DROPS Cotton Light
DROPS Cotton Light
50% katoen, 50% polyester
vanaf 1.39 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Waves

Gebreid DROPS vest in ribbelst en met kantpatroon, wordt van boven naar beneden gebreid van ”Cotton Light”. Maat: S - XXXL

DROPS 137-9
DROPS design: Model nr. CL-007
Garengroep B
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS COTTON LIGHT van Garnstudio
500-550-600-650-700-800 gr. kleur nr. 08, ijsblauw

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (80 cm) 3.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 st x 42 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld met patroon = 10 x 10 cm.
DROPS PARELMOER KNOPEN NR. 522: 2 stuks.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Light
DROPS Cotton Light
50% katoen, 50% polyester
vanaf 1.39 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer op de rondbreinld):
brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld recht.

RIBBELST (in de rondte op breinld zonder knop):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

PATROON:
Zie telpatroon M.1, Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies aan de verkeerde kant.
1 knoopsgat = kant de 4e en 5e st vanaf middenvoor af en zet 2 nieuwe st op in de volgende nld boven deze st. Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat S, M en L: 2 en 10 cm.
Maat XL, XXL en XXXL: 2 en 12 cm.
--------------------------------------------------------

VEST:
Wordt van boven naar beneden gebreid. Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor zodat alle st goed op de nld passen. Denk om de KNOOPSGATEN op de rechter voorbies - zie uitleg boven.

Zet 116-124-124-136-136-140 st op (incl 5 voorbies st aan iedere kant middenvoor) met rondbreinld 3.5 mm en Cotton Light (zet netjes en gelijkmatig en niet te los st op, want dit is de halsrand). Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant.
Plaats 4 markeerders in de hoek st als volgt (aan de goede kant): de 1e markeerder i de 19e-19e-19e-20e-20e-21e st, de 2e markeerder in de 45e-49e-49e-54e-54e-55e st, de 3e markeerder in de 72e-76e-76e-83e-83e-86e st en de 4e markeerder in de 98e-106e-106e-117e-117e-120e st, 18-18-18-19-19-20 st over na de laatste markeerder (st tot de 1e markeerder = linker voorpand, st tussen de 1e en 2e markeerder en tussen de 3e en 4e markeerder = mouwen, st tussen de 2e en 3e markeerder = achterpand en st na de 4e markeerder = rechter voorpand).
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
Brei in RIBBELST heen en weer op de nld – meerder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld (= goede kant), 1 st aan iedere kant van de 4 st met de markeerders – meerder door 1 omsl te maken (= 8 st gemeerderd). Brei de omsl in de volgende nld gedraaid recht, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st om een gaatje te voorkomen. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Herhaal dit meerderen om de nld in totaal 23-25-27-29-34-38 keer = 300-324-340-368-408-444 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant na de laatste meerdering, knip de draad af.

Zet de eerste 42-44-46-49-54-59 st (incl de 1e markeerder) op hulpdraad 1 (= linker voorpand), zet de volgende 71-79-83-91-101-109 st op hulpdraad 2 (= mouw), hou de volgende 74-78-82-88-98-108 st (incl de 2e en 3e markeerder) op de nld voor het achterpand, zet de volgende 71-79-83-91-101-109 st op hulpdraad 3 (= mouw) en zet de laatste 42-44-46-49-54-59 st (incl de 4e markeerder) op hulpdraad 4 (= rechter voorpand).

ACHTERPAND:
= 74-78-82-88-98-108 st.
Brei om te voorkomen dat de hals op het achterpand te laag wordt, 4 cm in ribbelst heen en weer op de nld over de st van het achterpand (eindig na 1 nld aan de verkeerde kant), knip de draad af.

LIJF:
Brei de st van hulpdraad 1 (= 42-44-46-49-54-59 st) op de nld – en meerder TEGELIJKERTIJD 2-4-5-7-7-9 st gelijkmatig door omsl te maken (meerder niet over de eerste 10 st (= voorbies), zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe st op onder de mouw, brei de st van het achterpand (= 74-78-82-88-98-108 st) – en meerder tegelijkertijd 5-8-12-14-14-20 st gelijkmatig, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe st op onder de andere mouw en brei de st van hulpdraad 4 (= 42-44-46-49-54-59 st) op de nld – en meerder TEGELIJKERTIJD 2-4-5-7-7-9 st gelijkmatig (meerder niet over de laatste 10 st (= voorbies) = 179-194-212-230-254-284 st in totaal. MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Ga verder met rondbreinld 4 mm. Brei dan telpatroon M.1 (1e nld = verkeerde kant) met 10 voorbies st aan iedere kant middenvoor in ribbelst tot het werk klaar is. Ga bij een hoogte van ongeveer 35 cm (eindig na 1 nld aan de verkeerde kant) verder met rondbreinld 3.5 mm. Brei 3 cm in ribbelst en kant dan losjes af (gebruik rondbreinld 4 mm voor het afkanten zodat de rand niet te strak wordt).

MOUW:
Brei de st van hulpdraad 2 op breinld zonder knop 4 mm (= 71-79-83-91-101-109 st), neem dan nog 8 st op aan het einde van de nld langs de buitenste 4 cm in ribbelst die extra zijn gebreid op het achterpand, neem dan nog 1 st op in iedere van de 6-6-8-8-10-10 st op het lijf die opgezet zijn onder de mouw = 85-93-99-107-119-127 st.
MEET NU HET WERK VANAF HIER!
Brei 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 11-13-13-9-15-17 st gelijkmatig = 74-80-86-98-104-110 st. Plaats een markeerder midden onder de mouw (dus in het midden van de st opgenomen onder de mouw van het lijf). Ga verder met telpatroon M.1 – maar brei 1 st aan iedere kant van de markeerder midden onder de mouw in tricotst. Minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 1 cm, 1 st aan iedere kant van de markeerder. Herhaal dit minderen elke cm in totaal 2-4-4-8-8-13 keer en dan iedere 3-3-3-2-2-2 cm in totaal 7-8-8-10-10-8 keer – LET OP: Brei de st die niet meer in telpatroon M.1 passen in tricotst als u mindert. Als alle minderen gedaan is, zijn er 56-56-62-62-68-68 st over op de nld. Ga als de mouw 36-35-35-34-33-32 cm meet (minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders ) 3 cm verder met breinld zonder knop 3.5 mm in RIBBELST in de rondte – zie uitleg boven. Kant dan losjes alle st af. De mouw meet ongeveer 39-38-38-37-36-35 cm.

AFWERKING:
Naai de knopen aan.


Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh, 1 omsl
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 137-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (53)

country flag Richtje Wijnen wrote:

Klopt het dat de ajour toer aan de verkeerde kant is, dus dat de drie tussenliggende steken averecht gebreid worden?

10.04.2024 - 19:32

DROPS Design answered:

Dag Richtje,

Nee, het ajourpatroon brei je aan de goede kant en de teruggaande naald brei je averecht. De eerste naald van het telpatroon brei je aan de verkeerde kant, zoals ook in de beschrijving staat.

10.04.2024 - 21:12

country flag Adriana wrote:

I gave up 😔. I couldn’t passed the sleeves! Beautiful cardigan; perhaps another time, I spent a month trying to knit the sleeves.

30.07.2020 - 01:07

country flag Adriana wrote:

Since the sleeves are worked on diagram in double point needles, how do I work the WS stitches if these are purl, given the fact that we are working around the four needles. Thank you

21.07.2020 - 23:13

DROPS Design answered:

Hi Adriana, When working in the round on the sleeves, these stitches are knitted from the right side. Happy knitting!

22.07.2020 - 07:15

country flag Adriana wrote:

Hello! Thank you . The number 2 is actually referring to the stitch holder number 2! I got it. Now, since we are using double pointed needle and working on the round, Do I use all the needles ( they usually come on set of 4) ? I love the fact you actually respond to the inquires! Thank you! Gracias mil!!

16.07.2020 - 14:00

DROPS Design answered:

Dear Adrianna, the double pointed needles are usually 5, stitches are distributed evenly onto 4 double pointed needles and you work with the 5th one - see also video below. Happy knitting!

16.07.2020 - 14:24

country flag Adriana wrote:

Hello again! I am about to start with the Sleeves. I don’t understand what does it mean the part at the beginning , “stitch holder 2? ...on to double pointed... Thank you,

15.07.2020 - 22:40

DROPS Design answered:

Dear Adriana, these stitches were slipped on the "stitch holder 2) when working the dividing row (see last paragraph under JACKET before BACK PIECE). This lesson shows how to work a jumper top down and could help you to understand how the sleeves are worked. Happy knitting!

16.07.2020 - 10:01

country flag Adriana wrote:

😓. Still I don’t get it!! What do you mean by (+ 1st With marker ) do i add another stitch? 🤔 Thank you

16.06.2020 - 04:42

DROPS Design answered:

Dear Adriana, you are supposed to add 1 marker in each of the the raglan stitches - increases for raglan are worked on each side of these stitches. You should then work the first 44 stitches for front piece: the first 18 sts cast on + the 25 sts increased + the next stitch = 44 sts. Happy knitting!

16.06.2020 - 09:10

country flag Adriana wrote:

It doesn’t add up! After 200 Sts. Inc. the count of Sts to continue is wrong!! The right side piece contains 18 Sts. How is it going to add up to 44 after the inc.? 18 + 25= 43! 🤔. Please let let me know where is my mistake...

14.06.2020 - 00:27

DROPS Design answered:

Dear Adriana, there is no mistake, you will work the first 18 sts + the 25 new sts increased + 1 st with marker = 44 sts for front piece. Happy knitting!

15.06.2020 - 09:22

country flag Stéphanie Menetrey wrote:

Bonjour, j'adore vos modèle drop mais je ne sais pas tricoter en aiguilles circulaires mais à la française avec deux aiguilles. Vos modèles sont-ils réalisables de cette façon ou pas. merci pour votre aide. stéphanie

19.04.2020 - 14:21

DROPS Design answered:

Bonjour Stéphanie, vous trouverez ici comment adapter un modèle sur aiguilles droites. Bon tricot!

20.04.2020 - 10:27

country flag Mischa wrote:

Dank u wel!

16.04.2019 - 22:54

country flag Mischa wrote:

Dank voor uw spoedige reactie. Dit begreep ik wel. Ik bedoelde dat het opnemen van de steken (8 achterpand en 6 onder de mouw) vaak lelijke lussen als resultaat geeft en dat ik het op een andere manier wilde doen/tips daarover zocht.

11.04.2019 - 16:57

DROPS Design answered:

Dag Mischa

Je zou er ook voor kunnen kiezen om niet de steken op te nemen in het pand, maar nieuwe steken opzetten en op het einde het gat onder de mouw (/oksel) dicht te naaien.

16.04.2019 - 14:03