kant. Brei dan in tricotst als volgt:
Nld 1 (= goede kant): 1 kant st in ribbelst, recht tot er 1 st overblijft en brei 2 st in laatste st (= 1 st gemeerderd) = 88-88-87-87-85-82 st.
Nld 2 (= verkeerde kant): av met 1 kant st in ribbelst aan elke kant.
Nld 3 (= goede kant): 1 kant st in ribbelst, recht tot er 2 st over zijn, 1 omsl, 1 st r (plaats 1 markeerder in deze st), 1 omsl, 1 st r.
Nld 4: alle st en omsl av met 1 kant st in ribbelst aan elke kant.
Brei dan in tricotst met 1 kant st in ribbelst aan elke kant en meerder TEGELIJKERTIJD elke nld aan de goede kant 1 st aan elke kant van de st met de markeerder – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 2 st gemeerderd per nld waarin gemeerderd wordt).
Brei tot een hoogte van 26-28-30-30-33-36 cm gemeten vanaf de kant van de mouw op het langste deel (het werk meet ongeveer 11-13-15-15-18-21 cm vanaf waar nieuwe st opgezet zijn) en brei dan het STREEPPATROON – zie uitleg boven, met 1 kant st in ribbelst aan elke kant – LET OP: ga verder met meerderen aan elke kant van de st met de markeerder als hiervoor.
Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 31-33-34-37-39-42 cm vanaf de kant van de mouw af voor de hals om de nld (dus aan begin van elke nld aan de goede kant) als volgt: 1 keer 12-12-12-13-13-13 st en 2-2-2-3-3-3 keer 1 st, kant dan 1 st af elke 4e nld (dus om de nld aan de goede kant) 2 keer in totaal. Ga verder in het STREEPPATROON met 1 kant st in ribbelst aan elke kant en meerder als hiervoor tot het werk ongeveer 38-40-42-45-48-51 cm meet vanaf de kant van de mouw – pas zo aan dat het na 7 nld recht is (het werk meet ongeveer 23-25-27-30-33-36 cm vanaf waar nieuwe st opgezet zijn en de rand met het STREEPPATROON meet ongeveer 12-12-12-15-15-15 cm). Kant in de volgende nld aan de verkeerde st af vanaf het begin van de nld tot en met de st met de markeerder (= onderkant van het vest) = ongeveer 122-126-132-134-138-142 st over op de nld. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei 2 cm in ribbelst heen en weer voor de voorbies, kant dan losjes alle st af.

RECHTERMOUW en VOORPAND:
Zet op en brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld. Dus meerder onder de mouw aan de rechterkant van het werk (gezien aan de goede kant) en zet nieuwe st op (voor zijkant op het voorpand) aan het einde van de nld aan de verkeerde kant (in plaats van aan de goede kant). Brei 1 nld recht aan de goede kant en brei dan als volgt:
Nld 1 (= verkeerde kant): 1 kant st in ribbelst, av tot er 1 st overblijft en brei 2 st in laatste st (= 1 st gemeerderd richting de onderkant) = 88-88-87-87-85-82 st.
Nld 2 (= goede kant): 1 kant st in ribbelst, 1 omsl, 1 st r (plaats 1 markeerder in deze st), 1 omsl en brei de rest van de nld recht.
Nld 3 (= verkeerde kant): av met 1 kant st in ribbelst aan elke kant.
Brei dan in tricotst met 1 kant st in ribbelst aan elke kant en meerder TEGELIJKERTIJD elke nld aan de goede kant 1 st aan elke kant van de st met de markeerder als op het linker voorpand.
Als u afkant voor de hals, kant dan af aan het begin van elke nld aan de verkeerde kant (in plaats van aan de goede kant) en kant st af aan de onderkant van het vest aan de goede kant in plaats van aan de verkeerde kant.
Maak verder als de voorbies ongeveer ½-1 cm meet 6-6-6-7-7-7 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld. Plaats het knoopsgat maximaal 0,5 cm van de halsrand en het onderste ongeveer 10 cm vanaf de onderkant. 1 knoopsgat = kant 2 st af en zet 2 nieuwe st op in de volgende nld boven deze st.

LINKERMOUW en ACHTERPAND:
Brei als rechtermouw en voorpand, maar kant bij een hoogte van 31-33-34-37-39-42 cm af voor de hals aan het begin van elke nld aan de verkeerde kant als volgt: 4 keer 1 st in totaal. Als de st aan onderkant afgekant zijn, staan er nog ongeveer 134-138-142-148-152-156 st op nld. Brei 1 ribbel in ribbelst en kant dan losjes af (= middenachter).

RECHTERMOUW en ACHTERPAND:
Zet op en brei als linkermouw en voorpand maar kant af voor de hals als op het linker achterpand (en kant af aan het begin van elke nld aan de goede kant).

AFWERKING:
Naai de achterpanden samen middenachter naast afkantrand. Naai de schoudernaden samen naast de kant st. Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st. Naai de knopen aan.

HALSRAND:
Neem aan de goede kant ongeveer 94 tot 116 st op langs de hals met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei 4 nld r (1e nld = verkeerde kant) en kant losjes af met rechte st aan de verkeerde kant.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 149-34

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (29)

country flag Manuela wrote:

Hallo Würde dieses Muster gerne in glatt rechts stricken Ob das ausschaut?

02.08.2023 - 09:51

DROPS Design answered:

Liebe Manuela, Ihre Maschenprobe in der Höhe würde dann unterschiedlich sein, und die Anleitung sollten Sie dann entsprechend anpassen, am besten stricken Sie diese Jacke krausrechts, genauso wie bei der Anleitung. Hier finden Sie sonst unsere glattrechts gestrickte Jacken. Viel Spaß beim stricken!

02.08.2023 - 11:42

country flag Rosalba Ruiz Juárez wrote:

Cómo puedo tener en dos agujas, está chaqueta no sé tener con agujas circulares. Gracias y felicitaciones está bellísimo.

13.02.2023 - 22:25

DROPS Design answered:

Hola Rosalba, puedes tejer con agujas rectas. Nosotros usamos agujas circulares por el elevado número de puntos; si te entran en las agujas rectas puedes trabajar con ellas.

16.02.2023 - 22:33

country flag Maria Edilene wrote:

Tem um vídeo ensinando esse trabalho por favor?

15.02.2022 - 13:38

DROPS Design answered:

Boa tarde, Se descer até ao fundo da receita, irá encontrar uma secção com os vídeos que ensinam as técnicas utilizadas neste modelo. Pode ver no link abaixo: https://www.garnstudio.com/video.php?patternid=6197&lang=pt Bons tricôs!

15.02.2022 - 15:40

country flag Maricarmen wrote:

Podría hacer un vídeo de esta chaqueta. Gracias

12.12.2020 - 21:39

country flag Françoise062b wrote:

Bonjour, Merci pour la réponse qui confirme ce que j'avais, enfin, compris. J'ai hâte de commencer, mais la laine n'est pas encore arrivée (à cause du covid !). Cordialement

06.06.2020 - 11:01

country flag Françoise062b wrote:

Bonjour, Merci de votre réponse très rapide. Pour les 8rg, c'est le point fantaisie : 8 rgs point mousse et 4 rgs jersey - le 8ème rg étant à l'endroit, doit-on commencer le 1er rg jersey par des mailles à l'envers ou à l'endroit ?. Je ne manquerai pas de mettre une photo de mon ouvrage . Sincères salutations.

02.06.2020 - 11:58

DROPS Design answered:

Bonjour Françoise062b, oui bien sûr, pardon :) on va tricoter ainsi, en commençant sur l'endroit: pour les 4 côtes mousse: 8 rangs endroit, puis pour les 4 rangs jersey: 1 rang endroit sur l'endroit, 1 rang envers sur l'envers, 1 rang endroit sur l'endroit et 1 rang envers sur l'envers (= et on aura bien 4 côtes mousse et 4 rangs jersey). Bon tricot!

02.06.2020 - 14:24

country flag Françoise062b wrote:

Bonjour, Vous parlez de 4m point mousse et 4 m en jersey : après les 4m endroit, doit-on commencer avec 4m envers ? dans ce cas, le motif, sur l'endroit, n'est pas jersey, mais petit point mousse. Que doit-voir ? De même, après les 8 rgs endroit, le 1er rg jersey commence par mailles endroit ou envers ? Merci de me préciser cela car je vais recevoir très prochainement la laine et j'aimerais bien commencer cet ouvrage. Cordialement de France.

30.05.2020 - 13:57

DROPS Design answered:

Bonjour Françoise062b, les 4 m jersey se tricotent en jersey endroit, donc à l'endroit sur l'endroit mais à l'envers sur l'envers. La manche gauche/devant gauche va donc avoir 2 m jersey endroit de chaque côté et des côtes (4 m point mousse, 4 m jersey end) au milieu. Je ne vois ps de quels 8 rangs endroit vous parlez, pouvez-vous m'éclairer? Merci!

02.06.2020 - 09:18

country flag Anne Marie Olesen wrote:

Når man strikker glatstrikning 15 cm = 45 pinde iflg. strikkefasthed og så tager man ud ved at slå om pinden det bliver til 23 masker på hver side af markeret maske men 23 masker = 10 cm det bliver altså skævt skal man trække det i facon eller skal man tage en maske ud indenfor kantmasken f.eks på hver 4. Pind

04.09.2017 - 12:10

DROPS Design answered:

Hej Anne Marie, jeg kan ikke regne ud hvor i opskriften du er. Vil du skrive hvor langt du er kommet og nøjagtig hvad der bliver skævt. Tak :)

13.09.2017 - 11:59

country flag Anne Marie Olesen wrote:

Er det rigtig forstået, at den første pind efter de 4 pinde retstrik, er på retsiden og at det er ene retmasker der skal strikkes?

01.09.2017 - 18:00

DROPS Design answered:

Hej Anne Marie, den første pind efter de 4 pinde retstrik, strikkes således: Skift til rundp 3,5 og strik næste p således fra retsiden: 1 kant-m retstrik, 2 m glatstrik, * 4 m retstrik, 4 m glatstrik *, gentag fra *-* totalt 6-6-6-7-7-7 gange og afslut med 4 m retstrik, 2 m glatstrik og 1 kant-m retstrik. Fortsæt mønsteret således.God fornøjelse!

12.09.2017 - 15:46

country flag Woro wrote:

Bonjour, Ce gilet me plait beaucoup mais avant de me lancer, je me pose des p'ti'questions: Toute la beauté de ce gilet réside dans la symétrie des rayures. Ne risque-t-on pas de la perdre au changement de pelote? Et lors de l'assemblage des différentes "pièces", les rayures sont-elles automatiquement parallèles?? Amicalement

30.01.2014 - 08:58

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Woro, pour une transition plus douce entre les pelotes, commencez la nouvelle par la même couleur que la fin de la précédente. Les différentes parties se tricotent en vis à vis, les rayures seront donc parallèles à l'assemblage. Bon tricot!

30.01.2014 - 11:04