DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 90-21
Maat: S - M - L - XL – XXL
Afmetingen:
Bovenwijdte: 76-86-96-104-114 cm
Zoom: 66-76-86-96-106 cm.
De afmetingen lijken misschien aan de kleine kant maar door de aard van het patroon wordt het vestje heel elastisch.
Materialen: DROPS Paris van Garnstudio
550-600-650-750-800 gr nr. 23, lichtgrijs

3 DROPS knopen, nr. 502 + een klein knoopje of haak.
DROPS haaknld 5mm, of de maat die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding: 12 dstk in de breedte en ca. 4.5 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.

Haaktip (voor het dstk): Het eerste dstk van elke tr wordt vervangen door 4 l en elke tr eindigt met 1 dstk in de 4 l van de vorige tr.

Patroon: Zie de Teltekening.

Tips voor het minderen: Minder of kant af als volgt: aan het begin van de tr: vervang 1 dstk door 1 hv aan het eind van de tr: keer het werk wanneer het te minderen aantal st nog over zijn .

Achterpand: Haak een ketting van 55-63-71-79-87 l. Haak de 1e tr als volgt: 1 dstk in de 5e l vanaf de haaknld, 1 dstk in de volgende l, * sla 1 l over, 1 dstk in elk van de volgende 3 l *, herhaal * - *. Eindig met 1 dstk in de laatste l = 40-46-52-58-64 dstk, keer het werk. Ga verder door 1 dstk te haken in elk dstk van de vorige tr – lees de haaktips.

Lees het onderstaande eerst goed door voordat u verder gaat:

Meerderingen aan de zijkant: Meerder vanaf een hoogte van 10-10-10-12-12 cm aan weerskanten door 3-3-3-2-2 x 1 extra dstk in het laatste dstk te haken op elke 10-10-10-12-12 cm = 46-52-58-62-68 dstk – de gemeerderde dstk worden niet meegehaakt in het kant patroon.
Kantpatroon: Haak bij een hoogte van 11-13-13-15-15 cm teltek.1 een keer (laat het patroon beginnen en eindigen naast de gemeerderde dstk aan weerskanten), en haak dan verder dstk zoals eerst (zie de teltekening). Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm aan weerskanten af voor de armsgaten in elke tr – zie de tips voor het minderen hierboven: 0-1-1-1-2 keer 3 dstk, 1-0-1-1-1 keer 2 dstk en 0-1-1-2-2 keer 1 dstk = 42-44-46-48-48 dstk. Haak bij een hoogte van 52-54-56-58-60 cm (of 1 tr voor het bereiken van de gewenste lengte), 1 tr alleen op de 15-15-16-16-16 dstk aan weerskanten (haak niet op de middelste 12-14-14-16-16 dstk = hals). Hecht af, het werk meet ca. 54-56-58-60-62 cm.

Rechter voorpand: Haak een ketting van 32-36-40-44-48 l. Haak de 1e tr als volgt (vanaf de middenvoor): 1 dstk in de 5e l vanaf de haaknld, 1 dstk in de volgende l, * sla 1 l over, 1 dstk in elk van de volgende 3 l *, herhaal * - * en eindig met 1 dstk in elk van de laatste 2 l = 23-26-29-32-35 dstk, keer het werk. Ga verder door 1 dstk te haken in elk dstk van de vorige tr – lees de haaktips.

Lees het onderstaande goed door voordat u verder gaat:

Meerderingen aan de zijkant: Meerder vanaf een hoogte van 10-10-10-12-12 cm aan de zijkant zoals beschreven voor het achterpand = 26-29-32-34-37 dstk.
Kantpatroon: Haak bij een hoogte van 11-13-13-15-15 cm teltekening 1 een maal, maar blijf de 4 dstk langs de middenvoor gewoon doorhaken (= knoopsgatbies) – denk eraan het patroon te beginnen naaste de gemeerderde dstk aan de zijkant). Ga na teltekening 1 verder met dstk op alle st zoals eerst.
Knoopsgatbies: Meerder bij een hoogte van 22-24-25-26-28 cm voor de ronding op het middenvoorpand door 1 extra dstk te haken in het een na laatste dstk langs de middenvoor. Meerder op elke ca. 4-4-4-3½-3 cm in totaal 7-7-7-8-9. (Opmerking van de vertaler: dit lijkt op de foto niet te kloppen maar het is juist voor het patroon.)
Armsgat: Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm aan de zijkant af voor het armsgat zoals beschreven voor het achterpand. Als alle meerder- en minderingen voltooid zijn resteren er 31-32-33-35-36 dstk op de tr. Als meerderingen voor de ronde knoopsgatbies voltooid zijn (het werk heeft een hoogte van ca. 46-48-49-51-52 cm) kant de 12-13-13-15-16 dstk van de middenvoor af voor de hals. Kant hierna aan de halskant af in elke tr – zie de tips voor het minderen hierboven: 1 x 2 dstk en 2 x 1 dstk = 15-15-16-16-16 dstk resteren voor de schouder. Ga verder tot dezelfde hoogte als het achterpand en hecht af.

Linker voorpand: Haak gelijk aan het rechter voorpand in spiegelbeeld.

Mouwen: Haak een ketting van 39-39-43-43-47 l. Haak de 1e tr als volgt: 1 dstk in de 5e l vanaf de haaknld, 1 dstk in de volgende l * sla 1 l over, 1 dstk in elk van de volgende 3 l*, herhaal * - * en eindig met 1 dstk in de laatste l = 28-28-31-31-34 dstk, keer het werk. Haak vervolgens 1 dstk in elk dstk van de vorige tr.

Lees het onderstaande eerst goed door voordat u verder gaat:

Kantpatroon: Haak bij een hoogte van 8 cm 1 x teltekening 1, en ga hierna verder met dstk zoals eerst. Haak bij een hoogte van 32 cm 1 x teltekening 2, en hierna verder met dstk tot de vereiste afmetingen. Meerderen: Meerder vanaf een hoogte van ca. 12 cm aan weerskanten door 6-7-7-9-9 x 1 extra dstk in het laatste dstk te haken op elke 7-5½-5½-4-4 cm = 40-42-45-49-52 dstk – haak de gemeerderde dstk niet mee in het kantpatroon. Kant bij een hoogte van 49-49-48-48-47 cm af voor de mouwkop aan weerskanten door 3-3-4-4-5 te haken met steeds 3 dstk minder aan weerskanten in elke tr – zie de tips voor het minderen/afkanten hierboven. Hecht de draad af, het werk heeft een hoogte van ca. 56-56-57-57-58 cm.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Zet de mouwen in de panden. Sluit de zij- en mouwnaden.

Halsboord: Haak ca. 34-46 dstk langs de hals – haak niet boven de knoopsgatbiezen – begin aan de linker kant (op de verkeerde kant), 12-13-13-15-16 dstk vanaf de kant. Haak langs de voorkant van de hals, langs de achterhals en langs de hals aan de rechter voorkant en eindig als er nog 12-13-13-15-16 dstk resteren. Ga verder met 1 dstk in elk dstk. Meerder in de 2e tr aan weerskanten door 1 extra dstk in het een na laatste st te haken aan elke kant. Herhaal deze meerdering aan beide kanten in elke tr. Meerder tegelijkertijd in de 2e tr 4 extra dstk gelijkmatig verdeeld tussen de schoudernaden op de achterhals, en herhaal deze meerdering elke in elke tr. Kant bij een kraaghoogte van ca. 9-10 cm af en hecht af.

Knoopsgatlusjes: Maak 3 knoopsgatlusjes langs het rechter voorpand – maak het 1e lusje aan de bovenkant van de knoopsgatbies en de onderste op de hoogte van de laatste tr van teltekening 1, en de middelste hier tussen in. 1 knoopsgatlusje = 1 v in het laatste dstk, 10 l, 1 v in hetzelfde dstk, hecht af.

Gehaakte knoop: 2 l, 6 v in de eerste l, eindig met 1 hv in de eerste v (= 1e tr).
2e tr: 2 v in elke v van de vorige tr, eindig met 1 hv in de 1e v van het begin van de tr (= 12 v).
3e + 4e tr: 1 v in elke v van de vorige tr, eindig met 1 hv in de 1e v van het begin van de tr (= 12 v).
5e tr: 1 v in elke 2e v, eindig met 1 v in de 1e v van het begin van de tr (= 6 v).
Doe een knoop in het hoesje, rijg een draad door de opening en trek deze stevig aan. Naai de knopen op het linker voorpand – plaats ze zo dat het rechter voorpand niet gaat hangen. Naai een knoop of een haak aan de binnenkant van het rechter voorpand om de linker- en rechterkant gelijk te houden.

Telpatroon

symbols = 1 l (losse)
symbols = 1 dstk (dubbel stokje)
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 90-21

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (9)

country flag Michaela wrote:

Nachdem ich nochmals genau geschaut habe, der Fehler liegt daran, dass bei der Anzahl der D-Stb. in der ersten Reihe die größte Größe fehlt. Das sollten dann wohl 23-26-29-32-!35! D-Stb. sein, dann passt auch 37 Maschen nach der Seitenzunahme. Zum Glück habe ich erst eine Reihe vom Vorderteil gehäkelt ...

27.01.2023 - 16:49

DROPS Design answered:

Oh ja stimmt, genau, danke für den Hinweis, die deutsche Anleitung wird angepasst. Viel Spaß beim häkeln!

30.01.2023 - 08:21

country flag Michaela wrote:

Ich glaube, die Maschenanzahl nach der Zunahme an den Seiten der Vorderteile stimmt nicht? Bei der größten Größe steht dann 37 Maschen, das sollten doch nur 34 sein? Sonst müsste man bei den Vorderteilen ja 5 Mal zunehmen statt 2 Mal wie am Rückenteil und das geht sich bei rund 62 cm Länge ja gar nicht aus.

27.01.2023 - 16:42

DROPS Design answered:

Liebe Michaela, beim Vorderteil sind es 35 Maschen, dann 2 Mal 1 Zunahme an der Seite sind 37 Maschen, dann nehmen Sie 1 M 9 Mal = 46 Maschen aber gleichzeitig nehmen Sie für das Armloch: 3 Maschen x 2 Mal, 2 maschen x 1 Mal und 1 Masche 2 Mal = 46-6-2-2=36 Maschen übrig. Oder Misverstehe ich Ihre Frage?

30.01.2023 - 08:19

country flag Cecilia Freyre wrote:

He tenido problemas en la realización de esta chaqueta: he necesitado más lana de la que indicáis para la talla L con la fatalidad de no encontrar la misma tintada; tengo la sensación de que ha salido muy pequeña; no he forrado los botones porque para este tipo de lana y con este número de ganchillo hubiesen quedado desproporcionados; el hueco del cuerpo para las mangas no se correspondía con el de estas y por ello he necesitado dejar vueltas de las mangas sin coser para adecuarlas al hueco

02.09.2015 - 15:32

country flag Edith Hoekstra wrote:

Kan het zijn dat er een fout zit in het patroon? Als voor SMALL 3 x 3 dst (armsgaten) moet zijn: 0 x 3 dst, dan kloppen de 42 steken na de minderingen wel!

23.08.2015 - 14:58

DROPS Design answered:

Hoi Edith. Ja, er was een fout - het is nu aangepast :-)

26.08.2015 - 14:40

country flag Edith Hoekstra wrote:

Ik heb net de beschrijving gelezen van de meerderingen en minderingen bij het rugpand. Voor mijn maat SMALL kom je uit op 46 steken na het meerderen, en 42 steken na het minderen voor de armsgaten... Dit begrijp ik niet. Ik tel 2 x (3x3) + 2 x (1 x 2) voor de armsgaten en kom dan uit op 46 minus 22 = 24 steken. Wil je me a.j.b. vertellen welke denkfout ik maak?

23.08.2015 - 13:52

DROPS Design answered:

Hoi Edith. Je maakt geen denkfout, er was een fout in de Nederlandse vertaling. Het afkanten voor de armsgaten moet zijn: 0-1-1-1-2 keer 3 dstk, 1-0-1-1-1 keer 2 dstk en 0-1-1-2-2 keer 1 dstk. Het patroon is nu ook aangepast.

26.08.2015 - 14:39

country flag Lena wrote:

Hej! Har snart virkat klart denna kofta. Har just gjort kragen och konstaterade att med ökningen, främst den på varvbytena bidrog till mer spetsiga kragsnibbar än vad det är på bilden. Får riva upp, för gillar de raka bättre. Men är det så att bildens kofta inte riktigt stämmer överens med mönstret? Stämmer inte med antal hålmönstervarv heller...?

02.03.2015 - 23:05

DROPS Design answered:

Hej Lena, Jo beskrivningen stämmer med bilden, men det kan vara en annan storlek på bilden.

25.05.2015 - 14:33

country flag Lena Carlsvärd wrote:

Hej! Undrar varför inte 650 gram garn (som är angivet) räcker till denna kofta i stlk L? Jag virkar varken löst eller hårt, och känner att jag kommer att behöva nästan 100 g till..

06.02.2015 - 22:06

DROPS Design answered:

Hej Lena, det bör räcka, men virkar du bara lite hårdare än vad vi beräknar beskrivningen efter, så vill du behöva flera varv pr 10 cm och da räcker inte garnet. Lycka till!

09.02.2015 - 10:40

country flag Marlene wrote:

In your drops 90-21, drops crocheted cardigan can you please explain what to do for the lace pattern, your diagram is very hard to follow.

22.01.2015 - 21:55

DROPS Design answered:

Dear Marlene, in the diagram each symbol represents 1 st, on 1st row in Diag.2 start with 4 ch, *skip next 2 tr, 1 tr+2ch+1 tr i next tr, skip 2 tr*, repeat accross and finish with skipping 2 tr, 1 tr in last tr. On row 2, ch6 (=first 4 ch= 1st tr), then ch 2, 1 tr in next tr, *1 tr in next tr, ch2, 1 tr in next tr*, repeat accross. Happy crocheting!

23.01.2015 - 13:35

country flag Kat wrote:

I am having so many problems with this, I need to know how to exactly bind of the arm(I can't figure it out) also the diagram I need to know exactly how to do that to and some of the measurements are very confusing.

13.09.2012 - 04:03

DROPS Design answered:

Dear Kat, to create the armholes, you should decrease as indicated in "Decreasing tips" each side for back piece = at the beg and at the end of each row : 3 tr 0-1-1-1-2 times means 0 for first size = no 3 tr dec in size S, 3 tr 1 time in sizes M, L and XL, and 3 tr 2 times for size XXL. To follow diagram, please read explanation to symbol to know which kind of st you have to crochet and where it has to be done. Measurements are done, jacket lying flat. Happy crocheting!

12.11.2012 - 13:53