DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 143-27
DROPS design: Model nr. de-081
Garengroep A en C
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS DELIGHT van Garnstudio
Kleur nr. 13, rood/oranje/grijs:
200-250-250-300-300-350 gr
En gebruik: DROPS Vivaldi van Garnstudio
Kleur nr. 02, donkerbruin:
150-150-150-200-200-200 gr

DROPS RONDBREINLD 6 mm (80 cm) - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 15 st x 19 nld in tricotst met 1 draad Delight en 1 draad Vivaldi = 10 x 10 cm (12 st in Patentsteek = 10 cm breed).
DROPS RONDBREINLD 5 mm (60 cm) - voor de boordsteek
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

LIJF IN PATENTSTEEK (in de rondte op de rondbreinld):
NLD 1: * 1 omsl, 1 st av afh, 1 st r *, herhaal van *-*.
NLD 2: * brei de omsl en de afgeh st av samen, 1 omsl, 1 st av afh *, herhaal van *-*.
NLD 3: * 1 omsl, 1 st av afh, brei de omsl en de afgeh st r samen *, herhaal van *-*.
Herhaal steeds de 2e en 3e nld.

PATENTSTEEK ST:
Tel als u st telt in patentsteek de omsl op de nld niet mee als st.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

MOUW IN PATENTSTEEK (heen en weer gebreid op de nld):
NLD 1 (= goede kant): 1 kant st in ribbelst, * 1 st r, 1 omsl, 1 st av afh *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft, eindig met 1 kant st in ribbelst.
NLD 2: 1 kant st, * brei de omsl en de afgeh st r samen, 1 omsl, 1 st av afh *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft, eindig met 1 kant st in ribbelst.
Herhaal steeds de 2e nld.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de mouw):
Meerder 1 st naast de kant st aan elke kant van het werk. Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei de omsl in de volgende nld gedraaid recht, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st om een gaatje te voorkomen. LET OP: Brei de gemeerderde st in Patentsteek.
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 112-126-140-154-168-182 st op met rondbreinld 5 mm en 1 draad van iedere kwaliteit. Brei de volgende nld als volgt: * 2 st av, 1 st r, 1 st av, 1 st r, 1 st av, 1 st r *, herhaal van *-* de hele nld = 16-18-20-22-24-26 delen met 2 av st. Brei recht boven recht en averecht boven averecht tot het werk 5-5-5-6-6-6 cm meet. Minder in de volgende nld 1 st in elk deel met 2 av door 2 st av samen te breien (= 16-18-20-22-24-26 st geminderd) = 96-108-120-132-144-156 st. Ga dan verder met rondbreinld 6 mm en brei LIJF IN PATENTSTEEK - zie uitleg boven. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Ga verder tot een totale hoogte van ongeveer 39-40-41-42-43-44 cm - LET OP: eindig met een 3e nld in Patentsteek. Plaats 1 markeerder aan elke kant van het werk als volgt: 1 markeerder aan het begin van de nld en 1 markeerder na 48-54-60-66-72-78 st (nld begint aan de zijkant) LET OP: tel de omsl niet als 1 st - LEES PATENTSTEEK ST. Kant in de volgende nld (= 2e nld in Patentsteek) 3-3-3-4-4-4 st af aan elke kant van de markeerders voor de armsgaten (= 42-48-54-58-64-70 st op het voorpand en achterpand). Knip de draad af, laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet losjes 28-30-30-32-32-34 st op met rondbreinld 5 mm en 1 draad van iedere kwaliteit. Brei de eerste nld (= verkeerde kant) als volgt: 1 kant st in ribbelst, * 1 st r, 1 st av *, herhaal van *-* tot er 1 st overblijft, eindig met 1 kant st in ribbelst. Ga 5 cm zo verder in boordsteek. Ga dan verder met rondbreinld 6 mm en brei in Patentsteek met 1 kant st in ribbelst aan elke kant - Lees MOUW IN PATENTSTEEK boven. Meerder bij een hoogte van 12-12-11-11-8-8 cm 1 st aan elke kant - lees TIP VOOR HET MEERDEREN boven. Herhaal dit meerderen elke 15-15-11-11-8-8 cm nog 1-1-2-2-3-3 keer (=in totaal 2-2-3-3-4-4 keer) = 32-34-36-38-40-42 st. Kant bij een hoogte van 42-42-41-41-40-40 cm af voor de mouwkop aan de goede kant als volgt: 3-3-2-3-4-4 st aan het begin van de volgende 2 nld = 26-28-32-32-32-34 st, knip de draad af. Brei nog een mouw op dezelfde manier.

PAS:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld 6 mm als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten = 136-152-172-180-192-208 st. Brei dan Patentsteek in de rondte. Ga als de pas 18-19-20-21-22-23 cm meet vanaf waar het lijf en de mouwen samen op de rondbreinld zijn gezet verder met rondbreinld 5 mm en brei 1 nld in boordsteek (= 1 st r/1 st av, brei de omsl samen met de st) over alle st. Minder in de volgende nld als volgt: * 2 st gedraaid r samen (brei in de achterste lus van de st), 2 st av samen *, herhaal van *-* de hele nld = 68-76-86-90-96-104 st. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot de pas 21-22-23-24-25-26 cm meet, kant dan losjes alle st af met recht boven recht en averecht boven averecht.

AFWERKING:
Naai de mouwnaden samen naast de kant st. Naai de openingen onder de mouwen samen.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 143-27

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (31)

country flag Janka wrote:

Zrobiłam ten sweter z włóczek Alpaca i Brushed Alpaca Silk. Niestety miejsce połączenia tyłu i przodu z rękawami jest wyraźnie widoczne, oczka rzędu łączenia są jakby rozciągnięte. Czy mogę to jakoś naprawić, uratować sweter i co zrobiłam źle?

21.01.2020 - 09:49

DROPS Design answered:

Witaj Janko! Radzę uprać sweter zgodnie ze wskazówkami dla tej włóczki, oczka powinny się wyrównać. Ja lekko moczę sweter w letniej wodzie, nie wykręcam, tylko odciskam robótkę delikatnie w ręczniku i suszę rozłożony na płasko, lekko naciągając do właściwych wymiarów. Nie radzę rozwieszać. Powodzenia!

22.01.2020 - 17:25

country flag Nathalie wrote:

Il serait bien d'ajouter la laine brushed alpaca silk coloris brun foncé au choix de couleur dans cette laine pour faire faire ce pull

06.04.2018 - 18:31

country flag Nuria wrote:

Cuantos ovillos se necesitan? Como se calcula?

05.01.2015 - 09:15

DROPS Design answered:

Hola Nuria. Depende de la talla que vas a hacer: por ejemplo para la talla S necesitamos 200 gr DROPS DELIGHT y 150 gr DROPS VIVALDI. Cada ovillo de Delight es de 50 gr. (200 / 50 = 4 ovillos) y de Vivaldi - de 50 gr. (150 /50 = 3 ovillos)

08.01.2015 - 00:08

country flag Waldi wrote:

Schönes Modell, passt perfekt, Anleitung ist einfach und gut verständlich. Danke !

03.01.2014 - 14:07

country flag Clara wrote:

¿Y se queda el último punto cerrado en el MP, o sea, en la mitad de los puntos a cerrar de esa sisa? ¿Eso queda bien, en medio de la sisa?

02.12.2013 - 19:09

DROPS Design answered:

Hola Clara. Es normal. Es justo el lado.

04.12.2013 - 15:46

country flag Clara wrote:

Respecto a cuestión anterior, ignórenla. Lo q quiero decir es q si pusimos el marcapuntos al pcpio de la vuelta y para cerrar en pto inglés hay que hacerlo en la vuelta 3ª no se puede cerrar 3 puntos antes del marcapuntos sino a partir del mismo. ¿Es así?

01.12.2013 - 13:45

DROPS Design answered:

Hola Clara. Comenzamos a cerrar los pts a partir del MP ( 3 o 4 pts según la talla), después cerramos antes y después del 2º MP y al final de la vta cerramos los pts que nos faltan antes del 1er MP.

02.12.2013 - 11:37

country flag Clara wrote:

En la explicación del cuerpo ¿Podrían aclararme cómo rem 3-3-3-4-4-4 pts en cada lado de los marcapuntos para las sisas? Es que creo que para la primera sisa habría que rematar empezando 3 puntos antes del marcapuntos pero en la vuelta anterior. ¿Estoy en lo cierto? No me queda claro... Gracias

01.12.2013 - 11:33

DROPS Design answered:

Hola Clara. Comenzamos a cerrar los pts a partir del MP ( 3 o 4 pts según la talla), después cerramos antes y después del 2º MP y al final de la vta cerramos los pts que nos faltan antes del 1er MP.

02.12.2013 - 11:38

country flag Ina wrote:

Stickar ju en tröja i patent med merino, då blir det ju löst stickat, får göra ett nytt tvättförsök

20.11.2013 - 18:40

country flag Ina wrote:

Hej, stickade tröjan i big merino i storlek xl, problemet kom när jag tvättade den i ullpogramet i maskinen. Tröjan blev jätte stor. Nu undrar jag hur jag ska göra när jag ska tvätta plagget första gången utan att den ska bli så stor, har tvättat ull i maskin förr och då har det gått hur bra som helst.

15.11.2013 - 17:36

DROPS Design answered:

Big Merino ska tvättas i maskin! Här ser du tvättråd för Big Merino: https://www.garnstudio.com/yarn-care.php?cid=12 OBS! Använd aldrig sköljmedel!! Sticka inte för löst i Big Merino!

20.11.2013 - 09:20

country flag Carina wrote:

Hur ska man mäta arbetet? Det blir väldigt elastiskt när man stickar patent.

10.11.2013 - 20:08

DROPS Design answered:

Du kan måle arbejdet på længden når du holder det op foran dig uden at trække i det.

12.11.2013 - 09:50