DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.40 € /50g
DROPS Symphony
DROPS Symphony
65% wol, 35% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Fideli

Set van gebreide muts met lange oorflappen(sjaal) en pompons plus wanten in DROPS Merino Extra Fine. Maat kinderen 3 tot en met 12 jaar.

DROPS Children 23-42
DROPS design: Model nr. ME-008-bn
Garengroep B
-------------------------------------------------------
WANTEN:
Maat: 3/5 - 6/8 - 9/12 jaar
Materiaal:
DROPS MERINO EXTRA FINE van Garnstudio
Voor alle maten gebruik:
50 gr. kleur nr. 22, lila
50 gr. kleur nr. 17, pink
50 gr. kleur nr. 01, naturel
50 gr. kleur nr. 30, mosterd

DROPS BREINLD ZONDER KNOP 3 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 23 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP 2.5 mm – voor de boordsteek

MUTS:
Maat: 3/7 - 8/12 jaar
Hoofdomtrek: 50/52 - 53/55 cm
Materiaal:
DROPS MERINO EXTRA FINE van Garnstudio
Voor alle maten gebruik:
100 gr. kleur nr. 22, lila
50 gr. kleur nr. 17, pink
50 gr. kleur nr. 01, naturel
50 gr. kleur nr. 30, mosterd
En gebruik:
DROPS SYMPHONY van Garnstudio
50 gr. kleur nr. 01, naturel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 cm) 3.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 22 st x 30 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (40 cm) 3 mm – voor de boordsteek.

-------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.40 € /50g
DROPS Symphony
DROPS Symphony
65% wol, 35% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon A-1. Brei het hele patroon in tricotst.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
1 ribbel = 2 nld recht.
-------------------------------------------------------

WANT:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 32-36-40 st op met breinld zonder knop 2.5 mm en lila. Brei 4-5-6 cm boordsteek = 2 st r/2 st av. Ga verder met breinld zonder knop 3 mm en brei 1 nld in tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 4-6-8 st gelijkmatig = 36-42-48 st. Ga verder met telpatroon A-1. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Begin als er 3 nld in A-1 zijn gebreid met meerderen voor de duimspie – meerder aan elke kant van de tweede st op de nld – meerder door 1 omsl te maken, brei in de volgende nld de omsl gedraaid om gaatjes te voorkomen. Herhaal dit meerderen elke 4e nld nog 2-3-3 keer (meerder aan elke kant van alle duim st, dus er zijn 2 st meer tussen de omsl elke keer) – brei de duim st waar mogelijk in patroon – LET OP: zorg dat het patroon niet verschuift over de rest van de want. Na alle meerderen zijn er 7-9-9 duim st en 42-50-56 st in totaal op de nld.
Zet bij een hoogte van in totaal 10-12-14 cm de 7-9-9 duim st en 1 st aan elke kant van deze st op een hulpdraad. Zet 3 nieuwe st op achter de st op de hulpdraad = 36-42-48 st op de nld. Ga verder in patroon tot de pijl in het telpatroon voor uw maat, brei het werk dan verder af met lila.
Plaats TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15-17-19 cm 6 markeerders in het werk met 6-7-8 st tussen elke markeerder. Minder in de volgende nld 1 st na elke markeerder door 2 st recht samen te breien.
Herhaal dit minderen om de nld nog 2 keer en dan elke nld 2-3-4 keer = 6 st over op de nld. Knip de draad af en haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast.
De want meet ongeveer 17-19-22 cm.

DUIM:
Zet de 9-11-11 st van de hulpdraad over de duimspie terug op de breinld zonder knop 3 mm en neem nog 5 st op met lila in de rand achter de duim st = 14-16-16 st. Brei 3½-4½-5½ cm in tricotst in de rondte met lila. Brei in de volgende nld alle st 2 aan 2 r samen, knip de draad af, haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast.

Brei nog een want op dezelfde manier.


MUTS:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld en dan op breinld zonder knop.
Zet 104-116 st op met rondbreinld 3 mm en lila. Brei 3 cm boordsteek = 2 st r/2 st av, de nld begint middenachter. Ga verder met rondbreinld 3.5 mm in telpatroon A-1 – minder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld 8 st gelijkmatig = 96-108 st. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga als A-1 een keer in de hoogte is gebreid verder met lila tot het werk klaar is. Plaats TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 14-16 cm 8-9 markeerders in het werk met 12 st tussen elke markeerder. Minder in de volgende nld 1 st na elke markeerder door 2 st recht samen te breien. Herhaal dit minderen om de nld nog 6 keer en dan elke nld 4 keer = 8-9 st over op de nld. Knip de draad af en haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast. De muts meet ongeveer 20-22 cm in de hoogte.

OORFLAPPEN:
Wordt heen en weer gebreid op 2 breinld zonder knop.
Tel 12 st vanaf middenachter naar de zijkant - plaats een markeerder. Neem met lila en nld 3.5 mm st op: neem 1 st op in elke van de volgende 22-26 st langs de opzetrand.
Brei in RIBBELST heen en weer - zie uitleg boven – brei afwisselend 4 nld in ribbelst met lila en 4 nld met pink.
Eindig als de oorflap ongeveer 30-33 cm meet met lila – en minder TEGELIJKERTIJD 1 st aan elke kant door de 2 st naast de kant st samen te breien - herhaal dit minderen om de nld nog 4-5 keer en dan elke nld 4-5 keer = 4 st over. Knip de draad af en haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast.

Brei nog een oorflap aan de andere kant van de muts – zorg dat beide oorflappen even lang zijn. Er zijn 24-24 st tussen de oorflappen aan de achterkant en 36-40 st tussen de oorflappen aan de voorkant.

POMPON:
Maak 3 mooie, dikke pompons met Symphony met een diameter van ongeveer 5 cm. Zet 1 pompon vast aan de onderkant van elke oorflap en 1 aan de bovenkant van de muts.



----------------------------------------------------------
Vest – zie SmåDROPS: 23-43
----------------------------------------------------------
Beenwarmers – zie SmåDROPS: 23-44
----------------------------------------------------------


Telpatroon

symbols = lila
symbols = pink
symbols = mosterd
symbols = naturel
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 23-42

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (12)

country flag Linda wrote:

Hello! Hoping someone can help. I am knitting the Fideli hat and I’m confused by what the numbers on the side of the chart means. Am I supposed to knit that row that many times, or decrease/increase by that many stitches?

18.01.2024 - 17:59

DROPS Design answered:

Dear Linda, the arrows apply only for the mittens, and you will work the diagram to the arrow for the size before starting to decrease for top of mitten. If you work the hat, just work the whole diagram and continue then with medium purple after diagram is finished. Happy knitting!

19.01.2024 - 09:02

country flag Sara wrote:

Tolle Anleitung, allerdings stehe ich bei den Ohrenklappen etwas auf dem Schlauch. Wird der Faden beim Farbwechsel irgendwie mitgeführt oder hat man am Schluss einfach verdammt viele Fäden, die man vernähen muss?

09.01.2021 - 22:05

DROPS Design answered:

Liebe Sara, Fäden werden mitgeführt und nicht bei jeder Streife geschnitten. Farbwechsel können Sie innerhalb 1 (oder mehr) Randmaschen - siehe dieses Video als Beispiel - oder die Randmasche können Sie mit den 2 Farben stricken. So haben Sie nicht soviele Fäden zu vernähen. Viel Spaß beim stricken!

11.01.2021 - 08:49

country flag Marie Johansen wrote:

Jeg ser at de hvite lusene i rad 8 av mønsteret ikke er rett over de 4 lilla maskene på rosa under. Ser også på bildet at det er strikket sånn som det er i mønsteret. Jeg forflyttet de hvite litt, sånn at det ble symmetrisk og synes det ble finere. 😊

17.08.2019 - 14:58

country flag Heidi Rejane Beck wrote:

Quero parabenizar a página, acabo de conhecer e fiquei encantada com tudo o que vi,tudo muito lindo... parabéns

28.07.2019 - 20:31

country flag Judith wrote:

Hallo, ich möchte jetzt die Ohrenklappen für die Mütze stricken. Leider kann ich nirgendwo lesen, wieviel Maschen ich anschlagen muss. Bitte um Hilfe! danke

09.11.2016 - 14:33

DROPS Design answered:

Liebe Judith, die Maschen der Ohrklappen werden nicht angeschlagen sondern in der Maschen der Anschlagskante aufgefassen - siehe unter "OHRKLAPPEN" = 22-26 M für jeden Ohrklappen, von oben nach unten gestrickt. Viel Spaß beim Stricken!

09.11.2016 - 16:22

country flag Melanie wrote:

Habe den ersten Handschuh bis zum Daumen fertiggestrickt , jetzt eine Frage : Ich wollte die erste aufzunehmende Masche vor den Stegmaschen nach links gerichtet aufnehmen, die Stegmaschen normal herausstricken und die letzte aufzunehmende Masche nach rechts gerichtet herausstricken, so wie im passenden Video gezeigt. Ist das ok ? Das ist übrigens der rechte Handschuh . Beginne ich beim linken an der gleichen Stelle und auch erst nach links und dann nach rechts gerichtet ?Liebe Grüße Melanie

07.12.2014 - 14:22

DROPS Design answered:

Ja, das können Sie so machen. Den linken Handschuh stricken Sie ganz genauso wie den rechten, das Muster reicht ja einmal um den Handschuh herum, darum gibt es hier keinen Unterschied zwischen rechtem und linkem Handschuh.

07.12.2014 - 17:59

country flag Tuuli Vuorma wrote:

Hei! Miten teen lapasessa lisäykset, jotta saan mallineuleen jatkumaan loogisena? Kun lisäyskerroilla tulee kaksi uutta silmukkaa kuvioon? En ymmärrä, millä värillä teen lisäykset (siis lila/pinkki?)

05.08.2014 - 10:01

DROPS Design answered:

Mallineuleen jatkaminen lisätyillä silmukoilla voi olla hankalaa. Kaikilla kerroksilla tämä ei välttämättä onnistu, neulo tällöin s:t pohjavärillä. Tärkeintä on, että itse käsineen mallineule jatkuu rikkoutumattomana.

25.08.2014 - 14:27

Estelle Samuel wrote:

On dit que le gousset des moufles doivent se faire selon la grille jacquard. Mais comment y arriver? La grille est une répétition de 6 mailles et lorsqu'on augmente pour le gousset, nous n'avons plus un multiple de 6.

07.09.2013 - 03:40

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Samuel, les mailles du gousset du pouce se tricotent en suivant A.1 pour les couleurs, et le motif (jacquard) uniquement si/quand votre nombre de mailles le permet, quand ce n'est pas possible, tricotez les mailles du pouce avec la couleur du fond du motif. Bon tricot!

07.09.2013 - 09:55

country flag Carina wrote:

Sen undrar jag varför man stickar två höger vantar

03.09.2013 - 11:00

country flag Carina wrote:

Hej om jag ska ha 36 maskor och öka 2ggr för tumkilen så har jag bara 40 maskor totalt. Enligt mönstret så ska jag ha 42 maskor

03.09.2013 - 10:57