DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 138-24
DROPS design: Model nr. OO-087
Garengroep C
--------------------------------------------------------
Maat: S/M - L/XL - XXL/XXXL
Voor een borstomvang van: 82/90 - 94/100 - 106/120 cm
Materiaal: DROPS VIVALDI van Garnstudio
150-150-200 gr. kleur nr. 22, licht turkoois

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 19 st x 26 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Vivaldi
DROPS Vivaldi
56% mohair, 30% polyamide, 14% wol
Uit het assortiment
find alternatives

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

BOLERO:
Wordt in de rondte gebreid in een cirkel vanaf middenachter.
Meet alle maten als het werk plat ligt.

Zet 8 st op met Vivaldi en verdeel ze over 4 breinld zonder knop 4 mm (= 2 st op elke nld). Plaats een markeerder aan het begin van de nld = midden bovenkant hals.
NLD 1: * 1 st r, 1 omsl, 1 st av, 1 omsl *, herhaal van *-* 4 keer = 16 st.
NLD 2: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-* de hele nld.
NLD 3: * 2 st r, 1 omsl, 2 st av, 1 omsl *, herhaal van *-* de hele nld = 24 st.
NLD 4: * 3 st recht, 3 st av *, herhaal van *-* de hele nld.
NLD 5: * 3 st recht, 1 omsl, 3 st av, 1 omsl *, herhaal van *-* de hele nld = 32 st.
NLD 6: * 4 st r, 4 st av *, herhaal van *-* de hele nld.
Ga verder en meerder op dezelfde manier om de nld (= 8 meerderingen). Er is 1 st meer tussen iedere meerdering elke nld dat u meerdert (de meerderingen worden op dezelfde plaats gemaakt en komen boven elkaar). Ga verder met de rondbreinld als er genoeg st zijn gemeerderd.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei bij een hoogte van 19-21-23 cm gemeten vanuit het midden (er staan nu ongeveer 200-224-240 st op de nld) de volgende nld als volgt (dit moet een nld zonder meerderingen zijn): Brei 30-32-34 st, kant 36-40-44 st af (= armsgaten), brei tot er 66-72-78 st over zijn, kant 36-40-44 st af (= armsgaten), brei de laatste 30-32-34 st op de nld.
Zet in de volgende nld evenveel nieuwe st op boven ieder armsgat als er afgekant zijn plus het aantal st dat deze nld gemeerderd zou moeten worden boven elk armsgat. Ga verder en brei met meerderingen tot het werk 25-28-31 cm meet vanuit het midden (= ongeveer 264-296-328 st op de nld).
Brei in de volgende nld als volgt (dit moet een nld zonder meerderingen zijn): zet de laatste 33-37-41 st die net gebreid zijn op een hulpdraad, brei de eerste 33-37-41 st op de nld en zet ze dan op dezelfde hulpdraad (=hals middenachter), brei 66-74-82 st en zet ze op nog een hulpdraad (= linker voorpand), brei 66-74-82 st en zet ze op een derde hulpdraad (= onderkant middenachter), brei de laatste 66-74-82 st (= rechter voorpand).

RECHTER VOORPAND:
Ga verder en brei heen en weer over de 66-74-82 st op de nld als hiervoor – LET OP: alle meerderingen zijn nu gemaakt – zet TEGELIJKERTIJD de laatste 2-2-1 st elke nld op dezelfde hulpdraad als waar de st van de hals en van de onderkant middenachter op gezet zijn. Doe dit 12-16-26 keer aan iedere kant (= 24-32-26 st aan iedere kant). Zet tot slot de overgebleven st op een van de hulpdraden (het maakt niet uit op welke).

LINKER VOORPAND:
Zet de 66-74-82 st van de hulpdraad aan de linkerkant terug op de nld. Brei als het rechter voorpand.

RAND:
Zet alle st terug op de rondbreinld 4 mm. Brei 1 nld recht en maak TEGELIJKERTIJD 1 omsl tussen ongeveer iedere st – pas zo aan dat het totale aantal st deelbaar is door 10. Brei in de volgende nld 1 st av/1 st r (brei de omsl gedraaid om gaatjes te voorkomen, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st). Brei dan 8 cm in telpatroon M.1 (zorg dat de rechte en de av st van het patroon boven de rechte en av st van de vorige nld komen), ga na de laatste kabel 5 cm verder met 1 st av/1 st r en kant dan af met av boven av en recht boven recht.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 80-90-100 st op met breinld zonder knop 4 mm en Vivaldi. Plaats een markeerder aan het begin van de nld (= midden onder de mouw). Brei telpatroon M.1 een keer in de hoogte en brei dan de eerste 4 nld van het telpatroon nog een keer. Brei de volgende nld als volgt: * 1 st r, 2 st recht samen *, herhaal van *-* tot er 2-0-1 st overblijft, brei deze st recht = 54-60-67 st. Ga verder in tricotst. Meerder bij een hoogte van 8 cm 1 st aan iedere kant van de markeerder midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen iedere 3 cm in totaal 6 keer = 66-72-79 st. Kant bij een hoogte van 25 cm 6 st af midden onder de mouw (dus kant 3 st af aan iedere kant van de markeerder) en brei heen en weer op de nld tot het werk klaar is. Kant dan af voor de mouwkop aan het begin van iedere nld aan iedere kant: 3 keer 2 st en 4-5-6 keer 1 st, kant dan 2 st af aan iedere kant tot het werk 33-34-35 cm meet, kant dan 1 keer 3 st af aan iedere kant. Kant de overgebleven st af, het werk meet ongeveer 34-35-36 cm.

AFWERKING:
Naai de mouwen in het lijf, naai zo dat de mouwkop boven in het armsgat komt (dus waar de 1e st is afgekant voor het eerste armsgat en waar de laatste st is afgekant voor het tweede armsgat).






Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 08.02.2012
RECHTER VOORPAND:
Ga verder en brei heen en weer over de 66-74-82 st op de nld als hiervoor – LET OP: alle meerderingen zijn nu gemaakt – zet TEGELIJKERTIJD de laatste 2-2-1 st elke nld op dezelfde hulpdraad als waar de st van de hals en van de onderkant middenachter op gezet zijn. Doe dit 12-16-26 keer aan iedere kant (= 24-32-26 st aan iedere kant). Zet tot slot de overgebleven st op een van de hulpdraden (het maakt niet uit op welke).

Telpatroon

symbols = av
symbols = recht
symbols = zet 4 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 1 st av, 1 st r, 1 st av, 1 st r, brei dan de st van de kabelnld 1 st av, 1 st r, 1 st av, 1 st r
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 138-24

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (73)

country flag Anni Nielsen wrote:

Hej igen. Når jeg skal strikke kant, er det så rigtig forstået at jeg skal tage ud (ved at lave omslag) til ca dobbelt antal masker, f.eks. 650 masker for den største størrelse hvor jeg inden kanten slutter med 328 masker ?

28.07.2022 - 18:28

DROPS Design answered:

Hej Anni, ja det stemmer, dels bliver omkredsen større og dels bruger snoningerne flere masker samtidigt som det bliver som en smuk flæsekant :)

05.08.2022 - 08:17

country flag Anni Nielsen wrote:

Hej. Jeg har delt maskerne (4 x 82) og strikker højre forstykke hvor sidste maske skal sættes på tråden til hhv nakke og midt bagpå, men skalsidste maske strikkes eller flyttes inden . Jeg har prøver begge dele men uanset hvad jeg gør, så bliver den sidste maske meget lang. Håber I kan hjælpe 🤞

04.07.2022 - 17:56

DROPS Design answered:

Hej Anni, jo du strikker pinden ud, strikker maskerne som skal sættes på tråden og fortsætter pinden ud i den anden side. Ja de vil blive lidt længere, men stram den første maske efter tråden :)

05.07.2022 - 08:43

country flag Phạm Hoang wrote:

Hi, I use 2.5mm needles, i have total 328 sts when it come 23cm. How can i divide for armhole? Please help.

06.12.2021 - 05:35

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hoang, this pattern has been writtten for a tension of 19 sts x 26 rows stocking stitch = 10 x 10 cm and we are unfortunately not able to adjust each of our pattern to every single request - please contact the store where you bought the yarn for any individual assistance. Thanks for your comprehension. Happy knitting!

06.12.2021 - 09:04

country flag Carrole Lebel wrote:

Bonjour. J'ai 2 questions. 1) Lorsque je tricote un tour sans augmentation, (tricoter 30-32-34 m, rabattre 36-40-44 m ) continuer ... tricoter les 30-32-34 dernières ... du tour), est-ce que je le fais alternativement jersey envers et jersey endroit comme au début de l'ouvrage ou jersey endroit sur tout le rang ? 2) Les augmentations (jusqu'à ce que l'ouvrage mesure 25-28-31 cm à partir du centre), se font-elles en vis-èa-vis des jetés ? Merci beaucoup

23.05.2019 - 01:48

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lebel, tout à fait, quand vous rabattez les mailles des emmanchures, vous tricotez les mailles comme avant (jersey endroit et jersey envers) pour continuer le même motif qu'avant. Ensuite, vous continuez comme avant de nouveau, comme si vous n'aviez pas rabattu les mailles des emmanchures, vous devez avoir 1 m en plus dans chaque "section" et les jetés doivent continuer comme avant. Bon tricot!

23.05.2019 - 09:35

country flag HUOT-MARCHAND wrote:

Bonjour, quel fil utiliser à présent pour réaliser ce modèle ? MERCI Bonne journée

20.05.2018 - 09:50

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Huot-Marchand, vous pouvez utiliser 2 fils DROPS Kid-Silk ou 1 fil Brushed Alpaca Silk - essayez notre convertisseur en indiquant bien le poids de fil indiqué pour la taille puis "trouver des alternatives". Bon tricot!

22.05.2018 - 08:32

country flag Heather wrote:

The instructions for the right front piece are confusing English -please can you help clarify? Do you continue YO increases every other row when knitting back and forth maintaining pattern of loops in middle and one side of right front piece? Or does "now done" mean finished as in no more increases and you'd start with 66 and finish with 18 stitches if doing small/medium size?

21.02.2017 - 00:33

DROPS Design answered:

Dear Heather, when you are working back and forth on right front piece, inc are done, ie you don't work any YOs anymore, just work K over K and P over P while slipping at the same time the last 2-2-1 st on every row on a st holder (= on each side) until there are 12-32-26 sts on a st holder in each side). Happy knitting!

21.02.2017 - 09:48

country flag Heather wrote:

Aha now I understand it is meant to be 8 segments radiating out from the middle of the circle alternating stocking and garter each separated buy the pretty YO loops. It's hard to make out on photo and at first I though was all stocking as wool pale and fluffy, beautiful though. (I need to flip the loops/purl into back of loop to get loophole pattern rather than plain increase whereas the knit YOs make the pattern treated normally)

11.02.2017 - 21:41

country flag Heather wrote:

The pattern is written for the round but to get the effect I think is in the photo it's best to ignore the purls and knit all stitches... at least the way I have been taught! The instructions as written produce 4 segments of half socking and half garter stitch radiating out from the middle with 4 YO loop patterns dividing them and the other YOs are knitted as invisible increases. Is this right or should I knit all and make each YO form pattern radiating out from middle?

11.02.2017 - 17:12

DROPS Design answered:

Dear Heather, you should have *1 section in stocking st, 1 section in reversed stocking st* around (total of 8 sections with YOs in between), there are no garter st there. Happy knitting!

13.02.2017 - 10:12

country flag Heather wrote:

Currently making practice circles to make sure I understand the pattern. Please can you help? Should it be 4 YO loop details with the segments between half stocking and half garter in appearance or it be stocking stitch all over with all 8 YO loops making lovely pattern radiating out from the middle?

11.02.2017 - 17:02

DROPS Design answered:

Dear Heather, you will have a total of 8 sections with 1 YO in between (from round 3), then work every other section in stocking st, and every other remaining section in reversed stocking st. Happy knitting!

13.02.2017 - 10:11

country flag Angela Gerstmann wrote:

Hallo Muss man wirklich nach den abgeketteten Armlöchern nur 30 Maschen bei Größe S/M anschlagen? In der englischen version steht es anders und ich fände 36 + 1 Zunahme auch sinnvoller weil sonst das Muster ja nicht stimmt oder?

02.01.2017 - 21:05

DROPS Design answered:

Liebe Frau Gertsmann, Sie sind ja recht, in der 1. Grösse schlagen Sie 36 M + 1 Zunahme. Korrektur wird bald gemacht. Viel Spaß beim stricken!

03.01.2017 - 09:16