DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS Baby 21-17
DROPS design: Model nr. BM-033-by
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: 56/62 - 68/74 - 80/86 (92 - 98/104)
Materiaal: DROPS BABY MERINO van Garnstudio
Kleur nr. 08, fuchsia: 100-100-100 (150-150) gr
Kleur nr. 01, wit: 50-50-50 (50-50) gr

DROPS RONDBREINLD 2.5 mm (60 cm voor alle maten en 40 cm voor de 2 kleinste maten) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 34 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS HOUTEN KNOOP LICHT, NR. 503 (15 mm): 2 stuks voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen M.1 - M.7.
De telpatronen geven de goede kant van het werk weer. Het hele patroon wordt in tricotst in de rondte gebreid.
TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor het lijf):
Minder 1 st aan iedere kant van de markeerder als volgt: Brei tot er 2 st over zijn voor de markeerder, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh, (markeerder), brei de volgende 2 st r samen.
TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de armsgaten):
Minder 1 st aan iedere zijkant als volgt: Brei 4 st in ribbelst, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh, brei tot er 6 st over zijn, brei de volgende 2 st r samen, brei 4 st in ribbelst.
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 144-156-172 (188-200) st op met fuchsia en rondbreinld 2.5 mm. Brei ongeveer 2.5 cm recht, brei dan 1 nld av = vouwrand, meet het werk vanaf hier en brei verder in tricotst tot het werk klaar is. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei nog 1 nld recht en plaats een markeerder aan iedere kant (= 72-78-86 (94-100) st tussen de markeerders op het voorpand en het achterpand). Brei dan telpatroon M.1 een keer in de hoogte.
Ga verder in tricotst met fuchsia tot het werk 3 cm meet. Minder nu 1 st aan iedere kant van elke markeerder - Lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 boven = 4 st minder op de nld. Herhaal dit minderen zo iedere 2-2½-2½ (2-2½) cm in totaal 6-6-7 (8-8) keer = 120-132-144 (156-168) st.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT.
Brei bij een hoogte van 15-17-19 (21-23) cm (alle minderingen zijn nu gedaan), telpatronen M.2, M.3, en dan M.4 een keer in de hoogte. Brei dan nld 1-3 van telpatroon M.5 (het werk meet nu ongeveer 26-28-30 (32-34) cm). Kant in de volgende nld (= 4e nld in telpatroon M.5) 8 st af aan iedere kant (dus 4 st aan iedere kant van elke markeerder), splits nu het werk bij de markeerders en brei ieder deel apart verder.

ACHTERPAND:
= 52-58-64 (70-76) st.
Het werk wordt heen en weer gebreid in tricotst tot het klaar is. Brei de volgende nld (= goede kant) als volgt: Brei 4 st in ribbelst (= kant st), minder 1 st - Lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 boven, brei de 5e nld in telpatroon M.5 tot er 6 st over zijn, minder 1 st - Lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 boven, eindig met 4 st in ribbelst. Herhaal dit minderen naast 4 st in ribbelst aan iedere kant elke nld aan de goede kant zo in totaal 2-1-4 (3-2) keer = 48-56-56 (64-72) st.
Brei als telpatroon M.5 een keer in de hoogte is gebreid, telpatronen M.6 en M.3 een keer in de hoogte (met 4 st in ribbelst aan iedere kant). Brei de volgende nld av aan de verkeerde kant, en brei dan telpatroon M.7 met 4 st in ribbelst aan iedere kant tot het werk klaar is. Kant bij een hoogte van 33-36-39 (42-45) cm de middelste 18-20-20 (22-24) st af voor de hals en brei ieder deel apart verder. Kant 2 st af in de volgende nld langs de hals = 13-16-16 (19-22) st. Kant bij een hoogte van 35-38-41 (44-47) cm af op de rechter schouder, brei als volgt verder op de linker schouder: brei 1 nld recht aan de verkeerde kant (= vouwrand), brei dan nog 2.5 cm in tricotst. Kant alle st af.

VOORPAND:
= 52-58-64 (70-76) st.
Het werk wordt heen en weer gebreid in tricotst tot het klaar is. Ga nu verder met de telpatronen als op het achterpand met 4 st in ribbelst aan iedere kant en kant af voor de armsgaten als op het achterpand. Kant bij een hoogte van 29-32-35 (37-40) cm de middelste 12-12-14 (14-16) st af voor de hals en brei ieder deel apart verder. Kant dan af in de volgende nld langs de hals als volgt: 1 keer 2 st, 3-4-3 (4-4) keer 1 st = 13-16-16 (19-22) st over op de schouder. Kant bij een hoogte van 35-38-41 (44-47) cm af op de rechter schouder en brei een vouwrand op de linker schouder als op het achterpand:

AFWERKING:
Naai de rechter schoudernaad samen. Maak 1 knoopbiesje als volgt: twijn 2 draden van 20 cm cerise en vouw ze dubbel, laat ze dan om elkaar heen krullen. Maak nog een biesje op dezelfde manier.
Vouw de rand op de schouder van het linker achterpand naar binnen, de av nld is de vouwrand, zet de rand vast aan de verkeerde kant. Vouw de knoopbiesjes dubbel en zet ze vast op de linker schouder, haal de draadeindes naar de achterkant en zet vast. Vouw de rand van het linker voorpand ook dubbel naar binnen en zet vast.
Neem aan de goede kant ongeveer 60-80 st op langs de hele halskant (door beide lagen van de vouwranden heen aan iedere kant), brei dan 1 nld av aan de verkeerde kant en pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan naar 66-70-74 (78-82). Ga verder in boordsteek als volgt: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-* de hele nld. Kant losjes alle st af als de boordsteek ongeveer 1 cm hoog is.
Naai de knopen op de schouder van het linker voorpand. Vouw de onderrand van de jurk naar binnen bij de av nld en zet vast.

Telpatroon

symbols = fuchsia
symbols = wit
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Princess Dream

Cindy, Sweden

Princess dress

BirTual, Norway

151. Tunika

Olajda, Norway

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 21-17

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (52)

country flag Vivian LaColla wrote:

I just answered my own question about binding off......I should NOT have started with a bindoff.....Now I have the 76th stitch in the middle of the bind off.......ug....I have to rip out!!!

27.02.2024 - 21:36

country flag Vivian LaColla wrote:

I absolutely love this pattern. I am at row 4 of M5, I have to bind off 4 stitches on each side of the marker. Do I bind off the first four stitches of the beginning of the round then bind off the last four at the end of the round (also binding off on the other marker) Do I start the round with a bind off? Also, I'm nervous about continuing the beautiful pattern while doing a stockinette stitch. Any advice? Any videos? I knit American not Continental. Thank you!!

27.02.2024 - 21:00

DROPS Design answered:

Hi Vivian, You bind off 8 stitches for each armhole (4 stitches on each side of both markers). Start the round by binding off 4 stitches, bind off 8 stitches on each side of the second marker and bind off the last 4 stitches on the round. Happy knitting!

28.02.2024 - 06:58

country flag Pascale wrote:

Bonjour. Ce modèle est très beau, merci pour les explications. Cependant je ne comprends pas le système de fermeture de l’épaule gauche… et votre explication en anglais à Juddy ne m’a pas éclairée… s’agit-il d’un système de brides ? Avez-vous une photo pour plus de clarté ? D’avance merci. Pascale

24.01.2024 - 21:22

DROPS Design answered:

Bonjour Pascale, les 2 cordelières sont les brides de boutonnage, faites une boucle et enfilez cette boucle dans le rang de cassure de l'ourlet de l'épaule gauche, fixez ces cordelières avec quelques points puis pliez l'ourlet en double et cousez-le sur l'envers. Il suffit maintenant juste de coudre le boutons sur l'autre épaule, et de les attacher à l'aide des cordelières. Bon assemblage!

25.01.2024 - 09:17

country flag Anjo wrote:

Meer een vraag,. Hoe zet ik dit om naar maat 128- 132? Qua steken? Dank.

18.12.2022 - 00:36

country flag Judy Canning wrote:

Is there a video showing the strap finish to the left shoulder? I do not understand how it is done. Thanks

16.11.2022 - 17:59

DROPS Design answered:

Dear Mrs Canning, the strap on the left shoulder is worked with a folded hem on both front and back pieces; the both twisted cords are the straps for the buttons, insert them through the folded edge (evenly distributed) and tied them together from WS, sew the folded edge on back piece and sew the buttons on front piece matching the straps. Happy finishing!

17.11.2022 - 09:57

country flag Ruth Savard wrote:

Bonsoir Au 4e tour de M5 j’ai 168 mailles. Si je rabats 8 mailles de chaque côté des marqueurs, il me reste (168 - 16 )= 152 mailles. Comme ce n’est pas un multiple de 12 je n’arrive plus dans ma grille . Que faire? Merci

03.08.2022 - 02:01

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Savard, notez bien où vous terminez /commencez le diagramme pour chaque pièce et continuez le diagramme comme avant, autrement dit, vous ne tricoterez plus le premier motif ni le dernier motif en entier, mais le diagramme doit continuer pour ne pas être décalé. Bon tricot!

03.08.2022 - 10:21

country flag Ruth Savard wrote:

Merci infiniment de répondre si rapidement . C’est gentil de votre part. Amicalement

14.07.2022 - 12:43

country flag Ruth Savard wrote:

Bonjour J’ai 168 mailles je dois tricoter M2 M3 et M4. J’utilise 20 mailles au total En les répétant 8 fois j’utilise 160 mailles. Il reste 8 mailles non incluses dans une grille au premier rang. Comme je prendrai 16 rangs pour tricoter en hauteur toutes les grilles j’aurai une bande sans motif entre les grilles. Quel conseil me donnez-vous? Merci

13.07.2022 - 02:49

DROPS Design answered:

Bonjour Ruth , vous tricotez 1 fois M2 en hauteur (14 fois tout le tour), ensuite M3 1 fois en hauteur (42 fois tout le tour) et enfin 1 fois M4 en hauteur (42 fois tout le tour). Bon tricot!

14.07.2022 - 08:55

country flag Manon Tessier wrote:

Bonjour , je suis rendu a faire le diagrame M5 il me reste 56 mailles après diminution . Le diagrams m5 est divisible par douze alors je commence ou pour que les dessins soit bon . Merci

17.12.2020 - 16:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Tessier, vous tricotez M.5 sur toutes les mailles = 120-132-144 (156-168) m autrement dit vous le répétez 10-11-12 (13-14) fois en rond, puis, lorsque vous divisez l'ouvrage et que vous diminuez, vous terminez le diagramme = les rangs 4 et 5 en alignant les mailles les unes au-dessus des autres, autrement dit, veillez à bien juste continuer les diagrammes en hauteur en ajustant le début/la fin du rang en fonction des motifs. Bon tricot!

17.12.2020 - 17:19

country flag Ria Edam-Dekker wrote:

Ik maak maat 12-18 maanden maar kom niet op het aangegeven aantal van 16 steken bij het voorpand. Begint met 64 st, - 14 afkanten = 50 dus 25 aan iedere kant. Minder 1x2 en 3x1 = 20 st. Dus 4 meer dan 16. Wat gaat hier niet goed?

08.11.2020 - 18:57

DROPS Design answered:

Dag Ria,

Vermoedelijk zijn de 4 ribbelsteken hier niet bij gerekend. Dan kom je wel op 16 steken.

18.11.2020 - 13:15